Zitting van 09 04 2025

Verslag van de vorige zitting dd. 02.04.2025

Overeenkomstig het decreet lokaal bestuur werden de notulen van de vergadering van 2.4.2025 opgesteld.

Deze notulen worden ter goedkeuring voorgelegd.

Feiten en context

Overeenkomstig het decreet lokaal bestuur werden de notulen van de vergadering van 2.4.2025 opgesteld.

Deze notulen worden ter goedkeuring voorgelegd.

Juridische grond

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Niet van toepassing.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1: Het verslag van de vorige zitting wordt goedgekeurd.

Zitting van 09 04 2025

Delegatiebesluit Algemeen directeur - geringe dagontvangsten - provisie geringe exploitatieuitgaven

Besluit

Zitting van 09 04 2025

Fluvius OV - AV dd. 04.06.2025

Besluit

Zitting van 09 04 2025

IGL - Bijzondere Algemene Vergadering IGL dd. 26.06.2025

Besluit

Zitting van 09 04 2025

s-Lim - Algemene Vergadering dd. 03.06.2025

Besluit

Zitting van 09 04 2025

Promoten wekelijkse markt TVL via sleutel MJP001324 (TVL/Branding)

Om Alken te promoten is er budget voorzien op sleutel MJP001324 voor branding. In het kader van de maand van de markt, die jaarlijks plaatsvindt in april, stellen wij voor om de vernieuwde Leigduerp Mèjt te promoten op TVL. Er zou ter plaatse een reportage over de wekelijkse markt gefilmd worden op 25 april 2025 en deze zou vervolgens uitgezonden worden als boodschap algemeen nut in het dagprogramma van TVL in de week van 28 april (maandag t.e.m. vrijdag tussen 10 en 12.30u. en tussen 14.30 en 18u.) voor €1.950 exclusief BTW. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt toelating gevraagd.

Feiten en context

Om Alken te promoten is er budget voorzien op sleutel MJP001324 voor branding. In het kader van de maand van de markt, die jaarlijks plaatsvindt in april, stellen wij voor om de vernieuwde Leigduerp Mèjt te promoten op TVL. Er zou ter plaatse een reportage over de wekelijkse markt gefilmd worden op 25 april 2025. Die reportage wordt vervolgens uitgezonden als boodschap algemeen nut in het dagprogramma van TVL in de week van 28 april (maandag t.e.m. vrijdag tussen 10 en 12.30u. en tussen 14.30 en 18u.) voor €1.950 exclusief BTW.

Zie offerte in bijlage.

Juridische grond

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Niet van toepassing

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn voorzien als volgt:

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen geeft toelating om de vernieuwde Leigduerp Mèjt te promoten op TVL. Er zou ter plaatse een reportage over de wekelijkse markt gefilmd worden op 25 april 2025. Die reportage wordt vervolgens uitgezonden als boodschap algemeen nut in het dagprogramma van TVL in de week van 28 april (maandag t.e.m. vrijdag tussen 10 en 12.30u. en tussen 14.30 en 18u.) voor €1.950 exclusief BTW.

Zitting van 09 04 2025

Persactie veiligheid overweg station i.s.m. VRT

Besluit

Zitting van 09 04 2025

Bouw jeugdlokalen - Goedkeuring voorlopige oplevering.

Op 28 maart 2025 heeft de voorlopige oplevering plaatsgevonden van de door Margema, Meerkensstraat 20 te 3650 Dilsen uitgevoerde werken “Bouw jeugdlokalen”. Er werd vastgesteld dat de werken overeenkomstig de goedgekeurde plannen, de bepalingen van het bijzonder bestek en de onderrichingen van de architect werden uitgevoerd.

Er werd een PV van voorlopige oplevering opgesteld. In het bijgevoegde proces-verbaal van voorlopige oplevering worden volgende opmerkingen vermeld:
- Bijlage 1: opmerkingen architect (deze bijlage stond vermeld bij de opmaak van het document, maar aan deze opmerkingen werd intussen volledig voldaan en was niet meer van toepassing op datum van de fysieke oplevering - waardoor deze bijlage 1 vervalt)
- Bijlage 2: Opmerkingen ingenieur technieken
- Nog ontbrekende attesten (gevraagde attesten brandweer, riolering,...)
- Opmaak as-built dossier.

Er werd overeengekomen dat de werken zoals vermeld in bijlage 2 zullen uitgevoerd worden vóór 11 april 2025. De studiedienst verleende zijn goedkeuring aan dit PV.

De eerste helft van borgtocht nr. BEBTFSBGI0075552 (Borgstellingskas: ING België Guarantees Departement) van € 84.050,00 mag worden vrijgegeven. De waarborgtermijn werd in het bestek vastgesteld op 12 maanden.

(toezichthoudend ambtenaar: Koen Vanmuysen)

Feiten en context

Het college van burgemeester en schepenen verleende in zitting van 6 september 2023 goedkeuring aan de gunning van de opdracht “Bouw jeugdlokalen” aan Margema, Meerkensstraat 20 te 3650 Dilsen tegen het nagerekende en verbeterde offertebedrag van € 1.680.902,30 excl. btw of € 2.033.891,78 incl. 21% btw (€ 352.989,48 btw medecontractant).

De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2022/104.

Juridische grond

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 56, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Adviezen

Niet van toepassing.

Argumentatie

De aannemer Margema, Meerkensstraat 20 te 3650 Dilsen heeft aan zijn verplichtingen voldaan.

De ontwerper, WIT architecten bv, Mechelsestraat 225a te 3000 Leuven stelde een proces-verbaal op van voorlopige oplevering, die plaatsvond op 28 maart 2025.

In het bijgevoegde proces-verbaal van voorlopige oplevering worden volgende opmerkingen vermeld:
- Bijlage 1: opmerkingen architect (deze bijlage stond vermeld bij de opmaak van het document, maar aan deze opmerkingen werd intussen volledig voldaan en was niet meer van toepassing op datum van de fysieke oplevering - waardoor deze bijlage 1 vervalt)
- Bijlage 2: Opmerkingen ingenieur technieken

- Nog ontbrekende attesten (gevraagde attesten brandweer, riolering,...)
- Opmaak as-built dossier.

Er werd overeengekomen dat de werken zoals vermeld in bijlage 2 zullen uitgevoerd worden vóór 11 april 2025.

De eerste helft van borgtocht nr. BEBTFSBGI0075552 (Borgstellingskas: ING België Guarantees Departement) van € 84.050,00 mag worden vrijgegeven.

De waarborgtermijn werd in het bestek vastgesteld op 12 maanden.

Het college van burgemeester en schepenen merkte op dat de graszone voorliggend aan de jeugdlokalen veel stenen bevat die nadien schade kunnen veroorzaken bij het maaien.

De aannemer zal via schrijven verzocht worden om dit in orde te brengen.

Financiële gevolgen

De eerste helft van borgtocht nr. BEBTFSBGI0075552 (Borgstellingskas: ING België Guarantees Departement) van € 84.050,00 mag worden vrijgegeven nl. € 42.030,00 (helft van het bedrag afgerond naar eerstvolgende tiental).

Besluit

Artikel 1: De opdracht “Bouw jeugdlokalen” wordt voorlopig opgeleverd.

Artikel 2: De eerste helft van borgtocht nr. BEBTFSBGI0075552 (Borgstellingskas: ING België Guarantees Departement) van € 84.050,00 mag worden vrijgegeven.

Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen merkte op dat de graszone voorliggend aan de jeugdlokalen veel stenen bevat die nadien schade kunnen veroorzaken bij het maaien.

De aannemer zal via schrijven verzocht worden om dit in orde te brengen.

Zitting van 09 04 2025

Scholensportdagen Alken 2025 - Goedkeuring gunning en lastvoorwaarden.

Voor de organisatie van de scholensportdagen werd prijs gevraagd aan drie mogelijke firma’s. Twee offertes werden ontvangen. Na vergelijking van de offertes wordt voorgesteld om de opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde TST Events, Leemstraat 106 te 3850 Binderveld tegen het nagerekende en verbeterde offertebedrag van € 6.355,37 excl. btw of € 7.690,00 incl. 21% btw.

Er wordt voorgesteld de opdracht tot stand te brengen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP001356.

(toezichthouden ambtenaar: Maarten Mareels)

Feiten en context

In het kader van de opdracht “Scholensportdagen Alken 2025” werd een bestek met nr. 2025/021 opgesteld door de Dienst vrije tijd.

De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 4.545,46 excl. btw of € 5.500,00 incl. 21% btw.

Er wordt voorgesteld de opdracht tot stand te brengen bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

Volgende ondernemers werden uitgenodigd om deel te nemen aan deze opdracht:
- Homerun, Stukkenstraat 7 te 3550 Heusden-Zolder;
- Sportievak, Esserstraat 6 te 8550 Zwevegem;
- TST Events, Leemstraat 106 te 3850 Binderveld.

Juridische grond

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 56, § 3, 5°, waarbij wordt bepaald dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is voor de vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van overheidsopdrachten als het gaat om een opdracht van dagelijks bestuur.

Het besluit van de gemeenteraad van 2 september 2021 houdende vaststelling van de opdrachten voor werken, leveringen en diensten die kunnen beschouwd worden als opdrachten van dagelijks bestuur.

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.

De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.

De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 92 (de geraamde waarde excl. btw bereikt de drempel van € 30.000,00 niet).

Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.

Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.

Adviezen

Niet van toepassingen.

Argumentatie

De offertes dienden het bestuur ten laatste op 19 maart 2025 om 16.00 uur te bereiken.

De verbintenistermijn van 120 kalenderdagen eindigt op 17 juli 2025.

Er werden 2 offertes ontvangen :
- Sportievak, Esserstraat 6 te 8550 Zwevegem (€ 12.930,00 incl. btw);
- TST Events, Leemstraat 106 te 3850 Binderveld (€ 8.970,00 incl. 21% btw);

De eventuele onderhandelingen en verbeteringen resulteerden in volgende eindoffertes:
- Sportievak, Esserstraat 6 te 8550 Zwevegem (€ 11.760,00 incl. btw)
- TST Events, Leemstraat 106 te 3850 Binderveld (€ 7.690,00 incl. 21% btw)

De Dienst vrije tijd stelde op 3 april 2025 het verslag van nazicht van de offertes op.

De Dienst vrije tijd stelt voor om, rekening houdende met het voorgaande, deze opdracht te gunnen aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde TST Events, Leemstraat 106 te 3850 Binderveld tegen het nagerekende en verbeterde offertebedrag van € 6.355,37 excl. btw of € 7.690,00 incl. 21% btw.

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn voorzien als volgt:

Besluit

Artikel 1: Het bestek met nr. 2025/021 en de raming voor de opdracht “Scholensportdagen Alken 2025”, opgesteld door de Dienst vrije tijd worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 4.545,46 excl. btw of € 5.500,00 incl. 21% btw.

Artikel 2: Bovengenoemde opdracht komt tot stand bij wijze van de aanvaarde factuur (overheidsopdracht van beperkte waarde).

Artikel 3: Goedkeuring wordt verleend aan het verslag van nazicht van de offertes van 3 april 2025, opgesteld door de Dienst vrije tijd.

Artikel 4: Het verslag van nazicht van de offertes in bijlage maakt integraal deel uit van deze beslissing.

Artikel 5: Deze opdracht wordt gegund aan de economisch meest voordelige bieder (op basis van de beste prijs-kwaliteitsverhouding), zijnde TST Events, Leemstraat 106 te 3850 Binderveld tegen het nagerekende en verbeterde offertebedrag van € 6.355,37 excl. btw of € 7.690,00 incl. 21% btw.

Artikel 6: De uitvoering moet gebeuren overeenkomstig de lastvoorwaarden vastgelegd in het bestek met nr. 2025/021.

Artikel 7: De betaling zal gebeuren met het krediet ingeschreven in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer AC000001/MJP001356.

Zitting van 09 04 2025

Betaalbaarstelling facturen SC

Betaalbaarstelling facturen volgens lijst in bijlage.

Feiten en context

Betaalbaarstelling facturen volgens lijst in bijlage.
 

Juridische grond

Conform interne afspraken keurt het college van burgemeester en schepenen de facturen goed voor betaling.
 

 Adviezen

Niet van toepassing.
 

Argumentatie

Alle facturen worden - na controle op juistheid - betaalbaar gesteld door het college van burgemeester en schepenen.
 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen beslist bijgevoegde lijst met facturen betaalbaar te stellen en geeft opdracht aan de financieel directeur om tot betaling over te gaan.

Zitting van 09 04 2025

Afvoering van ambtswege

Elen Maikel ingeschreven in het bevolkingsregister, Sint-Hubertusstraat 2 heeft sedert einde augustus 2024 de woonst verlaten, zonder de vereiste aangifte te doen.  De nieuwe verblijfplaats kon niet achterhaald worden.

Feiten en context

Elen Maikel ingeschreven in het bevolkingsregister, Sint-Hubertusstraat 2 heeft sedert einde augustus 2024 de woonst verlaten, zonder de vereiste aangifte te doen.  De nieuwe verblijfplaats kon niet achterhaald worden. 

Juridische grond

De wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen.

Het Koninklijk Besluit van 16 juli 1992 betreffende het bevolkingsregister en het vreemdelingenregister, inzonderheid artikel 8

De algemene onderrichtingen betreffende het houden van de bevolkingsregisters, gecoördineerde versie van 31 maart 2019; inzonderheid punt 86 tot en met 91

Het gemeenteraadsbesluit van 30 juni 2016 betreffende het reglement van onderzoek naar de werkelijke verblijfplaats van personen op het grondgebied van de gemeente Alken;

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Uit het politieverslag van de wijkagent, Gery Vanholst, inspecteur politiezone LRH,  van 26 maart 2025 blijkt dat Elen Maikel niet  meer verblijft op het adres Sint-Hubertusstraat 2.   Vermits zijn verblijfplaats niet kan achterhaald worden stelt de wijkagent voor om over te gaan tot een afvoering van ambtswege.   Betrokkene is niet opgesloten in een strafinrichting of een instelling van sociale bescherming.    Bij nazicht in het rijksregister blijkt dat er in geen andere gemeente een onderzoek naar zijn hoofdverblijfplaats wordt gevoerd.  De ambtenaar van de burgerlijke stand stelt in zijn verslag van  2 april 2025 voor om betrokkene af te voeren van ambtswege.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

Artikel 1: Maikel Elen, geboren te Hasselt op 20 november 1988 van Belgische nationaliteit, ingeschreven in het bevolkingsregister van de gemeente Alken, Sint-Hubertusstraat 2 verblijft niet meer op dit adres.

Artikel 2: de nieuwe verblijfplaats kon niet worden vastgesteld

Artikel 3: het college van burgemeester beslist om Maikel Elen af te voeren van ambtswege.

Zitting van 09 04 2025

Beëindiging concessieovereenkomst Cafetaria De Alk

In onderlinge overeenkomst wenst de uitbater Benji Haesevoets (BV HB GROUP) en gemeentebestuur Alken de huidige concessieovereenkomst te beëindigen.

Eind januari 2025 vond er overleg plaats tussen het gemeentebestuur en de uitbater (zie verslag in bijlage).

Vanaf februari 2025 werden er aangepaste openingsuren toegepast door de uitbater om op die manier de uitbating alsnog te voorzien tot de competitiewedstrijden van de sportclubs voorbij zijn (einde april 2025) en de sportclubs niet volledig in de kou te laten staan.

Op donderdagavond 8 mei wenst het gemeentebestuur een jongereninfoavond te laten plaatsvinden in de cafetaria van de sporthal en op zaterdag 24 en zondag 25 mei zal het turnfeest van Turnkring Alken nog plaatsvinden.

Op zaterdag 14 juni zal er nog een interclub van de taekwondo plaatsvinden.

Benji heeft aangegeven dat hij voor de 3 events in mei en juni de cafetaria nog openstelt.

Daarnaast wilt de huidige uitbater bekijken om de uitbating verder te zetten indien de nieuwe concessieovereenkomst voldoende versoepelingen bevatten zodat het voor hem rendabel kan zijn.

Indien niet, zal de huidige uitbater tijdig de cafetaria leeg moeten maken zodat er een uittredende plaatsbeschrijving kan plaatsvinden na het laatste event van 14 juni 2025 en voor 1 juli 2025.

De uitbater dient de nodige verplichte contracten (verzekeringen etc.) voor de uitbating te laten doorlopen tot na 14 juni 2025.

Feiten en context

In onderlinge overeenkomst wenst de uitbater Benji Haesevoets (BV HB GROUP) en gemeentebestuur Alken de huidige concessieovereenkomst te beëindigen.

Eind januari 2025 vond er overleg plaats tussen het gemeentebestuur en de uitbater (zie verslag in bijlage).

Vanaf februari 2025 werden er aangepaste openingsuren toegepast door de uitbater om op die manier de uitbating alsnog te voorzien tot de competitiewedstrijden van de sportclubs voorbij zijn (einde april 2025) en de sportclubs niet volledig in de kou te laten staan.

Op donderdagavond 8 mei wenst het gemeentebestuur een jongereninfoavond te laten plaatsvinden in de cafetaria van de sporthal en op zaterdag 24 en zondag 25 mei zal het turnfeest van Tunrkring Alken nog plaatsvinden.

Op zaterdag 14 juni zal er nog een interclub van de taekwondo plaatsvinden.

Benji heeft aangegeven dat hij voor de 3 events in mei en juni de cafetaria nog openstelt.

Daarnaast wil de huidige uitbater bekijken om de uitbating verder te zetten indien de nieuwe concessieovereenkomst voldoende versoepelingen bevatten zodat het voor hem rendabel kan zijn.

Indien niet, zal de huidige uitbater tijdig de cafetaria leeg moeten maken zodat er een uittredende plaatsbeschrijving kan plaatsvinden na het laatste event van 14 juni 2025 en voor 1 juli 2025.

De uitbater dient de nodige verplichte contracten (verzekeringen etc.) voor de uitbating te laten doorlopen tot na 14 juni 2025.

Juridische grond

Concessieovereenkomst cafetaria de alk te Alken 16 juni 2020.

SC 3 mei 2023 (addendum - wijziging ondernemingsnummer).

DLB art. 56 regelt bevoegdheden college.

Adviezen

Niet van toepassing.

Argumentatie

De uitbater heeft aangegeven dat hij voor de 3 events in mei en juni de cafetaria nog openstelt. (zie mail in bijlage)

De uitbater dient bepaalde contracten verplicht te laten doorlopen waardoor bepaalde kosten ook nog blijven doorlopen. Het is zo dat in het verleden tussen de uitbater en de desbetreffende sportclubs afspraken werden gemaakt zodat ook de sportclubs een bepaalde vergoeding ontvingen voor het drankverbruik tijdens deze evenementen.

Daarom voorstel om voor de maanden mei en juni geen concessievergoeding te vragen.

Benji heeft de cafetaria sinds februari beperkt opengehouden om de sportclubs niet in de kou te zetten en wil graag deze overeenkomst in schoonheid ook afsluiten.

Naast de stopzetting is het ook de bedoeling om de nieuwe (versoepelde) concessieovereenkomst cafetaria sporthal te agenderen voor de GR van april. Daarom is er volgende week een sportraad (via teams op dinsdagavond 7april) om de nieuwe concessie te bespreken samen met de selectie- en gunningscriteria.

Er werden bij verschillende buurgemeentes concessieovereenkomsten opgevraagd om een zicht te krijgen om huurvergoedingen en afspraken elders.

Indien de aangepast concessieovereenkomst naar de gemeenteraad van april kan gaan hebben we de volledige maand mei voor de  publicatie en maand juni voor  de beoordeling (gesprekken kandidaten en toewijzing SC) zodat de nieuwe uitbater (indien er een uitbater is) de maand juli heeft om de cafetaria voor te bereiden om bij de start van het nieuwe seizoen te openen.

Benji kan na de gemeenteraad van april meteen bekijken of de nieuwe concessie voor hem interessant is of niet. Indien niet, zal de huidige uitbater tijdig de cafetaria leeg moeten maken zodat er een uittredende plaatsbeschrijving kan plaatsvinden na het laatste event van 14 juni 2025 en voor 1 juli 2025.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen is akkoord om in onderling overleg de huidige concessieovereenkomst te beëindigen vanaf 1 mei 2025.

Artikel 2: De in artikel 1 vermelde principiële goedkeuring geldt enkel onder volgende opschortende voorwaarden:

-uitbating te voorzien voor de jongereninfoavond op donderdagavond 8 mei georganiseerd door het gemeentebestuur Alken

-uitbating te voorzien tijdens het turnfeest op zaterdag 24 en zondag 25 mei van Turnkring Alken

-uitbating te voorzien tijdens de interclub van de Taekwondo Chingu Alken op zaterdag 14 juni

-de concessionaris dient de nodige verplichte contracten te behouden tot na de datum van de laatste activiteit.

Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen is akkoord om geen concessievergoeding aan te rekenen voor de maanden mei en juni 2025.

Artikel 4:De effectieve uittreding en de uittredende plaatsbeschrijving zal ten vroegste maandag 16 juni 2025 gebeuren en dient voor 1 juli 2025 in orde te zijn.

Zitting van 09 04 2025

Ferm Alken dance 4 fun - gebruik grote zaal Gc Taeymans

In de zitting van 14 juni 2023 besliste het college van burgemeester en schepenen dat Ferm Alken Centrum gebruik mocht maken van de grote zaal in gc Taeymans aan het tarief van de grote feestzaal van gc Sint Jorisheem tot einde 2023, voor haar wekelijkse danslessen.

De bestuursleden die deze danslessen binnen Ferm Alken Centrum organiseerden, hebben in overleg met de vereniging en de koepel van Ferm, een andere vereniging opgericht met name Ferm Alken Dance 4 fun. Ondertussen is deze nieuwe vereniging Ferm Alken Dance 4 fun ook door de cultuurraad erkend als vereniging.

Feiten en context

In de zitting van 14 juni 2023 besliste het college van burgemeester en schepenen dat Ferm Alken Centrum gebruik mocht maken van de grote zaal in gc Taeymans aan het tarief van de grote feestzaal van gc Sint Jorisheem tot einde 2023, voor haar wekelijkse danslessen.

De bestuursleden die deze danslessen binnen Ferm Alken Centrum organiseerden, hebben in overleg met de vereniging en de koepel van Ferm, een andere vereniging opgericht met name Ferm Alken Dance 4 fun. Ondertussen is deze nieuwe vereniging Ferm Alken Dance 4 fun ook door de cultuurraad erkend als vereniging.

Juridische grond

DLB art. 56 regelt bevoegdheden college.

Sc besluit van 14 juni 2023.

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Het besluit dat door het college van burgemeester en schepenen in juni 2023 werd genomen, had betrekking op de vereniging ' Ferm Alken Centrum ', voor de organisatie van de wekelijkse danslessen.   De initiële vraag van de vereniging toen was, om tot de afbraak van gemeenschapscentrum Taeymans gebruik te mogen maken van de zaal aan het tarief van de grote feestzaal in gemeenschapscentrum Sint Jorisheem. Het besluit werd in juni '23 genomen tot eind '23 om een einddatum te hebben.

Vandaag organiseert Ferm Alken Centrum deze danslessen niet meer, maar is er in onderling overleg en met ondersteuning van de koepel Ferm een nieuwe vereniging opgericht Ferm Alken Dance 4 fun. Deze vereniging werd in de zitting van de cultuurraad van 17 februari '25 ook erkend als vereniging.  Omdat er initieel vanuit gegaan werd dat er toestemming werd gegeven tot de afbraak van gc Taeymans, maar dat zo niet beslist werd, wordt aan het college van burgemeester en schepenen opnieuw gevraagd om gebruik te mogen maken van de grote zaal in gemeenschapscentrum Taeymans aan de tarief van de grote feestzaal van gemeenschapscentrum Sint Jorisheem tot aan de afbraak van Taeymans. Indien dansclub Volentis eerder stopt en de grote feestzaal in gemeenschapscentrum Sint Jorisheem komt vrij, wordt hiervan gebruik gemaakt.

Aan het college van burgemeester en schepenen wordt gevraagd om het eerder genomen besluit te wijzigen op de juiste vereniging en de termijn te verlengen tot aan de afbraak van gemeenschapscentrum Taeymans.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen geeft de toestemming aan Ferm Alken Centrum en vanaf de erkenning van Ferm Alken Dance 4 fun (februari 2025) de toelating om vanaf 1 januari 2024 gebruik te mogen maken van de grote zaal in gemeenschapscentrum Taeymans voor haar wekelijkse danslessen, aan het tarief van de grote feestzaal van gemeenschapscentrum Sint Jorisheem en dit tot zolang gemeenschapscentrum Taeymans nog in gebruik is.

Artikel 2 : Het college van burgemeester en schepenen beslist dat Ferm Alken Dance 4 fun gebruik mag maken van kraantjeswater. Alle andere dranken zijn verplicht af te nemen van het gemeenschapscentrum en mogen niet meegebracht worden, conform het gebruikersreglement GCA.

Artikel 3 : Het college van burgemeester en schepenen gaat akkoord dat de verwarming in gemeenschapscentrum Taeymans tijdig wordt opgezet (rekening houdende met de weersomstandigheden...).

Zitting van 09 04 2025

Organisatie Boktopus op 10 mei 2025

Chiro Jokadi wenst op zaterdag 10 mei 2025 vanaf 21u de fuif Boktopus te organiseren in gc. Taeymans. Checklist in bijlage. Zij vragen een sluitingsuur aan om 03u en daarnaast vragen ze een geluidslimiet aan met als maximumnorm 95 dB(A)LAeq,15min.

Zij vragen toelating voor het plaatsen van publiciteitsborden naast de Alkense gewest- en gemeentewegen. Zij wensen bovendien een vergunning aan te vragen voor het schenken van sterke dranken.

Feiten en context

Chiro Jokadi wenst op zaterdag 10 mei 2025 vanaf 21u de fuif Boktopus te organiseren in gc. Taeymans. Checklist in bijlage. Zij vragen een sluitingsuur aan om 03u en daarnaast vragen ze een geluidslimiet aan met als maximumnorm 95 dB(A)LAeq,15min.

Zij vragen toelating voor het plaatsen van publiciteitsborden naast de Alkense gewest- en gemeentewegen. Zij wensen bovendien een vergunning aan te vragen voor het schenken van sterke dranken.

Juridische grond

Het gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS) van 1 januari 2023.

Het gebruikersreglement van de gemeenschapscentra van 1 april 2023.

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​

Adviezen

Advies van de politie: toegevoegd in bijlage.

Argumentatie

Met het oog op een veilig en goed verloop van de organisatie van een evenement is een schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en schepen nodig. Op basis van het ingediende dossier kan de organisatie goedgekeurd worden op voorwaarde dat:

●        Zij een erkende bewakingsfirma inschakelen.

●        Zij een vergunning ontvangen voor het schenken van sterke dranken op voorwaarde dat:

○        Zij het verdelen van de polsbandjes, die de leeftijdscategorieën -16, +16 en +18 onderscheiden en het toepassen van het systeem ervan correct en nauwgezet doen.

○        Dat een meerderjarig persoon toezicht houdt op het schenken van sterke dranken aan de juiste leeftijdscategorie.

●        Bij de organisatie van een evenement in één van de gemeentelijke gemeenschapscentra dient het gebruikersreglement van de gemeenschapscentra toegepast te worden.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Chiro Jokadi voor de organisatie van de fuif Boktopus op zaterdag 10 mei 2025 in gc. Taeymans. Het uiterlijke sluitingsuur wordt vastgelegd op 03u en het maximale geluidsvolume is 95 dB(A)LAeq,15min.

Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen verleent een vergunning voor het schenken van sterke dranken op voorwaarde dat:

●        Zij het verdelen van de polsbandjes, die de leeftijdscategorieën -16, +16 en +18 onderscheiden en het toepassen van het systeem ervan correct en nauwgezet doen.

●        Dat een meerderjarig persoon toezicht houdt op het schenken van sterke dranken aan de juiste leeftijdscategorie.

Bij de organisatie van een evenement in één van de gemeentelijke gemeenschapscentra dient het gebruikersreglement van de gemeenschapscentra toegepast te worden.

Artikel 3: De organisator is steeds de eindverantwoordelijke en dient de nodige maatregelen te nemen zodat de wettelijke bepalingen inzake geluidsoverlast, rookverbod en de verkoop van drank aan jongeren nageleefd worden.

Artikel 4: De organisator dient het advies van de politie te volgen. Dit wordt toegevoegd als bijlage aan het besluit.

Artikel 5: Het college van burgemeester en schepenen geeft toelating voor de plaatsing van publiciteitsborden naast de Alkense gemeente- en gewestwegen op de voorgestelde plaatsen op voorwaarde dat er voor de gewestwegen ook een vergunning wordt afgeleverd door het agentschap wegen en verkeer. De publiciteitsborden naast gemeentewegen mogen max. 6 weken op voorhand geplaatst worden en dienen ten laatste een week na de activiteit opgeruimd te worden. Voor de borden naast gewestwegen geldt de vergunning van het agentschap wegen en verkeer.

Artikel 6: De organisator dient via een bewonersbrief de bewoners in de nabije omgeving van het evenement op de hoogte te brengen. Bezorg een kopie van de brief aan de Dienst Communicatie ter goedkeuring: communicatie@alken.be. Gelieve in de bewonersbrief steeds naam en gsm nummer van de verantwoordelijke te vermelden zodat men bij opmerkingen of vragen iemand kan bereiken.

Zitting van 09 04 2025

Organisatie Cristal Alken Classic op 7 juni 2025

Fietsclub Cristal Alken vzw wenst op zaterdag 7 juni 2025 van 6u30 tot 19u de Cristal Alken Classic te organiseren. De Cristal Alken Classic is een fietstocht voor wielertoeristen en recreanten met vertrek in de brouwerijen Alken-Maes tussen 7u en 12u en aankomst in de brouwerij. Deelnemers kunnen kiezen tussen verschillende afstanden van 35km en 170km. Checklist in bijlage. Zij vragen tevens toelating voor het uitwerken van een verkeersregeling en vragen politiebegeleiding aan. Zij vragen tenslotte toelating voor het plaatsen van publiciteitsborden naast de Alkense gewest- en gemeentewegen.

Feiten en context

Fietsclub Cristal Alken vzw wenst op zaterdag 7 juni 2025 van 6u30 tot 19u de Cristal Alken Classic te organiseren. De Cristal Alken Classic is een fietstocht voor wielertoeristen en recreanten met vertrek in de brouwerijen Alken-Maes tussen 7u en 12u en aankomst in de brouwerij. Deelnemers kunnen kiezen tussen verschillende afstanden van 35km en 170km. Checklist in bijlage. Zij vragen tevens toelating voor het uitwerken van een verkeersregeling en vragen politiebegeleiding aan. Zij vragen tenslotte toelating voor het plaatsen van publiciteitsborden naast de Alkense gewest- en gemeentewegen

Juridische grond

Het gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS) van 1 januari 2023.

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​

Adviezen

Advies van de politie: toegevoegd als bijlage.

Argumentatie

Met het oog op een veilig en goed verloop van de organisatie van een evenement is een schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en schepen nodig. Op basis van het ingediende dossier kan de organisatie goedgekeurd worden.

Het is aangewezen een verkeersregeling uit te werken.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1:Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Fietsclub Cristal Alken vzw om op zaterdag 7 juni 2025 van 6u30 tot 19u de Cristal Alken Classic te organiseren. De Cristal Alken Classic is een fietstocht voor wielertoeristen en recreanten met vertrek in de brouwerijen Alken-Maes tussen 7u en 12u en aankomst in de brouwerij. Deelnemers kunnen kiezen tussen verschillende afstanden van 35km en 170km.

Artikel 2: Er dient rekening gehouden te worden met het advies van de politie. Het advies wordt als bijlage toegevoegd aan het besluit.

Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen geeft toelating voor de plaatsing van publiciteitsborden naast de Alkense gemeente- en gewestwegen op de voorgestelde plaatsen op voorwaarde dat er voor de gewestwegen ook een vergunning wordt afgeleverd door het agentschap wegen en verkeer. De publiciteitsborden naast gemeentewegen mogen max. 6 weken op voorhand geplaatst worden en dienen ten laatste een week na de activiteit opgeruimd te worden. Voor de borden naast gewestwegen geldt de vergunning van het agentschap wegen en verkeer.

Artikel 4: Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating voor het opmaken van een verkeersregeling.

Artikel 5: De organisator dient via een bewonersbrief de bewoners in de nabije omgeving van het evenement op de hoogte te brengen. Bezorg een kopie van de brief aan de Dienst Communicatie ter goedkeuring: communicatie@alken.be. Gelieve in de bewonersbrief steeds naam en gsm nummer van de verantwoordelijke te vermelden zodat men bij opmerkingen of vragen iemand kan bereiken.

Zitting van 09 04 2025

Organisatie Jeneverwandeling op 17 mei 2025

De oudleiding van Scouts en Gidsen Alken wenst op zaterdag 17 mei 2025 van 14u tot 20u een jeneverwandeling te organiseren. Zij zouden de deelnemers graag ontvangen in de Julie (Smeets) stretchtent, aan de boom in de Bengelbeemd ter herdenking van Julie Smeets. Ze zullen de deelnemers dan begeleiden richting de Mombeekvallei, waar de deelnemers een wandeling van 3,5 of 7,5 km kunnen maken. Scouts en gidsen vraagt eveneens toestemming om een 3-tal jeneverstandjes op te mogen richten langs de wandelroutes. Na de wandeling komen de deelnemers weer aan in de Bengelbeemd, waar ze een hapje en drankje kunnen consumeren. Er zal geen muziek gespeeld worden. Zij wensen tevens sterke dranken te serveren en wensen via de checklist aan hun meldingsplicht te voldoen. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt toelating gevraagd voor deze activiteit.

Feiten en context

De oud-leiding van Scouts en Gidsen Alken wenst op zaterdag 17 mei 2025 van 14u tot 20u een jeneverwandeling te organiseren. Zij zouden de deelnemers graag ontvangen in de Julie (Smeets) stretch-tent, aan de boom in de Bengelbeemd ter herdenking van Julie Smeets. Ze zullen de deelnemers dan begeleiden richting de Mombeekvallei, waar de deelnemers een wandeling van 3,5 of 7,5 km kunnen maken. Scouts en gidsen vraagt eveneens toestemming om een 3-tal jeneverstandjes op te mogen richten langs de wandelroutes. Na de wandeling komen de deelnemers weer aan in de Bengelbeemd, waar ze een hapje en drankje kunnen consumeren. Er zal geen muziek gespeeld worden. Zij wensen tevens sterke dranken te serveren en wensen via de checklist aan hun meldingsplicht te voldoen. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt toelating gevraagd voor deze activiteit.

Juridische grond

Het gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS) van 1 januari 2023.

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​

Adviezen

Advies van de politie: toegevoegd als bijlage.

Argumentatie

Met het oog op een veilig en goed verloop van de organisatie van een evenement is een schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en schepen nodig. Op basis van het ingediende dossier kan de organisatie goedgekeurd worden.

Een vergunning verlenen voor het schenken van sterke dranken op voorwaarde dat:

●        Zij het verdelen van de polsbandjes, die de leeftijdscategorieën -16, +16 en +18 onderscheiden en het toepassen van het systeem ervan correct en nauwgezet doen.

●        Dat een meerderjarig persoon toezicht houdt op het schenken van sterke dranken aan de juiste leeftijdscategorie.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1: Scouts en Gidsen organiseert op zaterdag 17 mei 2025 van 14u tot 20u een jeneverwandeling. Zij ontvangen de deelnemers in de Julie (Smeets) stretchtent, aan de boom in de Bengelbeemd ter herdenking van Julie Smeets. Ze zullen de deelnemers dan begeleiden richting de Mombeekvallei, waar de deelnemers een wandeling van 3,5 of 7,5 km kunnen maken.  Na de wandeling komen de deelnemers weer aan in de Bengelbeemd, waar ze een hapje en drankje kunnen consumeren. Er zal geen muziek gespeeld worden. Het college van burgemeester en schepenen geeft toelating voor de organisatie van het evenement alsook krijgt Scouts en gidsen de toestemming om een 3-tal jeneverstandjes op te mogen richten langs de wandelroutes.

Artikel 2: Er dient rekening gehouden te worden met het advies van de politie. Het advies wordt als bijlage toegevoegd aan het besluit.

Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen verleent een vergunning voor het schenken van sterke dranken op voorwaarde dat:

●        Zij het verdelen van de polsbandjes, die de leeftijdscategorieën -16, +16 en +18 onderscheiden en het toepassen van het systeem ervan correct en nauwgezet doen.

●       Dat een meerderjarig persoon toezicht houdt op het schenken van sterke dranken aan de juiste leeftijdscategorie.

Zitting van 09 04 2025

Organisatie Oldtimer Vesparit 21 september 2025

Vespa Club Hasselt wenst op zondag 21 september 2025 van 9u tot 18u een vesparit door Haspengouw voor Oldtimer scooters te organiseren. Start en aankomst zijn gepland bij Café De Sportwereld. Checklist in bijlage. Zij willen hiervoor graag een gedeelte van het Laagdorp vrijhouden en/of eventueel een stukje van de Koutermanstraat. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt toelating gevraagd voor de organisatie van dit evenement.

Feiten en context

Vespa Club Hasselt wenst op zondag 21 september 2025 van 9u tot 18u een vesparit door Haspengouw voor Oldtimer scooters te organiseren. Start en aankomst zijn gepland bij Café De Sportwereld. Checklist in bijlage. Zij willen hiervoor graag een gedeelte van het Laagdorp vrijhouden en/of eventueel een stukje van de Koutermanstraat. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt toelating gevraagd voor de organisatie van dit evenement.

Juridische grond

Het gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS) van 1 januari 2023.

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​

Adviezen

Advies van de politie: toegevoegd als bijlage.

Argumentatie

Met het oog op een veilig en goed verloop van de organisatie van een evenement is een schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en schepen nodig. Op basis van het ingediende dossier kan de organisatie goedgekeurd worden.

Het is aangewezen een verkeersregeling uit te werken.

De organisatie dient rekening te houden met de eventuele werken n.a.v. het project Alken Vallei en dient af te stemmen met de dienst vrije tijd of het evenement kan doorgaan zoals gewenst.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1:Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating aan Vespa Club Hasselt om op zondag 21 september 2025 van 9u tot 18u een vesparit door Haspengouw voor Oldtimer scooters te organiseren. Start en aankomst zijn gepland bij Café De Sportwereld.

Artikel 2: Er dient rekening gehouden te worden met het advies van de politie. Het advies wordt als bijlage toegevoegd aan het besluit.

Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen verleent toelating voor het opmaken van een verkeersregeling. De organisatie dient rekening te houden met de eventuele werken n.a.v. het project Alken Vallei en dient af te stemmen met de dienst vrije tijd of het evenement kan doorgaan zoals gewenst.

Artikel 4: De organisator dient via een bewonersbrief de bewoners in de nabije omgeving van het evenement op de hoogte te brengen. Bezorg een kopie van de brief aan de Dienst Communicatie ter goedkeuring: communicatie@alken.be. Gelieve in de bewonersbrief steeds naam en gsm nummer van de verantwoordelijke te vermelden zodat men bij opmerkingen of vragen iemand kan bereiken.

Zitting van 09 04 2025

Verkeersregeling Kermis St.-Joris 26, 27 en 28 april 2025

Op zaterdag 26 april, zondag 27 april en maandag 28 april 2025 gaat in Sint-Joris de jaarlijkse kermis door. De kermis neemt plaats op de parking aan het gemeenschapscentrum St.-Jorisheem en op de parkeerplaatsen aan de zijkant van de kerk. Hierdoor is het aangewezen om van dinsdag 22 april 2025 om 14u tot en met dinsdag 29 april 2025 om 12u de parking van gemeenschapscentrum St.-Jorisheem en de parkeerplaatsen aan de zijkant van de kerk af te sluiten voor het verkeer. (zie schets in bijlage). Er geldt een parkeerverbod. Het gemeentelijk domein wordt gebruikt voor het plaatsen van de kermis. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt toelating gevraagd voor deze verkeersregeling.

Feiten en context

Op zaterdag 26 april, zondag 27 april en maandag 28 april 2025 gaat in Sint-Joris de jaarlijkse kermis door. De kermis neemt plaats op de parking aan het gemeenschapscentrum St.-Jorisheem en op de parkeerplaatsen aan de zijkant van de kerk. Hierdoor is het aangewezen om van dinsdag 22 april 2025 om 14u tot en met dinsdag 29 april 2025 om 12u de parking van gemeenschapscentrum St.-Jorisheem en de parkeerplaatsen aan de zijkant van de kerk af te sluiten voor het verkeer. (zie schets in bijlage). Er geldt een parkeerverbod. Het gemeentelijk domein wordt gebruikt voor het plaatsen van de kermis. Aan het college van burgemeester en schepenen wordt toelating gevraagd voor deze verkeersregeling.

Juridische grond

De wet betreffende de politie over het wegverkeer;

Het KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het KB van 20 juli 1990;

De bepalingen van het decreet lokaal bestuur;

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​

Adviezen

Gunstig advies van de technische dienst

Argumentatie

Met het oog op het veilig kunnen plaatsen van de kermis dienen bijzondere maatregelen getroffen te worden en dient een verkeersregeling toegepast te worden.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1: Op zaterdag 26 april, zondag 27 april en maandag 28 april 2025 gaat in Sint-Joris de jaarlijkse kermis door. De kermis neemt plaats op de parking aan het gemeenschapscentrum St.-Jorisheem en op de parkeerplaatsen aan de zijkant van de kerk. Het college van burgemeester en schepen geeft toelating om van dinsdag 22 april 2025 om 14u tot en met dinsdag 29 april 2025 om 12u de parking van gemeenschapscentrum St.-Jorisheem en de parkeerplaatsen aan de zijkant van de kerk af te sluiten voor het verkeer. (zie schets in bijlage). Er geldt een parkeerverbod. Het gemeentelijk domein wordt gebruikt voor het plaatsen van de kermis.

Artikel 2: De nodige signalisatie wordt door de organisatie wettelijk te worden aangebracht.

Artikel 3: De borden parkeerverbod dienen uiterlijk binnen de 24 uren voor het ingaan van de verkeersregeling geplaatst te worden.

Artikel 4: De organisator is verantwoordelijk om het openbaar domein net en rein achter te laten na het evenement.

Artikel 5: Een afschrift van dit besluit zal worden overgemaakt aan het hoofd operationele diensten politiezone kanton Borgloon, het wijkteam Alken, de brandweer, De Lijn, de technische dienst van de gemeente en de organisator.

Zitting van 09 04 2025

Verkeersregeling Paasmarkt 19 april 2025

Op zaterdag 19 april van 10u tot 16u organiseert Mevr. Sofie Thijs (Fieke) een Paasmarkt op het Laagdorp, Kerkplein, St.-Aldegondislaan en eventueel Koutermanstraat. Afhankelijk van het aantal ingeschreven standhouders wordt bekeken welke zones ingenomen zullen worden. Signalisatieplan in bijlage.

Feiten en context

Op zaterdag 19 april van 10u tot 16u organiseert Mevr. Sofie Thijs (Fieke) een Paasmarkt op het Laagdorp, Kerkplein, St.-Aldegondislaan en eventueel Koutermanstraat. Afhankelijk van het aantal ingeschreven standhouders wordt bekeken welke zones ingenomen zullen worden. Signalisatieplan in bijlage.

Juridische grond

De wet betreffende de politie over het wegverkeer;

Het KB van 1 december 1975 houdende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en het KB van 20 juli 1990;

De bepalingen van het decreet lokaal bestuur;

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​

Adviezen

Advies van de technische dienst: wordt nog doorgestuurd naar de organisatie

Advies van De Lijn: wordt nog doorgestuurd naar de organisatie

Advies van de politie: wordt nog doorgestuurd naar de organisatie

Advies van AWV (afdeling Wegen en Verkeer): wordt nog doorgestuurd naar de organisatie

Argumentatie

Met het oog op het veilig kunnen organiseren van het evenement dienen bijzondere maatregelen getroffen te worden en dient een verkeersregeling toegepast te worden.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

Besluit

Artikel 1: Op zaterdag 19 april van 10u tot 16u organiseert Mevr. Sofie Thijs (Fieke) een Paasmarkt op het Laagdorp, Kerkplein, St.-Aldegondislaan en eventueel Koutermanstraat. Afhankelijk van het aantal ingeschreven standhouders wordt bekeken welke zones ingenomen zullen worden. Signalisatieplan in bijlage.

Artikel 2: De nodige signalisatie wordt door de organisatie wettelijk te worden aangebracht.

Artikel 3: De borden parkeerverbod dienen uiterlijk binnen de 24 uren voor het ingaan van de verkeersregeling geplaatst te worden.

Artikel 4: De organisator is verantwoordelijk om het openbaar domein net en rein achter te laten na het evenement.

Artikel 5: Een afschrift van dit besluit zal worden overgemaakt aan de dienst evenementen politiezone LRH, de brandweer, De Lijn, de technische dienst van de gemeente en de organisator.

Zitting van 09 04 2025

HHR sportraad

Besluit

Zitting van 09 04 2025

Subsidieaanvraag Alken United

Besluit

Zitting van 09 04 2025

Tussenkomst zwemmen in Stad Hasselt

Besluit

Zitting van 09 04 2025

Advies CBS inzake omgevingsvergunning G15

Adviesvraag van de Vlaamse Overheid aangaande een aanvraag omgevingsvergunning over: de uitvoering van riolerings- en wegeniswerken en de wijziging van de rooilijn, ingediend door Christiane De Decker namens AQUAFIN NV gevestigd te Dijkstraat 8 te 2630 Aartselaar. De aanvraag heeft betrekking op een perceel gelegen Kapelstraat 63, Lindestraat 1, 5, 7, 8, 9, 9A, 10, 11, 12, 13, 13A, 13Z, 14, 19, 21, 23, 25, 25A, 27, 28, 29, 30, 36, 42, 43, 44, 46, 48, 50, 53, 56, 58, 60, 60A, 62, 66, 70, 72, 74, 76, 78, 81, 87, 92, 93, 94, 98, 105, 107, 109, 114, 116, 118, 120, 122, 128, 130, 132, 134 en Steenweg 204 kadastraal gekend als afdeling 1 sectie A nrs. 350G, 597F, 597D,  sectie B nrs. 197H, 203N, 203M, 203L, 203Y, 203K, 203W, 203X, 203A2, 204M, 204P, 204N, 205_, 264A, 266E, 273E, 277F, 285B, 288A, 302P, 304P, 307E, 308W, 315T, 316K, 318A2, 319F, 322E, 322D, 322F, 323A, 533V, 533X, 533N, 534A2, 534B2, 534L, 534V, 588P, 590A, 590C, 592M, 592K, 595H, 596V, 596C2, 775B, 775A,  sectie K nrs. 1N, 1P, 4P, 4F, 5G, 5F, 42E, 44K, 44N, 45K, 49C, 49E, 49D, 49B, 50D, 50F, 51E, 51F, 52E, 52G, 52K, 181F, 182F, 220E, 227P, 227V, 227G, 232C, 232D, 234K, 234G, 234B, 238R2, 238V2, 238K2, 238A2, 238H2, 238S2, 238F2, 238G2, 238Z, 244M2 en 244L2.  Dit dossier werd ingediend bij de Vlaamse Overheid.

ADVIES VAN HET COLLEGE VAN VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR VAN DE GEMEENTE ALKEN

1.a. Aanvraag

1.b. Omschrijving aanvraag

De uitvoering van riolerings- en wegeniswerken en de wijziging van de rooilijn.

Deze aanvraag omvat zowel stedenbouwkundige, milieutechnische en vegetatiewijzigingen.

De werkzaamheden kaderen in het heraanleggen van riolerings- en wegenisinfrastructuur en aanverwante infrastructuur in de Lindestraat (en aangrenzende delen van de Kapelstraat en Deversveldstraat).

Werken

Volgende stedenbouwkundige handelingen worden aangevraagd:

●        Ontbossen van terrein in het kader van vergrote overstromende oppervlakte

●        Opbreken riolering en verharding binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

●        Aanleg verharding > 300m² en binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

●        Aanleg riolering binnen 5 meter zone waterloop en graven grachten

●        Tijdelijke inrichting van een terrein voor grondverbetering

●        Afgraven overstromingsgebied opp. 4334m² + nivellering reliëf > 0,50 meter

●        Dempen van grachten

●        Tijdelijke inbuizing gracht in functie van toegankelijkheid TVGB

Rubrieken

Volgende inrichtingen of activiteiten zijn opgenomen in de Bijlage 1. Indelingslijst van de VLAREM II en worden aangevraagd:

Vegetatiewijziging

Volgende vegetatiewijziging wordt aangevraagd:

●        Ontbossing met oppervlakte 2778m²

1.c. Ligging volgens de plannen van aanleg en bijhorende voorschriften

Overwegende dat het goed ligt in het gewestplan Hasselt-Genk, koninklijk besluit van 3 april 1979 – deels woongebied met landelijk karakter – deels agrarisch gebied – deels landschappelijk waardevol agrarisch gebied – deels parkgebied.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De woongebieden met een landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven;

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

De landschappelijke waardevolle gebieden zijn gebieden waarvoor bepaalde beperkingen gelden met het doel het landschap te beschermen of aan landschapsontwikkeling te doen. In deze gebieden mogen alle handelingen en werken worden uitgevoerd die overeenstemmen met de in grondkleur aangegeven bestemming, voor zover zij de schoonheidswaarde van het landschap niet in gevaar brengen.

De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn bestemd om zodanig ingericht

te worden, dat ze, in de al dan niet verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen

vervullen.

(KB van 28.12.72 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg en/of Ruimtelijk uitvoeringsplan.

Verordeningen:

●        Overwegende dat het Vlaams Gewest een geïntegreerd rioleringsbeleid wenst te realiseren; dat het hergebruik van het hemelwater gevraagd wordt in het Besluit van de Vlaamse regering van 29.06.1999 en de gemeentelijke verordening van 27.04.2001;

●        Overwegende dat op 29.04.1997 een algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer werd goedgekeurd;

●        Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (BVR 5/6/2009 - B.S. 2/9/2009)

●        Overwegende dat het besluit van de Vlaamse regering van 10.02.2023 houdende de vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater, dient gevolgd te worden.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 25.10.2002 een politieverordening inzake het splitsen van ééngezinswoningen naar tweewoonsten heeft goedgekeurd.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 24.11.2022 een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het aanleggen van parkeerplaatsen heeft goedgekeurd.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 24.03.2016 een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake vrijstelling van vergunningsplicht heeft goedgekeurd.

1.d. Procedureverloop

1.f. Historiek

De aanvraag handelt over de herinrichting van het openbaar domein van de Lindestraat, een tijdelijke inrichting voor grondverbetering en het herinrichten van een overstromingszone van de Kozenbeek.

Er zijn geen relevante voorgaande vergunningen.

2.a. Beschrijving van de bouwplaats, de omgeving en de aanvraag

De omgevingsvergunningsaanvraag beoogt de realisatie van een gescheiden rioleringsstelsel, inclusief de aanleg van de wegenis ter hoogte van de Lindestraat. Dit project zal de vuilvracht van 170 IE’s (= inwonersequivalenten) van de Lindestraat in Alken saneren en aansluiten op de bestaande afwaartse zuiveringsinfrastructuur. Het projectgebied loopt vanaf de Kozenbeek (waterloop cat 2 , beheer: Watering de Herk) en sluit aan op de N722 Steenweg. Er wordt ook een deel van de Kapelstraat tot huisnummer 25 en de Deversveldstraat tot huisnummer 25 meegenomen. Het project wordt in 2 subprojecten opgesplitst t.h.v. Lindestraat 78. Het noordelijk deel is een project van Aquafin. Het zuidelijk deel is een project van Fluvius, met dus ook een deel van de Kapelstraat en de Deversveldstraat. Aquafin fungeert als overkoepelende aanvrager.

De aanvraag omvat een aantal stedenbouwkundige handelingen:

●        Ontbossen van terrein in het kader van vergrote overstromende oppervlakte

●        Opbreken riolering en verharding binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

●        Aanleg verharding > 300m² en binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

●        Aanleg riolering binnen 5 meter zone waterloop en graven grachten

●        Tijdelijke inrichting van een terrein voor grondverbetering

●        Afgraven overstromingsgebied opp. 4334m² + nivellering reliëf > 0,50 meter

●        Dempen van grachten

●        Tijdelijke inbuizing gracht in functie van toegankelijkheid TVGB

Tijdelijk is een bemaling vereist om de rioleringsaanleg mogelijk te maken. Daarnaast is er de vegetatiewijziging door het verwijderen van een bos met compenserende maatregel door een heraanplant.

De werken zullen  zich situeren op het openbaar domein (of toekomstig openbaar domein). De noodzakelijke verwervingen zullen uitgevoerd moeten worden alvorens de werken van start gaan. 

2.b. Verenigbaarheid met voorschriften inzake ruimtelijke ordening (ruimtelijke uitvoeringsplannen, plannen van aanleg, verkavelingsvoorschriften, verordeningen, …) en milieu (vogel- en habitatrichtlijn, biologische waardering, …)

De aanvraag is gelegen binnen parkgebied, agrarisch gebied, woongebied met landelijk karakter en landschappelijke waardevol agrarisch gebied en is in overeenstemming met het geldende gewestplan.

De percelen zijn niet gesitueerd binnen een gemeentelijk of provinciaal RUP

De aanvraag is in overeenstemming met de bepalingen van het gewestplan en de RUP’s.

Echter voor het deel dat er geen overeenstemming is met de voorliggende plannen kan er toepassing gemaakt worden van artikel 4.4.7 § 2 VCRO in het kader van het algemeen belang en openbaar nut.

De Vlaamse Regering bepaalt welke handelingen van algemeen belang onder het toepassingsgebied van het eerste lid vallen. Ze kan ook de regels bepalen op basis waarvan kan worden beslist dat niet door haar opgesomde handelingen toch onder het toepassingsgebied van het eerste lid vallen.

Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, §2 en artikel 4.7.1, §2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en tot regeling van het vooroverleg met de Vlaamse Bouwmeester.

Hoofdstuk III De handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben of als dergelijke handelingen beschouwd worden

Art. 3 §1 De volgende handelingen zijn handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

De handelingen hebben betrekking op:

1° de aanleg, wijziging of uitbreiding van openbare fiets-, ruiter- en wandelpaden, en andere paden voor de zwakke weggebruiker;

9° de aanleg, wijziging of uitbreiding van ondergrondse leidingen die voor het openbaar net bedoeld zijn, en voorzieningen voor het verzamelen en afvoeren van hemel-, oppervlakte- en afvalwater en de

bijbehorende kleinschalige infrastructuur, zoals controlepunten, pomp- en overslagstations;

14° werfzones en tijdelijke (grond)stockages met het oog op de uitvoering van de handelingen, vermeld in punt 1° tot en met 13°.

Art. 3 §2 Naast de handelingen, vermeld in paragraaf 1, kunnen de volgende handelingen van algemeen belang beschouwd worden als handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, §2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De handelingen hebben betrekking op:

4° handelingen met betrekking tot bestaande of geplande openbare waterwegen of waterlopen, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur, zoals :

f) de handelingen met betrekking tot de berging of buffering voor rioleringsstelsels en regenwaterleidingen;

Een combinatie van de handelingen, vermeld in de paragrafen 1 en 2 of in paragraaf 2 alleen, kan ook beschouwd worden als een handeling van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact heeft als vermeld in artikel 4.4.7, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Vlaamse codex Ruimtelijke Ordening

Art. 4.4.7. §2. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening:

In een vergunning voor handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben, mag worden afgeweken van stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften. Handelingen van algemeen belang kunnen een ruimtelijk beperkte impact hebben vanwege hun aard of omvang, of omdat ze slechts een wijziging of uitbreiding van bestaande of geplande infrastructuren of voorzieningen tot gevolg hebben.

De Vlaamse Regering bepaalt welke handelingen van algemeen belang onder het toepassingsgebied van het eerste lid vallen. Ze kan ook de regels bepalen op basis waarvan kan worden beslist dat niet door haar opgesomde handelingen toch onder het toepassingsgebied van het eerste lid vallen.

De voorgestelde afwijkingen kunnen bijgevolg aanvaard worden gezien ze in overeenstemming zijn met de afwijkingsmogelijkheden voorzien in de Codex RO volgens artikel 4.4.7§2, handelingen van algemeen belang.  Uit het voorgaande kan besloten worden dat te handelingen van algemeen belang zijn, een beperkte ruimtelijke impact hebben en maximaal geïntegreerd zijn in het landschap.

2.c. Adviezen

Externe Adviezen

2.d. Bespreking van de adviezen

Externe Adviezen

Niet van toepassing.  Dit aspect wordt behandeld door de vergunningverlenende overheid.

2.e. Openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 27 februari 2025 tot 29 maart 2025.

Er werd een infovergadering georganiseerd op 11 maart 2025 aangaande het project.

Resultaat : geen petitielijsten, 39 schriftelijke bezwaren, geen schriftelijke gebundelde bezwaren, geen mondelinge bezwaren en 19 digitale bezwaren

Omschrijving van de inhoud van de ingediende bezwaren per thema

Inhoud van de bezwaren globaal per thema:

●        Helling van de oprit wordt steiler in het nieuwe terreinprofiel met als gevolg dat vrachtwagens niet meer op de oprit kunnen.

●        De plaatsing van een lijngoot tussen het fietspad en de oprit kan voor aanzienlijke wateroverlast zorgen

●        De breedte van de uitrijopeningen is niet afgeschuind, waardoor dit problemen geeft bij het uitrijden op de achterwielen.

●        De breedte van het fietspad lijkt willekeuring en niet afgestemd op de omgeving.

●        Verdere verfijning van de rooilijn

●        De plannen houden geen rekening met de aangepaste situatie van percelen

●        Het project heeft een negatieve impact op de aanwezige natuur, comfort van de aanpalenden en is geen verbetering van de verkeersveiligheid.

●        De nutsvoorzieningen zijn veel te dicht tegen de gebouwen, bij voorkeur te plaatsen onder het fietspad.

●        Geen parkeerplaats meer langs de weg.

●        Er is geen verharding voor de toegang tot achterliggende gronden die nodig is voor  landbouwtraktor en machines

●        Openbaarheid van bestuur:

○        Het gemeentebestuur heeft in deze aanvraag een aantal onderwerpen op vlak van mobiliteit niet bestudeerd

○        We werden pas 11 dagen na de start van het openbaar onderzoek ingelicht via een infomoment

○        Verkeerde informatie over perceelsgrenzen

●        Verkeersveiligheid:

○        Het omvat geen integraal plan voor de verkeersveiligheid

○        De mobiliteit van het doorgaand verkeer is onderzocht, niet de mobiliteit van het woon- en leefverkeer. Het autoverkeer krijgt vrij spel.

○        Het ontwerp ontraadt niet om minder snel te rijden.

○        De grote diversiteit aan weggebruikers staat in contract dat de voetganger het fietspad moet gebruiken. De impact van de schade is in de nieuwe situatie groter dan in de huidige situatie.

●        Ecologie, water en gevolgen voor mens en natuur:

○        Onvoldoende duidelijk of en welke bomen gerooid worden

○        De boscompensatie gebeurt op een niet directe afstand van de projectzone

○        Er ontstaat meer verharding door de nieuwe toestand

○        Overstromingen geven onvoldoende zekerheid over risico’s op overstromingen

○        Project in contract met de principes van de Blue Deal

○        Verregaande gezondheidsklachten tijdens de werken mogelijk

●        Leefkwaliteit:

○        Sluipverkeer wordt aangemoedigd door de nieuwe situatie

○        Verlies van groene en landelijke zichten

○        Veel geluidsoverlast reeds van bestaande weg

○        Het ontwerp houdt geen rekening met bezoekersparkeren, bewonersparkeren

●        Het project zorgt niet voor een verbeterde woon- en leefsituatie

●        Het landelijk karakter en esthetiek gaat verloren

●        Het psychologisch welzijn van en impact van het project op de inwoners wordt minimaal in acht genomen

●        De verplaatsing van de rooilijnen en resulterende (gedeeltelijke) onteigening is zeer belastend en discriminerend

●        De kostprijs door het verplaatsen van de rooilijnen neemt expansief toe

●        Het rooilijnenplan gaat in tegen doelstellingen van het ‘Fietsvademecum’ en het Mobiliteitsplan Alken

●        Het rechttrekken van de weg zal geen snelheidsbeperking in de hand werken, integendeel

●        Het fietspad tegen de talud plaatsen zorgt voor een gevaarlijke verkeerssituatie

●        Bescherming nodig van oude bomen in de zone die onteigent dreigt te worden

●        Er wordt meer grond onteigent dan noodzakelijk

●        Door de werken verwacht ik schade aan mijn eigendom en aanpassing van mijn infrastructuur. Alle kosten die hieruit voorvloeien moet de gemeente vergoeden.

●        Aanpassingen nodig van het rooilijnplan en onteigeningsplan en de fietszone

●        Algemeen belang: verlies van ecologie, onvoldoende afweging fietsvoorzieningen en ontbreken van een mobiliteitsstudie om de infrastructuur te verantwoorden

●        Toegangsweg tot eigendom landbouwvelden (afstand groter wegens zwaar vervoer) en hoogteverschillen

●        Parking voor opleggers landbouw

●        Invloed stabiliteit oud lemen gebouw

●        Draaicirkel vrachtwagens en paardentrailers

●        Toename sluipverkeer

●        Boscompensatie niet indirecte nabijheid omgeving

●        de gevolgen van het vergroten van de verharde oppervlakte van de Kapelstraat en de Lindestraat zal het watervolume dat op piekmomenten in de Kozenbeek terecht komt eveneens verhogen. Voor het dossier werden studies gemaakt die er op wijzen dat dit in betrokken straten geen wateroverlast zou meebrengen. De Koosterstraat grenst stroomafwaarts aan de Kozenbeek. Dit gebied en vooral de zone tussen de Hovenierstraat en de Molenstraat, is bekend als overstromings gevoelig gebied.

2.f. Bespreking van het openbaar onderzoek

Dit aspect wordt behandeld door de vergunningverlenende overheid gezien er binnen de gestelde termijn van 50 dagen voor het verlenen van het advies niet zowel een openbaar onderzoek kan georganiseerd worden alsook de volledige behandeling en weerlegging van de bezwaren kan gebeuren door de lokale overheid. 

Echter kan er in grote lijnen worden bepaald dat volgende aandachtspunten naar voor komen op de tot nu toe ingediende bezwaren:

1. toegankelijkheid van de percelen
2. aanpassing rooilijn op sommige plaatsen noodzakelijk
3. Verkeersveiligheid en mobiliteit
4. Inname percelen en onteigening
5. Aanleg van de keerwanden
6. wateroverlast

Deze bezwaren kunnen deels bijgetreden worden gezien er inderdaad op sommige plaatsen een aanpassing van de rooilijn dient te gebeuren waar de rooilijn verkeerd werd ingetekend, alsook de vrijwaring van bestaande inritten en toegangen en toegankelijkheid.

De bezwaren omtrent de onteigening en de rooilijn zullen behandeld worden bij de procedure in het kader van de vaststelling van de rooilijn dewelke zal behandeld worden door de gemeenteraad binnen de zaak der wegen.

2.g. Beoordeling

Beoordeling van de goede plaatselijke aanleg:

De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met het oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen – houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.

- functionele inpasbaarheid: voorliggende aanvraag betreft de aanleg van een gescheiden riolering en heraanleg wegenis aan de Lindestraat in Alken in aansluiting met de Kapelstraat en Deversveldstraat.  Samen met de aanleg van dit gescheiden stelsel zal ook de wegenis opnieuw worden aangelegd met fietspaden en verkeersremmende maatregelen..  Gelet op de aard van deze werken in het kader van het algemeen belang en de openbare nutsvoorzieningen zijn deze werken dan ook functioneel inpasbaar in deze omgeving, gezien dit handelt over de optimalisatie van de bestaande riolering en het behoud van de bestaande wegenis en grachtensysteem.  Dit project is van belang voor het behalen van de goede toestand in het aandachtsgebied.  De bestemmingsvoorschriften blijven ongewijzigd t.o.v. het geldende gewestplan en er is rekening gehouden met de bestaande omgeving en de omliggende bebouwingen.

- mobiliteitsaspect: In alle redelijkheid kan worden gesteld dat voorliggende aanvraag geen invloed zal hebben op de mobiliteit.

- schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid: De aanvraag betreft de aanleg van een gescheiden riolering dat het afvalwater en het hemelwater gescheiden kan afvoeren.  De uitvoering van deze werken zal dan ook ruimtelijk een zeer beperkte impact hebben op de omgeving De werken bestaan voornamelijk uit riolerings- en wegeniswerken en de aanleg van een regenwater bufferbekken.  Het bufferbekken wordt maximaal geïntegreerd in de ruimtelijke omgeving met een minimale ruimtelijke en visuele impact.  Bestaande grachten blijven behouden en benut als buffering- en infiltratievoorziening en nieuwe wadi’s worden voorzien als maximale opvang van het hemelwater.  De aanleg van de riolering heeft een beperkte invloed op de omgeving.  Door de uitvoering van de rioleringswerken wordt er geen significante wijziging aangebracht aan de ruimtelijke omgeving zoals deze nu bestaat.  De wegenis wordt opnieuw aangelegd met fietspaden en verkeersremmende maatregelen.  De stedenbouwkundige impact wijzigt nauwelijks.  Het project is bijgevolg aanvaardbaar voor wat betreft de beschouwde beoordelingsaspecten.

- visueel-vormelijke elementen: Het aangevraagde project betreft een riolerings- en wegenisproject dat aansluit bij de bestaande bebouwingen, de bestaande weginfrastructuur en de grachten in de omgeving.  Het ontwerp kan dus positief beoordeeld worden voor het beschouwde beoordelingscriterium binnen de bestaande omgeving gezien de verenigbaarheid met de omgeving en de bestaande infrastructuur.

- Cultuurhistorische aspecten: Het perceel is niet gelegen in een beschermd stads- of dorpsgezicht.  Deze aanvraag heeft bijgevolg geen invloed op de cultuurhistorische aspecten van deze omgeving.

- het bodemreliëf: bij de realisatie van deze rioleringswerken zullen er slechts beperkte reliëfwijzigingen gebeuren voor het voorzien van de wadi’s.  Bij de realisatie van het project zal het bestaande reliëf zoveel als mogelijk behouden blijven en zullen de wijzigingen gering blijven.

- hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen: De te realiseren riolerings- en wegeniswerken geven geen aanleiding tot verlies van ruimtelijke kwaliteit.  De voorgestelde werken zijn voor het gebied stedenbouwkundig verantwoord.  De voorgestelde invulling zal geen negatieve invloed hebben op de leefbaarheid en kwaliteit van de omgeving.  Gezien de bestaande ruimtelijke configuratie en de reeds aanwezige bebouwing wordt het bestaande straatbeeld ook niet aangetast door de realisatie van deze infrastructuurwerken.

Gemotiveerde beoordeling van de aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichting of activiteit op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu:

De aanvraag werd ingediend voor een nieuwe inrichting van een bemaling voor de aanleg van riolering. De vergunningstermijn die wordt aangevraagd is voor de volledige duur van de werken, voor het aanleggen van de riolering, ofwel ca. 130 kalenderdagen.

Bemaling:

Er wordt gewerkt met een bronbemaling met filters met een zandaanvulling. Het verwachte

piekdebiet bedraagt circa 1744m³/dag en het totaaldebiet van circa 98 421m³. De maximale verlaging

van de grondwatertafel zal tot 4,42 m-mv gaan ter hoogte van overstort O3 en de maximale diepte

van de bemaling 10,00 m-mv.

Het cascadesysteem dat gehanteerd wordt voor het lozen van bemalingswater is eerst infiltratie ter plaatse, indien dit technisch niet mogelijk is, lozen in de gracht en enkel in uitzonderlijke gevallen, wanneer kan aangetoond worden dat voorgaande opties technisch niet haalbaar zijn, kan er geloosd worden in de openbare riolering.

De lozingspunten kunnen teruggevonden worden op de bijgevoegde plannenset. Het bemalingswater zal in de eerste plaats lokaal infiltreren via de bestaande en nieuwe grachten. De bestaande grachten zijn onderling verbonden door de bestaande riolering in de Lindestraat. De nieuwe grachten hebben geen onderlinge verbinding. Enkel bij overstromingsgevaar ten gevolge van te grote hoeveelheden hemel- en bemalingswater zal voor fase 1 een rechtstreekse lozing op de Kozenbeek plaatsvinden. Voor fase 2 t.e.m. 6 zal de lozing ook op de Kozenbeek plaatsvinden, maar ditmaal via de reeds gerealiseerde delen riolering uit de vorige fasen. Voor fase 7 kan bij overstromingsgevaar via de bestaande riolering aansluitend op bestaande gemengde riolering van de N722 Steenweg een lozing plaatsvinden ten zuiden van het projectgebied. Voor fase 8 bestaat het alternatief uit een afleiding van het water via de bestaande grachten en buizen richting de Hulzenstraat.  Het bemalingswater van fase 9 kan bij grote hoeveelheden hemel- en bemalingswater deels aansluiten op de riolering van de Hulzenstraat. De bestaande grachten in de Lindestraat zijn op dat moment door de bestaande buizen nog onderling verbonden ter hoogte van fasen 9, 10 en 11. Het bemalingswater kan daardoor over een grote lengte grachten en buizen gespreid kan worden. Gedurende fase 9, 10 en 11 zullen deze laatste grachten en buizen gesupprimeerd worden. Het bemalingswater van fase 11 kan geloosd worden op de Kozenbeek via het tijdens fase 1 tot 6 gerealiseerd deel RWA-riolering in de Lindestraat. Fases 12 en 13 kunnen bij overstromingsgevaar gebruikmaken van de RWA-riolering in de Lindestraat die op dat moment reeds volledig gerealiseerd is. Zo zal het water uiteindelijk in de Kozenbeek terechtkomen.

Een addendum R53 is toegevoegd:

●        Gebaseerd op de verschillende bodemkarakteristieken en karakteristieken van het leidingwerk wordt het tracé opgesplitst in 13 zones. Er wordt aangenomen dat om deze bemaling uit te voeren gebruik zal worden gemaakt van bemalingsfilters die boven de ondoorlatende kleilaag worden geplaatst op een diepte van ca. 10 mmv diep (of meer ondiep indien een ondoorlatende laag eerder wordt aangetroffen) en dat deze op een constante afstand van ca. 6 m zullen worden geplaatst. De totale lengte van het tracé bedraagt ca. 1.961 m. Meer details zijn weergegeven in de bemalingsnota.

●        Ter hoogte van de uitgevoerde boringen werd in deel A het Paleogeen (Tertiair) aangesneden bij boring B2 en B4 op 3 tot 2,5 m diepte. De Quartaire deklaag wordt overwegend gevormd door leem en zeer fijn tot fijn zand. Onder het Quartair wordt de Formatie van Boom aangetroffen. Deze bestaat uit een blauwgrijze tot bruinzwarte harde vette mica- en zandhoudende klei afgewisseld met siltige tussenlagen. Onder de Formatie van Boom is de Formatie van Bilzen, Borgloon en de Formatie Sint-HuibrechtsHern gelegen. Ter hoogte van de uitgevoerde boringen wordt de freatisch watervoerende laag door het Quartair gevormd en naar onderen afgesloten door de slecht doorlatende Formatie van Boom. Gebaseerd op bovenstaande en de boorprofielen (en uitgaande van een worst-case scenario) wordt bij zone 1 verondersteld dat onderaan de filters zandige leem zal voorkomen. Dit stemt overeen met een doorlatendheid van 0,3 m/dag en een bergingscoëfficiënt van 0,19. Bij zone 2,3 en 6  worden onderaan de filters matig fijn zand, zwak kleiig verwacht. Dit stemt overeen met doorlatendheid van 10 m/dag en een bergingscoëfficiënt van 0,28. Voorts wordt hier vastgesteld dat de ondoorlatende laag zich ondiep bevindt en dat de filters ondiep geplaatst zullen worden. Bij 4 en 5 wordt onderaan de filters leem verwacht. Dit stemt overeen met doorlatendheid van 0,05 m/dag en een bergingscoëfficiënt van 0,18.

●        Bij deel B bestaat de grond overwegend uit zandige leem/lemige zand/zand dat matig tot sterk siltig is met plaatselijk de aanwezigheid van glauconiet. De ondergrond kan omschreven worden als een matig doorlatende ondergrond. Gebaseerd op de boorprofielen (en uitgaande van een worst-case scenario) worden bij zone 7 tot en met 12 onderaan de filters matig fijn zand, zwak kleiig verwacht. Dit stemt overeen met doorlatendheid van 10 m/dag en een bergingscoëfficiënt van 0,28. Bij zone 13 wordt verondersteld dat onderaan de filters zandige leem zal voorkomen. Dit stemt overeen met een doorlatendheid van 0,3 m/dag en een bergingscoëfficiënt van 0,19.

●        Voor het heel project is gekozen om te rekenen met de digitale peilbuismetingen. Op basis van bovenstaande info werd bij zone 1, 2, 3 en 13 gerekend met de hoogst gemeten grondwaterstand van 0,01 m-mv voor de bemalingsdebieten. Bij de overige zones werd gerekend met hoogst gemeten grondwaterstand van 3,18 m-mv. Er werd voor de berekening van de zettingen rekening gehouden met de laagst gemeten grondwaterstand in de peilbuis ingedeeld per zone.

●        Zettingen: Ter inschatting van de zettingsrisico’s werden voor zone 1 en 13 de absolute en differentiële zettingen berekend. Uitgaande van 20 mm als maximale absolute zetting en 14 mm als maximale differentiële zijn de bekomen waarden voor de zettingen hoger dan de toegelaten norm. Bijgevolg dient er te worden bekeken hoe de risico’s kunnen worden ingeperkt. Om de zettingen te minimaliseren wordt het volgende aanbevolen:

○        1. Een bemalings- en zettingsproef uit te voeren om de effectief optredende zettingen na te gaan. Hierbij moet het grondwaterpeil continu gemonitord worden door middel van automatische drukopmeters in verschillende peilbuizen. Gelijktijdig moeten op verschillende plaatsen referentiepunten geplaatst worden ter controle van de effectief optredende zettingen;

○        2. Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling geen ontoelaatbare zettingen optraden kan de bemaling zonder waterkerende wanden uitgevoerd worden. Vervolgens moet in dit geval een terugvalscenario voorzien worden zodat bij te hoge effectieve zettingen de bemaling stilgelegd kan worden;

○        3. Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling ontoelaatbare zettingen zullen optreden moet de bemaling (in samenspraak met de opdrachtgever) uitgevoerd worden met waterkerende wanden, geplaatst tot in de watervoerende laag, of een gelijkaardig alternatieve uitvoeringsmethode. Dergelijke maatregelen kunnen ervoor dat zorgen dat de grondwaterstanddaling, en daarmee de zettingen, afneemt

Conclusie:

●        Op basis van het grondonderzoek is verondersteld dat bij zone 7 en 8 geen bemaling nodig zal zijn t.g.v. het feit dat de grondwaterstand lager ligt dan de gewenste verlaging van de strengen in die zones. Daarnaast is er eveneens aangenomen dat bij de overstort O1 geen bemaling noodzakelijk is.

●        Bij zone 2, 3, 6 en 7 tot en met 12 is aangenomen dat de ondergrond bestaat uit matig fijn (zwak kleiig). Ter hoogte van de bemalingsfilters werd bij die zones daarom een doorlatendheid aangenomen van 10 m/dag.

●        Bij zone 4 en 5 is aangenomen dat de ondergrond bestaat uit leem. Ter hoogte van de bemalingsfilters werd bij die zones daarom een doorlatendheid aangenomen van 0,05 m/dag.

●        Bij zone 1 en 13 is aangenomen dat de ondergrond bestaat uit zandige leem. Ter hoogte van de bemalingsfilters werd bij die zones daarom een doorlatendheid aangenomen van 0,3 m/dag.

●        Op basis van de peilbuismetingen werd bij zone 1, 2, 3 en 13 gerekend met een grondwaterstand van 0,01 m-mv. Bij de overige zones werd gerekend met een grondwaterstand van 3,18 m-mv.

●        De bemaling veroorzaakt een grondwaterverlaging tot max. 3,86 m-mv t.g.v. de strengen en een grondwaterverlaging tot max. 4,42 m-mv t.g.v. van overstort O3. Met een aangenomen filterdiepte die varieert van ca. 4 tot 10 m -mv wordt een maximaal dag-debiet bekomen van 1.744 m³/dag en een totaal jaardebiet van circa 98.421 m³/jaar voor de riolering.

●        Gezien de bemaling:

○        zich niet situeert in of nabij kustduinen of speciale beschermingszones;

○        zich niet situeert in een beschermingszone type I of II;

○        niet is gelegen in beschermd duingebied, natuurontwikkelingsgebied, parkgebied of bosgebied;

○        een netto debiet van meer dan 30. 000 m³/jaar zal veroorzaken;

○        een grondwaterverlaging groter dan 4 m-mv zal veroorzaken;

○        zich situeert nabij natuurlijk waardevolle gebieden, die nauwelijks of weinig kwetsbaar zijn voor verdroging;

dient een 53.2.2°b)2° klasse 2 uit VLAREM II te worden aangevraagd.

●        De berekende invloedstraal bedraagt max. 221 m (Edelman) voor de riolering.

●        In bijlage 4 is de invloedstraal per zone en naburige OVAM-dossiers opgenomen. Binnen deze invloed vallen 2 OVAM-dossiers.

●        De beoordeling van de risico’s voor aantrekking en verplaatsing van verontreiniging worden besproken in het bemalingsadvies opgenomen als bijlage 5.

●        Op basis van de resultaten van de berekening kan worden besloten dat er een maximale absolute zetting van ca. 40 mm kan worden verwacht en een maximale differentiële zetting van 20 mm kan worden verwacht. Uitgaande van 20 mm als maximale absolute zetting en 14 mm als maximale differentiële zetting zijn de bekomen waarden voor de absolute zettingen niet aanvaardbaar. Er wordt geadviseerd om een bemalings- en zettingsproef uit te voeren om de effectief optredende zettingen na te gaan (zie eerder).

Overwegende dat het gemeentebestuur van Alken een aantal standaardvoorwaarden voor bemalingen toepast:

●        Een bemalingspomp mag enkel geplaatst worden door een boorbedrijf dat erkend is volgens het VLAREL van 19 november 2010 voor de discipline, vermeld in artikel 6, 7°, a), 1) van het voormelde besluit. Uiterlijk de derde werkdag nadat een bemalingspomp is geplaatst, bezorgt het erkende boorbedrijf van elke debietmeter die bedoeld is voor de registratie van het opgepompte en terug in de ondergrond gebrachte debiet, de volgende informatie via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen:

○        1° het merk en serienummer;

○        2° het tijdstip van plaatsing en de tellerstand op het moment van de plaatsing;

●        Bij het ontmantelen van de bemalingsinstallatie, bezorgt het erkende boorbedrijf uiterlijk de derde werkdag na de ontmanteling het tijdstip van de ontmanteling en de tellerstand op het moment van de ontmanteling via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen.

●        Vóór de bemaling mag in gebruik genomen worden, dient nagekeken en gedocumenteerd te worden of er bodem- en/of grondwaterverontreinigingen zijn waarop de bemaling een invloed kan hebben. Mocht tijdens de opstart van de bemaling verontreiniging of twijfel van verontreiniging worden vastgesteld, moet de bemaling onmiddellijk worden stopgezet en dit onmiddellijk gemeld worden aan het college van burgemeester en schepenen en de dienst woon- en leefomgeving.

●        Indien het bemalingswater ijzerhoudend is, wordt een ontijzeringsinstallatie geplaatst.

●        De bronbemaling moet voorzien zijn van een meetinrichting, bijvoorbeeld een debietmeter. Het logboek, waarin de grondwaterstandmetingen in de peilput(ten) in functie van de tijd geregistreerd zijn, moet op de werf ter inzage liggen van voor de opstart tot de dag van de verwijdering van de bemaling.

●        De bouwheer maakt voorafgaand aan de bemaling een plaatsbeschrijving op van de meest nabijgelegen constructies, met bijhorende gedetailleerde foto’s en zorgt ervoor dat de bemaling zo kort mogelijk in tijd en zo beperkt mogelijk in volume wordt uitgevoerd. De bouwheer is verantwoordelijk voor de berokkende schade aan onder meer aanpalende constructies ten gevolge van het verlagen van de grondwaterspiegel.

●        Er moet gebruik gemaakt worden van pompen die rechtstreeks op het elektriciteitsnet zijn aangesloten en dus elektrisch aangedreven zijn.

Overwegende dat de aanvrager zelf volgende voorwaarden adviseert i.k.v. de zettingen:

○        Een bemalings- en zettingsproef uit te voeren om de effectief optredende zettingen na te gaan. Hierbij moet het grondwaterpeil continu gemonitord worden door middel van automatische drukopmeters in verschillende peilbuizen. Gelijktijdig moeten op verschillende plaatsen referentiepunten geplaatst worden ter controle van de effectief optredende zettingen;

○        Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling geen ontoelaatbare zettingen optraden kan de bemaling zonder waterkerende wanden uitgevoerd worden. Vervolgens moet in dit geval een terugvalscenario voorzien worden zodat bij te hoge effectieve zettingen de bemaling stilgelegd kan worden;

○        Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling ontoelaatbare zettingen zullen optreden moet de bemaling (in samenspraak met de opdrachtgever) uitgevoerd worden met waterkerende wanden, geplaatst tot in de watervoerende laag, of een gelijkaardig alternatieve uitvoeringsmethode. Dergelijke maatregelen kunnen ervoor dat zorgen dat de grondwaterstanddaling, en daarmee de zettingen, afneemt

Beoordeling van de vegetatiewijziging:

Hier geldt de zorgplicht die voortvloeit uit het standstill-principe dat is verankerd in het Natuurdecreet. Bij elke aanvraag moet bekeken worden welke gevolgen de aanvraag heeft op de natuur.

De aanvraag is gelegen in een Herbevestigd Agrarisch Gebied (HAG).

De aanvraag is niet gelegen in een Habitatrichtlijngebied of Vogelrichtlijngebied. Het dichtbij gelegen Habitatrichtlijngebied is gelegen op aanzienlijke afstand. Een voortoets of passende beoordeling is vereist indien er voor een speciale beschermingszon (SBZ), meer bepaald Habitatrichtlijngebied, een waarschijnlijkheid of een risico bestaat op een betekenisvolle aantasting van de actuele en mogelijke toekomstige habitats (en in een verdere fase van de uitwerking ook op de soorten) binnen Habitatrichtlijngebied. Aangezien het dichtbijgelegen Habitatrichtlijngebied op aanzienlijke afstand is gelegen, mag geconcludeerd worden dat er geen waarschijnlijkheid en geen risico is op een betekenisvolle aantasting.

De aanvraag is niet gelegen in een Ramsar-gebied.

De aanvraag is niet gelegen in een Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN-gebied).

De aanvraag is ingedeeld volgens de Biologische waarderingskaart (versie 2) als biologisch waardevol met soortenrijk permanent cultuurgrasland, een bomenrij met wilgen, berk,…

De aanvraag handelt over het ontbossen van een zone van 2778 m² bos.

De motivatie van de aanvraag is het verbeteren van de overstromingscapaciteit van de beek. 

De maatregelen om geen onherstelbare schade aan de natuur te voorkomen, te beperken of te herstellen is door een compenserende aanplant te voorzien. De te compenseren oppervlakte is 4320 m² en zal in samenwerking met de Bosgroepen vzw gebeuren volgens de zorgplicht.

Conclusie

voorwaardelijk gunstig advies

Werken

Volgende werken worden gunstig geadviseerd:

- Ontbossen van terrein in het kader van vergrote overstromende oppervlakte

- Opbreken riolering en verharding binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

- Aanleg verharding > 300m² en binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

- Aanleg riolering binnen 5 meter zone waterloop en graven grachten

- Tijdelijke inrichting van een terrein voor grondverbetering

- Afgraven overstromingsgebied opp. 4334m² + nivellering reliëf > 0,50 meter

- Dempen van grachten

- Tijdelijke inbuizing gracht in functie van toegankelijkheid TVGB

Voorwaarden:

●        De rooilijn dient aangepast te worden op de plaatsen waar deze verkeerd werd ingetekend.

●        De toegankelijkheid van de percelen dient bekeken te worden

Rubrieken

Volgende inrichtingen of activiteiten zijn opgenomen in de Bijlage 1. Indelingslijst van de VLAREM II en worden voorwaardelijk gunstig geadviseerd:

Volgende bijzondere voorwaarden:

●        Zettingen:

○        Een bemalings- en zettingsproef uit te voeren om de effectief optredende zettingen na te gaan. Hierbij moet het grondwaterpeil continu gemonitord worden door middel van automatische drukopmeters in verschillende peilbuizen. Gelijktijdig moeten op verschillende plaatsen referentiepunten geplaatst worden ter controle van de effectief optredende zettingen;

○        Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling geen ontoelaatbare zettingen optraden kan de bemaling zonder waterkerende wanden uitgevoerd worden. Vervolgens moet in dit geval een terugvalscenario voorzien worden zodat bij te hoge effectieve zettingen de bemaling stilgelegd kan worden;

○        Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling ontoelaatbare zettingen zullen optreden moet de bemaling (in samenspraak met de opdrachtgever) uitgevoerd worden met waterkerende wanden, geplaatst tot in de watervoerende laag, of een gelijkaardig alternatieve uitvoeringsmethode. Dergelijke maatregelen kunnen ervoor dat zorgen dat de grondwaterstanddaling, en daarmee de zettingen, afneemt

●        Een bemalingspomp mag enkel geplaatst worden door een boorbedrijf dat erkend is volgens het VLAREL van 19 november 2010 voor de discipline, vermeld in artikel 6, 7°, a), 1) van het voormelde besluit. Uiterlijk de derde werkdag nadat een bemalingspomp is geplaatst, bezorgt het erkende boorbedrijf van elke debietmeter die bedoeld is voor de registratie van het opgepompte en terug in de ondergrond gebrachte debiet, de volgende informatie via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen:

○        1° het merk en serienummer;

○        2° het tijdstip van plaatsing en de tellerstand op het moment van de plaatsing;

●        Bij het ontmantelen van de bemalingsinstallatie, bezorgt het erkende boorbedrijf uiterlijk de derde werkdag na de ontmanteling het tijdstip van de ontmanteling en de tellerstand op het moment van de ontmanteling via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen.

●        Vóór de bemaling mag in gebruik genomen worden, dient nagekeken en gedocumenteerd te worden of er bodem- en/of grondwaterverontreinigingen zijn waarop de bemaling een invloed kan hebben. Mocht tijdens de opstart van de bemaling verontreiniging of twijfel van verontreiniging worden vastgesteld, moet de bemaling onmiddellijk worden stopgezet en dit onmiddellijk gemeld worden aan het college van burgemeester en schepenen en de dienst woon- en leefomgeving.

●        Indien het bemalingswater ijzerhoudend is, wordt een ontijzeringsinstallatie geplaatst.

●        De bronbemaling moet voorzien zijn van een meetinrichting, bijvoorbeeld een debietmeter. Het logboek, waarin de grondwaterstandmetingen in de peilput(ten) in functie van de tijd geregistreerd zijn, moet op de werf ter inzage liggen van voor de opstart tot de dag van de verwijdering van de bemaling.

●        De bouwheer maakt voorafgaand aan de bemaling een plaatsbeschrijving op van de meest nabijgelegen constructies, met bijhorende gedetailleerde foto’s en zorgt ervoor dat de bemaling zo kort mogelijk in tijd en zo beperkt mogelijk in volume wordt uitgevoerd. De bouwheer is verantwoordelijk voor de berokkende schade aan onder meer aanpalende constructies ten gevolge van het verlagen van de grondwaterspiegel.

●        Er moet gebruik gemaakt worden van pompen die rechtstreeks op het elektriciteitsnet zijn aangesloten en dus elektrisch aangedreven zijn.

Vegetatiewijziging

Volgende vegetatiewijziging wordt gunstig geadviseerd:

●        Ontbossing met oppervlakte 2778m²

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen verleent een voorwaardelijk gunstig advies voor de volgende werken:

●       Ontbossen van terrein in het kader van vergrote overstromende oppervlakte

●       Opbreken riolering en verharding binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

●       Aanleg verharding > 300m² en binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop

●       Aanleg riolering binnen 5 meter zone waterloop en graven grachten

●       Tijdelijke inrichting van een terrein voor grondverbetering

●       Afgraven overstromingsgebied opp. 4334m² + nivellering reliëf > 0,50 meter

●       Dempen van grachten

●       Tijdelijke inbuizing gracht in functie van toegankelijkheid TVGB

Voorwaarden:

●        De rooilijn dient aangepast te worden op de plaatsen waar deze verkeerd werd ingetekend.

●        De toegankelijkheid van de percelen dient bekeken te worden

Rubrieken

Volgende inrichtingen of activiteiten zijn opgenomen in de Bijlage 1. Indelingslijst van de VLAREM II en worden voorwaardelijk gunstig geadviseerd:

Volgende bijzondere voorwaarden:

●        Zettingen:

○        Een bemalings- en zettingsproef uit te voeren om de effectief optredende zettingen na te gaan. Hierbij moet het grondwaterpeil continu gemonitord worden door middel van automatische drukopmeters in verschillende peilbuizen. Gelijktijdig moeten op verschillende plaatsen referentiepunten geplaatst worden ter controle van de effectief optredende zettingen;

○        Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling geen ontoelaatbare zettingen optraden kan de bemaling zonder waterkerende wanden uitgevoerd worden. Vervolgens moet in dit geval een terugvalscenario voorzien worden zodat bij te hoge effectieve zettingen de bemaling stilgelegd kan worden;

○        Indien uit de bemalings- en zettingsproef blijkt dat er ten gevolge van de bemaling ontoelaatbare zettingen zullen optreden moet de bemaling (in samenspraak met de opdrachtgever) uitgevoerd worden met waterkerende wanden, geplaatst tot in de watervoerende laag, of een gelijkaardig alternatieve uitvoeringsmethode. Dergelijke maatregelen kunnen ervoor dat zorgen dat de grondwaterstanddaling, en daarmee de zettingen, afneemt

●        Een bemalingspomp mag enkel geplaatst worden door een boorbedrijf dat erkend is volgens het VLAREL van 19 november 2010 voor de discipline, vermeld in artikel 6, 7°, a), 1) van het voormelde besluit. Uiterlijk de derde werkdag nadat een bemalingspomp is geplaatst, bezorgt het erkende boorbedrijf van elke debietmeter die bedoeld is voor de registratie van het opgepompte en terug in de ondergrond gebrachte debiet, de volgende informatie via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen:

○        1° het merk en serienummer;

○        2° het tijdstip van plaatsing en de tellerstand op het moment van de plaatsing;

●        Bij het ontmantelen van de bemalingsinstallatie, bezorgt het erkende boorbedrijf uiterlijk de derde werkdag na de ontmanteling het tijdstip van de ontmanteling en de tellerstand op het moment van de ontmanteling via een webapplicatie van de Databank Ondergrond Vlaanderen.

●        Vóór de bemaling mag in gebruik genomen worden, dient nagekeken en gedocumenteerd te worden of er bodem- en/of grondwaterverontreinigingen zijn waarop de bemaling een invloed kan hebben. Mocht tijdens de opstart van de bemaling verontreiniging of twijfel van verontreiniging worden vastgesteld, moet de bemaling onmiddellijk worden stopgezet en dit onmiddellijk gemeld worden aan het college van burgemeester en schepenen en de dienst woon- en leefomgeving.

●        Indien het bemalingswater ijzerhoudend is, wordt een ontijzeringsinstallatie geplaatst.

●        De bronbemaling moet voorzien zijn van een meetinrichting, bijvoorbeeld een debietmeter. Het logboek, waarin de grondwaterstandmetingen in de peilput(ten) in functie van de tijd geregistreerd zijn, moet op de werf ter inzage liggen van voor de opstart tot de dag van de verwijdering van de bemaling.

●        De bouwheer maakt voorafgaand aan de bemaling een plaatsbeschrijving op van de meest nabijgelegen constructies, met bijhorende gedetailleerde foto’s en zorgt ervoor dat de bemaling zo kort mogelijk in tijd en zo beperkt mogelijk in volume wordt uitgevoerd. De bouwheer is verantwoordelijk voor de berokkende schade aan onder meer aanpalende constructies ten gevolge van het verlagen van de grondwaterspiegel.

●        Er moet gebruik gemaakt worden van pompen die rechtstreeks op het elektriciteitsnet zijn aangesloten en dus elektrisch aangedreven zijn.

Vegetatiewijziging

Volgende vegetatiewijziging wordt gunstig geadviseerd:

●        Ontbossing met oppervlakte 2778m²

Artikel 2: Een afschrift van dit besluit zal worden overgemaakt aan de Vlaamse overheid via het Omgevingsloket.

Zitting van 09 04 2025

Attest van verdeling

Op 20 maart 2025 ontvingen we van Notalim, Steenweg 123, 3570 Alken de aanvraag om een attest van verdeling af te leveren voor een perceel, achterliggende grond, gelegen O. L. Vrouwstraat 201, kadastraal gekend als Sie A nr. 163/H2 (deel van) en 163/F2 (deel van).

Feiten en context

Op 20 maart 2025 ontvingen we van Notalim, Steenweg 123, 3570 Alken de aanvraag om een attest van verdeling af te leveren voor een perceel, achterliggende grond, gelegen O. L. Vrouwstraat 201, kadastraal gekend als Sie A nr. 163/H2 (deel van) en 163/F2 (deel van).

Juridische grond

Artikel 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Het verdelingsplan, opgemaakt door GEOkantoor Menten op 18 april 2024, voorziet een verdeling voor het perceel, kadastraal gekend als Sie A nr. 163/H2 (deel van) en 163/F2 (deel van). Zie bijgevoegd plan.

De afgesplitste delen worden verkocht aan de eigenaar van aanpalend huisnummer 199C.

Volgens het gewestplan Hasselt-Genk d.d. 03.04.1979 is het perceel gelegen in woongebied met landelijk karakter en achterliggend agrarisch gebied:

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving

De woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven.

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen levert een attest van verdeling af voor het perceel, achterliggende grond, gelegen O. L. Vrouwstraat 201, kadastraal gekend als Sie A. nr. 163/H2 en 163/F2 mits de randvoorwaarde dat het agrarisch gebied in agrarisch gebruik blijft. Het perceel dient dus ook gevrijwaard te blijven van gebouwen en constructies.

Zitting van 09 04 2025

Attest van verdeling

Op 20 maart 2025 ontvingen we van notarissen Bovend'aerde & Manshoven Heuveneindeweg 40B te 3520 Zonhoven, de aanvraag om een attest van verdeling af te leveren voor een perceel, achterliggende grond, gelegen Aardbruggenstraat 53, kadastraal gekend als Sie F, deel van nr. 111/H.

Feiten en context

Op 20 maart 2025 ontvingen we van notarissen Bovend'aerde & Manshoven Heuveneindeweg 40B te 3520 Zonhoven, de aanvraag om een attest van verdeling af te leveren voor een perceel, achterliggende grond, gelegen Aardbruggenstraat 53, kadastraal gekend als Sie F, deel van nr. 111/H.

Juridische grond

Artikel 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Het verdelingsplan, opgemaakt door GEOkantoor Menten bvba op 30/08/2024, voorziet een verdeling voor het perceel, kadastraal gekend als Sie F, deel van nr. 111/H waarbij het perceel wordt opgesplitst zoals bijgevoegd plan.

De woning Aardbruggenstraat 53 en het lot 4b (93ca) worden samen verkocht. De bestemming blijft behouden, zijnde tuinzone bij de woning. 

De percelen zijn gelegen binnen een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling (intern kenmerk 606), goedgekeurd op 10 april 2013. Volgens het gewestplan Hasselt-Genk d.d. 03.04.1979 zijn de percelen gelegen in woonuitbreidingsgebied: De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen heeft geen opmerkingen aangaande het voorgestelde attest van verdeling ingediend door notarissen Bovend'aerde & Manshoven voor het perceel achterliggende grond gelegen Aardbruggenstraat 53, kadastraal gekend als Sie F, deel van nr. 111/H.

Zitting van 09 04 2025

Attest van verdeling

Op 27 maart 2023 ontvingen we van notarissen Jansen & Leroi, Diestersteenweg 175, 3510 Hasselt/Kermt de aanvraag om een attest van verdeling af te leveren voor de percelen gelegen Heiligenbornstraat 34, kadastraal gekend als Sie K nrs. 373/H, 373/K en 373/L.

Feiten en context

Op 27 maart 2023 ontvingen we van notarissen Jansen & Leroi, Diestersteenweg 175, 3510 Hasselt/Kermt de aanvraag om een attest van verdeling af te leveren voor de percelen gelegen Heiligenbornstraat 34, kadastraal gekend als Sie K nrs. 373/H, 373/K en 373/L.

Juridische grond

Artikel 5.2.2 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Het plan voorziet een verdeling voor de percelen, kadastraal gekend als Sie K nrs. 373/H, 373/K en 373/L waarbij de percelen worden opgesplitst zoals bijgevoegd plan.

Mevrouw Tilda Jacobs, zal de woning Heiligenbornstraat 34 kopen en mevrouw Evelien Jacobs zal de achterliggende werkplaats en grond gelegen achterliggend Heiligenbornstraat 34 kopen. Beide kopers verklaren dat de huidige bestemming van de kavels behouden blijft.

We kunnen geen vergunning terug vinden voor de achterliggende werkplaats op het perceel Afd. 1 Sie K nr. 373/K.

Volgens het gewestplan Hasselt-Genk d.d. 03.04.1979 is het perceel is gelegen in woongebied met landelijk karakter en agrarisch gebied:

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

De woongebieden met landelijk karakter zijn bestemd voor woningbouw in het algemeen en tevens voor landbouwbedrijven.

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen levert het attest van verdeling af voor de percelen gelegen aan de Heiligenbornstraat 34, kadastraal gekend als Sie K nrs. 373/H, 373/K en 373/L met de opmerking dat er geen vergunning werd afgeleverd voor de achterliggende werkplaats op het perceel Sie K nr. 373/K.

Zitting van 09 04 2025

Attest verkoopbaarheid OMV V689

Op 2 april 2025 ontvingen we van notariskantoor Delwaide & Van Parijs de vraag om een verkoopbaarheidsattest af te leveren aangaande de verkaveling met referte V689 op naam van de aanvrager Ballet Denise (Govaerts).

Feiten en context

Op 2 april 2025 ontvingen we van notariskantoor Delwaide & Van Parijs de vraag om een verkoopbaarheidsattest af te leveren aangaande de verkaveling met referte V689 op naam van de aanvrager Ballet Denise (Govaerts).

Juridische grond

Art. 4.2.16 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening

Adviezen

Niet van toepassing

Argumentatie

Omgevingsvergunning voor het verkavelen van een perceel grond met gemeentelijk kenmerk V689 werd afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen in zitting van 14 februari 2025 aan de aanvrager Ballet Denise (Govaerts).

Het betreft een verkaveling van een perceel in 2 loten halfopen bebouwing op een perceel met adres Leemkuilstraat 113, kadastraal gekend als afdeling 2 sectie E nrs. 457F, 459/2 _ en 460R.

De voorwaarden die werden opgelegd bij de omgevingsvergunning zijn:

●        De vervreemding van de kavels kan slechts gebeuren nadat de voorliggende loten aangeduid als lot1a en lot 2a werden aangekocht/verworven door de verkavelaar opdat de nieuwe loten 1 en 2 kunnen aansluiten op het voorliggende openbaar domein.

●        Het volledige terrein dient vrij gemaakt te worden van constructies binnen de aangeduide zone waar de af te breken gebouwen zich situeren, d.w.z. alle gebouwen en verhardingen dienen verwijderd te worden waardoor er een braakliggend terrein bekomen wordt.

●        Bij de afbraak van de bestaande bebouwing dienen de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen om de aanpalende woning geen schade te berokkenen.  Voorafgaandelijk dient er een plaatsbeschrijving van de aanpalende woningen te worden opgemaakt, een controle door een burgerlijk ingenieur en het afsluiten van een ABR polis.

●        Bij de afbraakwerken dienen de nodige maatregelen te worden getroffen om de verkeersveiligheid en de stabiliteit van de aanpalende woningen optimaal te verzekeren.

●        Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).

●        Er mag maximaal één inrit naar de openbare weg voorzien worden per lot dewelke niet breder is dan 4,5m.

●        In geval van stedenbouwkundige aanvragen voor bebouwing van de bouwloten die halfopen bebouwing toelaten, kan de aanvrager van een lot dat deel uitmaakt van een bouwblok, vrij, maar conform de voorschriften, bouwhoogte, dakvorm en materialisatie bepalen. De andere loten binnen hetzelfde bouwblok dienen zich hier verplichtend naar te richten.

●        Lot 3 wordt uit de verkaveling gesloten gezien dit gelegen is in agrarisch gebied.

●        De verkavelaar dient zelf en op eigen kosten de nodige stappen te ondernemen om de aansluitbaarheid van de loten op de nutsvoorzieningen te waarborgen, dit cfr. de geldende bepalingen van de verschillende nutsmaatschappijen.

●        Het voorwaardelijk gunstig advies van Fluvius d.d. 29.12.2023 met ref. 5000055154 dient strikt te worden nageleefd.

●        Het voorwaardelijk gunstig advies van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening d.d. 29.12.2023 dient nageleefd te worden.

Fluvius liet op 13 mei 2024 weten dat de initiatiefnemer de gevraagde tussenkomsten voor het uitbreiden of aanpassen van de nutsleidingen/capaciteitsinname ten behoeve van zijn project heeft voldaan en dat het verkoopbaarheidsattest afgeleverd mag worden.

De Watergroep liet op 8 mei 2024 weten dat de financiering van deze werken volledig in orde is en dat het verkoopbaarheidsattest afgeleverd worden.

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

Besluit

Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen verklaart dat er aan de opgelegde voorwaarden werd voldaan, betreffende de verkavelingsvergunning met gemeentelijk kenmerk V689 afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen in zitting van 14 februari 2024  aan aanvrager Denise Ballet (Govaerts) voor de verkaveling van 2 loten halfopen bebouwing op een perceel met als adres Leemkuilstraat 113. en kadastraal gekend als afdeling 2 sectie E nrs. 457F, 459/2 _ en 460R.

Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen levert aan notariskantoor Delwaide & Van Parijs een attest van verkoopbaarheid conform artikel 4.2.16 § 2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening af.

Artikel 3: De volgende voorwaarden bij de verkavelingsvergunning blijven van toepassing:

●        De vervreemding van de kavels kan slechts gebeuren nadat de voorliggende loten aangeduid als lot1a en lot 2a werden aangekocht/verworven door de verkavelaar opdat de nieuwe loten 1 en 2 kunnen aansluiten op het voorliggende openbaar domein.

●        Het volledige terrein dient vrij gemaakt te worden van constructies binnen de aangeduide zone waar de af te breken gebouwen zich situeren, d.w.z. alle gebouwen en verhardingen dienen verwijderd te worden waardoor er een braakliggend terrein bekomen wordt.

●        Bij de afbraak van de bestaande bebouwing dienen de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen om de aanpalende woning geen schade te berokkenen.  Voorafgaandelijk dient er een plaatsbeschrijving van de aanpalende woningen te worden opgemaakt, een controle door een burgerlijk ingenieur en het afsluiten van een ABR polis.

●        Bij de afbraakwerken dienen de nodige maatregelen te worden getroffen om de verkeersveiligheid en de stabiliteit van de aanpalende woningen optimaal te verzekeren.

●        Indien er asbest aanwezig is op de werf, dient bij de sloop en verwijdering van het asbesthoudend materiaal de bepalingen van Vlarem II Hfdst. 6.4. opgevolgd te worden (www.asbestinfo.be).

●        Er mag maximaal één inrit naar de openbare weg voorzien worden per lot dewelke niet breder is dan 4,5m.

●        In geval van stedenbouwkundige aanvragen voor bebouwing van de bouwloten die halfopen bebouwing toelaten, kan de aanvrager van een lot dat deel uitmaakt van een bouwblok, vrij, maar conform de voorschriften, bouwhoogte, dakvorm en materialisatie bepalen. De andere loten binnen hetzelfde bouwblok dienen zich hier verplichtend naar te richten.

●        Lot 3 wordt uit de verkaveling gesloten gezien dit gelegen is in agrarisch gebied.

●        De verkavelaar dient zelf en op eigen kosten de nodige stappen te ondernemen om de aansluitbaarheid van de loten op de nutsvoorzieningen te waarborgen, dit cfr. de geldende bepalingen van de verschillende nutsmaatschappijen.

●        Het voorwaardelijk gunstig advies van Fluvius d.d. 29.12.2023 met ref. 5000055154 dient strikt te worden nageleefd.

●       Het voorwaardelijk gunstig advies van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening d.d. 29.12.2023 dient nageleefd te worden.

Zitting van 09 04 2025

Melding van een IIOA M237

Melding van een Ingedeelde Inrichting of Activiteit (IIOA) ingediend door Michiel Neven namens Fruitbedrijf Michiel Neven CommV gevestigd te Klameerstraat 78 te 3570 Alken voor volledige overname van een gedeelte inrichting of activiteit op een perceel, gelegen Klameerstraat 78, kadastraal bekend: (afd. 2) sectie F 835 L2 en (afd. 2) sectie F 835 K2.

De melding werd ingediend door meneer Neven Michiel voor Fruitbedrijf Michiel Neven, Klameerstraat 78 te 3570 Alken via het omgevingsloket op 18/03/2025.

Deze melding werd onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

Artikel 111 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning luidt:

“De bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, gaat na of de gemelde handelingen of exploitatie meldingsplichtig zijn of niet verboden zijn bij of krachtens:

1° artikel 5.4.3, § 3, van het DABM;

2° artikel 4.2.2, § 1, van de VCRO.

Als de handelingen of de exploitatie meldingsplichtig en niet verboden zijn, neemt de bevoegde overheid, vermeld in artikel 107, akte van de melding. Ze bezorgt de meldingsakte per beveiligde zending aan de persoon die de melding heeft verricht binnen een termijn van dertig dagen vanaf de dag na de datum van ontvangst van de melding.

Als de handelingen of de exploitatie niet meldingsplichtig of verboden zijn, stelt de overheid, vermeld in artikel 107, de persoon die de melding heeft verricht binnen dezelfde ordetermijn daarvan in kennis. In dat geval wordt geen akte genomen en wordt aan de melding geen verder gevolg gegeven.”

Voorwerp van de melding

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen Klameerstraat 78 te 3570 Alken, kadastraal bekend: afdeling 2 sectie F nr. 835/K2 en 835/L2.

De melding omvat de overname van de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit (IIOA) van de derde klasse.

De IIOA omvat de overname van de exploitatie van een fruitbedrijf.

De overdrager: Neven Marc, Klameerstraat 78, 3570 Alken.

De overnemer: Fruitbedrijf Michiel Neven, Klameerstraat 78, 3570 Alken.

Historiek:

Volgende vergunning is bekend:

●        Besluit van het college van burgemeester en schepenen op 7 januari 2015 op naam van Marc Neven voor de exploitatie van een fruitbedrijf.

Rubrieken

Volgende inrichtingen of activiteiten volgens de indelingslijst van bijlage 1 van Vlarem II zijn opgenomen in de over te nemen vergunning:

Bevoegdheid

De melding heeft geen betrekking op een Vlaams of provinciaal project, noch op een ingedeelde inrichting van klasse 1, noch op een gemeentegrensoverschrijdend project.

Het college van burgemeester en schepenen is dan ook bevoegd voor de aktename.

Onderzoek van het meldingsplichtig en niet-verboden karakter

De melding vindt plaats in bestaande, vergunde of vergund geachte gebouwen waar geen wijzigingen aan gebeuren.

Het eigendom is gelegen in Agrarische gebieden volgens het origineel gewestplan Hasselt - Genk:

De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens paraagrarische bedrijven. Gebouwen bestemd voor niet aan de grond gebonden agrarische bedrijven met industrieel karakter of voor intensieve veeteelt, mogen slechts opgericht worden op ten minste 300 m van een woongebied of op ten minste 100 m van een woonuitbreidingsgebied, tenzij het een woongebied met landelijk karakter betreft. De afstand van 300 en 100 m geldt evenwel niet in geval van uitbreiding van bestaande bedrijven. De overschakeling naar bosgebied is toegestaan overeenkomstig de bepalingen van artikel 35 van het Veldwetboek, betreffende de afbakening van de landbouw- en bosgebieden.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg, noch binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan.

Beoordeling

Fruitbedrijf Michiel Neven neemt de vergunning over van meneer Neven Marc. Beiden hebben dit bevestigd in deze melding als ondertekenaar.

Vlarem II bijlage 1 is gewijzigd sindsdien, zodat de huidige indeling van ingedeelde activiteiten of inrichtingen de volgende wordt:

De gemeentelijke omgevingsambtenaar geeft een gunstig advies.

De gemelde exploitatie is meldingsplichtig en niet verboden.

Besluit

BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 09/04/2025 HET VOLGENDE:

Artikel 1. Er wordt akte genomen van de melding van overname van een Ingedeelde Inrichting Of Activiteit (IIOA) op naam van Neven Marc (CBS 7/01/2015) door Fruitbedrijf Michiel Neven, Klameerstraat 78 te 3570 Alken, voor de in het meldingsdossier opgenomen rubriek volgens bijlage 1 van Vlarem II:

De melding heeft betrekking op een terrein, gelegen Klameerstraat 78 te 3570 Alken, kadastraal bekend: afdeling 2 sectie F nr. 835/K2 en 835/L2.

Artikel 2. De plannen en het meldingsdossier waarop deze akte gebaseerd is, maken integraal deel uit van de meldingsakte.

Artikel 3. De aktename is afhankelijk van de strikte naleving van de volgende milieuvoorwaarden:

1. De algemene en sectorale milieuvoorwaarden van titel II van het VLAREM:

De opgesomde algemene en sectorale milieuvoorwaarden staan in titel II van het VLAREM. Deze opsomming is louter indicatief. Bij wijziging van VLAREM wordt de exploitant geacht de meest actuele versie van de van toepassing zijnde bepalingen na te leven. De integrale en geconsolideerde tekst van titel II van het VLAREM is raadpleegbaar op de Milieunavigator, via de link: https://navigator.emis.vito.be/

Uitvoerbaarheid

U mag het project uitvoeren of exploiteren de dag na de datum van de betekening van de meldingsakte.

Aanplakking

U moet de meldingsakte bekend maken door de aanplakking van een gele affiche op de plaats waar het voorwerp van de melding uitgevoerd zal worden conform artikel 139 BVR OVG. De aanplakking moet gebeuren vooraleer u start met de uitvoering van de melding.

De gemeente kan u hierbij helpen.

Beroepsmogelijkheid

Men kan beroep instellen tegen deze uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing door een verzoekschrift tot schorsing en/of vernietiging in te dienen bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen.

Bezorg hiertoe een verzoekschrift tot schorsing en/of vernietiging per aangetekende brief aan:

Raad voor Vergunningsbetwistingen

p/a Dienst van de Bestuursrechtscolleges

Koning Albert II-laan 15 bus 130

1210 Brussel

Neerlegging ter griffie kan ook op volgend bezoekersadres:

Marie-Elisabeth Belpairegebouw

Toren Noord (2de verdieping)

Simon Bolivarlaan 17

1000 Brussel

Men doet dit op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending binnen een vervaltermijn van 45 dagen die ingaat de dag na de dag van aanplakking van de uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissing.

Het verzoekschrift wordt in vijfvoud ingediend, namelijk één origineel en vier afschriften (fotokopies of een digitale kopie).

Gelijktijdig met de indiening van het verzoekschrift stuurt u een afschrift van het verzoekschrift ter informatie aan de verwerende partij (dit is de overheid die de beslissing genomen heeft) en aan de melder/exploitant.

Het verzoekschrift moet minstens de volgende gegevens bevatten:

- De naam, de hoedanigheid, de woonplaats of de zetel van de verzoekende partij, de gekozen woonplaats in België, een telefoonnummer en een e-mailadres;

- De naam en het adres van de verweerder;

- Het voorwerp van het beroep of bezwaar;

- Een uiteenzetting van de feiten en de ingeroepen middelen;

- Een inventaris van de overtuigingsstukken.

Meer info vindt u op de website van de Raad voor Vergunningsbetwistingen.

(http://www.dbrc.be/vergunningsbetwistingen)

Zitting van 09 04 2025

Omgevingsvergunning 966

Aanvraag omgevingsvergunning over: het bouwen van een ééngezinswoning ingediend door Ben en Emily Keupers - Martens met als contactadres Eikendreef 5 te 3570 Alken. De aanvraag heeft betrekking op een terrein, gelegen Ijsvogellaan zn., kadastraal bekend: (afd. 2) sectie F 739 Z6 en (afd. 2) sectie F 739 A7. Dit dossier werd ingediend bij College van burgemeester en schepenen.

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR VAN DE GEMEENTE ALKEN

1.a. Aanvraag

1.b. Omschrijving aanvraag

het bouwen van een ééngezinswoning

Werken

Volgende stedenbouwkundige handelingen worden aangevraagd:

●        Het bouwen van een ééngezinswoning

1.c. Ligging volgens de plannen van aanleg en bijhorende voorschriften

Overwegende dat het goed ligt in het gewestplan Hasselt-Genk.(K.B.3/04/1979) – woonuitbreidingsgebieden.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving

De woonuitbreidingsgebieden zijn uitsluitend bestemd voor groepswoningbouw zolang de bevoegde overheid over de ordening van het gebied niet heeft beslist, en zolang, volgens het geval, ofwel die overheid geen besluit tot vastlegging van de uitgaven voor de voorzieningen heeft genomen, ofwel omtrent deze voorzieningen geen met waarborgen omklede verbintenis is aangegaan door de promotor.

(KB van 28.12.72 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).

Het goed is gelegen binnen de contouren van het goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Kerkveld’, definitief aangenomen door de gemeenteraad op 25/02/2016.  Voor de bewuste percelen gelden meer specifiek artikelnummer 3 – zone voor woonproject.

De aanvraag is gelegen binnen de omschrijving van een niet-vervallen verkaveling met ref. V662 goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 31.03.2021.

Overwegende dat de voorschriften van het RUP Kerkveld en de verkaveling V662 d.d. 31.03.2021 primeren op die van het gewestplan.

Verordeningen :

●        Overwegende dat het Vlaams Gewest een geïntegreerd rioleringsbeleid wenst te realiseren; dat het hergebruik van het hemelwater gevraagd wordt in het Besluit van de Vlaamse regering van 29.06.1999 en de gemeentelijke verordening van 27.04.2001;

●        Overwegende dat op 29.04.1997 een algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer werd goedgekeurd;

●        Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (BVR 5/6/2009 - B.S. 2/9/2009)

●        Overwegende dat het besluit van de Vlaamse regering van 10.02.2023 houdende de vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater, dient gevolgd te worden.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 25.10.2002 een politieverordening inzake het splitsen van ééngezinswoningen naar tweewoonsten heeft goedgekeurd.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 24.11.2022 een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het aanleggen van parkeerplaatsen heeft goedgekeurd.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 24.03.2016 een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake vrijstelling van vergunningsplicht heeft goedgekeurd.

1.d. Andere voorschriften en decreten (zoals monumenten en landschappen, wegen, natuurwetgeving, …)

Waterwetboek:

Het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt in hoofdstuk III – afdeling I bepaalde verplichtingen op, die “de watertoets” genoemd worden Deze verplichtingen zijn ondertussen verstrengd in enkele wijzigingen van dit decreet en de bijhorende uitvoeringsbesluiten, waaronder het Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 05/07/2013 en de latere wijzigingen en verstrengingsbeslissingen. De kaarten beschikbaar op www.waterinfo.be/watertoets , die vastgesteld zijn door de Vlaamse Regering op 25 november 2022, vormen de basis voor de watertoets.

Watertoets:

Overwegende dat het voorliggende project de realisatie van een nieuwbouw ééngezinswoning betreft, waarbij de bebouwde oppervlakte beperkt is, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is.  Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem beperkt.

Het perceel is deels gelegen in een pluviaal overstromingsgevoelig gebied, er werd in dit dossier dan ook advies gevraagd bij de dienst waterlopen, provincie Limburg alsook bij Watering de Herk.  Deze adviesinstanties verleenden een voorwaardelijk gunstig advies met betrekking tot dit dossier.

De totale oppervlakte van het af te wateren dakoppervlak bedraagt 145,34m².  Het dakoppervlak watert af naar een hemelwaterput van 10 000 liter die overloopt naar een open infiltratie/buffer voorziening in de tuinzone van 4 500 liter en een infiltratieoppervlakte van 11m².   Het in de hemelwaterput opgevangen hemelwater wordt hergebruikt voor de toiletten, het wasmachine en de buitenkraan.

Er werd op de plannen aangeduid dat er een tuinpad wordt voorzien naar de woning en een oprit toegang aan de rechterzijde van het perceel, alsook een terrasverharding aan de achterzijde.  Voor deze verhardingen kan het hemelwater afwateren op het eigen perceel gezien dit ter plaatse kan infiltreren langs en door de verharding waar deze waterdoorlatend is.  De aan te leggen verhardingen dienen zoveel mogelijk in waterdoorlatende materialen te worden voorzien zowel in fundering als opbouw.

Het afvalwater wordt gescheiden afgevoerd tot op de perceelsgrens en aangesloten op de openbare riolering volgens de geldende richtlijnen en bepalingen.  De voorziene hemelwaterput en infiltratie/buffervoorziening compenseren de te verharden oppervlakte.

De voorliggende aanvraag voldoet aan het besluit van de Vlaamse regering houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwater.

Milieu:

///

Stikstofdecreet:

Het Decreet van de Vlaamse Overheid over de programmatische aanpak stikstof (kortweg ‘Stikstofdecreet’) verstaat het bouwen van dit project volgens artikel 2.41° als een vergunningsplichtig verkeergenererend project en dat geen verkeerdragend infrastructuurproject is en dat stikstofemissiegererende vervoersbewegingen veroorzaakt, of de wijziging van een dergelijk project.

De door de aanvrager berekende gecumuleerde effecten van de stikstofdepositie ten gevolge van vervoersbewegingen en/of stationaire bronnen tijdens de aanlegfase en exploitatiefase, veroorzaakt door de activiteit, zijn lager dan 1% minimisdrempelwaardes en een verdere passende beoordeling voor de effecten van stikstofdepositie via lucht zijn niet nodig. Dit betekent dat zelfs indien het project op het meest kritische habitat gebouwd wordt, de impact niet zal zorgen voor een overschrijding van de 1% minimisdrempelwaardes.

1.e. Procedureverloop

1.f. Historiek

Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:

- Overwegende dat op 31.03.2021 een verkavelingsvergunning (V662) voor het verkavelen van 3 loten open bebouwing werd verleend door het college van burgemeester en schepenen.

2.a. Beschrijving van de bouwplaats, de omgeving en de aanvraag

De aanvraag betreft het bouwen van een open ééngezinswoning.

Het perceel is gelegen aan een gemeentelijke weg, nl. de Ijsvogellaan, een geasfalteerde gemeenteweg die voldoende is uitgerust gelet op de plaatselijke toestand en het pv van voorlopige oplevering van 18/09/2018.  Huidig perceel maakt deel uit van een verkaveling gesitueerd binnen de ontwikkeling van het binnengebied gelegen in het verlengde van de Lijsterlaan en Merellaan, meer bepaald binnen het RUP Kerkveld.  Het betreft een perceel gesitueerd aan het einde van de Ijsvogellaan in open bebouwing.  Het aanpalende lot rechts betreft een lot in open bebouwing dat recent bebouwd werd en aan de linkerzijde grenst het perceel aan de Bapenakkerbeek.

De nieuwbouw woning wordt ingeplant op ongeveer 3m van de voorliggende rooilijn met de Ijsvogellaan, volgens het ingetekende bouwkader binnen de goedgekeurde verkaveling.  Het ontwerp voorziet een landelijke woning met een hoofdvolume bestaande uit 2 volwaardige bouwlagen afgewerkt met een hellend dak.  Er blijft een afstand van 3m25 behouden ten aanzien van de rechter perceelsgrens en ruim een afstand van 5m45 ten aanzien van de Bapenakkerbeek waardoor de zone non aedificandi ten aanzien van deze waterloop behouden blijft.

Er wordt een woning voorzien bestaande uit 2 volwaardige bouwlagen met een kroonlijsthoogte van ongeveer 5,90m en een nokhoogte van 10m70.  De bouwdiepte op het gelijkvloers niveau bedraagt 15m en op de verdieping 9m, de meerdiepte op het gelijkvloers niveau zal worden afgewerkt met een plat dak constructie.

De woning wordt opgetrokken in een rood genuanceerde gevelsteen in een combinatie met een zwart buitenschrijnwerk.  De dakbedekking zal gebeuren door middel van antracietkleurige dakpannen.  De regenafvoeren en goten worden in zink uitgevoerd.

Het reliëf van het perceel wordt miniem aangepast rondom de woning zodat het vloerpeil boven de kritieke overstromingshoogte zal liggen en toegankelijk zijn. Aan de linkerzijde van het perceel wordt het bestaande terrein behouden.

2.b. Verenigbaarheid met voorschriften inzake ruimtelijke ordening (ruimtelijke uitvoeringsplannen, plannen van aanleg, verkavelingsvoorschriften, verordeningen, …) en milieu (vogel- en habitatrichtlijn, biologische waardering, …)

De aanvraag is in strijd met de voorschriften van de verkaveling V662 voor wat betreft de maximale breedte van de inrit in aansluiting met het openbaar domein.

Conform artikel 4.4.1.§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordeningen kunnen in een stedenbouwkundige vergunning, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft:

1° de bestemming;

2° de maximaal mogelijke vloerterreinindex;

3° het aantal bouwlagen.

De voorschriften van de verkaveling V662 stellen dat:

Er slechts een inrit/toegang mag gerealiseerd worden met een maximale breedte van 4m50 ten aanzien van het voorliggende openbare domein.

Het ontwerp voorziet een open ééngezinswoning opgetrokken op slechts 3m van de voorliggende rooilijn zoals voorzien in de verkaveling.  Er wordt zowel 1 parkeerplaats voorzien in het gebouw zelf alsook een 2de in de zijtuinstrook.  Echter om de toegang te kunnen voorzien naar zowel de inpandige garage alsook de zijtuinstrook dient de breedte van de inrit groter te zijn dan de voorgeschreven 4m50 gezien de bouwlijn van dit perceel zich slechts situeert op 3m van de voorliggende openbare weg.  De breedte van de inrit aan de rooilijn zal hierdoor voorzien worden op een breedte van 6m ipv 4m50.  Wat ter plaatse kan aanvaard worden gezien de ligging van de bouwzone op korte afstand van de voorliggende doodlopende wegenis en de verspringing van het openbaar domein ter hoogte van het perceel.  Voorgesteld ontwerp sluit daarbij aan op de omgeving en de reeds bestaande bebouwingen in de omgeving zonder afbreuk te doen aan de maximale bebouwingsgraad op het perceel.   De voorgestelde verharding blijft ook beperkt tot het noodzakelijke voor de toegang naar de inpandige garage en de zijtuinstrook rechts.  Voorgestelde afwijking kan ter plaatse aanvaard worden gezien ze beperkt is en geen hinder zal veroorzaken ten aanzien van de aanpalende percelen en de omgeving.  Het betreft een minimale toename van de normen voorzien in de geldende voorschriften waardoor deze afwijking rekening houdt met de basisvisie van de verkaveling en het ontwerp bijgevolg nog steeds conform is aan de ruimtelijke aanleg ter plaatse.

2.c. Adviezen

Externe Adviezen

2.d. Bespreking van de adviezen

●     De aanvraag werd op 16.12.2024 alsook op 24.02.2025 digitaal voor advies voorgelegd aan Watering de Herk.  Op 08.01.2025 alsook 24.03.2025  werd er een voorwaardelijk gunstig advies via het omgevingsloket ontvangen.  De integrale inhoud van dit advies kan worden onderschreven

●     De aanvraag werd op 16.12.2024 alsook op 24.02.2025 digitaal voor advies voorgelegd aan dienst waterlopen, provincie Limburg.  Op 06.01.2025 alsook 23.03.2025 werd er een voorwaardelijk gunstig advies met ref. 2024N156052 - 2024 - 2136 ontvangen.  De integrale inhoud van dit advies kan worden onderschreven

●     De aanvraag werd op 16.12.2024 digitaal voor advies voorgelegd aan Fluvius - Kenniscentrum riolering.  Op 14.01.2025 werd er een voorwaardelijk gunstig advies met ref. 5000087991 ontvangen.  De integrale inhoud van dit advies kan worden onderschreven

●     De aanvraag werd op 16.12.2024 digitaal voor advies voorgelegd aan De Watergroep.  Op 17.12.2024  werd er een voorwaardelijk gunstig advies via het omgevingsloket ontvangen.  De integrale inhoud van dit advies kan worden onderschreven

2.e. Openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 26 december 2024 tot 24 januari 2025.

Resultaat : geen petitielijsten, geen schriftelijke bezwaren, geen schriftelijke gebundelde bezwaren, geen mondelinge bezwaren en één digitaal bezwaar

Behandeling van de bezwaren:

Bezwaar1

Datum 17 januari 2025

Inhoud van het bezwaar

Uit nazicht van de plannen van dhr. Keupers en mevr. Martens blijkt dat de plaatsing van hun carport tot op de perseelsgrens is voorzien. 

Echter (zie ook bijlage) is dit volgens het RUP niet toegestaan, bij het plaatsen van niet gekoppelde woningen dient er minimaal 6m tussen bijde hoofdgebouwen te zijn. Gezien deze carport gekoppeld is aan het volledige gebouw beschouwen wij dit als een deel van het hoofd gebouw. Graag wensen wij dat er voor het plaatsen van een carport ook rekening word gehouden met het RUP.  Indien hier geen rekening mee gehouden word bemoeilijkt dit onze doorgang naar de achterzijde van onze woning met voertuigen en het plaatsen van een toekomstigge omheining tussen beide percelen. Anderzijds is er een raam geplaats aan onze woning ter hoogte van de carport. Bij dichte plaatsing tegen de perceelsgrens zal dit de inval van daglicht in onze woning belemmeren. 

Bij verder vragen staan wij steeds open voor een gesprek 

2.f. Bespreking van het openbaar onderzoek

Overwegende dat het openbaar onderzoek werd gehouden van 26.12.2024 tot en met 24.01.2025 omwille van het feit dat voorliggend ontwerp afwijkt van de verkavelingsvoorschriften.

Na het openbaar onderzoek kan de bevoegde overheid toestaan dat de vergunningsaanvrager wijzigingen aanbrengt in zijn vergunningsaanvraag. Het verzoek daartoe gaat uit van de vergunningsaanvrager.

Er moet geen nieuw openbaar onderzoek worden georganiseerd, wanneer met de aanpassing van de plannen tegemoet gekomen wordt aan de adviezen en/of aan de bezwaren die tijdens het openbaar onderzoek werden geformuleerd: dit houdt niet in dat de planaanpassingen volledig aan de tijdens het openbaar onderzoek ingediende bezwaren en opmerkingen moeten tegemoetkomen (RvVb 17 april 2018, nr. RvVb/A/1718/0784)

Er werd op 21.02.2025 een gewijzigde projectinhoud aanvaard waarbij er een aanpassing van de plannen werd gedaan in functie van het ingediende bezwaar.  Ook werd er een akkoord verklaring toegevoegd van de bezwaarindiener aangaande de ingediende aanpassingen.  Er werd bijgevolg voldaan aan de opmerkingen ingediend tijdens het openbaar onderzoek.

2.g. Beoordeling

Beoordeling van de goede plaatselijke aanleg:

De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met het oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen – houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.

●        Functionele inpasbaarheid: De aanvraag is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurde niet-vervallen verkaveling met ref. V662 en het RUP Kerkveld. . Voorliggende aanvraag is, gelet op de toegestane afwijking, niet strijdig met de geldende voorschriften en is bijgevolg functioneel inpasbaar in de omgeving.

●        Mobiliteitsaspect: Er dient in alle redelijkheid te worden gesteld dat de oprichting van één open eengezinswoning geen invloed zal hebben op de mobiliteit.

●        Schaal: Gelet op de geldende voorschriften geeft het geplande gabarit van de woning geen aanleiding tot verlies van ruimtelijke kwaliteit. De op te richten bebouwingen binnen de omgeving kenmerken zich door ééngezinswoningen, met een profiel van één tot twee bouwlagen eventueel onder een hellend dak.  Onderhavig ontwerp voorziet twee bouwlagen onder een hellend dak.  De maximale bouwhoogte blijft beperkt en sluit aan op de geldende voorschriften binnen deze omgeving.  Het ontwerp is wat omvang en gabarit betreft niet storend in de ruimtelijke context en kan bijgevolg worden aanvaard.

●        Ruimtegebruik en bouwdichtheid: De op te richten woning overschrijdt geenszins de draagkracht van het terrein.  De voorgestelde invulling past wat de korrelgrootte betreft in de specifieke ruimtelijke context.  Bij de inplanting is rekening gehouden met het ingetekende bouwkader conform aan de verkaveling.

●        Visueel-vormelijke elementen: De woning wordt opgetrokken in rood genuanceerde gevelsteen in een combinatie met een zwart buitenschrijnwerk.  De dakbedekking zal gebeuren door middel van antracietkleurige dakpannen.  De regenafvoeren en goten worden in zink uitgevoerd.  Het gekozen materiaal doet geen afbreuk aan de omgeving die gekenmerkt is door recent vergunde woningen opgetrokken in verschillende materialen waardoor huidige materialen aansluiten met de bestaande woningen.  De aanvraag is dus stedenbouwkundig verantwoord en verenigbaar met de bestaande en voorziene bebouwing en de aanwezige infrastructuur.  De werken hebben een geringe impact ten aanzien van de omgeving en brengen de goede ruimtelijke ordening niet in het gedrang.

●        Cultuurhistorische aspecten: Het eigendom ligt niet in een beschermd stads- of dorpsgezicht, noch palend aan of in het gezichtsveld van een monument.  De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten.

●        Het bodemreliëf: Het bestaande bodemreliëf blijft grotendeels ongewijzigd.  Het terrein wordt miniem aangepast rondom de woning zodat het vloerpeil boven de kritieke overstromingshoogte zal liggen en toegankelijk zal zijn.

●        Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen: Er dient in alle redelijkheid te worden gesteld dat, gelet op het ontwerp met een beperkte toegestane afwijking inzake de gebruikte materialen, de privacy van de omwonenden geenszins wordt geschonden.  De voorgestelde invulling zal geen invloed hebben op de leefbaarheid en kwaliteit van de omgeving.

Gemotiveerde beoordeling van de aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichting of activiteit op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu:

///

Conclusie

Voorwaardelijk gunstig advies

Gunstig advies, onder volgende voorwaarden:

●        Het voorwaardelijk gunstig advies van de dienst Waterlopen, provincie Limburg d.d. 23.03.2025 met ref. 2024N156052 - 2024 – 2136 dient strikt nageleefd te worden.  Alsook het advies van Watering de Herk d.d. 24.03.2025.

●        Het advies van de Watergroep d.d. 17.12.2024 dient nageleefd te worden.

●        De algemene en bijzondere voorwaarden van Fluvius – kenniscentrum riolering met ref. 5000087991  d.d. 14.01.2025 dienen opgevolgd te worden.

●        Het werfverkeer voor de ontwikkeling van het gebied Kerkveld dient te gebeuren langs de aansluiting met de Motstraat volgens het plan in bijlage van de vergunning.

●        Voor bronbemalingen moet voldaan worden aan de sectorale voorschriften voor subrubriek 53.2 van de indelingslijst van Vlarem I (art. 5.53.6.1.1 van Vlarem II); met betrekking tot de lozing van het bemalingswater wordt verwezen naar Vlarem II art. 6.2.2.1.2 § 5.

●        De lozing van het bemalingswater dient te gebeuren overeenkomstig art. 6.2.2.1.2 § 5 van Vlarem II.

●        De reglementeringen inzake bronbemaling/droogzuiging bij bouwwerken dient strikt na te worden geleefd. Indien er een bronbemaling/droogzuiging geplaatst wordt voor aanvang van de bouwwerken dient men een melding te doen bij de milieudienst van de gemeente Alken. Let op!  Bij de plaatsing van een bronbemaling/droogzuiging mag het opgepompte water nooit worden geloosd binnen/over het openbaar wegdomein!

●        Indien er innames van het openbaar domein gebeuren tijdens de realisatie van de bouwwerken dient er rekening gehouden te worden met het geldende gemeentelijk reglement/verordening inzake inname openbaar domein en dient er een aanvraag te worden gericht tot inname openbaar domein aan de gemeente Alken – college van burgemeester en schepenen.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

Besluit

BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 09/04/2025 HET VOLGENDE:

1. De aanvraag ingediend door Ben en Emily Keupers - Martens met als contactadres Eikendreef 5 te 3570 Alken, het bouwen van een ééngezinswoning, gelegen , kadastraal bekend: (afd. 2) sectie F 739 Z6 en (afd. 2) sectie F 739 A7 voorwaardelijk te vergunnen.

2. Er worden volgende voorwaarden opegelegd:

●        Het voorwaardelijk gunstig advies van de dienst Waterlopen, provincie Limburg d.d. 23.03.2025 met ref. 2024N156052 - 2024 – 2136 dient strikt nageleefd te worden.  Alsook het advies van Watering de Herk d.d. 24.03.2025.

●        Het advies van de Watergroep d.d. 17.12.2024 dient nageleefd te worden.

●        De algemene en bijzondere voorwaarden van Fluvius – kenniscentrum riolering met ref. 5000087991  d.d. 14.01.2025 dienen opgevolgd te worden.

●        Het werfverkeer voor de ontwikkeling van het gebied Kerkveld dient te gebeuren langs de aansluiting met de Motstraat volgens het plan in bijlage van de vergunning.

●        Voor bronbemalingen moet voldaan worden aan de sectorale voorschriften voor subrubriek 53.2 van de indelingslijst van Vlarem I (art. 5.53.6.1.1 van Vlarem II); met betrekking tot de lozing van het bemalingswater wordt verwezen naar Vlarem II art. 6.2.2.1.2 § 5.

●        De lozing van het bemalingswater dient te gebeuren overeenkomstig art. 6.2.2.1.2 § 5 van Vlarem II.

●        De reglementeringen inzake bronbemaling/droogzuiging bij bouwwerken dient strikt na te worden geleefd. Indien er een bronbemaling/droogzuiging geplaatst wordt voor aanvang van de bouwwerken dient men een melding te doen bij de milieudienst van de gemeente Alken. Let op!  Bij de plaatsing van een bronbemaling/droogzuiging mag het opgepompte water nooit worden geloosd binnen/over het openbaar wegdomein!

●        Indien er innames van het openbaar domein gebeuren tijdens de realisatie van de bouwwerken dient er rekening gehouden te worden met het geldende gemeentelijk reglement/verordening inzake inname openbaar domein en dient er een aanvraag te worden gericht tot inname openbaar domein aan de gemeente Alken – college van burgemeester en schepenen.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

Verval van de omgevingsvergunning – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 99. § 1. De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

4° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangt;

5° als de kleinhandelsactiviteiten niet binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangen.

De termijn, vermeld in het eerste lid, 1°, kan evenwel, op verzoek van de vergunninghouder, voor een periode van twee jaar verlengd worden als hij aantoont dat de niet-verwezenlijking het gevolg is van een vreemde oorzaak die hem niet kan worden toegerekend. De vergunninghouder dient de aanvraag van de verlenging, op straffe van verval, met een beveiligde zending en minstens drie maanden vóór het verstrijken van de oorspronkelijke vervaltermijn van twee jaar in bij de overheid die de vergunning heeft verleend. Die overheid weigert de aanvraag van de verlenging alleen als:

1° er geen sprake is van een vreemde oorzaak die niet aan de vergunninghouder kan worden toegerekend;

2° de aangevraagde en vergunde handelingen strijdig zijn met inmiddels gewijzigde stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften.

De overheid bezorgt haar beslissing uiterlijk de dag van het verstrijken van de oorspronkelijke vervaltermijn van twee jaar. Bij ontstentenis van een beslissing wordt de verlenging geacht te zijn goedgekeurd. Als de verlenging wordt goedgekeurd, worden de termijnen, vermeld in het eerste lid, 3° en 4°, ook met twee jaar verlengd.

Als de omgevingsvergunning uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede fase en de volgende fasen worden de termijnen van verval bijgevolg gerekend vanaf de aanvangsdatum van de fase in kwestie.

§ 2. De omgevingsvergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen voor de inkennisstelling van de stopzetting.

§ 2/1. De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van kleinhandelsactiviteiten vervalt van rechtswege als de kleinhandelsactiviteiten meer dan vijf opeenvolgende jaren worden onderbroken.

§ 2/2. De omgevingsvergunning voor het wijzigen van de vegetatie vervalt van rechtswege als het wijzigen van de vegetatie niet binnen twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangt.

§ 3. Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1, betrekking hebben op een gedeelte van het bouwproject, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor het niet-afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt als het, in voorkomend geval na de sloping van de niet-afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten.

Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1 of 2, alleen betrekking hebben op een gedeelte van de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor dat gedeelte.

Artikel 100. De omgevingsvergunning blijft onverkort geldig als de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 naar klasse 2 overgaat of omgekeerd.

In geval de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 of 2 naar klasse 3 overgaat, geldt de vergunning als aktename en blijven de bijzondere voorwaarden gelden.

Artikel 101. De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1 worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de omgevingsvergunning aanhangig is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, overeenkomstig hoofdstuk 9 behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschadevergoeding desalniettemin behouden.

De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving.

De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, § 1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken.

De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI van de VCRO, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel.

Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 52. (…)

De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.

Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:

1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;

2° het betrokken publiek;

3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;

4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;

5° ...;

6° de leidend ambtenaar van het Departement Omgeving of, bij zijn afwezigheid, zijn gemachtigde;

7° de leidend ambtenaar van het Agentschap Innoveren en Ondernemen of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde, als het project vergunningsplichtige kleinhandelsactiviteiten omvat;

8° de leidend ambtenaar van het agentschap, bevoegd voor natuur en bos, of, bij zijn afwezigheid, zijn gemachtigde als het project vergunningsplichtige wijzigingen van de vegetatie omvat.

Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:

1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;

3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.

In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:

1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;

2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;

3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.

Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.

Als met toepassing van artikel 31/1 bij de Vlaamse Regering een georganiseerd administratief beroep werd ingesteld tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, bevat het beroep op straffe van onontvankelijkheid een afschrift van het beroepschrift bij de Vlaamse Regering.

Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:

1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;

2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

De Vlaamse Regering bepaalt, eventueel met inbegrip van een onontvankelijkheidssanctie, nadere regels met betrekking tot de opbouw en de inhoud van het beroepsschrift en de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.

Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de provinciale respectievelijk gewestelijke omgevingsambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.

Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de provinciale respectievelijk gewestelijke omgevingsambtenaar of de door hem gemachtigde de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.

Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.

Artikel 57/1. Beroepen inzake omgevingsvergunningen die uitsluitend kleinhandelsactiviteiten omvatten en die louter gebaseerd zijn op economische criteria in functie van economische doelstellingen, zijn onontvankelijk.

Artikel 58. Het resultaat van het onderzoek, vermeld in artikel 57, wordt aan de beroepsindiener binnen een termijn van dertig dagen die ingaat de dag na de datum van de verzending van het beroepschrift per beveiligde zending meegedeeld.

De onvolledigheid of onontvankelijkheid heeft van rechtswege de stopzetting van de beroepsprocedure tot gevolg. De beslissing wordt ter kennis gebracht van:

1° de beroepsindiener;

2° de vergunningsaanvrager;

3° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

4° het college van burgemeester en schepenen.

Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:

1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;

2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;

3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:

1. een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;
2. het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;

4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.

Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:

1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;

2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;

3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.

Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.

Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.

Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.

De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.

Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.

Beroepsmogelijkheden – regeling “wegenberoep” (het Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen)

Artikel 31/1. §1. Tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg kan in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering door de personen of instanties, vermeld in artikel 53. De vereiste, vermeld in artikel 53, tweede lid, is ook van toepassing op het beroep tegen het besluit van de gemeenteraad.

Het beroep leidt tot de vernietiging van het bestreden besluit of tot de afwijzing van het beroep op grond van de onontvankelijkheid of de ongegrondheid ervan.

§ 2. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid met een beveiligde zending ingediend bij de Vlaamse Regering binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat op:

1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;

3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

De indiener van het beroep bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig met de beveiligde zending van het beroep aan de Vlaamse Regering, een afschrift van het beroepschrift met een beveiligde zending aan het college van burgemeester en schepenen en aan de bevoegde beroepsinstantie, vermeld in artikel 52.

§ 3. Het college van burgemeester en schepenen bezorgt het volledige dossier of een afschrift daarvan onmiddellijk na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift, aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.

§ 4. De Vlaamse Regering neemt een beslissing over het beroep binnen een termijn van negentig dagen, die ingaat de dag na de ontvangst van het dossier, vermeld in paragraaf 3. Die termijn is een termijn van orde.

De Vlaamse Regering brengt de indiener van het beroepschrift, de bevoegde overheid en de gemeente onmiddellijk op de hoogte van haar beslissing.

§ 5. Het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg kan alleen worden vernietigd:

1° wegens strijdigheid met het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen;

2° wegens strijdigheid met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van hetzelfde decreet;

3° wegens de niet-naleving van een substantiële vormvereiste.

(NVDR: Ingevolge het delegatiebesluit (BVR 25/7/2014) is de minister, bevoegd voor Mobiliteit en Openbare Werken, bevoegd voor dit “wegenberoep”. Dit beroep kan niet digitaal worden ingesteld.)

Mededeling

Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.

Zitting van 09 04 2025

Omgevingsvergunning 969

Aanvraag omgevingsvergunning over: de verbouwing van een halfopen ééngezinswoning ingediend door Stefan en Sylvie Vanderhoydonk - Lemestré wonende te Ridderstraat 28 te 3570 Alken. De aanvraag heeft betrekking op een terrein, gelegen Ridderstraat 28, kadastraal bekend: (afd. 2) sectie F 393 W. Dit dossier werd ingediend bij College van burgemeester en schepenen.

VERSLAG GEMEENTELIJKE OMGEVINGSAMBTENAAR VAN DE GEMEENTE ALKEN

1.a. Aanvraag

1.b. Omschrijving aanvraag

de verbouwing van een halfopen ééngezinswoning

Werken

Volgende stedenbouwkundige handelingen worden aangevraagd:

te verbouwen ééngezinswoning

te regulariseren verhardingen

1.c. Ligging volgens de plannen van aanleg en bijhorende voorschriften

Overwegende dat het goed ligt in woongebied volgens het gewestplan Hasselt-Genk, koninklijk besluit van 3 april 1979.

De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.

Het eigendom is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg Centrum 1 / wijziging vel 1 (Stasveld), goedgekeurd op 16 maart 1983.

Het eigendom is gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd ruimtelijk uitvoeringsplan Centrum 5 Zuid, goedgekeurd op 24 juni 2021. Het eigendom is gelegen binnen de zone voor wonen.

Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een niet-vervallen verkaveling.

Verordeningen :

●        Overwegende dat het Vlaams Gewest een geïntegreerd rioleringsbeleid wenst te realiseren; dat het hergebruik van het hemelwater gevraagd wordt in het Besluit van de Vlaamse regering van 29.06.1999 en de gemeentelijke verordening van 27.04.2001;

●        Overwegende dat op 29.04.1997 een algemene bouwverordening inzake wegen voor voetgangersverkeer werd goedgekeurd;

●        Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake toegankelijkheid (BVR 5/6/2009 - B.S. 2/9/2009)

●        Overwegende dat het besluit van de Vlaamse regering van 10.02.2023 houdende de vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening hemelwater, dient gevolgd te worden.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 25.10.2002 een politieverordening inzake het splitsen van ééngezinswoningen naar tweewoonsten heeft goedgekeurd.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 24.11.2022 een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake het aanleggen van parkeerplaatsen heeft goedgekeurd.

●        Overwegende dat de gemeenteraad van Alken op 24.03.2016 een gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake vrijstelling van vergunningsplicht heeft goedgekeurd.

1.d. Andere voorschriften en decreten (zoals monumenten en landschappen, wegen, natuurwetgeving, …)

Waterwetboek:

Het decreet van 18 juli 2003 betreffende het algemeen waterbeleid (Belgisch Staatsblad 14 november 2003) legt in hoofdstuk III – afdeling I bepaalde verplichtingen op, die “de watertoets” genoemd worden Deze verplichtingen zijn ondertussen verstrengd in enkele wijzigingen van dit decreet en de bijhorende uitvoeringsbesluiten, waaronder het Besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van een gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater van 05/07/2013 en de latere wijzigingen en verstrengingsbeslissingen. De kaarten beschikbaar op www.waterinfo.be/watertoets , die vastgesteld zijn door de Vlaamse Regering op 25 november 2022, vormen de basis voor de watertoets.

Watertoets :

Overwegende dat het voorliggende project, de verbouwing van een bestaande woning betreft, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Er worden geen ingrijpende wijzigingen gedaan aan de afwatering waardoor er geen bijkomende maatregelen dienen genomen te worden in het kader van de watertoets en de hemelwaterverordening.

Het perceel is gelegen in pluviaal overstromingsgevoelig gebied. Hiertoe werd advies gevraagd aan de bevoegde instanties.

Een hemelwaterput van 10.000 liter zal voorzien worden. Het hemelwater zal gerecupereerd worden voor de toiletten en de buitendienstkranen.

Milieu:

///

Stikstofdecreet:

Het Decreet van de Vlaamse Overheid over de programmatische aanpak stikstof (kortweg ‘Stikstofdecreet’) verstaat het bouwen van dit project volgens artikel 2.41° als een vergunningsplichtig verkeergenererend project en dat geen verkeerdragend infrastructuurproject is en dat stikstofemissiegererende vervoersbewegingen veroorzaakt, of de wijziging van een dergelijk project.

De door de aanvrager berekende gecumuleerde effecten van de stikstofdepositie ten gevolge van vervoersbewegingen en/of stationaire bronnen tijdens de aanlegfase en exploitatiefase, veroorzaakt door de activiteit, zijn lager dan 1% minimisdrempelwaardes en een verdere passende beoordeling voor de effecten van stikstofdepositie via lucht zijn niet nodig. Dit betekent dat zelfs indien het project op het meest kritische habitat gebouwd wordt, de impact niet zal zorgen voor een overschrijding van de 1% minimisdrempelwaardes.

1.e. Procedureverloop

1.f. Historiek

Perceelnummer : (afd. 2) sectie F 393 W

De woning dateert van voor 1962 en wordt geacht vergund te zijn.

Er zijn geen relevante voorgaande vergunningen gekend voor het perceel.

2.a. Beschrijving van de bouwplaats, de omgeving en de aanvraag

Deze aanvraag voor het bekomen van een omgevingsvergunning kadert binnen de wens om een ééngezinswoning in halfopen verband te verbouwen.

Het goed, waar deze aanvraag betrekking op heeft, situeert zich in het westelijke deel van de woonkern van Alken-Centrum. Zowel het noordelijke als het oostelijke als het westelijke perceel grenzend aan het onderwerp van de aanvraag, zijn reeds bebouwd.

Het perceel betreft een hoekperceel. De woning wordt in oostelijke richting omsloten door de Ridderstraat, een wegenis omgeven door hoofdzakelijk woonentiteiten in halfopen en gesloten verband aan weerszijden. De gemeenteweg betreft een technisch voldoende uitgeruste weg en is in zijn huidige toestand niet druk bereden.

Het perceel wordt in zuidelijke richting omsloten door de Doktoorstraat, een wegenis omgeven door hoofdzakelijk woonentiteiten in open en halfopen verband aan weerszijden. De gemeenteweg betreft een technisch voldoende uitgeruste weg en is in zijn huidige toestand niet druk bereden.

De onmiddelijke omgeving wordt gekenmerkt door hoofdzakelijk meergezinswoningen en ééngezinswoningen in open, halfopen en gesloten verband. De woningen werden opgetrokken in verschillende bouwstijlen doorheen de jaren. Door de reeds bestaande bebouwing en de reeds aanwezige infrastructuur is de structuur en ordening van het gebied gekend.

Globaal gezien ligt het desbetreffende terrein vlak. De aanvrager wenst dit profiel na de geplande werken te behouden.

Volgens het vigerende gewestplan Hasselt-Genk (KB 3 april 1979) ligt het terrein binnen een woongebied.

De site ligt binnen de contouren van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan ‘Alken Centrum 5 Zuid’ (24 juni 2021). Het perceel valt onder art. 1 ‘zone voor wonen’. Het projectgebied maakt deel uit van een bijzonder plan van aanleg, nl. ‘Centrum 1 - wijziging vel 1 (Stasveld)’ (16 maart 1983).

De woning maakt geen deel uit van een goedgekeurde, niet-vervallen verkaveling.

De woning ligt niet binnen een vogelrichtlijngebied, noch een habitatrichtlijngebied zoals de wetgeving ter zake deze voorzien, zelfs niet binnen de invloedssfeer ervan.

De overstromingskaarten, opgesteld in het kader van het waterdecreet, geven aan dat de site gelegen is binnen een zone die gevoelig is voor pluviale overstromingen. Zowel de perceelscore (P-score) als de gebouwscore (G-score) bedraagt D. Deze quotering geeft aan dat er een middelgrote kans is op overstromingen.

De landschapsatlas, die een weergave is van onder meer alle bijzonder waardevolle landschappen in Vlaanderen, geeft aan dat de locatie niet gelegen is in een dergelijk waardevol landschap.

Op het terrein zijn geen cultuurhistorische elementen gekend.

Volgens de biologische waarderingskaarten, die voor Vlaanderen de gebieden aangeven die biologisch erg waardevol zijn, ligt het perceel niet binnen een gebied met biologisch waardevolle elementen.

Op de kaart die een overzicht geeft van vastgestelde beschermingszones rond grondwaterwinningen in het Vlaamse gewest, behoort de projectsite niet tot een beschermingszone noch een waterwingebied.

Volgens de zonerings- en uitvoeringsplannen die werden opgemaakt door de Vlaamse Milieumaatschappij, ligt het perceel binnen centraal gebied.

De aanvrager wenst een bestaande ééngezinswoning in halfopen verband te verbouwen. De verbouwing betreft het wijzigen en beperkt uitbreiden van het middenstuk. Deze vormt de connectie tussen het historische hoofdvolume en de voormalige stalling.

Gelet op de uitwerking, de aard van werken en de overeenstemming met de vigerende voorschriften, zijn wij de mening toegedaan dat de aanvraag sluitend is.

De implicaties van de uit te voeren werken voor het verbouwen van een halfopen ééngezinswoning en het aanpassen van een beperkte oppervlakte aan verhardingen in de voor- en zijtuin zijn eerder beperkt. Het gehele ontwerp is een samenbundeling van een specifiek bouwprogramma van de hedendaagse ééngezinswoning. Het ontwerp is opgebouwd om een kwalitatief wonen en leven te garanderen op het eigen perceel maar ook op de belendende percelen.

Het spel van volumes is in harmonie met de bestaande woningen in de directe én indirecte omgeving en passend in het straatbeeld. De woning en de verhardingen vormen door hun onopvallende karakter op geen enkele wijze noch een nadeel, noch een belemmering voor de buurt. Het gehele ontwerp is een samenbundeling van een specifiek bouwprogramma van de hedendaagse ééngezinswoning, ontwerpkarakteristieken ontleend aan de omgeving en voorschriften van diverse instanties. Binnen de architectuuropdracht m.b.t. het verbouwen een half openwoning werd er dan ook rekening gehouden met de volgende elementen;

Door zijn onopvallende karakter is het geheel aldus volstrekt in harmonie met de bestaande woningen in de directe en indirecte omgeving. De eenvoudige doch kwaliteitsvolle vormgeving past binnen het straatbeeld en vormt op geen enkele wijze een belemmering noch nadeel voor de omgeving.

De woning wordt bestaat uit 3 aaneensluitende volumes. De uiterste delen worden vormgegeven door een zadeldak. Het middenste gedeelte, hetgeen dat wordt verbouwd, zal worden afgewerkt met een plat dak. Door het reliëf tussen de verschillende volumes wordt enige massiviteit uitgesloten en zal diepte in het ontwerp gecreëerd worden.

De materialen worden gekozen in functie van het eigen project alsook in functie van de bestaande volumes in de directe omgeving van het project:

 Het buitenschrijnwerk wordt voorzien in zwart aluminium.

 De raampartijen zijn voorzien in geïsoleerde thermische beglazing.

 De buitengevel van het middelste volume wordt voorzien in een plaatmateriaal (volkern) met een zwarte kleur.

De nieuwe raampartijen van het middelste volume geven uit op de voortuin om de relatie van de achterliggende ruimtes met de tuin en groenzones te versterken. Daarnaast kan er door het nastreven van een maximale natuurlijke lichtinval de kwaliteit van de achterliggende ruimtes geconsolideerd worden.

In alle redelijkheid kan gesteld worden dat door de gekozen oriëntering naar aangrenzende tuin en de grootte van de raamopeningen, de privacy van de belendende percelen en diens woningen gewaarborgd blijft.

Door de aard valt onderhavig project onder de EPB- en ventilatieplicht. Het gehele ontwerp is opgebouwd volgens het principe van trias energetica. Hierbij wordt de vraag naar energie beperkt door de hoge isolatiegraad van het te herbouwen volume. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van hernieuwbare energie in de vorm van een PV-installatie. De toestellen die zullen worden aangewend zijn van dien aard dat de benodigde energie op een efficiënte wijze zal worden omgezet.

Er wordt gestreefd naar een zo beperkt mogelijk verharde oppervlakte zodoende dat het residentiële karakter van het perceel wordt gevrijwaard. Het hemelwater dat op de verhardingen valt, watert af in de omliggende groenzones. Deze zones worden ruim gedimensioneerd zodoende dat een lokale infiltratie steeds mogelijk is.

Onderhavige aanvraag valt niet onder de verplichting voor het voorzien van een hemelwaterput en een infiltratievoorziening (cfr. gewestelijke hemelwaterverordening). Zo zal het hemelwater afkomstig van de verhardingen zal de mogelijkheid hebben om zijdelings te infiltreren. De belendende groenzones zijn dan ook ruim en voldoen aan de minimale dimensies.

De afvoeren van de bestaande woning worden daar waar mogelijk aangepast. Dit zal ook tijdens de verbouwingswerken moeten blijken dewelke aangepast kunnen worden. Onder voorbehoud werd de stroming van het hemelwater aangegeven op het funderingsplan. Echter kan de effectieve aanpassing niet gegarandeerd worden. De voorgestelde aanpassingen kunnen niet beschouwd worden als ingrijpend. Hierdoor vervalt de noodzaak voor het plaatsen van een hemelwaterput en een infiltratievoorziening.

Daar de plaatsing van een hemelwaterput een zinvolle investering blijkt, wenst de bouwheer echter wel te voorzien in het hergebruik van het hemelwater. Zo zal er een hemelwaterput van 10.000 liter voorzien worden. Het hemelwater zal gerecupereerd worden voor de toiletten en de buitendienstkranen.

Bovenstaande duidt dat de aanvraag voldoet aan de vereisten opgenomen in de gewestelijke hemelwaterverordening.

Volgens de geest van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan er met de volgende elementen rekening worden gehouden:

 functionele inpasbaarheid

De belendende percelen worden gebruikt als één- en meergezinswoning. De functie van de te verbouwen woning blijft behouden en is dan ook geacht functioneel inpasbaar te zijn.

 mobiliteitsimpact

Het verbouwen van de woning genereert amper bijkomende verkeersstromen en zal zodoende geen negatieve impact hebben op de mobiliteit. Het parkeergebeuren kan op eigen perceel georganiseerd worden.

 schaal van de werken

Het object van de aanvraag heeft dezelfde schaalgrootte van de bestaande bebouwing en de bebouwingen op de belendende percelen. Het voorstel valt dan ook niet uit de toon ten opzichte van de omliggende woningen. De schaal kan dan ook aanvaardbaar worden beoordeeld.

 ruimtegebruik

Het ontwerp streeft naar een maximaal behoud van onverharde oppervlaktes. Door een optimalisatie van de ruimtes blijft er een maximale grondoppervlakte onverhard. Mede hierdoor wordt het groene karakter van de voor- en zijtuinzone gevrijwaard.

 visueel vormelijke elementen

De voorziene materialen refereren naar het materiaalgebruik van de bestaande gebouwen in zijn directe en indirecte omgeving. Hierdoor wordt er een harmonieus geheel bekomen, dat aansluit met de vormgeving van de woningen in de buurt. Het ontwerp integreert zich op een subtiele wijze binnen het bestaande architecturale beeld.

In alle redelijkheid kan men oordelen dat de aangewende visueel vormelijke elementen een coherent geheel vormen, duurzaam van aard zijn en inpasbaar zijn in de omgeving.

 cultuurhistorische aspecten

Er zijn geen cultuurhistorische aspecten aanwezig op het perceel.

 bodemreliëf

Het reliëf blijft, behoudens de noodzakelijke reliëfwijzigingen in functie van de verbouwingen, ongewijzigd.

 hinderaspecten

Uitgezonderd de gebruikelijke hinder van verbouwingswerken, zijn er geen aspecten eigen aan het onderwerp van de aanvraag die voor enige hinder zorgen. Er zal steeds met de nodige zorg gewerkt worden.

 gezondheid en gebruiksgemak

De woning en de verhardingen zijn zorgvuldig herontworpen volgens de moderne noden en eisen van een gezin. Binnen het ontwerpproces werd er rekening gehouden met de pragmatiek en gezondheid van de eindgebruikers.

 groenvoorzieningen

De voor-, zij- en achtertuin blijven een groen gegeven binnen het ontwerp in een residentiële context. Een divers plantenbestand waarborgt een rijke tuinzone.

2.b. Verenigbaarheid met voorschriften inzake ruimtelijke ordening (ruimtelijke uitvoeringsplannen, plannen van aanleg, verkavelingsvoorschriften, verordeningen, …) en milieu (vogel- en habitatrichtlijn, biologische waardering, …)

De aanvraag is in strijd met de voorschriften van het RUP Terkoest wat betreft de afstand van een niet gemeenschappelijke zijgevel tot de laterale grens van de kavel en de bouwdiepte op het gelijkvloers.

Conform artikel 4.4.1.§1 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordeningen kunnen in een stedenbouwkundige vergunning, na een openbaar onderzoek, beperkte afwijkingen worden toegestaan op stedenbouwkundige voorschriften en verkavelingsvoorschriften met betrekking tot perceelsafmetingen, de afmetingen en de inplanting van constructies, de dakvorm en de gebruikte materialen. Afwijkingen kunnen niet worden toegestaan voor wat betreft:

1° de bestemming;

2° de maximaal mogelijke vloerterreinindex;

3° het aantal bouwlagen.

De voorschriften van het RUP stellen dat:

2. Overgangsmaatregelen § Bestaande niet verkrotte en vergunde of vergund geachte gebouwen die reeds vergund of aanwezig zijn bij de goedkeuring van het RUP afwijken van de voorschriften omtrent volume of plaatsing van gebouwen kunnen worden behouden en verbouwd, voor zover deze activiteiten geen hinder veroorzaken voor de bestemmingen van het RUP. § Bestaande vergunde functies die afwijken van de planvoorschriften en die reeds aanwezig zijn bij de goedkeuring van het RUP kunnen behouden blijven binnen de bestaande volumes en voor zover deze activiteiten geen hinder veroorzaken voor de bestemmingen van het RUP. § Verbouwingswerken binnen het bestaande volume waarbij een bestaande vergunde activiteit behouden blijft die niet overeenstemt met de voorschriften van het RUP, kunnen worden toegestaan. Bij herbouw, nieuwbouw, uitbreiding dient de nieuwe functie overeen te komen met de voorgeschreven bestemming.

Het ontwerp voorziet in een beperkte uitbreiding van de woning, deze uitbreiding kan gezien de beperkte oppervlakte van 6.36m² aanvaard worden.

2.c. Adviezen

Externe Adviezen

2.d. Bespreking van de adviezen

De aanvraag werd op 27 december 2024 digitaal voorgelegd aan Watering de Herk en Provincie Limburg - Afdeling Waterbeheer. Op 27 januari 2025 werd een voorwaardelijk gunstig advies ontvangen van de provinciale dienst Waterbeheer, op 4 februari 2025 werd een voorwaardelijk gunstig advies ontvangen van watering De Herk.

2.e. Openbaar onderzoek

Het openbaar onderzoek werd gehouden door aanplakking op de gewone aanplakplaatsen, van 6 januari 2025 tot 4 februari 2025.

Resultaat : geen petitielijsten, geen schriftelijke bezwaren, geen schriftelijke gebundelde bezwaren, geen mondelinge bezwaren en geen digitale bezwaren

2.f. Bespreking van het openbaar onderzoek

Overwegende dat het openbaar onderzoek werd gehouden 6 januari 2025 tot 4 februari 2025. Er werden naar aanleiding van het openbaar onderzoek geen bezwaarschriften en/of opmerkingen ingediend

2.g. Beoordeling

Beoordeling van de goede plaatselijke aanleg:

De volgende beoordeling – als uitvoering van art. 1.1.4 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening gericht op een duurzame ruimtelijke ontwikkeling en met het oog voor de ruimtelijke draagkracht, de gevolgen voor het leefmilieu en de culturele, economische, esthetische en sociale gevolgen – houdt rekening met de criteria als uitvoering van art. 4.3.1. van de codex.

- Functionele inpasbaarheid:

De aanvraag is stedenbouwkundig verantwoord en verenigbaar met de bestemmingsvoorschriften van het geldende gewestplan en het RUP Centrum V Zuid rekening houdend met de voorgestelde afwijking.

- Mobiliteitsaspect:

Er dient in alle redelijkheid te worden gesteld dat onderhavige aanvraag geen invloed zal hebben op de mobiliteit. Er is wel slechts 1 inrit per perceel toegelaten waardoor de insteekparking langs de Ridderstraat niet mogelijk is, dit zal opgevangen worden in de voorwaarden.

- Schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid:

Voorliggende aanvraag betreft de verbouwing en beperkte uitbreiding van een bestaande eengezinswoning. Er dient in alle redelijkheid te worden gesteld dat de aanvraag geen invloed zal hebben op de schaal. Er is geen verlies van ruimtelijke kwaliteit gezien de aanvraag een voldoende samenhangend geheel vormt. De aanvraag is niet storend in de ruimtelijke context en kan bijgevolg worden aanvaard.

- Visueel-vormelijke elementen:

Het bestaande hoofdvolume en de uitbreiding worden voorzien in materialen die aansluiten op elkaar en waarbij er naar vormgeving, materiaalgebruik en architectuur gestreefd werd naar een harmonisch geheel. Het ontwerp kan dus positief beoordeeld worden voor het beschouwde beoordelingscriterium binnen de bestaande landelijke omgeving.

- Cultuurhistorische aspecten:

Het perceel en deze eigendom liggen niet in een beschermd stads- of dorpsgezicht, noch palend aan of in het gezichtsveld van een monument. De aanvraag heeft geen invloed op de cultuurhistorische aspecten.

- Het bodemreliëf: Het ontwerp wijzigt het bodemreliëf niet.

- Hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen: Er dient in alle redelijkheid te worden gesteld dat, gelet op het beperkt volume en de inplanting van de uitbreiding, de privacy van de omwonenden geenszins wordt geschonden. De voorgestelde invulling zal geen invloed hebben op de leefbaarheid en –kwaliteit van de omgeving.

Gemotiveerde beoordeling van de aanvaardbaarheid van de ingedeelde inrichting of activiteit op het vlak van hinder en risico's voor de mens en het milieu:

Conclusie

Voorwaardelijk gunstig advies

gunstig advies, onder voorwaarde:

●        Voor bronbemalingen moet voldaan worden aan de sectorale voorschriften voor subrubriek 53.2 van de indelingslijst van Vlarem I (art. 5.53.6.1.1 van Vlarem II); met betrekking tot de lozing van het bemalingswater wordt verwezen naar Vlarem II art. 6.2.2.1.2 § 5.

●        De lozing van het bemalingswater dient te gebeuren overeenkomstig art. 6.2.2.1.2 § 5 van Vlarem II.

●        De reglementeringen inzake bronbemaling/droogzuiging bij bouwwerken dient strikt na te worden geleefd. Indien er een bronbemaling/droogzuiging geplaatst wordt voor aanvang van de bouwwerken dient men een melding te doen bij de milieudienst van de gemeente Alken. Let op! Bij de plaatsing van een bronbemaling/droogzuiging mag het opgepompte water nooit worden geloosd binnen/over het openbaar wegdomein!

●        Indien er innames van het openbaar domein gebeuren tijdens de realisatie van de bouwwerken dient er rekening gehouden te worden met het geldende gemeentelijk reglement/verordening inzake inname openbaar domein en dient er een aanvraag te worden gericht tot inname openbaar domein aan de gemeente Alken – college van burgemeester en schepenen.

●        De voorwaardelijk gunstige adviezen van provincie Limburg - afdeling Waterbeheer en watering de Herk dienen nageleefd te worden

●        Er is slechts 1 inrit per perceel toegelaten waardoor de insteekparking langs de Ridderstraat verwijderd zal moeten worden.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

Besluit

BIJGEVOLG BESLIST HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN IN DE ZITTING VAN 09/04/2025 HET VOLGENDE:

1. De aanvraag ingediend door Stefan en Sylvie Vanderhoydonk - Lemestré wonende te Ridderstraat 28 te 3570 Alken, de verbouwing van een halfopen ééngezinswoning, gelegen Ridderstraat 28, kadastraal bekend: (afd. 2) sectie F 393 W voorwaardelijk te vergunnen.

2. De vergunning wordt afgeleverd met volgende voorwaarden:

●        Voor bronbemalingen moet voldaan worden aan de sectorale voorschriften voor subrubriek 53.2 van de indelingslijst van Vlarem I (art. 5.53.6.1.1 van Vlarem II); met betrekking tot de lozing van het bemalingswater wordt verwezen naar Vlarem II art. 6.2.2.1.2 § 5.

●        De lozing van het bemalingswater dient te gebeuren overeenkomstig art. 6.2.2.1.2 § 5 van Vlarem II.

●        De reglementeringen inzake bronbemaling/droogzuiging bij bouwwerken dient strikt na te worden geleefd. Indien er een bronbemaling/droogzuiging geplaatst wordt voor aanvang van de bouwwerken dient men een melding te doen bij de milieudienst van de gemeente Alken. Let op! Bij de plaatsing van een bronbemaling/droogzuiging mag het opgepompte water nooit worden geloosd binnen/over het openbaar wegdomein!

●        Indien er innames van het openbaar domein gebeuren tijdens de realisatie van de bouwwerken dient er rekening gehouden te worden met het geldende gemeentelijk reglement/verordening inzake inname openbaar domein en dient er een aanvraag te worden gericht tot inname openbaar domein aan de gemeente Alken – college van burgemeester en schepenen.

●        De voorwaardelijk gunstige adviezen van provincie Limburg - afdeling Waterbeheer en watering de Herk dienen nageleefd te worden

●        Er is slechts 1 inrit per perceel toegelaten waardoor de insteekparking langs de Ridderstraat verwijderd zal moeten worden.

Deze vergunning stelt de aanvrager niet vrij van het aanvragen en verkrijgen van eventuele andere vergunningen of machtigingen, nodig als uitvoering van andere regelgevingen.

Verval van de omgevingsvergunning – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 99. § 1. De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

4° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangt;

5° als de kleinhandelsactiviteiten niet binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangen.

De termijn, vermeld in het eerste lid, 1°, kan evenwel, op verzoek van de vergunninghouder, voor een periode van twee jaar verlengd worden als hij aantoont dat de niet-verwezenlijking het gevolg is van een vreemde oorzaak die hem niet kan worden toegerekend. De vergunninghouder dient de aanvraag van de verlenging, op straffe van verval, met een beveiligde zending en minstens drie maanden vóór het verstrijken van de oorspronkelijke vervaltermijn van twee jaar in bij de overheid die de vergunning heeft verleend. Die overheid weigert de aanvraag van de verlenging alleen als:

1° er geen sprake is van een vreemde oorzaak die niet aan de vergunninghouder kan worden toegerekend;

2° de aangevraagde en vergunde handelingen strijdig zijn met inmiddels gewijzigde stedenbouwkundige voorschriften of verkavelingsvoorschriften.

De overheid bezorgt haar beslissing uiterlijk de dag van het verstrijken van de oorspronkelijke vervaltermijn van twee jaar. Bij ontstentenis van een beslissing wordt de verlenging geacht te zijn goedgekeurd. Als de verlenging wordt goedgekeurd, worden de termijnen, vermeld in het eerste lid, 3° en 4°, ook met twee jaar verlengd.

Als de omgevingsvergunning uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede fase en de volgende fasen worden de termijnen van verval bijgevolg gerekend vanaf de aanvangsdatum van de fase in kwestie.

§ 2. De omgevingsvergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen voor de inkennisstelling van de stopzetting.

§ 2/1. De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van kleinhandelsactiviteiten vervalt van rechtswege als de kleinhandelsactiviteiten meer dan vijf opeenvolgende jaren worden onderbroken.

§ 2/2. De omgevingsvergunning voor het wijzigen van de vegetatie vervalt van rechtswege als het wijzigen van de vegetatie niet binnen twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangt.

§ 3. Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1, betrekking hebben op een gedeelte van het bouwproject, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor het niet-afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt als het, in voorkomend geval na de sloping van de niet-afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten.

Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1 of 2, alleen betrekking hebben op een gedeelte van de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor dat gedeelte.

Artikel 100. De omgevingsvergunning blijft onverkort geldig als de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 naar klasse 2 overgaat of omgekeerd.

In geval de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 of 2 naar klasse 3 overgaat, geldt de vergunning als aktename en blijven de bijzondere voorwaarden gelden.

Artikel 101. De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1 worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de omgevingsvergunning aanhangig is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, overeenkomstig hoofdstuk 9 behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschadevergoeding desalniettemin behouden.

De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving.

De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, § 1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken.

De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, in voorkomend geval verlengd conform artikel 99, § 1, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI van de VCRO, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel.

Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 52. (…)

De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.

Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:

1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;

2° het betrokken publiek;

3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;

4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;

5° ...;

6° de leidend ambtenaar van het Departement Omgeving of, bij zijn afwezigheid, zijn gemachtigde;

7° de leidend ambtenaar van het Agentschap Innoveren en Ondernemen of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde, als het project vergunningsplichtige kleinhandelsactiviteiten omvat;

8° de leidend ambtenaar van het agentschap, bevoegd voor natuur en bos, of, bij zijn afwezigheid, zijn gemachtigde als het project vergunningsplichtige wijzigingen van de vegetatie omvat.

Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:

1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;

3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.

In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:

1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;

2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;

3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.

Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.

Als met toepassing van artikel 31/1 bij de Vlaamse Regering een georganiseerd administratief beroep werd ingesteld tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, bevat het beroep op straffe van onontvankelijkheid een afschrift van het beroepschrift bij de Vlaamse Regering.

Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:

1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;

2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

De Vlaamse Regering bepaalt, eventueel met inbegrip van een onontvankelijkheidssanctie, nadere regels met betrekking tot de opbouw en de inhoud van het beroepsschrift en de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.

Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de provinciale respectievelijk gewestelijke omgevingsambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.

Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de provinciale respectievelijk gewestelijke omgevingsambtenaar of de door hem gemachtigde de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.

Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.

Artikel 57/1. Beroepen inzake omgevingsvergunningen die uitsluitend kleinhandelsactiviteiten omvatten en die louter gebaseerd zijn op economische criteria in functie van economische doelstellingen, zijn onontvankelijk.

Artikel 58. Het resultaat van het onderzoek, vermeld in artikel 57, wordt aan de beroepsindiener binnen een termijn van dertig dagen die ingaat de dag na de datum van de verzending van het beroepschrift per beveiligde zending meegedeeld.

De onvolledigheid of onontvankelijkheid heeft van rechtswege de stopzetting van de beroepsprocedure tot gevolg. De beslissing wordt ter kennis gebracht van:

1° de beroepsindiener;

2° de vergunningsaanvrager;

3° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

4° het college van burgemeester en schepenen.

Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:

1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;

2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;

3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:

1. een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;
2. het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;

4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.

Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:

1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;

2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;

3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.

Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.

Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.

Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.

De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.

Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.

Beroepsmogelijkheden – regeling “wegenberoep” (het Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen)

Artikel 31/1. §1. Tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg kan in het kader van een schorsend administratief beroep tegen de vergunningsbeslissing een georganiseerd administratief beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering door de personen of instanties, vermeld in artikel 53. De vereiste, vermeld in artikel 53, tweede lid, is ook van toepassing op het beroep tegen het besluit van de gemeenteraad.

Het beroep leidt tot de vernietiging van het bestreden besluit of tot de afwijzing van het beroep op grond van de onontvankelijkheid of de ongegrondheid ervan.

§ 2. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid met een beveiligde zending ingediend bij de Vlaamse Regering binnen een termijn van dertig dagen, die ingaat op:

1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;

2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;

3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

De indiener van het beroep bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig met de beveiligde zending van het beroep aan de Vlaamse Regering, een afschrift van het beroepschrift met een beveiligde zending aan het college van burgemeester en schepenen en aan de bevoegde beroepsinstantie, vermeld in artikel 52.

§ 3. Het college van burgemeester en schepenen bezorgt het volledige dossier of een afschrift daarvan onmiddellijk na de ontvangst van het afschrift van het beroepschrift, aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken.

§ 4. De Vlaamse Regering neemt een beslissing over het beroep binnen een termijn van negentig dagen, die ingaat de dag na de ontvangst van het dossier, vermeld in paragraaf 3. Die termijn is een termijn van orde.

De Vlaamse Regering brengt de indiener van het beroepschrift, de bevoegde overheid en de gemeente onmiddellijk op de hoogte van haar beslissing.

§ 5. Het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg kan alleen worden vernietigd:

1° wegens strijdigheid met het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen;

2° wegens strijdigheid met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van hetzelfde decreet;

3° wegens de niet-naleving van een substantiële vormvereiste.

(NVDR: Ingevolge het delegatiebesluit (BVR 25/7/2014) is de minister, bevoegd voor Mobiliteit en Openbare Werken, bevoegd voor dit “wegenberoep”. Dit beroep kan niet digitaal worden ingesteld.)

Mededeling

Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.

Zitting van 09 04 2025

Rapportage Lokaal Energie- en Klimaatpact 1.0 en 2.0 - 2025

Besluit