Gemeente Alken

Zitting van 16 maart 2022

van 15:30 tot 16:30

 

Aanwezig: Marc Penxten, burgemeester; Cindy Vandormael, Ingrid Loix, Patrick Martens, Frank Vroonen en Pierrette Putzeys, schepenen; Pascal Giesen, algemeen directeur;

 

Vanaf punt 6.1 verlaat Ingrid Loix, schepen de zitting.

Vanaf punt 6.2 vervoegt Ingrid Loix, schepen de zitting.

 

 

Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Verslag van de vorige zitting d.d. 09.03.2022

 

Besluit

Het verslag van de vorige zitting wordt goedgekeurd.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Afbakening werkingsgebied woonmaatschappij - vastleggen onderlinge stemverhouding lokale besturen

 

Besluit

Artikel 1: Het college voor burgemeester en schepenen adviseert om de stemrechtenverdeling als volgt toe te passen:

          De verhouding tussen het aantal sociale huurwoningen (SHM + SVK) per gemeente – wegingscoëfficiënt 60%

          De verhouding tussen het aantal huishoudens per gemeente – wegingscoëfficiënt  30%

          De verhouding tussen het aantal m2 grondreserves per gemeente – wegingscoëfficiënt 10%

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Buitengewoon onderhoud buurtwegen 2021. Goedkeuring voorlopige oplevering en gedeeltelijke vrijgave borg.

 

Besluit

Artikel 1: De opdracht “Buitengewoon onderhoud buurtwegen 2021” wordt voorlopig opgeleverd.

Artikel 2: De eerste helft (€ 3.450,00) van borgtocht nr. 12/171251 (Borgstellingskas: Deposito- en Consignatiekas - Borgtochten in geld (werkstation 2)) van € 6.900,00 mag worden vrijgegeven.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Buitengewoon onderhoud buurtwegen 2019. Goedkeuring definitieve oplevering en volledige vrijgave borg.

 

Besluit

Artikel 1: De opdracht “Buitengewoon onderhoud buurtwegen dienstjaar 2019” wordt definitief opgeleverd.

Artikel 2: De tweede helft van borgtocht nr. 12/166282 (Borgstellingskas: Deposito- en consignatiekas) van € 4.380,00 mag worden vrijgegeven.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Leveren en plaatsen van een slim batterijsysteem in sporthal De Alk.

 

Besluit

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Leveren en plaatsen van een skatepark - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.

 

Besluit

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Wegenis- en rioleringswerken Reigerlaan: werfinspectieverslag nr. 7 d.d. 10.03.2022 en werfverslag nr. 14 d.d. 10.03.2022.

 

Besluit

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Reclamedrukwerk: Oninbaarstelling Albert Heijn België Week 46/2021

 

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen beslist om het kohierartikel 37 (met uitvoerbaarverklaring van 23/02/2022) van het belastingkohier op de verspreiding van niet-geadresseerde drukwerken en van gelijkgestelde producten van kohier nr. 1 van juni 2021 voor een bedrag van 39,75 euro op naam van Albert Heijn België, Karel Oomstraat 47 B, 2018 Antwerpen oninbaar te stellen.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Betaalbaarstelling facturen

 

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen beslist bijgevoegde lijst met de facturen betaalbaar te stellen en geeft opdracht aan de financieel directeur om tot betaling over te gaan.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Verkeersregeling bloesemperiode 2022

 

Besluit

Artikel 1: Tijdens de aankomende bloesemperiode en de drukte die daarmee gepaard gaat, én meer bepaald tijdens de periode van 2 april t.e.m. 29 mei 2022 is het aangewezen een verkeersregeling uit te werken. Tijdens de paasvakantie (van 02/04 t.e.m. 18/04) en tijdens het O.H.-Hemelvaartweekend (van 26/05 t.e.m. 29/05) is dit elke dag. Buiten de paasvakantie en het O.H.-Hemelvaartweekend is dit enkel tijdens het weekend (weekend van 23/04 + 24/04, 30/04 + 01/05, 07/05 + 08/05, 14/05 + 15/05, 21/05 + 22/05)

Artikel 2: De parking aan de brouwerij kan enkel gebruikt worden tijdens volgende periode: weekend van 02/04 + 03/04, 09/04 + 10/04, 16/04 + 17/04, 23/04 + 24/04, 30/04 + 01/05, 07/05 + 08/05, 14/05 + 15/05, 21/05 + 22/05, 28/05 + 29/05)

Artikel 3: Tijdens bovengenoemde periode (artikel 1) wordt de Kompstraat éénrichtingsverkeer van de Laagsimsestraat richting de Langveldstraat.

Artikel 4: Tijdens bovengenoemde periode (artikel 1) geldt er parkeerverbod in de Kompstraat aan de rechterzijde. Aan de linkerzijde kan geparkeerd worden.

Artikel 5: Tijdens bovengenoemde periode (artikel 1) geldt er parkeerverbod in de Stapstraat aan de linkerzijde. Aan de rechterzijde kan geparkeerd worden.

Artikel 6: Tijdens bovengenoemde periode (artikel 1) zal er via banners en tekstkar gecommuniceerd worden over bijkomende parkeermogelijkheden, zijnde: parking gc. St.-Jorisheem, parking Stasveld, parking Kapittel, parking Laagdorp, parking brouwerij en parking sporthal. Er zal tevens op het verkeersplan verwezen worden naar de fietsknooppunten zodat de bezoekers geïnformeerd zijn dat ze ook aansluiting vinden bij de fietsknooppunten bij de parking aan het gc. St.-Jorisheem.

Artikel 7: Tijdens bovengenoemde periode (artikel 2) kunnen de bezoekers ook gebruik maken van de parking aan de brouwerij (Grootstraat). Deze wordt dan opengesteld tussen 10u en 18u. Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord voor het afsluiten van een verzekering alle risico's voor het gebruik van de parking van de brouwerij. Er zal tevens op bepaalde momenten toezicht gedaan worden zodat de parking proper achtergelaten wordt.

Artikel 8: De nodige signalisatie zal door de organisator wettelijk worden aangebracht zoals weergegeven op de schets in bijlage en na afloop van het evenement weer verwijderd worden.

Artikel 9: De nodige signalisatie zal telkens door de technische dienst op vrijdagvoormiddag geplaatst worden en op maandagvoormiddag (tenzij het weekend van Pasen, dan op dinsdagvoormiddag) verwijderd worden.

Artikel 10: De organisator dient steeds 4 meter vrij te houden voor de doorgang van de voertuigen van de hulpdiensten.

Artikel 11: Een afschrift van dit besluit zal worden overgemaakt aan de organisator, het hoofd operationele diensten politiezone Borgloon, het wijkteam Alken, de ambulancedienst Ambi-Care, de brandweercommandant en de technische dienst van de gemeente.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Attest van verdeling  aangevraagd door notarissen ActaCerta- Pleinstraat 84 - Sie G nr. 788/S

 

Besluit

Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen aangaande het voorgestelde attest van verdeling ingediend door notarissen ActaCerta i.o.v. de heer Jacobs Wim, mevrouw Davids Inge en de heer Appeltans Joseph voor het perceel gelegen Pleinstraat 84, Sie G nr. 788/S.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

OMV 583 Praktijk 2Quratio - Toepassen administratieve lus

 

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen keurt de toepassing van de administratieve lus goed voor de omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2021176108 ingediend voor de realisatie van een praktijkruimte voor kinesitherapie met parking, gelegen aan de Molenstraat zn., kadastraal gekend als Afd. 1, Sie B 632/T2.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Deelname bevraging data analyse private huurmarkt

 

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen gaat principieel akkoord om deel te nemen aan de bevraging omtrent een data analyse van de private huurmarkt, gedurende het onderzoek enkele keren deel te nemen aan een klankbordgroep en om een terugkoppeling van de resultaten bij te wonen bij het afsluiten van het onderzoek. Onze contactpersoon is Kirsten Vanstraelen.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Omgevingsvergunning 599 - Frank Croes namens IMMO - ELRO NV met als contactadres Bekstraat 34 te 3500 Hasselt. Het betreft een aanvraag over: het bouwen van 4 halfopen ééngezinswoningen. De aanvraag heeft betrekking op een terrein, gelegen Kruisstraat zn. , kadastraal bekend: (afd. 1) sectie H 339 G, (afd. 1) sectie H 342 V, (afd. 1) sectie H 342 P, (afd. 1) sectie H 342 W en (afd. 1) sectie H 342 Z.

 

Besluit

BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 16/03/2022 HET VOLGENDE:

 

1. De aanvraag ingediend door Frank Croes namens IMMO - ELRO NV met als contactadres Bekstraat 34 te 3500 Hasselt, het bouwen van 4 halfopen ééngezinswoningen, gelegen Kruisstraat zn., kadastraal bekend: (afd. 1) sectie H 339 G, (afd. 1) sectie H 342 V, (afd. 1) sectie H 342 P, (afd. 1) sectie H 342 W en (afd. 1) sectie H 342 Z voorwaardelijk te vergunnen.

 

2. Er worden volgende voorwaarden en/of lasten opgelegd:

 

          De algemene en bijzondere voorwaarden zoals gesteld in het advies van Fluvius – kenniscentrum riolering d.d. 04.02.2022 met ref. 0000292132 dienen opgevolgd te worden.

          Het voorwaardelijk gunstig advies van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening dient strikt nageleefd te worden.

          De voorgestelde reliëfwijzigingen dienen beperkt te blijven tot de zone van de woning en het terras zoals aangeduid op de plannen.  Het niveau van het maaiveld dient op 1m van de perceelsgrens op gelijke hoogte te komen als het aanpalende perceel en er dienen voldoende maatregelen genomen te worden voor de opvang van het hemelwater op het eigen terrein door het voorzien van drainage.

          Indien er innames van het openbaar domein gebeuren tijdens de realisatie van de bouwwerken dient er rekening gehouden te worden met het geldende gemeentelijk reglement/verordening inzake inname openbaar domein en dient er een aanvraag te worden gericht tot inname openbaar domein aan de gemeente Alken – college van burgemeester en schepenen.

          Voor bronbemalingen moet voldaan worden aan de sectorale voorschriften voor subrubriek 53.2 van de indelingslijst van Vlarem I (art. 5.53.6.1.1 van Vlarem II); met betrekking tot de lozing van het bemalingswater wordt verwezen naar Vlarem II art. 6.2.2.1.2 § 5.

          De lozing van het bemalingswater dient te gebeuren overeenkomstig art. 6.2.2.1.2 § 5 van Vlarem II.

          De reglementeringen inzake bronbemaling/droogzuiging bij bouwwerken dient strikt na te worden geleefd. Indien er een bronbemaling/droogzuiging geplaatst wordt voor aanvang van de bouwwerken dient men een melding te doen bij de milieudienst van de gemeente Alken. Let op!  Bij de plaatsing van een bronbemaling/droogzuiging mag het opgepompte water nooit worden geloosd binnen/over het openbaar wegdomein!

 

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

 

Verval van de omgevingsvergunning – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Artikel 99. § 1. De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de vergunde stedenbouwkundige handelingen;

4° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangt.

 

Als de omgevingsvergunning uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede fase en de volgende fasen worden de termijnen van verval bijgevolg gerekend vanaf de aanvangsdatum van de fase in kwestie.

 

§ 2. De omgevingsvergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen voor de inkennisstelling van de stopzetting.

 

§ 3. Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1, betrekking hebben op een gedeelte van het bouwproject, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor het niet-afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt als het, in voorkomend geval na de sloping van de niet-afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten.

 

Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1 of 2, alleen betrekking hebben op een gedeelte van de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor dat gedeelte.

 

Artikel 100. De omgevingsvergunning blijft onverkort geldig als de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 naar klasse 2 overgaat of omgekeerd.

 

In geval de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 of 2 naar klasse 3 overgaat, geldt de vergunning als aktename en blijven de bijzondere voorwaarden gelden.

 

Artikel 101. De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de omgevingsvergunning aanhangig is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, overeenkomstig hoofdstuk 9 behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschadevergoeding desalniettemin behouden. 

 

De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving. 

 

De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, § 1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken. 

 

De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel.

 

Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Artikel 52. De Vlaamse Regering is bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van de deputatie in eerste administratieve aanleg.

 

De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.

 

Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:

1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;

2° het betrokken publiek;

3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;

4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;

5° de leidend ambtenaar van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde;

6° de leidend ambtenaar van het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde.

 

Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:

1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;

3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

 

Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.

 

In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:

1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;

2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;

3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.

 

Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.

 

Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:

1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;

2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

 

De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.

 

Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de door haar gemachtigde ambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.

 

Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de door haar gemachtigde ambtenaar de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.

 

Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.

 

Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:

1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;

2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;

3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:

a) een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;

b) het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;

4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.

 

Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:

1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;

2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;

3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.

 

Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.

 

Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.

 

Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.

 

De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.

 

Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.

 

Mededeling

 

Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Omgevingsvergunning V677 voor het verkavelen van gronden - mevrouw Denise Ballet wonende te Oudestraat 35 te 3510 Hasselt. Het betreft een aanvraag over: het verkavelen van 1 lot open bebouwing. De aanvraag heeft betrekking op een terrein, gelegen Rond Punt zn., kadastraal bekend: (afd. 1) sectie I 405 B en (afd. 1) sectie I 405 C.

 

Besluit

BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 16/03/2022 HET VOLGENDE:

 

1. De aanvraag ingediend door mevrouw Denise Ballet wonende te Oudestraat 35 te 3510 Hasselt, het verkavelen van 1 lot open bebouwing, gelegen Rond Punt zn., kadastraal bekend: (afd. 1) sectie I 405 B en (afd. 1) sectie I 405 C te vergunnen.

 

2. Er worden volgende voorwaarden en/of lasten opgelegd:

 

          Het voorwaardelijk gunstig advies van de dienst waterlopen en domeinen, provincie Limburg dient strikt nageleefd te worden, zijnde:

 

HET BOUWKADER VAN LOT 1 VALT BUITEN DE OVERSTROMINGSGEVOELIGE ZONE

Volgende ALGEMENE CONSTRUCTIEVOORWAARDEN worden opgelegd:

          Het vloerpeil moet minstens 10 cm boven het kritisch overstromingspeil gelegen zijn (dit is 20 cm boven de as van de weg).

          Geen openingen in de constructie (in buitenmuren en bodem) mogen voorzien worden onder het kritisch overstromingspeil plus 10 cm.

          Nieuwe kelders en ondergrondse garages zijn niet toegestaan.

          Niet-waterdichte doorvoer van nutsleidingen en andere leidingen onder het kritisch overstromingspeil is verboden.

          Inspectieputten op rioleringen, ontluchtingssystemen moeten waterdicht afgeschermd worden of opgesteld worden boven het kritisch overstromingspeil.

          Stookolietanks moeten boven het grondwaterpeil/overstromingspeil gelegd worden.

          Andere ondergrondse tanks moeten verankerd worden tegen opwaartse druk, bijvoorbeeld d.m.v. een betonnen voetplaat of dekplaat.

          Elektrische installaties die niet waterdicht afgeschermd zijn, moeten 10 cm boven het kritisch overstromingspeil opgesteld worden.

          Aansluitingen op de riolering moeten afgeschermd worden met een terugslagklep en eventueel met een eigen pompinstallatie.

          Kruipkelders onder het kritisch overstromingspeil moeten overstroombaar blijven.

          Alleen waterdoorlatende verhardingen zijn toegelaten. Er kan hierop enkel uitzondering gemaakt worden indien om technische redenen geen waterdoorlatende verharding mogelijk is

 

Volgende SPECIFIEKE VOORWAARDEN worden opgelegd

Verduidelijkt op inrichtingsplan lot 2 in bijlage bij dit advies, opgemaakt door de provinciale dienst Waterbeheer.

          De primaire afvoer van regenwater via de riolering van Fluvius blijft behouden om het water van de weg bij normaal regenweer te kunnen afvoeren.

          Het terrein lot 2 (restperceel) moet genivelleerd worden cfr. de aangegeven hoogtepeilen om oppervlakkige afwatering bij zware regenbuien naar de vijver en achterliggende grachten mogelijk te maken.

          Eventuele grondoverschotten als gevolg van uitgravingen mogen buiten de aangegeven hoogtepeilen op het terrein gespreid worden, zolang de afwatering naar de vijver en achterliggende grachten hierdoor niet gehinderd wordt.

          Het nivelleren van het terrein lot 2 (restperceel) moet voorafgaandelijk aan de vergunningsaanvraag voor een woning op lot 1 uitgevoerd worden. Gemeente Alken en de bouwheer maken hier onderling de nodige afspraken over.

          Inrichting van lot 2 als een tuin met beplantingen is toegestaan zolang de afwatering naar de vijver en achterliggende grachten hierdoor niet gehinderd wordt.

          Volledig dempen van de vijver is niet toegestaan. De vijver zoals aangeduid op de plannen bij de vergunningsaanvraag moet behouden blijven.

 

          Het voorwaardelijk gunstig advies van Fluvius d.d. 25.01.2022 met ref. 5000001643 dient strikt nageleefd te worden.

          Gezien de beperkte oppervlakte van lot 1 wordt hier het vrijstellingenbesluit inzake vrijstaande bijgebouwen niet toegepast maar geldt een max van 20m² aan vrijstaande bijgebouwen.

          Er mag maximaal één inrit naar de openbare weg voorzien worden per lot dewelke niet breder is dan 4,5m.

          De verkavelaar dient zelf en op eigen kosten de nodige stappen te ondernemen om de aansluitbaarheid van het lot op de nutsvoorzieningen te waarborgen, dit cfr. de geldende bepalingen van de verschillende nutsmaatschappijen.

 

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

 

Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Artikel 52. De Vlaamse Regering is bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van de deputatie in eerste administratieve aanleg.

 

De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.

 

Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:

1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;

2° het betrokken publiek;

3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;

4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;

5° de leidend ambtenaar van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde;

6° de leidend ambtenaar van het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde.

 

Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:

1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;

3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

 

Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.

 

In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:

1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;

2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;

3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.

 

Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.

 

Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:

1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;

2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

 

De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.

 

Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de door haar gemachtigde ambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.

 

Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de door haar gemachtigde ambtenaar de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.

 

Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.

 

Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:

1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;

2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;

3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:

a) een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;

b) het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;

4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.

 

Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:

1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;

2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;

3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.

 

Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.

 

Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.

 

Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.

 

De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.

 

Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.

 

Verval van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Artikel 102.

§ 1. Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarbij geen nieuwe wegen worden aangelegd of het tracé van bestaande gemeentewegen niet moet worden gewijzigd, verbreed of opgeheven, vervalt van rechtswege als:

1° binnen een termijn van vijf jaar na de afgifte van de definitieve omgevingsvergunning niet is overgegaan tot registratie van de verkoop, de verhuring voor meer dan negen jaar of de vestiging van erfpacht of opstalrecht ten aanzien van ten minste één derde van de kavels;

2° binnen een termijn van tien jaar na de afgifte van de definitieve omgevingsvergunning niet is overgegaan tot dergelijke registratie ten aanzien van ten minste twee derde van de kavels.

 

Voor de toepassing van het eerste lid:

1° wordt met verkoop gelijkgesteld: de nalatenschapsverdeling en de schenking, met dien verstande dat slechts één kavel per deelgenoot of begunstigde in aanmerking komt;

2° komt de verkoop, de verhuring voor meer dan negen jaar, of de vestiging van erfpacht of opstalrecht van de verkaveling in haar geheel niet in aanmerking;

3° komt alleen de huur die erop gericht is de huurder te laten bouwen op het gehuurde goed in aanmerking.

 

Voor de toepassing van het eerste lid wordt tijdige bebouwing door de verkavelaar conform de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, met verkoop gelijkgesteld.

 

§ 2. Een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden waarbij nieuwe wegen worden aangelegd of waarbij het tracé van bestaande gemeentewegen gewijzigd, verbreed of opgeheven wordt, vervalt van rechtswege als:

1° binnen een termijn van vijf jaar na de afgifte van de definitieve omgevingsvergunning niet is overgegaan tot de oplevering van de onmiddellijk uit te voeren lasten of tot het verschaffen van waarborgen betreffende de uitvoering van deze lasten op de wijze, vermeld in artikel 75;

2° binnen een termijn van tien jaar na de afgifte van de definitieve omgevingsvergunning niet is overgegaan tot registratie van de in paragraaf 1 vermelde rechtshandelingen ten aanzien van ten minste één derde van de kavels;

3° binnen een termijn van vijftien jaar na de afgifte van de definitieve omgevingsvergunning niet is overgegaan tot registratie van de in paragraaf 1 vermelde rechtshandelingen ten aanzien van ten minste twee derde van de kavels.

 

Voor de toepassing van het eerste lid wordt tijdige bebouwing door de verkavelaar conform de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, met verkoop gelijkgesteld.

 

§ 3. Als de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het verkavelingsproject, worden de termijnen van verval, vermeld in de paragrafen 1 tot en met 2, gerekend per fase. Voor de tweede en volgende fasen worden de termijnen van verval dientengevolge gerekend vanaf de aanvangsdatum van de betrokken fase.

 

§ 4. Het verval, vermeld in paragraaf 1 en 2, 2° en 3°, geldt slechts ten aanzien van het niet bebouwde, verkochte, verhuurde of aan een erfpacht of opstalrecht onderworpen gedeelte van de verkaveling.

 

§ 5. Onverminderd paragraaf 4, kan het verval van rechtswege niet worden tegengesteld aan personen die zich op de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden beroepen als zij kunnen aantonen dat de overheid na het verval en ten aanzien van een of meer van hun kavels binnen de verkaveling, wijzigingen aan deze omgevingsvergunning heeft toegestaan of stedenbouwkundige of bouwvergunningen of stedenbouwkundige attesten heeft verleend in zoverre deze door de hogere overheid of de rechter niet onrechtmatig werden bevonden.

 

§ 6. De Vlaamse Regering kan maatregelen treffen aangaande de kennisgeving van het verval van rechtswege.

 

Artikel 103.

 

De termijnen van vijf, tien of vijftien jaar, vermeld in artikel 102, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de omgevingsvergunning aanhangig is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, overeenkomstig hoofdstuk 9, behoudens als de verkaveling in strijd is met een vóór de datum van de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschadevergoeding desalniettemin behouden.

 

De termijnen van vijf, tien of vijftien jaar, vermeld in artikel 102, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving.

 

De termijnen van vijf, tien of vijftien jaar, vermeld in artikel 102, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, § 1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken.

 

De termijnen van vijf, tien of vijftien jaar, vermeld in artikel 102, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel.

 

Afstand van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden

 

Artikel 104.

 

Een verkavelaar kan eenzijdig afstand doen van de rechten die hij verkregen heeft uit de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, tenzij al een aanvang werd genomen met de verwezenlijking van deze omgevingsvergunning, hetzij door het stellen van een of meer rechtshandelingen, vermeld in artikel 102, § 1, hetzij door de uitvoering van de werken waaraan de afgifte van de omgevingsvergunning verbonden werd.

 

Aan het geheel van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden kan worden verzaakt door de eigenaar die alle kavels heeft verworven of in geval van akkoord van alle eigenaars, ongeacht of deze omgevingsvergunning geheel of gedeeltelijk verwezenlijkt is.

 

 

Een verzaking wordt per beveiligde zending gemeld aan het college van burgemeester en schepenen.

 

Beroep tegen beslissingen genomen in laatste administratieve aanleg – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Artikel 105.

 

§ 1. De uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing betreffende een omgevingsvergunning, genomen in laatste administratieve aanleg, of de aktename of de niet-aktename van een melding, vermeld in artikel 111, kan bestreden worden bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, vermeld in titel IV, hoofdstuk VIII, van de VCRO.

 

§ 2. Het beroep kan worden ingesteld door:

 1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder, de exploitant of de persoon die de melding heeft verricht;

 2° het betrokken publiek;

 3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties, vermeld in artikel 24 of in artikel 42 of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde, als die instantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;

 4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;

 5° ...;

 6° de leidend ambtenaar van het Departement Omgeving of, bij zijn afwezigheid, zijn gemachtigde.

 

De persoon aan wie kan worden verweten dat hij een voor hem nadelige vergunningsbeslissing niet heeft bestreden door middel van het daartoe openstaande georganiseerd administratief beroep bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, wordt geacht te hebben verzaakt aan zijn recht om zich tot de Raad voor Vergunningsbetwistingen te wenden.

 

 Als de aanvraag overeenkomstig de gewone vergunningsprocedure behandeld is, kan het betrokken publiek alleen een beroep instellen als hij tijdens het openbaar onderzoek een gemotiveerd standpunt, opmerking of bezwaar heeft ingediend, tenzij aan een van de volgende voorwaarden is voldaan:

 1° het beroep is ingegeven door een wijziging aan de vergunningsaanvraag, aangebracht na het openbaar onderzoek;

 2° het beroep is ingegeven door:

 a) een bijzondere milieuvoorwaarde, opgelegd in de bestreden vergunning, in het geval van een omgevingsvergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit;

 b) een voorwaarde, opgelegd in de bestreden vergunning, in het geval van een andere omgevingsvergunning, dan de vergunning vermeld in punt a);

 3° het betrokken publiek toont aan dat hij door specifieke omstandigheden in de onmogelijkheid was om een standpunt, opmerking of bezwaar in te dienen tijdens het openbaar onderzoek.

 

 De bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, die nagelaten heeft een uitdrukkelijke beslissing te nemen in eerste administratieve aanleg, wordt geacht te hebben verzaakt aan zijn recht om zich tot de Raad voor Vergunningsbetwistingen te wenden, behoudens overmacht.

 

§ 3. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een vervaltermijn van vijfenveertig dagen die ingaat:

 1° de dag na de datum van de betekening, voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

 2° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de beslissing in de overige gevallen.

 

§ 4. Elk van de personen, vermeld in paragraaf 2, eerste lid, kan in de zaak tussenkomen.

Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

 

Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:

1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;

2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;

3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:

a) een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;

b) b) het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;

4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.

 

Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:

1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;

2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;

3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.

 

Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.

 

Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.

 

Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.

 

De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.

 

Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.

 

Mededeling

 

Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Eikenbosweg-verkeerstechnische ingrepen

 

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen is akkoord met de verkeerstechnische ingrepen in de Eikenbosweg volgens toegevoegd plan.

Artikel 2: De ingrepen omvatten het plaatselijk verbreden van de weg, het plaatsen van paaltjes en inleidende markering.

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Overzicht punten

Zitting van 16 03 2022

 

Wateroverlast 2021 - Vlaams Rampenfonds Stavaza

 

Besluit

 

 

 

Publicatiedatum: 24/03/2022
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.