Gemeente Alken

Zitting van 31 augustus 2023

van 20:00 tot 21:00

 

Aanwezig: Peter Bollen, voorzitter; Marc Penxten, burgemeester; Cindy Vandormael, Ingrid Loix, Frank Vroonen en Alex Dubois, schepenen; Pierrette Putzeys, Jorg Stas, Michel Boussu, Carine Meyers, Danny Jeuris, Igor Philtjens, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, André Vanhex, Piet Wijgaerts, Ingrid Jacobs, Ida Ceulemans, Paul Dirickx en Stan Dehollogne, raadsleden; Pascal Giesen, algemeen directeur;

Verontschuldigd: Patrick Martens, schepen;

 

Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Installatie en eedaflegging Stan Dehollogne als raadslid in opvolging van raadslid Dagmar Ottenbourgs

Op het ogenblik van de gemeenteraad op 31 augustus zal raadslid Dagmar Ottenbourgs verhuisd zijn van Alken naar Nieuwerkerken en daar ook haar domicilie adres hebben. Hierdoor voldoet ze niet meer aan de vereisten om als raadslid deel uit te maken van de gemeenteraad en dit ze in haar mandaat als raadslid vervangen te worden door de eerstvolgende opvolger.

De eerstvolgende opvolger, Katlijn Deckers, heeft via mail op 15 juni 2023 laten weten niet te zullen zetelen als raadslid.

De daaropvolgende kandidaat, Stan Dehollogne, heeft via mail op 14 juli 2023 laten weten het mandaat als raadslid wel op te nemen.

 

De raad is akkoord om de gebruikelijke volgorde van de te behandelen punten te wijzigen zodat de aanstelling van raadslid Stan Dehollogne als eerste punt behandeld wordt.

 

Feiten en context

Op het ogenblik van de gemeenteraad op 31 augustus zal raadslid Dagmar Ottenbourgs verhuisd zijn van Alken naar Nieuwerkerken en daar ook haar domicilie adres hebben. Hierdoor voldoet ze niet meer aan de vereisten om als raadslid deel uit te maken van de gemeenteraad en dit ze in haar mandaat als raadslid vervangen te worden door de eerstvolgende opvolger.

De eerstvolgende opvolger, Katlijn Deckers, heeft via mail op 15 juni 2023 laten weten niet te zullen zetelen als raadslid.

De daaropvolgende kandidaat, Stan Dehollogne, heeft via mail op 14 juli 2023 laten weten het mandaat als raadslid wel op te nemen.

 

Juridische grond

Het PV van het gemeentelijk hoofdbureau van 14 oktober 2018 bepaalt de volgorde van de verkozen opvolgers;

Artikel 14 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat de gemeenteraad de geloofsbrieven van het kandidaat raadslid opnieuw dient te onderzoeken;

 

Adviezen

Niet van toepassing.

 

Argumentatie

Het is belangrijk dat de vacante plaats van raadslid zo snel mogelijk opgevuld wordt. Tevens dient het nieuwe raadslid de eed af te leggen in de handen van de voorzitter van de gemeenteraad waardoor hij officieel geïnstalleerd is als gemeente- en OCMW-raadslid.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

 

Besluit

Artikel 1:  De gemeenteraad onderzocht de geloofsbrieven van de heer Stan Dehollogne en neemt er kennis van dat hij onmiddellijk ter zitting uitgenodigd en verzocht wordt om in handen van de voorzitter van de gemeenteraad de voorgeschreven eed af te leggen waaraan hij voldoet als volgt: “Ik zweer de verplichtingen van mijn mandaat trouw na te komen“.

De heer Stan Dehollogne wordt bijgevolg als gemeenteraadslid aangesteld en is van rechtswege ook ocmw-raadslid.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Verslag van de vorige zitting d.d. 29.06.2023

De notulen van 29.06.2023 & het zittingsverslag https://youtu.be/C0tiIiUKQg4 worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad.

 

Feiten en context

De notulen van 29.06.2023 & het zittingsverslag https://youtu.be/C0tiIiUKQg4 worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad.

 

Juridische grond

Artikel 32, 277 & 278 §1 decreet Lokaal bestuur

 

Adviezen

Niet van toepassing

 

Argumentatie

De notulen & het zittingsverslag van de raad van 29.06.2023 werden opgemaakt en worden ter goedkeuring voorgelegd. Elk raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeente- en ocmw-raad en de algemeen directeur.

Er werden geen opmerkingen gemaakt.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden goedgekeurd.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Uittrede politiezone Borgloon

De politiezone Alken/Borgloon/Heers/Kortessem/Wellen (ook gekend als kanton Borgloon) is qua omvang, bereik en capaciteit een kleine, eerder landelijke politiezone. De zone telt 70 operationele politiemensen die geacht worden om een volwaardige basispolitiezorg te leveren en aandacht te hebben voor nieuwe fenomenen en ontwikkelingen om op die manier op een efficiënte wijze de veiligheidsbehoeften af te dekken.

Daarnaast zijn er momenteel fusieplannen tussen de steden Borgloon en Tongeren en anderzijds de gemeente Kortessem en de stad Hasselt.

De gemeenteraad van Tongeren heeft op 30 augustus 2021 de principiële fusiebeslissing heeft genomen. De gemeenteraad van Borgloon nam op 2 september 2021 een gelijkaardige beslissing.

De gemeenteraad van Kortessem mandateerde op 15 december 2022 het college van burgemeester en schepenen om gemeentelijke fusiegesprekken te voeren met Hasselt.

Aansluitende hierop nam de gemeenteraad van Hasselt op 24 januari 2023 eenzelfde beslissing ten aanzien van hun college.

De gemeenteraden van Hasselt en Kortessem namen op 25 en 28 april 2023 op basis van de perspectiefnota de principiële beslissing om te fuseren.

Deze fusieplannen hebben ook een impact op de samenstelling van de politiezone kanton Borgloon.

Om een antwoord te bieden op de maatschappelijke veranderingen en besparingen is het aangewezen om op zoek te gaan naar samenwerkingsmodellen en schaalvergroting teneinde een kwaliteitsvolle politie aan de burger en samenleving te kunnen blijven aanbieden.

 

Feiten en context

In 2016 werd in de Wet op de geïntegreerde politiedienst (WGP) de mogelijkheid ingevoerd om vrijwillig de grenzen (en aldus de samenstelling) van bestaande politiezones te wijzigen. Hiertoe dienen een aantal voorwaarden te zijn voldaan:

        er moet sprake zijn van een operationele of organisatorische meerwaarde (art. 91/11 WGP)

        zgn. dubbel akkoord of de goedkeuring van alle gemeenteraden van de bij de wijziging van de grenzen betrokken politiezones (art. 91/12 WGP), in casu de gemeenteraden van de politiezones Kanton Borgloon en Limburg Regio Hoofdstad (LRH)

        de defusie wordt gericht op een aansluitende fusie (m.a.w. geen loutere afscheuring) want er mogen niet meer politiezones ontstaan dan het huidige aantal in België (art. 9 WGP en verslag commissie wetsontwerp 54/1644, p. 3-4)

        iedere aldus ontstane nieuwe politiezone dient te vallen onder één hulpverleningszone (verslag commissie, p. 18), in dit geval hulpverleningszone Zuid-West Limburg.

Uit het bovenstaande blijkt dat de wetgever is uitgegaan van een vrijwillige wijziging waarbij één of meer gemeenten de zone verlaten en aansluiten bij een andere zone.

Ten gevolge van de principiële goedkeuring van een vrijwillige samenvoeging op 01/01/2025 van de gemeente Kortessem met de stad Hasselt enerzijds en de steden Borgloon en Tongeren  zullen de grenzen van de politiezones (hoogstwaarschijnlijk) noodgedwongen wijzigen.  
Het restant van het kanton Borgloon bestaande uit de gemeenten Wellen, Heers en Alken kan nog moeilijk de politiezorg verzekeren zodat zij ook zullen moeten aansluiten bij een andere politiezone. 

Op de gemeenteraad van Alken van 25 mei 2023 werden daarom de toekomstperspectieven van de politiezone kanton Borgloon besproken.  De gemeenteraad  van Alken van 25 mei 2023 nam een drieledige beslissing:-

        Artikel 1: De gemeente wenst de politiezone kanton Borgloon te verlaten op 1 januari 2025 en op die datum aan te sluiten bij de politiezone Limburg Regio Hoofdstad.

        Artikel 2: Er wordt hiertoe een formele vraag gericht naar de overige gemeenteraden van de zones kanton Borgloon en Limburg Regio Hoofdstad.

        Artikel 3: De gemeenteraad geeft de opdracht om de intentie in artikel 1 te onderzoeken

Het politiecollege van politiezone kanton Borgloon nam kennis van deze beslissing op 30 juni 2023.

Tot 1 januari 2025 zit men dus in het scenario van de vrijwillige defusie d.w.z. dat de betrokken gemeenten en politiezones de regie in eigen handen houden. Deze datum laat toe een traject op te stellen tussen de betrokken politiezones en de huidige legislatuur in de zone kanton Borgloon uit te doen.

Indien men geen beslissing zou nemen dan belandt men – door de gemeentelijke fusies tussen Borgloon en Tongeren en tussen Hasselt en Kortessem – vanaf 1 januari 2025 in een gedwongen spoor. De regie belandt dan bij de federale regering op basis van artikel 9 in fine WGP, die beslist over de indeling in politiezones tussen alle betrokken gemeenten bij een in ministerraad overlegd koninklijk besluit.

Uit het bovenstaande kan dan ook geconcludeerd worden dat het aangewezen is om nu reeds een principiële keuze te maken voor de toekomstige optie waarbij de  politiezone kanton Borgloon ophoudt te bestaan en elke gemeente individueel beslist tot welke zone zij zal toetreden in 2025.
Dit scenario impliceert wel een unaniem dubbel akkoord en essentieel in het hele traject van de vrijwillige defusie is dan ook fairplay van alle betrokken partijen.

 

Er werd een nota opgesteld met betrekking tot een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone Limburg Regio Hoofdstad  (inclusief gemeente Kortessem) die de politionele/organisatorische meerwaarde beschrijft alsook het financiële luik en de te volgen procedure bij een vrijwillige defusie van een politiezone.

 

Juridische grond

Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikelen 2, 40 en 41, 9°

De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.

Het Koninklijk Besluit van 27 december 2000 houdende de indeling van het grondgebied van de provincie Limburg in politiezones, waarbij in artikel 14 de gemeente Kortessem samen met de gemeenten Alken, Borgloon, Heers en Wellen wordt gedefinieerd als een politiezone.

 

Adviezen

Niet van toepassing

 

Argumentatie

De toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone Limburg Regio Hoofdstad (LRH) moet de inwoners van Alken een ruimere,  professionelere en een meer slagkrachtige basispolitiezorg aanbieden. Een basispolitie met ruimte voor specialisatie en projectwerking om in te spelen op nieuwe fenomenen en maatschappelijke ontwikkelingen. Een sterke lokale verankering en het handhaven van het democratisch bestuursmodel waarbij de zeggenschap van de burgemeester over de bestuurlijke politie verzekerd is, blijven de hoekstenen van een laagdrempelige, aanspreekbare en zichtbare politiewerking.

 

De politiezone Limburg Regio Hoofdstad levert op dit ogenblik een hoge politionele dienstverlening met een uitgebreide dienstencatalogus. Indien de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) zou toetreden, moet er enerzijds over gewaakt worden  dat deze dienstverlening niet vermindert en anderzijds ook wordt uitgebreid naar de gemeente Alken. Een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH zal in de gemeente Alken zorgen voor een ruimer, gevarieerder en professioneler politioneel aanbod, dat steeds in ontwikkeling blijft om op nieuwe tendensen en fenomenen te kunnen inspelen.

 

Een eerste belangrijk voordeel is de gunstige ligging van de gemeente Alken ten opzichte van de huidige politiezone LRH, zowel op vlak van afstand als op vlak van bereikbaarheid, dankzij de grote verbindingswegen die de politiezone doorkruisen. Verder blijven alle gemeenten van de nieuwe politiezone tot de hulpverleningszone Zuidwest-Limburg behoren. Dit heeft als voordeel dat het beleid van politie en brandweer vlot op elkaar kunnen worden afgestemd.

Naast afstand en bereikbaarheid vormt de professionalisering van de politionele dienstverlening die op dit moment al in de gemeente Alken wordt aangeboden een belangrijke meerwaarde van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem):

        De lokale politie in een nieuwe politiezone zorgt in de eerste plaats voor meer en beter blauw op straat. Een nieuwe functionele structuur zorgt ervoor dat er effectief een versterking is van de aanwezigheid van de politie in het straatbeeld. De centralisatie van opdrachten, de eenheid van aansturing en een efficiëntere inzet van de mensen en middelen die mogelijk wordt door samen te werken in een groter geheel, draagt ertoe bij dat er meer tijd en ruimte is voor elke politieman of –vrouw om op straat aanwezig te zijn en contacten te hebben met de bevolking.

        Binnen de wijkwerking en politionele opvolging:

        Inzet van klachteninspecteurs die exclusief belast zijn met het noteren van aangiftes en klachten. Zo vormt dit geen taak meer van de wijkinspecteur en kan hij/zij zich maximaal toeleggen op het waarborgen van de veiligheid en leefbaarheid in zijn/haar wijk.

        In elke gemeente is een politiepost voor de wijkinspecteurs voorzien. Het is noodzakelijk om in elke stad of gemeente een onthaal te voorzien waar de burgers terecht kunnen. In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) zal ook de wijkpost in de gemeente Alken voorzien worden van een eigen onthaal. Dit onthaal wordt verzorgd door CALog-medewerkers om de wijkinspecteurs maximaal van administratieve taken te ontlasten. Zij staan in voor het eerste contact met de burger, die informatie vraagt, afspraken heeft of kleine aangiften wenst te doen. Het streefdoel voor de nieuwe politiezone bestaat erin om de openingsuren van de wijkposten efficiënt in te vullen zodat de burger overal vlug en professioneel kan geholpen worden.

        Er wordt voor gezorgd dat overbodig administratief werk niet door wijkinspecteurs wordt gedaan. Hierbij wordt gedacht aan de inning van de verkeersboetes, verhoor van getuigen van verkeersongevallen, etc. De wijkinspecteur moet vooral aandacht hebben voor de lokale problemen en weten waar de bevolking in haar of zijn wijk mee bezig is in het kader van de openbare veiligheid. Een belangrijke succesvoorwaarde hiervoor is dat de wijkinspecteurs ontheven worden van een aantal actuele taken die niets of weinig met een wijkgerichte werking of met dienstverlening aan de inwoners te maken hebben. Om deze wijkgerichte werking in de gemeente Alken optimaal op punt te stellen, zullen er 3 wijkinspecteurs ingezet worden in de politiepost (volgens de norm van 1 wijkinspecteur per 4000 inwoners), onder leiding van een hoofdinspecteur die samen met de wijkinspecteurs zijn/haar vaste standplaats in de wijkpost zal hebben.

        De afdeling Gerechtelijke afhandeling zorgt voor de uitvoering van de opdrachten van het parket, de verdere afhandeling van de klachten en de verdere opvolging en afhandeling van de tussenkomsten van de interventiedienst. Ingevolge een vraag van het parket of een voortgezet politioneel onderzoek kunnen personen uitgenodigd worden voor een verhoor. Hierbij worden de meeste verhoren van verdachten overgenomen van andere operationele diensten, waardoor de wijkinspecteurs meer ruimte krijgen om te focussen op hun kerntaken.

        Inzet van vrijwilligers als burenbemiddelaar, diefstalpreventieadviseur, cyberpreventieadviseur en overlast- en verkeersmedewerker. Vrijwilligers worden ingezet voor niet-politionele taken waardoor de politiezone haar dienstverlening kan uitbreiden en het politiepersoneel zich kan richten op haar kerntaken.  

        Binnen de interventiewerking:

        Minimaal 7 interventieploegen zijn aanwezig op het terrein van de volledige politiezone, waardoor zij elkaar maximaal, snel en efficiënt bijstand kunnen verlenen.

        Extra ploegen zijn aanwezig voor de verkeersongevallen, voor het beheersen van de overlastproblematiek, en tijdens de piekmomenten in de namiddag en in het weekend. Daarnaast worden piekploegen ingezet afhankelijk van het tijdstip, de behoefte aan meer bijstand, bijzondere gebeurtenissen, bijzondere fenomenen etc.

        Permanente aanwezigheid van twee officieren van gerechtelijke politie voor de opvolging van de dienstuitvoering en de sturing van alle interventieploegen, zowel ten burele als op het terrein.

        Binnen de verkeerswerking:

        Permanente aanwezigheid van minstens één verkeersploeg op het terrein.

        Een sterk uitgebouwde dienst, gericht op specialisatie, die zeer snel inspeelt op de verkeersproblemen in elke gemeente via snelheidshandhaving, verkeerscontroles, preventieve verkeersprojecten, doorgedreven verkeersanalyses als basis voor een verkeersbeleid op maat, etc.

        Binnen de recherchewerking:

        De grootte van de recherchedienst van de politiezone LRH (naar landelijke normen) en de specialistische ondersteuning creëert de mogelijkheid om succesvol grootschalige, complexe en langdurige onderzoeken te voeren. De onderzoekers prioriteren samen met het parket de onderzoeken en volgen de onderzoekscapaciteit op via het recherchemanagement (App REM).

        Dossiers worden opgevolgd door gespecialiseerde teams die in de loop van de jaren een uitgebreide expertise hebben ontwikkeld in hun materie: team Intel (informatenwerking), team Local Computer Crime Unit, team Recherchesteun en wapenbeheer, team Algemene criminaliteit, team Vermogen, team Drugs, team Diefstallen, team Jeugdcriminaliteit, team Gezin en zeden

        Informatiegestuurde politiezorg via het Lokaal Informatiekruispunt (LIK): verzamelt korpsbreed alle politionele informatie en zorgt ervoor dat deze informatie kwalitatief verrijkt bij de verschillende interne en externe diensten terechtkomt.

        Sectie M+: Er wordt gewerkt via een multidisciplinaire aanpak waarbij de krachten van de verschillende partners (politie, parket, justitie) worden gebundeld om tot snelle, zichtbare en betekenisvolle tussenkomsten te komen. Deze aanpak vergt snelheid en creëert daardoor vaak ad hoc een grote werklast. Voor een grote zone is het makkelijker om zich daar op een efficiënte manier naar te organiseren. Bovendien staat deze werking binnen de politiezone LRH al geruime tijd op punt.

        Het Family Justice Center (FJC) brengt verschillende Limburgse diensten van hulpverlening, politie en justitie samen om slachtoffers van problemen of geweld binnen hun relatie of gezin laagdrempelig te kunnen helpen. Recent werd deze werkwijze uitgebreid met de ingebruikname van het mobiele stalkingsalarm (draagbare alarmknop verbonden met app-112 van de hulpdiensten). De politiezone LRH exploiteert in al haar gemeenten maximaal alle aspecten van dit hulpverleningsaanbod.

        Bestuurlijke handhaving omvat het geheel van bestuurlijke maatregelen dat kan verhinderen dat de georganiseerde criminaliteit zich, onder het mom van legale activiteiten, in het lokale weefsel zou nestelen. In een grote politiezone kan er meer capaciteit besteed worden aan het in kaart brengen en vervolgens aanpakken van deze destabiliserende problematiek. 

        Binnen de openbare ordehandhaving:

        Een uitgebreide dienst Operaties staat in voor het centraal beheer van alle niet-reguliere opdrachten, waaronder evenementen, bijzondere politieacties, risicovolle manifestaties, carnaval, kermis etc. en voor noodplanning (om het hoofd te kunnen bieden aan plotse noodsituaties (bv. extreme weerfenomenen, grote branden …).

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) kan de pool van medewerkers die ingezet worden voor HyCap gerationaliseerd worden. Dit bespaart kosten voor de uitrusting en maakt meer specialisatie mogelijk.

        Binnen de personeelswerking:

        Er wordt gewerkt volgens een doorgedreven HRM-beleid, met speciale aandacht voor people management, welzijn, integriteit en een organisatiecultuur die wordt gekenmerkt door sterk leiderschap, erkenning en waardering. In de uitvoering van dit beleid werkt de dienst ook mee aan een sterke selectie- en aanwervingsprocedure, met het oog op het aantrekken en behouden van kwalitatieve medewerkers. Daarnaast staat een opleidingscel in voor het uitwerken van een opleidingsbeleid op maat van de behoeften van de interne diensten en personeelsleden.

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) is er een efficiëntere inzet van personeel mogelijk. Door de stijging van het totaal aantal personeelsleden kan er soepeler worden ingespeeld op tijdelijke personeelsproblemen en -tekorten. Ook kunnen grote en onvoorziene opdrachten makkelijker worden opgevangen. Daarnaast kunnen statutaire aspecten beter opgevolgd en nageleefd worden met meer personeelsleden in een groter geheel (bijvoorbeeld voor de inzet van mensen in de dienst interventie). Het grotere korps zal financieel langer houdbaar zijn. Ook loopbaanbeheer, jobrotatie en mobiliteit kunnen makkelijker gestalte krijgen in een grotere politiezone. Mensen krijgen de kans om binnen hun eigen zone te specialiseren en door te groeien.

        Op vlak van beleidsvoering:

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) biedt het werken in een groter geheel meer mogelijkheden op operationeel en ondersteunend vlak. Waar nu ieder voor zich oplossingen dient te zoeken voor problemen die zich aandienen, kunnen die in een groter geheel beter worden opgevangen.

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) kunnen de 7 steden en gemeenten van de nieuwe politiezone de kennis en knowhow benutten die momenteel slechts in een van de huidige politiezones aanwezig is.

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) kan het aantal medewerkers dat nu verantwoordelijk is voor een taakaccent sterk verminderd worden. Dit geeft diegenen die het taakaccent krijgen de ruimte en de kans om het beter te doen en er zich meer in te specialiseren. De ondersteunende functies zullen zo meer expertise kunnen uitbouwen.

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) is in een grotere politiezone een coherenter beleid inzake criminaliteitsaanpak mogelijk. Het werken met één zonaal veiligheidsplan voor de nieuwe zone zal dit mee ondersteunen.

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) zal er meer eenvormigheid zijn. De wetgeving betreffende het toekennen van vergoedingen, het bieden van rechtshulp, etc. wordt binnen de nieuwe zone voor iedereen op eenzelfde manier toegepast.

        In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) gaan alle betrokken partijen nadenken over hoe het beter kan. Dit zal de kwaliteit van de dienstverlening zonder twijfel ten goede komen.

        Op vak van innovatie en digitalisering:

        Er wordt voortdurend onderzoek gedaan naar nieuwe technologieën die het werk op het terrein, op kantoor of thuis naar een hoger technologisch niveau tillen. Het doel is om aan de hand van nieuwe technolgieën het werk van elke medewerker gemakkelijker te maken met een minimum aan 'technologische ' inspanning (bv. gebruik PowerApps, Microsoft Office 365, Sharepoint, video- en beeldmateriaal, drones, bodycams …).

        Op vlak van communicatie:

        De dienst Communicatie en Voorlichting verzorgt de volledige interne en externe communicatie van de politiezone, zowel online (intranet, sociale media, website …) als offline (drukwerk, folders, Politiezine …). Ook worden alle projecten rond voorlichting (rekrutering, infosessies, preventieprojecten …) hier gecoördineerd. Daarnaast gebeurt de perswoordvoering door deze dienst. De externe communicatie vanuit de politiezone moet er uiteindelijk voor zorgen dat de burger vertrouwen heeft in haar lokale politie. Om ook de bestuurlijke overheden transparant te informeren over de werking van de politiezone, zal de korpschef jaarlijks een toelichting van de inspanningen en behaalde resultaten geven op de gemeenteraad van elke gemeente van de zone.

        Op vlak van wachtrollen: In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) zijn er meer medewerkers voorhanden om wachtrollen in te vullen (bv. officier bestuurlijke politie, recherchepermanentie, slachtofferbejegening …), en kan het aantal wachtrollen gerationaliseerd worden.

 

Verder levert de politiezone LRH een bijzondere inspanning om bovenop de reguliere werking een extra aanbod aan politionele dienstverlening te voorzien. Dit aanbod zal in het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) uitgebreid worden naar de gemeente Alken:

        Mountainbiketeam (MTB): Dit team kan worden ingezet om politietaken per fiets uit te voeren, vooral op plaatsen die moeilijker bereikbaar zijn met politievoertuigen. Dit team is zeer zichtbaar en aanspreekbaar in het straatbeeld. Door de stijgende evolutie van een verkeersluwe omgeving kunnen politiemedewerkers per fiets door hun mobiliteit de bevolking vlotter van dienst zijn. 

        Hondengeleiders (HOG): Aangezien de inzet van patrouillehonden ontradend werkt, hebben hun tussenkomsten een bijkomend preventief effect.

        Overlastteam: Dit is een permanent team dat dagelijks actief is om bepaalde vormen van overlast aan te pakken (bv. hangjongeren, kraakpanden, drugs, woninginbraken). Dit team kan snel inspelen op actuele fenomenen die ad hoc de kop opsteken (bv. drugsrunners, straatracers).

        Team Oliver: Dit team voert patrouilles in burger uit gericht op het detecteren van gauwdiefstallen.

        De aanhoudende en uitbreidende problematiek inzake dierenmishandeling en dierenverwaarlozing wordt aangepakt door een gespecialiseerd team Dierenpolitie.

        Gelet op een stijging van het aantal milieugerelateerde misdrijven, is ook op dit vlak specialisatie een noodzaak geworden. Hiervoor wordt een team Milieupolitie ingezet.

        Het team Horeca en middenstand staat in voor de opvolging en verdere uitwerking van het horecabeleidsplan binnen de politiezone.

Door de verschillende toepassingen die mogelijk zijn met drones, vormen deze een belangrijk onderdeel van het politiewerk van de toekomst. Het droneteam, dat bestaat uit opgeleide dronepiloten, zorgt voor de coördinatie van de inzet en de verdere ontwikkelingen binnen de dronewerking. 

        Het bijzonder bijstandsteam (SAU TIG) is een bijzondere getrainde groep van personeelsleden die hiervoor zorgvuldig worden opgeleid conform de GPI 81. Zij worden ingezet voor tussenkomsten in bijzondere omstandigheden waarbij speciale technieken noodzakelijk zijn.

        Binnen de zone wordt er sterk ingezet op het camerabeheer: Zowel op gerechtelijk als bestuurlijk vlak vormen camera’s een onmisbare schakel in de politionele werking. Het is dan ook een meerwaarde om dit cameranetwerk zo performant mogelijk uit te breiden en te onderhouden.

 

Daarnaast vindt de politiezone LRH het belangrijk om te investeren in haar personeelsleden:

        Ten voordele van de personeelsleden behartigt de Juridische dienst de dossiers rechtshulp en zaakschade, geeft de dienst juridisch advies over operationele en beleidsmatige onderwerpen, en staat de dienst in voor het beheer van de dossiers burgerlijke aansprakelijkheid, aansprakelijkheid van politiepersoneelsleden en tucht.

        De afdeling Kwaliteitszorg stimuleert een organisatiecultuur waarin personeelsleden elkaar aanspreken op integriteitsschendingen. Integer gedrag bij leidinggevenden krijgt vorm door hen te coachen naar ethisch leiderschap

        De politiezone LRH heeft sterk geïnvesteerd in infrastructuur en materiaal om het werk zo efficiënt en professioneel mogelijk te kunnen organiseren:

        Nieuw politiehuis Hasselt (werkplek voor alle CALog-personeelsleden die niet aan een wijkpost verbonden zijn)

        Dojo (voor trainingen en opleidingen)

        Schietstand

        Voertuigen: Wat het voertuigenbeheer betreft kan in het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) een centralisatie van voertuigen tot een grote budgettaire efficiëntie leiden. Bovendien heeft de politiezone LRH reeds geïnvesteerd in de aankoop van milieuvriendelijke voertuigen.

        In de lokale meldkamer in het politiehuis in Hasselt hangt een grote videowall waarop de beelden van alle camera's in de politiezone kunnen worden bekijken. Deze beelden kunnen in real time bekeken worden, wat een meerwaarde kan zijn bij incidenten, of kunnen tot een maand na de opname aan een professionele analyse worden onderworpen.

        Daarnaast is er in het politiehuis in Hasselt een hoogtechnologische commando- en crisisroom ingericht. Deze ruimte wordt onder andere gebruikt bij het managen van crisissituaties en grote evenementen in de politiezone. Het grote voordeel van de installatie is dat men in geval van nood de ruimte in minder dan 5 minuten omgevormd heeft tot een operationele crisisroom waarin alles ter beschikking is: camerabeelden, radiocommunicatie, projectie, videoconferentie, vaste telefonie, etc.

        De huidige politiezones voorzien momenteel in materiaal voor hun verschillende diensten, waardoor veel materiaal dubbel aanwezig is. In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) kan door een efficiënt beheer van het materiaal een zuiniger beleid gevoerd worden.

        Tevens werd in de huidige zones voor veel materiaal een onderhoudscontract afgesloten. In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) kunnen vele dubbele onderhoudscontracten worden opgezegd, en zo kunnen heel wat overbodige kosten worden vermeden.

        De politiezone LRH investeert zeer sterk in het welzijn van haar personeelsleden: psychologische begeleiding voor personeelsleden met moeilijkheden op het werk of in hun thuissituatie, begeleiding van langdurig afwezige personeelsleden bij werkhervatting, werkbalansgesprekken (persoonlijk gesprek met de korpschef voor alle medewerkers met het oog op het in kaart brengen en verbeteren van hun jobtevredenheid), gezondheidsproject (voeding, beweging, rookstop, mentale gezondheid/weerbaarheid), etc.

 

In het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) dient er geïnvesteerd te worden in nieuwe infrastructuur, zowel met het oog op een professionele politionele dienstverlening in de gemeente Alken als met het oog op het welzijn van alle personeelsleden van de nieuw te vormen politiezone:

        Uitbouw wijkpost Alken: In elke gemeente van de politiezone LRH is momenteel een politiepost aanwezig. Een dergelijke politiepost zal in het geval van een toetreding van de gemeente Alken tot de politiezone LRH (incl. gemeente Kortessem) ook in de gemeente Alken worden voorzien. Alle politieposten dienen in 2028 aan strenge veiligheidsnormen te voldoen, hetgeen ook financiële implicaties met zich mee zal brengen.

        Uitbreiding politiehuis Hasselt: Deze uitbreiding is noodzakelijk om alle personeelsleden van de nieuwe politiezone comfortabel te huisvesten. Bij het bouwen van het politiehuis werd reeds de mogelijkheid gecreëerd om te voorzien in een extra verdieping in het intermediaire gedeelte. De uitbreiding zal een ruimte van ongeveer 800 m² omvatten.

Bij een wijziging van de grenzen van politiezones bestaan zowel de oude zones als de nieuwe zone een tijdje naast elkaar, kwestie van alles gedegen te kunnen voorbereiden. Wat de nieuwe zone betreft, wordt er dan ook in principe meteen een politiecollege samengesteld en wordt er een politieraad vanuit de betrokken gemeenteraden verkozen. Om hieraan tegemoet komen heeft de federale wetgever beslist dat wanneer deze wijziging tegelijkertijd is gekoppeld aan één of meerdere samenvoegingen van gemeenten, er geen verkiezing van een nieuwe politieraad dient te gebeuren maar de betrokken gemeenteraden van de nieuwe zone kunnen optreden tot aan de algehele vernieuwing van de politieraden in 2025, kwestie van op korte tijd geen twee verkiezingen te moeten doorvoeren.

 

Procedure en planning vrijwillige defusie

De vrijwillige defusie is het meest eenvoudige scenario vermits er een loutere toepassing gebeurt van artikel 91/1 e.v. WGP.

Uitgaande van een vrijwillige defusie zijn volgende twee factoren van belang voor de planning en timing van de volgende te nemen procedurestappen :

        de gemeenten (Borgloon -Tongeren en Hasselt – Kortessem) moeten uiterlijk op 31 december 2023 een definitieve beslissing tot fusie op 1 januari 2025 indienen bij de Vlaamse Regering om te genieten van een schuldovername

        de omzendbrief d.d. 9 juni 2023 van Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen stelt dat in een verkiezingsjaar geen beslissingen mogen worden die het beleid van de nieuwe raden of de toekomstige ontwikkeling van de financiën nodeloos zouden verstoren.

 

Procedureel vertaalt dit alles zich als volgt :

WAT?

WANNEER? DUIDING?

WETSGROND

1 . Bepalen van operationele/organisatorische meerwaarde

-Vóór de aanvraag

- door gemeenteraad vertrekkende gemeente(n)

- Naast de meerwaarde in de strikte betekenis moet in dit geval ook verwezen naar het feit dat door de lopende gemeentelijke fusietrajecten binnen PZ kanton Borgloon met de overblijvende gemeenten binnen deze zone niet langer de basispolitiezorg kan gegarandeerd worden waardoor een aansluiting bij een ander PZ zich opdringt. Dit moet dus ook door de gemeenteraden worden vastgesteld

91/11 WGP

2. Gezamenlijke gemotiveerde aanvraag door de gemeenteraden die deel uitmaken van de vorige politiezones bij de ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken.

 

In bijlage:*

naamlijst van personeelsleden die worden overgeheveld naar elk van de nieuwe politiezones rekening houdend met minimale dienstverlening;

de inventaris van de roerende goederen die worden overgedragen naar elk van de nieuwe politiezones;

de regeling betreffende de overname van de lopende geschillenprocedures.

 

- Instemming vereist van alle gemeenteraden zowel van ontvangende als vertrekkende gemeenten

- op advies van korpschefs
 

- oktober- november 2023

 

91/12 +
257quinquies/12 WGP

3. Koninklijk Besluit tot bepaling van het territoriaal ambtsgebied van de nieuwe politiezone (eerste KB).

- Op voordracht van de beide ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie.

- 01/2024

- De bevoegdheden van de organen van de vorige politiezones (gemeente-/politieraad, college van burgemeester en schepenen/politiecollege) worden beperkt tot de handelingen die betrekking hebben op het dagelijks beheer, de dringende zaken en de lopende zaken.

 

91/12 WGP

4. Verzamelstap

Tussenperiode waarin een overeenkomst tussen de betrokken gemeenten kan worden gesloten om de werkingsmodaliteiten in de hoedanigheid van een enkele operationele entiteit vast te leggen.

 

- Gans 2024

- voorbereiding overgang nieuwe zone

- geen nieuwe politieraad of politiecollege wel gemeentelijke betrokkenheid:

gemeenteraden oefenen bevoegdheden politieraad uit en burgemeesters die van het politiecollege
 

257quinquies/4/16/17 WGP

5.koninklijk besluit tot Instelling nieuwe politiezones

 

01/01/2025
- datum van ingang gemeentelijke fusies

- huidige zones kunnen lopende legislatuur voleindigen

- Nieuwe zones starten met nieuwe volwaardige termijn

 

 

257quinquies/5/ 11 juncto WGP

6. Ter goedkeuring voorleggen van de nieuwe zonale veiligheidsplannen aan de Ministers van Binnenlandse Zaken en van Justitie.

Binnen de vier maanden na de oprichting van de nieuwe politiezones

91/8/13 WGP

 

 

Aandachtspunten:

Strikt wettelijk hebben de organen - politieraden en politiecolleges - van de betrokken politiezones in de hele procedure geen formele bevoegdheid. Vanuit goed bestuur is het nochtans wenselijk om hen te betrekken in het verloop en hen derhalve regelmatig te informeren.
Bij de gezamenlijke gemotiveerde aanvraag in stap 2 moet een naamlijstworden gevoegd van de personeelsleden die overgeheveld worden naar elk van de nieuwe zones. Op het moment van de aanvraag is het aan te bevelen dat reeds duidelijk vaststaat welk personeel naar welke zone gaat.
De wet schrijft geen normen voor waaraan men in concreto moet voldoen (bv. evenredige opsplitsing in graden), alleen dat het overgedragen personeel de nieuwe zones moet toelaten de basispolitiezorg te verzekeren
 

Stap 4 is een verzamelstap die de voorbereiding van de instelling van de lokale politie van de nieuwe zones inhoudt. In casu duurt hij gans 2024.

Na de publicatie van het 1eKB komt men in een soort tussenperiode waarin zowel de oude zones moeten blijven functioneren (middels hun organen wiens bevoegdheden beperkt worden) en de overgang naar de nieuwe zones dient voorbereid.

Vermits de defusie van kanton Borgloon tegelijkertijd gepaard gaat met gemeentelijke fusies geldt art. 257quinquies/17 en zal er géén verkiezing van de leden van de politieraden van de nieuwe zones plaatsvinden. Deze verkiezing zal pas gebeuren na de inplaatsstelling van de nieuwe politiezones op 01.01.2025 (zgn. algehele vernieuwing van de politieraden gelet op nieuwe lokale legislatuur). De bevoegdheden van de nieuwe politieraad worden in afwachting gezamenlijk uitgeoefend door alle betrokken gemeenteraden van de betrokken nieuwe politiezone.

Ook worden er in afwachting van de inplaatsstelling van de nieuwe politiezones geen nieuwe politiecolleges gevormd. De bevoegdheden van deze in de nieuwe politiezones worden gezamenlijk uitgeoefend door alle betrokken burgemeesters. Qua stemming geldt art. 91/13 juncto 91/7 WGP waarbij het aantal stemmen waarover de burgemeesters beschikken, wordt bepaald op basis van de politietoelage die zijn of haar gemeente inbracht in de vorige politiezone waartoe zij behoorde

Het mandaat van korpschef in de zgn. ontvangende zones (= zones waarnaar de gemeenten van de gedefusioneerde zone bij aansluiten) moet niet worden vacant verklaard, zo deze operatie tegelijkertijd gepaard gaat met een fusie van gemeenten (art. 257quinquies/17 WGP). Dit geldt mutatis mutandis ook voor de bijzonder rekenplichtige en de politiesecretaris. Bedoeling van deze uitzondering is om geen hiaat te krijgen in de politiebedeling en de voorbereiding naar de nieuwe zonestructuur meteen van start te kunnen laten gaan. Er begint wel geen nieuw mandaat van korpschef, de termijn van zijn mandaat in de huidige, ontvangende zone blijft doorlopen
 

Qua lot van de goederen van de bestaande politiezones dient een onderscheid gemaakt :
 

De onroerende goederen zullen de plaats van de ligging volgen (art. 257quinquies/13, §1 WGP). Ze worden op de datum van de instelling van de nieuwe zones overgedragen naar de politiezone op wiens grondgebied ze liggen, met alle rechten, plichten en lasten (dus ook aflossingen). In §3 van hetzelfde wetsartikel geldt eenzelfde regeling voor huurovereenkomsten met betrekking tot onroerende goederen zich op het grondgebied van de nieuwe politiezone zullen bevinden
 

Zoals reeds vermeld dient al bij de aanvraag tot defusie een inventaris van alle roerende goederen te worden opgesteld en naar welke nieuwe politiezone ze worden overgedragen. Luidens art. 257quinquies/11 juncto 257quinquies/7 WGP gebeurt deze overdracht van rechtswege op datum van de instelling van de nieuwe politiezones en in de staat waarin ze zich bevinden, met inbegrip van de lasten en verplichtingen aan deze goederen. De vorige politiezones blijven evenwel hoofdelijk gehouden tot de verplichtingen waarvan de betaling of de uitvoering verhaalbaar waren vóór de instelling van de nieuwe zones

De activa en passivaworden van rechtswege door de nieuwe politiezones overgenomen ten belope van het aandeel van het personeelsbestand dat wordt overgeheveld (art. 257quinquies/14, §2 WGP).
 

Ter voorbereiding van de nieuw te vormen politiezone zullen in de tussenperiode van 2024 een aantal zaken moeten aangevraagd of stukken opgemaakt, zo bv.:
 

De personeelsformatie van de nieuwe politiezonesmoet in overeenstemming zijn met de formatie- en organisatienormen ter zake
 

Bij de begroting van de nieuwe politiezones dienen de bedragen van de gemeentelijke dotaties twee jaar lang minstens gelijk te zijn aan het bedrag dat de gemeente betaalde in de vroegere zone (art. 91/13 juncto 91/9 WGP). De federale toelagen en dotaties evenals het bedrag van het correctiemechanisme van de zone kanton Borgloon worden verdeeld tussen de nieuwe politiezones die resulteren uit de defusie à rato van de loonkosten van de personeelsleden van het operationeel en CALOG-kader die overgeheveld worden naar elk van de nieuwe politiezones. Deze loonkost wordt berekend op de maand voorafgaand aan de maand van de aanvraag (art. 91/15 en 257quinquies/13, §2 WGP).
Het overgedragen personeel levert de ratio op waarbinnen er tot een verdeling van federale toelagen, activa, passiva… wordt overgegaan (uitzondering zijn de onroerende goederen en huurovereenkomsten op dergelijke goederen die de plek van ligging volgen).

De instelling van de lokale politie kan slechts op de eerste dag van een trimester, in casu wordt geopteerd voor 01.01.2025 vermits dit de huidige zones toelaat de lopende legislatuur te voleindigen en de nieuwe zones te starten met een nieuwe, volwaardige termijn. De gemeentelijke fusies gaan bovendien ook in op die datum. Het tweede KB zal dan ook noodgedwongen terugwerkende kracht krijgen.

 

Financiële gevolgen

De wet op de geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, bepaalt dat een politiezone over een belangrijke financiële autonomie beschikt. In de praktijk komt dit neer op het opstellen van een aparte begroting en rekening en een financieel beheer dat losstaat van de achterliggende gemeenten. Hiertoe beschikt de zone over twee belangrijke financieringsbronnen, enerzijds de federale dotaties of toelagen, anderzijds de gemeentelijke dotaties. Deze laatsten vormen het sluitstuk van de begroting, d.w.z. dat zij het verschil dekken tussen de uitgaven en de federale dotaties of toelagen. De respectievelijke bijdragen van de gemeenten worden in onderling overleg en bij algemeen akkoord bepaald. Het is pas in tweede instantie en bij ontstentenis van dergelijk akkoord dat men beroep moet doen op de wettelijke verdeelsleutel, de zgn. 60-20-20-regel.

De politionele/organisatorische meerwaarde die de zone LRH qua politiezorg biedt, heeft uiteraard een kostprijs. Uitgangspunt om deze laatste te bepalen is het profiel van de gemeente binnen de federale gemeente typologie, met name als een matig morfologisch verstedelijkte gemeente.

Binnen de zone Kanton Borgloon ligt de gemiddelde kost per burger de afgelopen vijf jaar op 88,41 euro (bedrag aangepast aan inflatie). Binnen de zone LRH ligt het gemiddelde voor dezelfde typegemeenten – Diepenbeek, Herk-de-Stad, Lummen en Halen – op 126,08 euro. Een correctie ligt aldus voor de hand.

 

Concreet levert dit volgende berekening op:

        Binnen de zone LRH zou de geraamde gemeentelijke toelage van Alken neerkomen op jaarlijks 1.579.930,- euro. In ruil hiervoor ontvangt zij de volledige, verruimde dienstverlening die de zone ter beschikking stelt.

        De zone Kanton Borgloon ontvangt verhoudingsgewijs meer federale toelagen dan gemeentelijke toelagen binnen cluster 5 van de federale politiezonetypologie. Er is zelfs sprake van een afwijking tot 11 % met het gemiddelde binnen de cluster. Dit betekent dat bij toetreding van Alken tot de zone LRH een deel van die hogere federale toelagen mee overgaat. In concreto betekent zulks dat jaarlijks 237.754,- euromeerontvangst ten gunste van Alken kan worden verrekend.

        De zone Kanton Borgloon is tevens eigenaar van een klein wijkkantoor in Alken. Vermits onroerende goederen naargelang hun ligging overgaan naar de politiezone waartoe ze behoren, zal dit kantoor door toetreding van Alken tot de zone LRH eigendom worden van deze laatste. De zone LRH is bereid om gedurende 5 jaar de waarde van deze eigendom te verrekenen met de gemeentelijke toelage van Alken, met name 20.000,- euro af te trekken.

        Het blijkt dat de gemeente Alken jaarlijks aan de zone Kanton Borgloon nog een gebruiksvergoeding van 7.000,- euro betaalt, wellicht omdat een aantal andere wijkkantoren binnen de zone – anders dan in Alken - in gemeentehuizen gevestigd werden. De zone LRH is bereid deze te laten vallen.

 

Dit alles maakt tot nader order en onder voorbehoud van ongewijzigd beleid, bv. wat de uitbetaling van de federale toelagen betreft, een gemeentelijke toelage van :

 

 

Vergeleken met de huidige bijdrage van Alken (943.860,03 euro doch ook nog deel zonale reserves ingezet, met name 25,3589 % van 650.000,- euro) in de zone Kanton Borgloon komt dit neer op een meerprijs van 211.483,12 euro. Men mag hier nog die genoemde 7.000,- euro gebruiksvergoeding van aftrekken, vermits die voor Alken binnen de zone LRH wegvalt, wat uiteindelijk 204.483,12 euro maakt of 17,27 euro per inwoner.  

Indien de reserve-inzet niet doorgaat in 2023 in de zone Kanton Borgloon, dan bedraagt de meerprijs 369.315,97 euro of 31,19 euro per inwoner. Als men vergelijkt naar de prognoses van de dotatie van Alken in deze zone voor 2024 en 2025 zou de meerprijs voor een overgang naar de zone LRH dalen tot 341.000,17 respectievelijk 311.834,90 euro.

 

Hierbij dienen nog twee belangrijke kanttekeningen voor de toekomst te worden geplaatst:

        voor de zone LRH zijn dienstverlening én lokale verankering essentiële waarden. Het huidige wijkkantoor te Alken met zijn 50 m² oppervlakte wordt op termijn best verkocht, of dient minstens een andere bestemming te krijgen. Het beantwoordt niet meer aan de tegen 2028 voorgeschreven veiligheidsnormen en is veel te klein. De kostprijs voor een nieuw te bouwen wijkkantoor (geschat tussen de 500.000 en 750.000 euro), valt dan uiteraard volledig ten laste van de zone LRH.

        Hetzelfde geldt voor de uitbreiding van het huidige hoofdcommissariaat te Hasselt voor het geval Kortessem en Alken de PZ LRH zullen vervoegen.

        Tot slot past een vergelijking van de gemiddelde zonale kost per inwoner in de overige aangrenzende zones. In Tongeren-Herstappe is dit 125,34 euro, in Sint-Truiden-Gingelom-Nieuwerkerken 135,12 euro. Als men in deze laatste zone de stad St-Truiden zelf buiten beschouwing laat, komt men op 94,26 euro per inwoner, met Gingelom als zwak morfologisch verstedelijkte gemeente en met Nieuwerkerken als matig morfologisch verstedelijkte gemeente (zoals trouwens ook Alken) binnen de federale gemeentypologie.

 

Besluit

14 stemmen voor: Marc Penxten, Peter Bollen, Cindy Vandormael, Ingrid Loix, Frank Vroonen, Alex Dubois, Pierrette Putzeys, Jorg Stas, Michel Boussu, Carine Meyers, Danny Jeuris, Ida Ceulemans, Paul Dirickx en Stan Dehollogne

6 stemmen tegen: Igor Philtjens, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, André Vanhex, Piet Wijgaerts en Ingrid Jacobs

 

Artikel 1: Op basis van het gevoerde onderzoek, de veranderende samenleving, de nieuwe tendensen en politionele uitdagingen versus capaciteit, de beperkte kennis van een kleine zone, de vaststelling dat de politiezone kanton Borgloon door de gemeentelijke fusies van Borgloon en Kortessem niet langer een basispolitiezorg kan garanderen zodat aansluiting bij andere zone zich opdringt en de zone LRH een duidelijke operationele meerwaarde biedt en ook organisatorisch naburig aansluit aan Alken beslist de gemeenteraad om de procedure op te starten om de politiezone kanton Borgloon te verlaten op 1 januari 2025 en op die datum aan te sluiten bij de politiezone Limburg Regio Hoofdstad.

Artikel 2: Er wordt hiertoe een formele vraag gericht naar de overige gemeenteraden van de zones kanton Borgloon en Limburg Regio Hoofdstad.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Jaarrekening 2022 - Kerkfabriek Sint-Aldegondis

De gemeentelijke exploitatie- en de investeringstoelage aan de kerkfabriek van Sint-Aldegondis bedroeg voor 2022 13.502,12 euro.

De rekening vertoont een exploitatieoverschot van 13.502,12 euro en een investeringsoverschot van 2.701,17 euro.

 

Feiten en context

De jaarrekening van de kerkfabriek van Sint-Aldegondis voor het jaar 2022, vastgesteld door kerkfabriekraad op 11 april 2023, vertoont volgend resultaat:

 

Exploitatie:

13.502,12 euro

Investeringen:

2.701,17 euro

Globaal totaal:

16.203,29 euro

 

Juridische grond

Artikel 55 § 2 van het eredienstendecreet van 7 mei 2004

 

Adviezen

Niet van toepassing

 

Argumentatie

Artikel 55 § 2 van het eredienstendecreet van 7 mei 2004 bepaalt dat de jaarrekeningen van de kerkfabrieken dienen onderworpen te worden aan het advies van de gemeenteraad en aan de goedkeuring van de provinciegouverneur.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De gemeenteraad brengt een gunstig advies uit over de jaarrekening 2022 van de kerkfabriek van Sint-Aldegondis.

Artikel 2: Dit advies wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Jaarrekening 2022 - Kerkfabriek Sint-Joris

De gemeentelijke exploitatie- en de investeringstoelage aan de kerkfabriek van Sint-Joris bedroeg voor 2022 20.923,26 euro.

De rekening vertoont een exploitatieoverschot van 20.923,26 euro en een investeringsoverschot van 322,80 euro.

 

Feiten en context

De jaarrekening van de kerkfabriek van Sint-Joris voor het jaar 2022, vastgesteld door kerkfabriekraad op 5 april 2023, vertoont volgend resultaat:

 

Exploitatie:

20.923,26 euro

Investeringen:

322,80 euro

Globaal totaal:

21.246,06 euro

 

Juridische grond

Artikel 55 § 2 van het eredienstendecreet van 7 mei 2004

 

Adviezen

Niet van toepassing

 

Argumentatie

Artikel 55 § 2 van het eredienstendecreet van 7 mei 2004 bepaalt dat de jaarrekeningen van de kerkfabrieken dienen onderworpen te worden aan het advies van de gemeenteraad en aan de goedkeuring van de provinciegouverneur.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De gemeenteraad brengt een gunstig advies uit over de jaarrekening 2022 van de kerkfabriek van Sint-Joris.

Artikel 2: Dit advies wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Jaarrekening 2022 - Kerkfabriek Terkoest

De gemeentelijke exploitatie- en de investeringstoelage aan de kerkfabriek van Terkoest bedroeg voor 2022 12.814,92 euro.

De rekening vertoont een exploitatieoverschot van 12.589,20 euro en een investeringsoverschot van 0,00 euro.

 

Feiten en context

De jaarrekening van de kerkfabriek van Terkoest voor het jaar 2022, vastgesteld door kerkfabriekraad op 25 januari 2023, vertoont volgend resultaat:

 

Exploitatie:

12.589,20 euro

Investeringen:

0,00 euro

Globaal totaal:

12.589,20 euro

 

Juridische grond

Artikel 55 § 2 van het eredienstendecreet van 7 mei 2004

 

Adviezen

Niet van toepassing

 

Argumentatie

Artikel 55 § 2 van het eredienstendecreet van 7 mei 2004 bepaalt dat de jaarrekeningen van de kerkfabrieken dienen onderworpen te worden aan het advies van de gemeenteraad en aan de goedkeuring van de provinciegouverneur.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De gemeenteraad brengt een gunstig advies uit over de jaarrekening 2022 van de kerkfabriek van Terkoest.

Artikel 2: Dit advies wordt overgemaakt aan de provinciegouverneur.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Samenwerkingsovereenkomst met VDAB

Het Vlaamse Regeerakkoord 2019-2024 wil de volgende jaren extra mensen aan een job helpen, met als doel een werkzaamheidsgraad van 80%.

Een versterkte samenwerking tussen VDAB met de lokale besturen wordt naar voor geschoven als één van de hefbomen in het bereiken van die ambitie. 

De opdracht van VDAB wordt door het Vlaamse Regeerakkoord uitgebreid tot de centrale data gedreven en resultaatsgerichte werkzaamheids- en loopbaanregisseur van het volledige activeringsbeleid in Vlaanderen, en de samenwerking met lokale besturen en bedrijven wordt versterkt.

De opdracht van de lokale besturen of intergemeentelijke samenwerkingsverbanden kan als volgt geformuleerd worden: aanvullend aan het Vlaamse beleid, inzetten op een duurzame tewerkstelling van zoveel mogelijk burgers, met betrokkenheid van lokale partners en beleidsdomeinen (onderwijs, welzijn, jeugd, lokale economie, sociale economie,...), op maat van de lokale realiteit.

Deze samenwerkingsovereenkomst (bijlage 1) focust op de centrale ambities:

        Meer mensen aan de slag

        Veerkrachtige ondernemingen in een toekomstbestendige arbeidsmarkt

        Sterkere loopbanen binnen een stimulerend leerklimaat

De overeenkomst (zie bijlage) werd opgesteld in overleg tussen de stuurgroep ‘wijk-werken Haspengouw’ (voortaan ‘Bijzig) en VDAB. Elk lokaal bestuur kan in een actieplan de nadruk leggen op specifieke acties op het grondgebied, indien bepaalde noden daartoe aanzetten.

Deze acties zijn onderwerp van de agenda van de Haspengouwse stuurgroep, en worden besproken met de netwerkmanager lokale besturen van VDAB.

Aan alle lokale besturen van de bovenlokale vereniging ‘Bijzig’ wordt gevraagd de overeenkomst goed te keuren en te ondertekenen.

 

Feiten en context

Het Vlaamse Regeerakkoord 2019-2024 wil de volgende jaren extra mensen aan een job helpen, met als doel een werkzaamheidsgraad van 80%.

Een versterkte samenwerking tussen VDAB met de lokale besturen wordt naar voor geschoven als één van de hefbomen in het bereiken van die ambitie. 

De opdracht van VDAB wordt door het Vlaamse Regeerakkoord uitgebreid tot de centrale datagedreven en resultaatsgerichte werkzaamheids- en loopbaanregisseur van het volledige activeringsbeleid in Vlaanderen, en de samenwerking met lokale besturen en bedrijven wordt versterkt.

De opdracht van de lokale besturen of intergemeentelijke samenwerkingsverbanden kan als volgt geformuleerd worden: aanvullend aan het Vlaamse beleid, inzetten op een duurzame tewerkstelling van zoveel mogelijk burgers, met betrokkenheid van lokale partners en beleidsdomeinen (onderwijs, welzijn, jeugd, lokale economie, sociale economie,...), op maat van de lokale realiteit.

 

Juridische grond

Artikel 41 Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.

Vlaams Regeerakkoord 2019-2024.

 

Adviezen

Niet van toepassing.

 

Argumentatie

Deze samenwerkingsovereenkomst (bijlage 1) focust op de centrale ambities:

        Meer mensen aan de slag

        Veerkrachtige ondernemingen in een toekomstbestendige arbeidsmarkt

        Sterkere loopbanen binnen een stimulerend leerklimaat

De overeenkomst (zie bijlage) werd opgesteld in overleg tussen de stuurgroep ‘wijk-werken Haspengouw’ (voortaan ‘Bijzig) en VDAB. Elk lokaal bestuur kan in een actieplan de nadruk leggen op specifieke acties op het grondgebied, indien bepaalde noden daartoe aanzetten.

Deze acties zijn onderwerp van de agenda van de Haspengouwse stuurgroep, en worden besproken met de netwerkmanager lokale besturen van VDAB.

Aan alle lokale besturen van de bovenlokale vereniging ‘Bijzig’ wordt gevraagd de overeenkomst goed te keuren en te ondertekenen.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De gemeenteraad keurt de samenwerkingsovereenkomst 'Samen sterk voor lokaal werk 2023-2025' met de VDAB goed en laat ze ondertekenen.

Artikel 2: Dit besluit wordt onderworpen aan de bepalingen betreffende het bestuurlijk toezicht (artikels 326 tot en met 334) Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, zoals gewijzigd.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Aanpassing subsidiereglement cultuurverenigingen Deel I. Projectsubsidies

Voor de cultuurverenigingen die aangesloten zijn bij de cultuurraad Alken bestaat er een goedgekeurd subsidiereglement (gemeenteraad 28 september 2017). Dit subsidiereglement bevat 3 soorten subsidies : projectsubsidie - subsidie ter ondersteuning van audiovisueel en didactisch materiaal en jaarlijkse subsidies.

Wat de projectsubsidies betreft, heeft het dagelijks bestuur van de cultuurraad een nieuw voorstel uitgewerkt. De algemene vergadering gaf positief advies over dit voorstel.

 

Feiten en context

Voor de cultuurverenigingen die aangesloten zijn bij de cultuurraad Alken bestaat er een goedgekeurd subsidiereglement (gemeenteraad 28 september 2017).  Dit subsidiereglement bevat 3 soorten subsidies : projectsubsidie - subsidie ter ondersteuning van audiovisueel en didactisch materiaal en jaarlijkse subsidies.

Wat de projectsubsidies betreft,  heeft het dagelijks bestuur van de cultuurraad een nieuw voorstel uitgewerkt.   De algemene vergadering gaf positief advies over dit voorstel.

 

Juridische grond

 DLB art. 40 en 41 regelt bevoegdheden gemeenteraad

 

Adviezen

Gunstig advies van het dagelijks bestuur van de cultuurraad in de vergadering van 17 mei '23. Gunstig advies van de algemene vergadering van de cultuurraad in de vergadering van 13 juni '23.

 

Argumentatie

De cultuurraad beschikt over een goedgekeurd subsidiereglement (gemeenteraad september 2017).  Eén onderdeel van dat subsidiereglement is de projectsubsidies. Er werden in het verleden verschillende aanvragen ingediend voor deze projectsubsidies.  Op basis van deze aanvragen stelde het dagelijks bestuur vast dat dit deel van subsidies voor wijziging vatbaar was omwille van volgende redenen:

        het totale bedrag van deze subsidie was vrij laag (750 euro)

        slechts één type van aanvraag mogelijk

Er werd een nieuw voorstel uitgewerkt door het dagelijks bestuur van de cultuurraad.  Dat voorstel werd unaniem goedgekeurd in de algemene vergadering van de cultuurraad van juni '23.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.  Er wijzigt aan het totale bedrag dat aan cultuurraad gegeven wordt conform het reglement, niets.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: Artikel 1: De gemeenteraad heft het goedgekeurde subsidiereglement cultuur, in zitting van 28 september 2017, op.

Artikel 2 : De gemeenteraad keurt het aangepaste subsidiereglement cultuur als volgt , goed:

Artikel 1 : 

 Binnen de perken van de kredieten, daartoe opgenomen in het meerjarenplan zoals deze werd goedgekeurd door de toezichthoudende overheid, en rekening houdend met de geboden mogelijkheden om welbepaalde gemeentelijke voorzieningen zoals gebouwen, terreinen en diensten te gebruiken, worden aan de verenigingen, aangesloten bij de gemeentelijke cultuurraad, subsidies verleend volgens de normen en voorwaarden, die in dit reglement worden vastgesteld.

 De subsidies zijn financiële stimulans vanwege de gemeente.

 De bedragen van de toelagen worden gekoppeld aan het cijfer 162,34. Dit cijfer wordt jaarlijks, voor aanvang van het werkjaar, vergeleken met het gezondheidsindexcijfer van augustus van dat jaar (met als basis 1988). Wanneer er een stijging of daling van 10 punten of meer wordt vastgesteld, worden de subsidiebedragen met 10 % vermeerderd of verminderd. Deze mogelijke aanpassing van het subsidiebedrag wordt telkens opgenomen in het daaropvolgende begrotingsjaar.

 De organisaties die op een forfaitaire manier betoelaagd worden, zijn eraan gehouden een summier activiteitenverslag in te dienen en aanwezig te zijn op de algemene vergadering van de cultuurraad.

Artikel 2 :

De aanvrager moet voldoen aan alle volgende voorwaarden :

 De erkende verenigingen bij de cultuurraad.

 De verenigingen die 1 jaar erkend zijn (het erkenningsjaar telt niet mee !). De subsidie kan pas vanaf het werkjaar na het erkenningsjaar aangevraagd worden.

 Een vereniging die met vrijwilligers werkt en uitsluitend met vrijwiligers werkt !

 De vereniging mag geen subsidie ontvangen via een ander gemeentelijk kanaal voor hetzelfde onderwerp.

 Verenigingen die minstens 2 x aanwezig zijn geweest op de algemene vergaderingen in het voorbije werkjaar.

 Verenigingen die hun dossier tijdig indienden vòòr 15/09. Dit criterium is enkel van toepassing bij de berekening van de subsidie onder rubriek III : jaarlijkse subsidie.

De wetgeving geeft volgende omschrijving voor een vrijwilliger :

 het verrichten van activiteiten

 door een natuurlijke persoon

 onverplicht

 onbezoldigd

 ten behoeve van anderen of de samenleving

 ingericht door een organisatie.

Artikel 3 : SOORTEN SUBSIDIES :

 

DEEL I. PROJECTSUSBIDIE

Artikel 4: Algemeen

Van het bedrag ingeschreven in het meerjarenplan wordt eerst een forfaitair bedrag van

€ 1.500 onttrokken voor de subsidiëring van projectsubsidies. 

De cultuurraad kan een projectsubsidie toekennen volgens de volgende richtlijnen:

Artikel 5: Type subsidies

Er zijn twee soorten projectsubsidies:

  1. Type 1 : Voor activiteiten die de reguliere werking overstijgen en uitzonderlijk/éénmalig zijn (mét uitkoopsom) : 300
  2. Type 2 : Voor activiteiten die eigen zijn aan de werking, maar toch speciaal en éénmalig zijn (bovenop de normale werking) (zonder uitkoopsom): 150

Artikel 6: Onverenigbaarheid - bekendmaking

Activiteiten met zelfs een gedeeltelijk commercieel karakter komen niet in aanmerking voor subsidiëring.

De manifestatie waarvoor een uitzonderlijke subsidie wordt verstrekt, kan niet meer gehonoreerd worden via enig ander gemeentelijk subsidiekanaal.

Bij de bekendmaking (bv. op het promotiemateriaal) moet de ondersteuning vanwege de cultuurraad (incl. logo Gemeente Alken) steeds expliciet vermeld worden.

Artikel 7:  Criteria

TYPE 1

Criteria voor TYPE 1 (reguliere werking overstijgend, uitzonderlijk & éénmalig, mét uitkoopsom)

        Uitstraling én promotie tot buiten de gemeentegrenzen

        Overstijgt eigen werking van de vereniging

        Vindt plaats te Alken, richt zich op een ruim publiek, waarbij alle Alkense burgers effectief uitgenodigd worden

        Samenwerking met één of meerdere verenigingen : sterk ondersteund, maar geen MUST voor het verwerven van een subsidie…

TYPE 2

Criteria voor TYPE 2 (binnen eigen werking passend, maar toch speciaal & éénmalig, zonder uitkoopsom) :

        Vindt plaats te Alken, richt zich op een ruim publiek, waarbij alle Alkense burgers effectief uitgenodigd worden

        Samenwerking met één of meerdere verenigingen : sterk ondersteund, maar geen MUST voor het verwerven van een subsidie…

In beide gevallen moet de vereniging nadien (en ten laatste 4 weken na afloop van de activiteit) een “dossier” met de nodige bewijsstukken (aankondigingen, promotiemateriaal, verslag & gedetailleerde rekening : kosten en baten) voorleggen aan de Dienst Vrije Tijd. Pas nadien kan uitbetaling van de verworven subsidie gebeuren.

Artikel 8: Aanvraag

De aanvraag voor de subsidie TYPE 1 dient minstens 6 weken op voorhand ingediend te worden. 

De aanvraag voorde subsidie TYPE 2 dient minstens 4 weken op voorhand ingediend te worden. 

De aanvraag dient ingediend te worden bij de dienst vrije tijd van het gemeentebestuur en omvat het volgende:

        de organiserende vereniging(en)

                                de beschrijving van het project: o.a. doel, inhoud, beoogde doelgroepen;

                                de praktische gegevens: o.a. waar en wanneer, evt. toegangsprijs;

                                een gedetailleerde begroting van alle inkomsten en uitgaven.

Artikel 9: Goedkeuring

Het dagelijks bestuur van de cultuurraad beslist binnen de 2 weken over de aanvaarding van het project en deelt de beslissing mee aan de aanvrager.

Artikel 10: Bedrag

TYPE 1

De subsidie bedraagt maximum de helft van de uitkoopsom en overstijgt voor type 1  nooit een bedrag van € 300. Ze wordt enkel uitbetaald mits voorlegging van een factuur (uitkoopsom). Indien één maand na de activiteit nog geen factuur werd binnengebracht, kan de subsidie worden ingetrokken.

TYPE 2

De subsidie voor type 2 bedraagt max. € 150, ongeacht de gemaakte kosten.

Volgende bewijsstukken dienen uiterlijk één maand na de activiteit bezorgd te worden;

        de rekening van inkomsten en uitgaven, samen met de nodige financiële bewijsstukken.

        het verslag van de activiteit, gestaafd met documenten.

        het promotiemateriaal (waarop de cultuurraad  vermeld werd).

De uitbetaling van de subsidies gebeurt gelijktijdig met de jaarlijkse subsidies (najaar).

 

DEEL II.

SUBSIDIE TER ONDERSTEUNING AUDIOVISUEEL

EN DIDACTISCH MATERIAAL

Artikel 11 :

Van het bedrag ingeschreven in de begroting kan maximaal een bedrag van

€ 900,- onttrokken worden voor de subsidiëring van audio-visueel en didactisch materiaal. Het gedeelte dat niet opgebruikt wordt, wordt verder besteed aan de subsidies vermeld in deel II en deel III.

De cultuurraad kan een subsidie voor audio-visueel en didactisch materiaal toekennen volgens de volgende richtlijnen :

 Artikel 12 :

De tussenkomst kan enkel voor de huur van audiovisueel - en didactisch materiaal verkregen worden.

 Artikel 13 :

Het subsidiebedrag bedraagt de gemaakte huurkost met een maximum van € 50,- per vereniging per jaar.

 Artikel 14 :

Dit dient te gebeuren :

 Via een standaard aanvraagformulier.

 De vereniging zelf moet de aanvraag indienen.

 Minstens 5 werkdagen op voorhand indienen

 Artikel 15 :

 Bewijs van betaling, binnen de maand (30 kalenderdagen) voorleggen aan het secretariaat van de cultuurraad Alken.

 De storting van het bedrag van de gemaakte huurkost met max. van € 50,- gebeurt op rekening van de vereniging, zoals doorgegeven via aanvraagformulier.

Voor activiteiten waarvan de bewijsstukken voor 15/09 ingediend worden, zullen mee opgenomen worden in de subsidiebereking van dat jaar en ter goedkeuring worden voorgelegd aan de gemeenteraad.

 

DEEL III. JAARLIJKSE SUBSIDIES

 Artikel 16 :

Van het totale subsidiebedrag in de begroting worden eerst het subsidiebedrag voor de projectsubsidie en het subsidiebedrag voor de audiovisuele- en didactische afgetrokken. Het resterende subsidiebedrag wordt een pot van honderd procent. Van deze pot wordt veertig procent besteed aan de aanwezigheidstoelage (= aanwezigheden op de algemene vergadering). Zestig procent van deze pot wordt dan verdeeld volgens de criteria bepaald in deel III: jaarlijkse subsidies.

 Artikel 17 : AANWEZIGHEIDSTOELAGE PER VERGADERING

 Van het voorziene bedrag in de begroting worden eerst de subsidies voor projecttoelagen en de subsidies voor audiovisueel materiaal afgehouden.

Van het bedrag dat overblijft, wordt veertig procent besteed voor de aanwezigheidstoelage (= aanwezigheden op de algemene vergadering). Elke vereniging kan max. 3 het bedrag per aanwezigheid ontvangen.

 Indien een vereniging enkel voor deze aanwezigheidstoelage kiest, volstaat het om 1 document met melding van volgende gegevens in te dienen vòòr 15 september :

• de bestuursgegevens : voorzitter, pennigmeester, secretaris, afgevaardigde, plaatsvervanger en andere bestuursleden (mogelijke volmachthouders).

• Minstens 4 bestuursvergaderingen (tijdstip, plaats, aanwezigen, agenda, verslag, uitnodiging).

• 1 algemene ledenvergadering (tijdstip, plaats, aantal aanwezigen, agenda, verslag, uitnodiging).

• 4 activiteiten (kort verslag, uitnodiging, tijdstip, plaats, aanwezigen…).

Opgelet : dit document dient ook ingevuld te worden door verenigingen die lid zijn van de cultuurraad, maar geen subsidies ontvangen of verenigingen die een forfaitair subsidiebedrag ontvangen.

 Artikel 18 : ACTIVITEITENTOELAGE.

 Naast de aanwezigheidstoelage kunnen verenigingen bijkomend ook een activiteitentoelage aanvragen.

 Het startbedrag van de activiteitentoelage is de overgebleven zestig procent, na afhouding van projectsubsidie, subsidie audiovisueel materiaal en veertig procent voor de aanwezigheidstoelage.

 Dit bedrag geldt als startbedrag en wordt per rubriek verdeeld op basis van een vastgesteld subsidiebedrag per subsidieerbaar onderwerp. Indien het voorziene subsidiebedrag per rubriek overschreden wordt, wordt de subsidieverdeling herberekend tot de coëfficiënt van 100, waarbij 100 het subsidiebedrag van die rubriek weergeeft.

 Een uitgewerkt en uitgebreid dossier moet ingediend worden van de subsidieerbare activiteiten voor 15/09. Op basis van de subsidieerbare activiteiten ontvangt de vereniging een activiteitentoelage.

De toelage kan aangevraagd worden voor :

I. VORMINGSACTIVITEITEN

 25% van het totale subsidiebedrag

max. € 6,- per activiteit

1. Als vereniging zelf organisator zijn van de activiteit

2. Gidsgebonden activiteiten (rondleidingen, museumbezoeken,…)

3. Sprekersgebonden

4. Lesgevergebonden

5. Eenmalige dag – of avondvullende activiteit : programma van minimum 2 uur

6. Lessenreeks / cursus : vanaf het moment dat er meer dan 1 bijeenkomst van een gelijksoortige activiteit plaatsvindt met een gelijkmatig interval (vb. wekelijks,

2 wekelijks, maandelijks…) is er sprake van lessenreeks. Dit wordt als vorming beschouwd zijnde 1. vb. een lessenreeks van 2 of meer bijeenkomsten telt als 1.

 De nodige bewijsdocumenten moeten bij het aanvraagdossier gevoegd worden.

II. VORMING VOOR BESTUURSLEDEN (KADERVORMING)

 20% van het totale subsidiebedrag

max. € 20,- per activiteit

• Voorzitter/ secretaris / penningmeester/ andere bestuursleden.

• Leden met een specifieke, duidelijke, taak/ opdracht binnen de vereniging en aangeduid door het bestuur.

• Vorming om uw taak in het bestuur, in de vereniging goed te kunnen opnemen.

• Nodige attesten , erkende attesten moeten voorgelegd worden.

• Vorming plaatsgevonden onder deskundige begeleiding of door een erkende instantie georganiseerd.

• De activiteit zelf telt, niet het aantal deelnemers per activiteit.

III. PODIUMGEBEUREN

 35% van het totale subsidiebedrag

max. van € 50,- per activiteit

 Om onder dit luik te vallen moet de activiteit voldoen aan alle opgesomde voorwaarden :

1. Als vereniging actief de activiteit door eigen leden brengen (dit is niet gelijk aan het organiseren van een activiteit en toeschouwer zijn van deze activiteit).

2. Openstaan voor iedereen/voor het ruime publiek.

3. Programma duur minstens 1.5u.

4. Optreden in Alken en/ of elders : verenigingen die elders (= buiten Alken) een optreden organiseren mogen max. 2 van deze soort aangeven voor subsidies. De nodige bewijsstukken moeten voorgelegd kunnen worden.

Voor optredens in Alken telt de duur (= aantal opvoeringen) van de activiteit.

 Voor koren : volgende misvieringen komen in aanmerking, met een max. van 2 per werkjaar : Pasen – O.L.H. Hemelvaart – Pinksteren – O.L.Vrouw hemelvaart - Allerheiligen – 11 november – Kerstmis – patroonheilige Terkoest, Sint Joris en Centrum.

 Tentoonstellingen : het tentoonstellen van de werken van de vereniging.

De tentoostelling als geheel telt als activiteit. Voor tentoonstellingen buiten Alken, mogen er max. 2 ingediend worden als subsidieerbare activiteit.

 

IV. ANDERE CULTURELE ACTIVITEITEN 

15% van het totale subsidiebedrag

max. van € 1,- per activiteit

• Bestuursvergaderingen, kernvergaderingen, ledenvergaderingen…

• Gewestvergaderingen, koepelvergaderingen, provinciale vergaderingen,…

• Repetities

• Zingen misvieringen (andere dan hierboven vermeld bij koren)

• Ruildagen

• Stamboomonderzoek

• Eendaagse - of meerdaagse uitstappen : afhankelijk van het programma hoort dit onder het luik vorming of onder dit luik (het programma moet VOORAF opgesteld zijn en daarin moet duidelijk blijken wat vormend of ontmoetend is). Het kan als vorming beschouwd worden maar dan moeten de nodige documenten voorgelegd worden. Deze uitstap kan slechts per dag in 1 categorie ondergebracht worden.

• Ondersteuning van een culturele activiteit van andere verenigingen met een max. van 4 activiteiten per werkjaar (de ondersteuning moet duidelijk zijn ! ).

• …

 

V. ANDERE

 5% van het totale subsidiebedrag

max. € 1,- per activiteit

A. GEMEENTELIJKE ACTIVITEITEN

 11.11.11 rondgang

 Kerstproeverij

 Halloween

 Verenigingenbeurs

 Kermis Terkoest

 Kermis Alken Centrum

 Zwerfvuilactie

 Boomplantjesweekend

 Uitreiking cultuurprijs

 Landbouwdagen

 …

B. SOCIALE ACTIVITEITEN

 Feesten, recepties,…

 Ziekenbezoeken, beheerswerken, paddenoverzet…

 diensten

 Ontmoetende activiteiten : fietsen, wandelen, kaarten, handwerken, uitstappen..

 Ondersteuning van sociale activiteiten van verenigingen met een max. van 4 activiteiten per werkjaar (ondersteuning moet duidelijk zijn !).

 

OPGELET !

Alles wat hierboven niet vermeld staat, behoort dus niet tot de subsidieerbare activiteiten : o.a voorbereidingen van een activiteit (opbouw, prospecties ;…), afbouw(opruim) van een activiteit, prospecties, folders maken, wandelingen – routes – uitstappen uitstippelen…

Het is enkel de activiteit zelf die meetelt !

Artikel 19 :

  Per rubriek wordt het percentage van het totale bedrag vastgelegd.

 Per rubriek is een max. per activiteit bepaald.

 De mogelijke overschotten per rubriek worden samengeteld. Dit bedrag wordt evenredig verdeeld over de verenigingen die dat jaar in aanmerking komen voor de activiteitentoelage.

Artikel 20 : 

 Alle activiteiten kunnen maar via één reglement gesubsidieerd worden vb. het concert waarvoor projecttoelage verkregen werd, kan niet meer als subsidieerbare activiteit onder podiumgebeuren ingebracht worden.

 Elke subsidieerbare activiteit kan maar onder één rubriek ondergebracht worden.

 Dit reglement wordt geëvalueerd na 3 jaar.

 Bij vaststelling - door het dagelijks bestuur - van fraude, misbruik of oneerlijke praktijken, kan de vereniging uitgesloten worden van subsidies voor dat jaar.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Subsidiedossier KSA Alken-Centrum

Tijdens de zitting van 24 november 2022 heeft de gemeenteraad de toekenning aan KSA Alken-Centrum van een buitengewone toelage goedgekeurd en dit ten bedrage van 5.100 euro inclusief BTW voor het installeren van een nieuwe verwarming. Het bedrag werd voorzien in het budget van 2023 onder MJP000236 en werd op basis van de factuur uitbetaald. KSA Alken-Centrum liet echter de dag van de installatie van de nieuwe verwarming weten dat de leverancier tot de constatatie kwam dat er 2 ketels waren in plaats van 1. Hierdoor liggen de kosten dubbel zo hoog dan de originele aanvraag die goedgekeurd werd. Zie factuur in bijlage. KSA Alken-Centrum vraagt daarom een bijkomende subsidie voor de nieuwe verwarming. Er is reeds een principieel akkoord verleend voor een bijkomend bedrag van 5.100 euro incl. BTW, dat voorzien wordt in het meerjarenplan in 2024 onder MJP000236. Het subsidiedossier bevindt zich in bijlage.

 

Feiten en context

Tijdens de zitting van 24 november 2022 heeft de gemeenteraad de toekenning aan KSA Alken-Centrum van een buitengewone toelage goedgekeurd en dit ten bedrage van 5.100 euro inclusief BTW voor het installeren van een nieuwe verwarming. Het bedrag werd voorzien in het budget van 2023 onder MJP000236 en werd op basis van de factuur uitbetaald. KSA Alken-Centrum liet echter de dag van de installatie van de nieuwe verwarming weten dat de leverancier tot de constatatie kwam dat er 2 ketels waren in plaats van 1.  Hierdoor liggen de kosten dubbel zo hoog dan de originele aanvraag die goedgekeurd werd. Zie factuur in bijlage. KSA Alken-Centrum vraagt daarom een bijkomende subsidie voor de nieuwe verwarming. Er is reeds een principieel akkoord verleend voor een bijkomend bedrag van 5.100 euro incl. BTW, dat voorzien wordt in het meerjarenplan in 2024 onder MJP000236. Het subsidiedossier bevindt zich in bijlage.

 

Juridische grond

Het reglement "Betoelaging van jeugdinfrastructuur aan erkende jeugdverenigingen".

GR -  DLB art 40 en 41 regelt bevoegdheden van de raad.

College – DLB art. 56 regelt bevoegdheden college​.

 

Adviezen

Gunstig advies studiedienst.
Gunstig advies jeugdraad.

 

Argumentatie

Om de factuur van de nieuwe verwarming volledig te kunnen betalen is het aangewezen een bijkomende subsidie te voorzien voor KSA Alken-Centrum. Conform het reglement "Betoelaging van jeugdinfrastructuur aan erkende jeugdverenigingen" en n.a.v. het principieel akkoord van het SC en de gunstige adviezen van de studiedienst en de jeugdraad kan een bijkomende toelage toegekend worden.

 

Financiële gevolgen

De financiële gevolgen zijn voorzien als volgt.

Bedrag inclusief BTW

BTW-percentage dat wordt toegepast

MJP-nummer(s) waarop de uitgaven werden voorzien

€ 5.100 incl. BTW

Niet van toepassing

MJP000236

Datum visumaanvraag:

Niet van toepassing

Datum goedkeuring visumaanvraag:

Niet van toepassing

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De gemeenteraad keurt de bijkomende toekenning aan KSA Alken-Centrum van een buitengewone toelage goed en dit ten bedrage van 5.100 euro inclusief BTW voor de vernieuwing van hun verwarming. Dit bedrag zal op basis van de factuur die de vereniging reeds voorgelegd heeft uitbetaald worden. Het bedrag wordt voorzien in het budget van 2024 onder MJP000236.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Goedkeuring protocollen Energiehuis

De gemeenteraad keurde op 30.03.2023 het addendum bij de samenwerkingsovereenkomst met Energiehuis goed.

Sedertdien biedt Energiehuis een uitgebreider aanbod op het grondgebied van de gemeente Alken aan.

In het gemeenteraadsbesluit werd reeds opgenomen dat duidelijkheid diende te komen omtrent de verwerking van persoonsgegevens in het kader van dit aanbod en of er een verwerkingsovereenkomst, dan wel een protocol diende te worden opgesteld.

 

Feiten en context

De gemeenteraad keurde op 30.03.2023 het addendum bij de samenwerkingsovereenkomst met Energiehuis goed.

Sedertdien biedt Energiehuis een uitgebreider aanbod op het grondgebied van de gemeente Alken aan.

In het gemeenteraadsbesluit werd reeds opgenomen dat duidelijkheid diende te komen omtrent de verwerking van persoonsgegevens in het kader van dit aanbod en of er een verwerkingsovereenkomst, dan wel een protocol diende te worden opgesteld.

 

Juridische grond

Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG;

Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald art. 40-41 omtrent de bevoegdheden van de gemeenteraad;

Decreet van 19 november 2021 tot wijziging van het Energiedecreet van 8 mei 2009 en de Vlaamse Codex Wonen van 2021;

Decreet van 18 juli 2008 betreffende het elektronische bestuurlijke gegevensverkeer;

Titel VII, hoofdstuk IX Besluit van de Vlaamse Regering van 19 november 2010 houdende algemene bepalingen over het energiebeleid;

Art. 2.16 van het uitvoeringsbesluit van de Codex Wonen;

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, wat betreft maatregelen naar aanleiding van de energiecrisis;

Besluit van de Vlaamse Regering van 8 juli 2022 tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010 en het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 in het kader van de verbouwlening;

Het Gemeenteraadsbesluit van 30.03.2023;

 

Adviezen

Gunstig advies van de data protection officer (DPO) 19.06.2023.

 

Argumentatie

In het kader van het aanbod van Energiehuis, de verwerking van persoonsgegevens en het gegeven dat zowel de gemeente Alken als het Energiehuis (CVBA met sociaal oogmerk DUWOLIM) onderworpen zijn aan de Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming) (Voor de EER relevante tekst), dient een protocol omtrent de verwerking van persoonsgegevens te worden ondertekend.

Het betreft immers een uitwisseling van persoonsgegevens tussen twee verwerkingsverantwoordelijken, in het kader van voornoemde verordening.

Er werden twee protocollen opgesteld, m.n.

 

        Protocol 1 regelt de gegevensstromen vanuit Energiehuis Limburg naar de gemeente Alken

        Protocol 2 regelt deze vanuit de gemeente Alken naar Energiehuis Limburg

 

De protocollen laten toe om gegevens mee te delen, zodat nu (en in de toekomst) een nog vlottere dienstverlening / samenwerking kan verzekerd worden.

Dit zowel met o.a. de gemeentelijke woonenergieloketten als met het OCMW (steden en gemeenten kunnen immers optreden als partij voor het OCMW).

Ook laat het toe om de nodige gegevens mee te delen in het kader van de rapportage voor de MijnVerbouwBegeleiding, waarvoor de gemeente intekende middels goedkeuring van het addendum op de gemeenteraad van 30.03.2023.

 

Financiële gevolgen

Niet van toepassing.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De gemeenteraad keurt de protocollen, gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit en er integraal deel van uitmakend, goed en geeft opdracht tot ondertekening van de protocollen.

Artikel 2:De protocollen worden gepubliceerd op de gemeentelijke website.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Overzicht punten

Zitting van 31 08 2023

 

Toegev. punt - Bescherming monument van Watermolen “Nieuwe Molen” Alken- Toegevoegd punt

Raadslid Paul Dirickx voegt volgend punt toe aan de gemeenteraad:

Bescherming monument van Watermolen “Nieuwe Molen” Alken.

 

Op 12/4/2023 werd een schrijven gericht aan het Schepencollege vanwege het Agentschap Onroerend Erfgoed betreffende de opstart van een procedure tot voorlopige opheffing van de bescherming als monument van de Watermolen “Nieuwe Molen” in de Molenstraat Alken.

Deze procedure zal in de loop van 2023 opgestart worden.

Dit schrijven werd door het schepencollege besproken op 5/7/2023.

“Voor de opheffing als monument en dorpsgezicht van de Nieuwe Molen in Alken is de motivering het algemeen belang. Op basis van de hedendaagse inzichten inzake erfgoedwaarde en de criteria zeldzaamheid, representativiteit, ensemblewerking, herkenbaarheid en context zijn de erfgoedwaarden ontoereikend voor bescherming. Meer specifiek is de industrieel- archeologische waarde van deze watermolen site veel lager dan andere beschermde watermolens in de omgeving (op de Herk), in de eerste plaats door de aantasting van de ensemblewerking: de watermolen installatie is bewaard maar alle gebouwen zijn ingrijpend verbouwd of volledige nieuwbouw. Ook de herkenbaarheid als historische watermolen site is hierdoor laag. De landschappelijke kenmerken van het dorpsgezicht zijn de voorbije decennia eveneens ingrijpend gewijzigd. Daarnaast zijn er in de omgeving (context) sinds de bescherming aantastingen, onder andere de sloop van een vakwerkschuur aan de overzijde van de Molenstraat, vlakbij de watermolen.

De rechtsgevolgen verbonden aan een bescherming blijven geldig tot de ondertekening van het definitieve opheffingsbesluit. Eenmaal het beschermingsbesluit definitief is opgeheven, zijn de rechtsgevolgen niet meer van toepassing.

Naar aanleiding van de opname van de Nieuwe Molen op de lijst van de mogelijke opheffing van de bescherming heeft de heer Jos Van Nuffel, voorzitter van Molenzorg Zuid-Limburg, ondertussen ook een overleg gehad met de dienst Vrije Tijd en de dienst Omgeving omtrent dit schrijven.

Volgende bedenkingen werden meegegeven door de heer Jos Van Nuffel:

1) Wat hier van belang is, is de toekomst: zeker na de huidige eigenaars maar ook voor de latere generaties.

Na opheffing van de bescherming is het behoud van de molentechnische inrichting (inclusief rad en sluiswerk) niet meer gewaarborgd. Deze bevinden zich tot vandaag in uitstekende staat.

Na opheffing van de bescherming krijgt de waterbeheerder vrij spel: verwijderen van het sluiswerk en/of al de eventuele latere kosten als gevolg van andere ingrepen in de waterloop in de omgeving van de watermolen kunnen dan volledig verhaald worden op de moleneigenaar.

De bescherming van de watermolen is immers decretaal vastgelegd en in de huidige beschermde situatie van monument en dorpsgezicht is de waterbeheerder dus (nog) juridisch verplicht om daarmee rekening te houden.

2) Wanneer een verbouwing gebeurt aan een beschermd gebouw, dan moet dit volgens de vrij strenge voorwaarden van Onroerend Erfgoed gebeuren. OE heeft hier duidelijk steken laten vallen.

Want dat OE daarna voorstelt om de bescherming op te heffen als gevolg van die verbouwing die het zelf heeft goedgekeurd is erfgoedbeleidsmatig potsierlijk...

3) Dit is dus een gevaarlijk precedent voor volgende "restauratie"projecten rond (water)molens!

 Met dit dan als precedent kan in een andere beroepsprocedure een jurist/advocaat alle kanten   uit.

4) Desnoods en dus in laatste instantie moet het agentschap worden voorgesteld om de huidige bescherming om te zetten en te beperken tot het molentechnische, inbegrepen het gehele sluiswerk.

De heer Van Nuffel wenst de visie van het college van burgemeester en schepenen hierin kennen om hier verder mee aan de slag te kunnen.Tot vandaag werd op deze vraag geen antwoord gegeven.

Huidig schrijven is enkel een kennisgeving aan het lokaal bestuur van het Agentschap Onroerend Erfgoed van de opnamen van de onroerende goederen op de lijst van mogelijke voorlopige opheffing. De effectieve procedure zal nog opgestart worden in de loop van 2023. Op dat ogenblik krijgt het lokaal bestuur ook de kans om hun advies over te maken aan het Agentschap Onroerend Erfgoed.

 

CD&v Alken vraagt het schepencollege om:

       De voorzitter van Molenzorg zuid-Limburg antwoord te geven op zijn vraag om de visie van het schepencollege hieromtrent te kennen en huidige bescherming om te zetten en te beperken tot het molentechnische, inbegrepen het gehele sluiswerk.

        Advies hieromtrent te vragen aan de erfgoedraad.

       Op zeer korte termijn en in samenspraak met Molenzorg zuid-Limburg, in gesprek te gaan met Agentschap Erfgoed om alleszins de geplande opstart van de schorsingsprocedure in 2023 te schorsen.

 

Feiten en context

Op 12/4/2023 werd een schrijven gericht aan het Schepencollege vanwege het Agentschap Onroerend Erfgoed betreffende de opstart van een procedure tot voorlopige opheffing van de bescherming als monument van de Watermolen “Nieuwe Molen” in de Molenstraat Alken.

Deze procedure zal in de loop van 2023 opgestart worden.

Dit schrijven werd door het schepencollege besproken op 5/7/2023.

“Voor de opheffing als monument en dorpsgezicht van de Nieuwe Molen in Alken is de motivering het algemeen belang. Op basis van de hedendaagse inzichten inzake erfgoedwaarde en de criteria zeldzaamheid, representativiteit, ensemblewerking, herkenbaarheid en context zijn de erfgoedwaarden ontoereikend voor bescherming. Meer specifiek is de industrieel- archeologische waarde van deze watermolen site veel lager dan andere beschermde watermolens in de omgeving (op de Herk), in de eerste plaats door de aantasting van de ensemblewerking: de watermolen installatie is bewaard maar alle gebouwen zijn ingrijpend verbouwd of volledige nieuwbouw. Ook de herkenbaarheid als historische watermolen site is hierdoor laag. De landschappelijke kenmerken van het dorpsgezicht zijn de voorbije decennia eveneens ingrijpend gewijzigd. Daarnaast zijn er in de omgeving (context) sinds de bescherming aantastingen, onder andere de sloop van een vakwerkschuur aan de overzijde van de Molenstraat, vlakbij de watermolen.

De rechtsgevolgen verbonden aan een bescherming blijven geldig tot de ondertekening van het definitieve opheffingsbesluit. Eenmaal het beschermingsbesluit definitief is opgeheven, zijn de rechtsgevolgen niet meer van toepassing.

Naar aanleiding van de opname van de Nieuwe Molen op de lijst van de mogelijke opheffing van de bescherming heeft de heer Jos Van Nuffel, voorzitter van Molenzorg Zuid-Limburg, ondertussen ook een overleg gehad met de dienst Vrije Tijd en de dienst Omgeving omtrent dit schrijven.

Volgende bedenkingen werden meegegeven door de heer Jos Van Nuffel:

  1. Wat hier van belang is, is de toekomst: zeker na de huidige eigenaars maar ook voor de latere generaties. Na opheffing van de bescherming is het behoud van de molentechnische inrichting (inclusief rad en sluiswerk) niet meer gewaarborgd. Deze bevinden zich tot vandaag in uitstekende staat. Na opheffing van de bescherming krijgt de waterbeheerder vrij spel: verwijderen van het sluiswerk en/of al de eventuele latere kosten als gevolg van andere ingrepen in de waterloop in de omgeving van de watermolen kunnen dan volledig verhaald worden op de moleneigenaar. De bescherming van de watermolen is immers decretaal vastgelegd en in de huidige beschermde situatie van monument en dorpsgezicht is de waterbeheerder dus (nog) juridisch verplicht om daarmee rekening te houden.
  2. Wanneer een verbouwing gebeurt aan een beschermd gebouw, dan moet dit volgens de vrij strenge voorwaarden van Onroerend Erfgoed gebeuren. OE heeft hier duidelijk steken laten vallen. Want dat OE daarna voorstelt om de bescherming op te heffen als gevolg van die verbouwing die het zelf heeft goedgekeurd is erfgoedbeleidsmatig potsierlijk...
  3. Dit is dus een gevaarlijk precedent voor volgende "restauratie"projecten rond (water)molens! Met dit dan als precedent kan in een andere beroepsprocedure een jurist/advocaat alle kanten uit. 
  4. Desnoods en dus in laatste instantie moet het agentschap worden voorgesteld om de huidige bescherming om te zetten en te beperken tot het molentechnische, inbegrepen het gehele sluiswerk.

 

De heer Van Nuffel wenst de visie van het college van burgemeester en schepenen hierin te kennen om hier verder mee aan de slag te kunnen.

Het huidig schrijven is enkel een kennisgeving aan het lokaal bestuur van het Agentschap Onroerend Erfgoed van de opname van de onroerende goederen op de lijst van mogelijke voorlopige opheffing. De effectieve procedure zal nog opgestart worden in de loop van 2023. Op dat ogenblik krijgt het lokaal bestuur ook de kans om hun advies over te maken aan het Agentschap Onroerend Erfgoed.

 

CD&V Alken vraagt het schepencollege om:

De voorzitter van Molenzorg zuid-Limburg te kennen en de huidige bescherming om te zetten en te beperken tot het molentechnische, inbegrepen het gehele sluiswerk en advies hieromtrent te vragen aan de erfgoedraad.

Op zeer korte termijn en in samenspraak met Molenzorg zuid-Limburg, in gesprek te gaan met Agentschap Erfgoed om alleszins de geplande opstart van de schorsingsprocedure in 2023 te schorsen.

 

Besluit

eenparig

 

Artikel 1: De gemeenteraad vraagt aan de bevoegde schepen om:

• Het punt toe te voegen aan de agenda van de erfgoedraad op 6 september 2023

• Bij de opstart van de procedure en het openbaar onderzoek de situatie te bespreken met molenzorg Zuid-Limburg en alle betrokken actoren.

 

 

Publicatiedatum: 04/10/2023
Disclaimer

Publicatie LBLOD

De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.

Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:

Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.