-
Verslag van de vorige zitting dd. 25.05.2023 Verslag van de vorige zitting dd. 25.05.2023
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Verslag van de vorige zitting dd. 25.05.2023De notulen van 25.05.2023 & het zittingsverslag https://youtu.be/DqzjuN1tgYAworden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad. Feiten en contextDe notulen van 25.05.2023 & het zittingsverslag https://youtu.be/DqzjuN1tgYAworden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad. Juridische grondArtikel 32, 277 & 278 §1 decreet Lokaal bestuur AdviezenNiet van toepassing ArgumentatieDe notulen & het zittingsverslag van de raad van 25.05.2023 werden opgemaakt en worden ter goedkeuring voorgelegd. Elk raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeente- en ocmw-raad en de algemeen directeur. Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluiteenparig Artikel 1: De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden goedgekeurd. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Verslag van de vorige zitting dd. 25.05.2023
De notulen van 25.05.2023 & het zittingsverslag https://youtu.be/DqzjuN1tgYA
worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad.
Feiten en context
De notulen van 25.05.2023 & het zittingsverslag https://youtu.be/DqzjuN1tgYA
worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad.
Juridische grond
Artikel 32, 277 & 278 §1 decreet Lokaal bestuur
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De notulen & het zittingsverslag van de raad van 25.05.2023 werden opgemaakt en worden ter goedkeuring voorgelegd. Elk raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeente- en ocmw-raad en de algemeen directeur.Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden goedgekeurd.
-
Vaststelling jaarrekening 2022 Vaststelling jaarrekening 2022
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Pascal Giesen Jorg Stas Carine Meyers Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Jorg Stas Carine Meyers Alex Dubois Dagmar Ottenbourgs Ida Ceulemans Peter Bollen Danny Jeuris Carine Meyers Patrick Martens Marc Penxten Pierrette Putzeys Ingrid Loix Jorg Stas Michel Boussu Ingrid Jacobs Filip Vanvinckenroye Piet Wijgaerts Igor Philtjens André Vanhex Paul Dirickx Bart Jeuris aantal voorstanders: 12 , aantal onthouders: 7 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 29 06 2023 Vaststelling jaarrekening 2022Feiten en contextDe gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar toch elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan:- zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad moet eerst hun eigen deel van de jaarrekening vaststellen;- daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de geïntegreerde jaarrekening definitief is vastgesteld;De OCMW-raad heeft zijn deel van de jaarrekening 2022 in zitting van heden vastgesteld;De gemeenteraad moet thans zijn deel van deze jaarrekening vaststellen;De gemeenteraad heeft het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld moeten goedkeuren omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de OCMW-raad maakt;De jaarrekening bestaat uit de volgende documenten die voorwerp uitmaken van een beslissing van de raad: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;Bovendien is er een document samengesteld met achtergrondinformatie die nuttig is om de jaarrekening te beoordelen. Deze 'documentatie' werd op 14 juni 2023 samen met de jaarrekening 2022 aan de raadsleden overgemaakt ; Juridische grond- Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 41, 3° betreffende de expliciete bevoegdheden van de gemeenteraad en de artikelen 249 tot en met 253, artikel 260 en artikel 261 betreffende de jaarrekening;- Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald de artikelen 326 tot en met 334 betreffende het bestuurlijk toezicht;- Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 en latere wijzigingen over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen, in het bijzonder titel 2 (de beleidsrapporten), hoofdstuk 3 (de jaarrekening);- Ministerieel Besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen; AdviezenNiet van toepassing ArgumentatieDe gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar toch elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan:- zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad moet eerst hun eigen deel van de jaarrekening vaststellen;- daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de geïntegreerde jaarrekening definitief is vastgesteld;De OCMW-raad heeft zijn deel van de jaarrekening 2022 in zitting van heden vastgesteld;De gemeenteraad heeft thans zijn deel van deze jaarrekening moet vaststellen; De gemeenteraad heeft het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld moeten goedkeuren omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de OCMW-raad maakt;De jaarrekening bestaat uit de volgende documenten die voorwerp uitmaken van een beslissing van de raad: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;Bovendien is er een document samengesteld met achtergrondinformatie die nuttig is om de jaarrekening te beoordelen. Deze 'documentatie' werd op 14 juni 2023 samen met de jaarrekening 2022 aan de raadsleden overgemaakt; Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluit12 stemmen voor: Marc Penxten, Peter Bollen, Ingrid Loix, Alex Dubois, Pierrette Putzeys, Jorg Stas, Dagmar Ottenbourgs, Michel Boussu, Carine Meyers, Danny Jeuris, Patrick Martens en Ida Ceulemans7 onthoudingen: Igor Philtjens, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, André Vanhex, Piet Wijgaerts, Ingrid Jacobs en Paul Dirickx Artikel 1: De jaarrekening over het financiële boekjaar 2022 met de volgende saldi wordt door de raad voor zijn deel vastgesteld:- budgettair resultaat boekjaar : - € 1.707.397- gecumuleerd budgettair resultaat : € 3.566.519- beschikbaar budgettair resultaat € 3.566.519- autofinancieringsmarge € 322.385- balanstotaal € 43.220.349,86- overschot van het boekjaar: - € 993.826,43Artikel 2: De gemeenteraad keurt het deel dat de OCMW-raad heeft vastgesteld in zitting van heden goed, waardoor de jaarrekening 2022 definitief is vastgesteld.Artikel 3: De raad neemt kennis van de verklarende ‘documentatie’ bij de jaarrekening 2022.Artikel 4: Van dit besluit wordt melding gemaakt bij de toezichthoudende overheid overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur. Het besluit wordt overeenkomstig de artikelen 286 (besluit) en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur afgekondigd en bekendgemaakt. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Vaststelling jaarrekening 2022
Feiten en context
De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar toch elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan:
- zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad moet eerst hun eigen deel van de jaarrekening vaststellen;
- daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de geïntegreerde jaarrekening definitief is vastgesteld;
De OCMW-raad heeft zijn deel van de jaarrekening 2022 in zitting van heden vastgesteld;
De gemeenteraad moet thans zijn deel van deze jaarrekening vaststellen;
De gemeenteraad heeft het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld moeten goedkeuren omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de OCMW-raad maakt;
De jaarrekening bestaat uit de volgende documenten die voorwerp uitmaken van een beslissing van de raad: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;
Bovendien is er een document samengesteld met achtergrondinformatie die nuttig is om de jaarrekening te beoordelen. Deze 'documentatie' werd op 14 juni 2023 samen met de jaarrekening 2022 aan de raadsleden overgemaakt ;
Juridische grond
- Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 41, 3° betreffende de expliciete bevoegdheden van de gemeenteraad en de artikelen 249 tot en met 253, artikel 260 en artikel 261 betreffende de jaarrekening;
- Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald de artikelen 326 tot en met 334 betreffende het bestuurlijk toezicht;
- Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 en latere wijzigingen over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen, in het bijzonder titel 2 (de beleidsrapporten), hoofdstuk 3 (de jaarrekening);
- Ministerieel Besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen;
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar toch elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan:
- zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad moet eerst hun eigen deel van de jaarrekening vaststellen;
- daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de geïntegreerde jaarrekening definitief is vastgesteld;
De OCMW-raad heeft zijn deel van de jaarrekening 2022 in zitting van heden vastgesteld;
De gemeenteraad heeft thans zijn deel van deze jaarrekening moet vaststellen;
De gemeenteraad heeft het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld moeten goedkeuren omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de OCMW-raad maakt;
De jaarrekening bestaat uit de volgende documenten die voorwerp uitmaken van een beslissing van de raad: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;
Bovendien is er een document samengesteld met achtergrondinformatie die nuttig is om de jaarrekening te beoordelen. Deze 'documentatie' werd op 14 juni 2023 samen met de jaarrekening 2022 aan de raadsleden overgemaakt;
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
12 stemmen voor: Marc Penxten, Peter Bollen, Ingrid Loix, Alex Dubois, Pierrette Putzeys, Jorg Stas, Dagmar Ottenbourgs, Michel Boussu, Carine Meyers, Danny Jeuris, Patrick Martens en Ida Ceulemans
7 onthoudingen: Igor Philtjens, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, André Vanhex, Piet Wijgaerts, Ingrid Jacobs en Paul Dirickx
Artikel 1: De jaarrekening over het financiële boekjaar 2022 met de volgende saldi wordt door de raad voor zijn deel vastgesteld:
- budgettair resultaat boekjaar : - € 1.707.397
- gecumuleerd budgettair resultaat : € 3.566.519
- beschikbaar budgettair resultaat € 3.566.519
- autofinancieringsmarge € 322.385
- balanstotaal € 43.220.349,86
- overschot van het boekjaar: - € 993.826,43
Artikel 2: De gemeenteraad keurt het deel dat de OCMW-raad heeft vastgesteld in zitting van heden goed, waardoor de jaarrekening 2022 definitief is vastgesteld.
Artikel 3: De raad neemt kennis van de verklarende ‘documentatie’ bij de jaarrekening 2022.
Artikel 4: Van dit besluit wordt melding gemaakt bij de toezichthoudende overheid overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur. Het besluit wordt overeenkomstig de artikelen 286 (besluit) en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur afgekondigd en bekendgemaakt.
-
Retributiereglement - Laadpaal Sporthallen De Alk Retributiereglement - Laadpaal Sporthallen De Alk
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Retributiereglement - Laadpaal Sporthallen De AlkFeiten en contextDe afgelopen jaren werden in de sporthallen in Alken al verschillende energetische ingrepen uitgevoerd: dakisolatie, zonneboiler, relighting en een fotovoltaïsche installatie (PV). De meest recente energie-investering die de gemeente in de sporthallen liet uitvoeren, is de opslag van de opgewekte groene stroom in een batterijsysteem. Deze groene stroom wordt nu ook gebruikt voor de zopas geïnstalleerde laadpaal voor elektrische voertuigen. Op sporthal 1 werden 34 zonnepanelen geplaatst met een vermogen van 375 Wp. Op sporthal 2 werden 84 panelen (waaronder 12 extra panelen voor de batterij en de laadpaal) geplaatst met een vermogen van 375 Wp. De 84 panelen op sporthal 2 produceren jaarlijks ongeveer 28 000 kWh. 50 % van de opgewekte energie wordt onmiddellijk verbruikt. De installatie van dit batterijsysteem (capaciteit: 60 kWh/30kW omvormer) doet het gebruik van de eigen opgewekte zonne-energie, de ‘gelijktijdigheid’ van het systeem, stijgen tot 85 %. Dit betekent dat de gemeente minder energie moet aankopen en minder afhankelijk wordt van het net. Een slimme sturing van het systeem drijft de onafhankelijkheid op tot boven de 70 %. Bovendien kan het batterijsysteem gedurende enkele uren het gebouw van stroom voorzien in geval van stroompannes of onderbrekingen. Voor de combinatie van een PV-installatie met een batterijsysteem en laadpaal werd de PV-installatie uitgebreid met 12 extra panelen. Hierdoor kan er méér groene stroom opgewerkt worden met een lagere CO2-uitstoot tot gevolg. In de zomermaanden en tussenseizoenen zal er voldoende energie opgewekt worden voor de sporthallen en kan de eigen opgewekte energie ook via een publieke AC laadpaal (2 x 11 kW) ter beschikking gesteld worden voor het opladen van elektrische voertuigen. In een eerste fase zullen de elektrische voertuigen van de gemeente en de deelwagen (wagen is beschikbaar voor iedereen) gebruik maken van deze laadpaal. In een tweede fase (na goedkeuring van de gemeenteraad) kan deze laadpaal door iedereen gebruikt worden. De combinatie van de PV-installatie met batterijopslag en laadpaal (in gemeentelijke huisstijl) met een digitaal infobord in de inkomhal van de sporthal, maakt deze installatie uniek. Op het infobord wordt in real time informatie weergegeven over de werking van de installatie en de CO2-besparing. De veiligheid van het systeem wordt verzekerd door het gebruik van LiFePO4 batterijen, beveiligd door een geavanceerd BMS-systeem (Battery management system). Als kers op de taart zorgt een brandblussysteem op basis van “droge aerosol” voor het tijdig en veilig doven van een mogelijke brandhaard. Juridische grondHet Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en de artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;Het Bestuursdecreet van 7 december 2018;Het besluit van de gemeenteraad dd. 31 maart 2022;De Circulaire 2021/C/113 betreffende de installatie van laadstations voor elektrische voertuigen en leveringen en diensten met betrekking tot die laadstations dd. 20 december 2021;De ondertekening van het Burgemeestersconvenant 2030 en het LEKP 1.0 en 2.0; AdviezenNiet van toepassing ArgumentatieIn 2014 besliste de Europese Commissie om actief in te zetten op oplaadpunten voor elektrische wagens en koos ze zo om de transportsector te vergroenen.In Vlaanderen werd eind 2015 een actieplan goedgekeurd om de doorbraak van deze wagens te ondersteunen. Om de klimaatdoelstellingen te behalen, werd een batterijsysteem geïnstalleerd om de groene stroom opgewekt door de zonnepanelen op het dak van de sporthallen op te slaan. Deze lokaal hernieuwbare energie wordt niet enkel gebruikt voor het energieverbruik in de sporthallen, maar ook voor de zopas geplaatste laadpaal voor het gebouw. Deze laadpaal zal in eerste instantie gebruikt worden voor het laden van de elektrische dienstwagens en de deelwagen van Stapp.in. In een volgende fase zal de laadpaal ook ter beschikking gesteld worden voor publiek gebruik. Voor de uitbating van de laadpaal werd de gemeente samen met BV GoBlue. Deze firma zorgt voor de administratieve afhandeling van alle laadsessies, de facturatie ervan en ook het integraal doorstorten van de gefactureerde sessies aan de gemeente. Aangezien de gemeente uitbater wordt van deze laadpalen is de nood aan een tariefreglement ontstaan. Het is niet de bedoeling in concurrentie te gaan met de andere laadpalen op openbaar domein en dus om éénzelfde laadtarief te hanteren dat overeenkomt met de uitrol van de nieuwe palen door Engie, zijnde € 0,47/Kwh incl. BTW (4 x per jaar aanpasbaar). Het laadtarief van de bestaande laadpalen van Allego bedraagt per KWh : St-Joris: 0,47 euro incl. BTWTerkoest 0,55 euro incl. BTWParking Kapittel 0,45 euro incl. BTW Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluiteenparig Artikel 1:§1. Er worden vanaf 1 juli 2023 door de gemeente Alken laadpalen uitgebaat om inwoners of bezoekers van de gemeente Alken in de mogelijkheid te stellen, tijdens het parkeren, hun elektrische wagen op te laden. Om dit te doen, is het noodzakelijk om een tarief op te stellen, rekening houdend met alle kosten voor het plaatsen en onderhouden van de laadpalen, alsook de elektriciteit die per beurt betaald wordt.§2. Dit reglement is enkel van toepassing voor de laadbeurten die gebeuren aan laadpalen die onder het beheer van de gemeente Alken vallen. Artikel 2: De elektrische palen die momenteel door de gemeente Alken beheerd worden:• Eén elektrische laadpaal op de parking van de site Sporthallen De Alk.• Dit kan later aangevuld worden met andere palen. Artikel 3: Het tarief voor de laadbeurten wordt initieel vastgesteld op 0,47 euro/kwh incl. btw.Artikel 4: De bevoegdheid om het tarief te wijzigen en toekomstige laadpalen toe te voegen aan dit retributiereglement wordt aan het college van burgemeester en schepenen gedelegeerd, ten einde sneller te kunnen inspelen op de wijzigingen van de markt.Artikel 5:Dit reglement treedt in werking op 1 juli 2023. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Retributiereglement - Laadpaal Sporthallen De Alk
Feiten en context
De afgelopen jaren werden in de sporthallen in Alken al verschillende energetische ingrepen uitgevoerd: dakisolatie, zonneboiler, relighting en een fotovoltaïsche installatie (PV).
De meest recente energie-investering die de gemeente in de sporthallen liet uitvoeren, is de opslag van de opgewekte groene stroom in een batterijsysteem. Deze groene stroom wordt nu ook gebruikt voor de zopas geïnstalleerde laadpaal voor elektrische voertuigen.
Op sporthal 1 werden 34 zonnepanelen geplaatst met een vermogen van 375 Wp. Op sporthal 2 werden 84 panelen (waaronder 12 extra panelen voor de batterij en de laadpaal) geplaatst met een vermogen van 375 Wp. De 84 panelen op sporthal 2 produceren jaarlijks ongeveer 28 000 kWh. 50 % van de opgewekte energie wordt onmiddellijk verbruikt.
De installatie van dit batterijsysteem (capaciteit: 60 kWh/30kW omvormer) doet het gebruik van de eigen opgewekte zonne-energie, de ‘gelijktijdigheid’ van het systeem, stijgen tot 85 %. Dit betekent dat de gemeente minder energie moet aankopen en minder afhankelijk wordt van het net. Een slimme sturing van het systeem drijft de onafhankelijkheid op tot boven de 70 %. Bovendien kan het batterijsysteem gedurende enkele uren het gebouw van stroom voorzien in geval van stroompannes of onderbrekingen.
Voor de combinatie van een PV-installatie met een batterijsysteem en laadpaal werd de PV-installatie uitgebreid met 12 extra panelen. Hierdoor kan er méér groene stroom opgewerkt worden met een lagere CO2-uitstoot tot gevolg.
In de zomermaanden en tussenseizoenen zal er voldoende energie opgewekt worden voor de sporthallen en kan de eigen opgewekte energie ook via een publieke AC laadpaal (2 x 11 kW) ter beschikking gesteld worden voor het opladen van elektrische voertuigen. In een eerste fase zullen de elektrische voertuigen van de gemeente en de deelwagen (wagen is beschikbaar voor iedereen) gebruik maken van deze laadpaal. In een tweede fase (na goedkeuring van de gemeenteraad) kan deze laadpaal door iedereen gebruikt worden.
De combinatie van de PV-installatie met batterijopslag en laadpaal (in gemeentelijke huisstijl) met een digitaal infobord in de inkomhal van de sporthal, maakt deze installatie uniek. Op het infobord wordt in real time informatie weergegeven over de werking van de installatie en de CO2-besparing.
De veiligheid van het systeem wordt verzekerd door het gebruik van LiFePO4 batterijen, beveiligd door een geavanceerd BMS-systeem (Battery management system). Als kers op de taart zorgt een brandblussysteem op basis van “droge aerosol” voor het tijdig en veilig doven van een mogelijke brandhaard.
Juridische grond
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en de artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
Het besluit van de gemeenteraad dd. 31 maart 2022;
De Circulaire 2021/C/113 betreffende de installatie van laadstations voor elektrische voertuigen en leveringen en diensten met betrekking tot die laadstations dd. 20 december 2021;
De ondertekening van het Burgemeestersconvenant 2030 en het LEKP 1.0 en 2.0;
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
In 2014 besliste de Europese Commissie om actief in te zetten op oplaadpunten voor elektrische wagens en koos ze zo om de transportsector te vergroenen.
In Vlaanderen werd eind 2015 een actieplan goedgekeurd om de doorbraak van deze wagens te ondersteunen.
Om de klimaatdoelstellingen te behalen, werd een batterijsysteem geïnstalleerd om de groene stroom opgewekt door de zonnepanelen op het dak van de sporthallen op te slaan. Deze lokaal hernieuwbare energie wordt niet enkel gebruikt voor het energieverbruik in de sporthallen, maar ook voor de zopas geplaatste laadpaal voor het gebouw. Deze laadpaal zal in eerste instantie gebruikt worden voor het laden van de elektrische dienstwagens en de deelwagen van Stapp.in. In een volgende fase zal de laadpaal ook ter beschikking gesteld worden voor publiek gebruik.
Voor de uitbating van de laadpaal werd de gemeente samen met BV GoBlue. Deze firma zorgt voor de administratieve afhandeling van alle laadsessies, de facturatie ervan en ook het integraal doorstorten van de gefactureerde sessies aan de gemeente.
Aangezien de gemeente uitbater wordt van deze laadpalen is de nood aan een tariefreglement ontstaan.
Het is niet de bedoeling in concurrentie te gaan met de andere laadpalen op openbaar domein en dus om éénzelfde laadtarief te hanteren dat overeenkomt met de uitrol van de nieuwe palen door Engie, zijnde € 0,47/Kwh incl. BTW (4 x per jaar aanpasbaar).
Het laadtarief van de bestaande laadpalen van Allego bedraagt per KWh :
St-Joris: 0,47 euro incl. BTW
Terkoest 0,55 euro incl. BTW
Parking Kapittel 0,45 euro incl. BTW
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1:§1. Er worden vanaf 1 juli 2023 door de gemeente Alken laadpalen uitgebaat om inwoners of bezoekers van de gemeente Alken in de mogelijkheid te stellen, tijdens het parkeren, hun elektrische wagen op te laden. Om dit te doen, is het noodzakelijk om een tarief op te stellen, rekening houdend met alle kosten voor het plaatsen en onderhouden van de laadpalen, alsook de elektriciteit die per beurt betaald wordt.
§2. Dit reglement is enkel van toepassing voor de laadbeurten die gebeuren aan laadpalen die onder het beheer van de gemeente Alken vallen.
Artikel 2: De elektrische palen die momenteel door de gemeente Alken beheerd worden:
• Eén elektrische laadpaal op de parking van de site Sporthallen De Alk.
• Dit kan later aangevuld worden met andere palen.
Artikel 3: Het tarief voor de laadbeurten wordt initieel vastgesteld op 0,47 euro/kwh incl. btw.
Artikel 4: De bevoegdheid om het tarief te wijzigen en toekomstige laadpalen toe te voegen aan dit retributiereglement wordt aan het college van burgemeester en schepenen gedelegeerd, ten einde sneller te kunnen inspelen op de wijzigingen van de markt.
Artikel 5:Dit reglement treedt in werking op 1 juli 2023.
-
Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze. Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.De huidige poorten van de gebouwen van de technische dienst zijn aan vervanging toe omwille van slijtage.Voor de levering en plaatsing van drie sectionale poorten aan de loodsen werd een bestek 2023/041 opgesteld. De opdracht zal gegund worden bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.De raming van de opdracht bedraagt € 31.516,87 incl. btw. De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000336. Feiten en contextOmwille van slijtage is het nodig om de drie poorten van de gebouwen van de technische dienst te vervangen. Het gaat om de poorten van de loodsen. Juridische grondHet Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°. AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieIn het kader van de opdracht “Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst” werd een bestek met nr. 2023/041 opgesteld door de technische dienst.De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 26.047,00 excl. btw of € 31.516,87 incl. 21% btw.Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking. Financiële gevolgenDe uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000336. Besluiteenparig Artikel 1: Het bestek met nr. 2023/041 en de raming voor de opdracht “Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst”, opgesteld door de technische dienst worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 26.047,00 excl. btw of € 31.516,87 incl. 21% btw.Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer AC000047/MJP000336. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
De huidige poorten van de gebouwen van de technische dienst zijn aan vervanging toe omwille van slijtage.
Voor de levering en plaatsing van drie sectionale poorten aan de loodsen werd een bestek 2023/041 opgesteld. De opdracht zal gegund worden bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
De raming van de opdracht bedraagt € 31.516,87 incl. btw.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000336.
Feiten en context
Omwille van slijtage is het nodig om de drie poorten van de gebouwen van de technische dienst te vervangen. Het gaat om de poorten van de loodsen.
Juridische grond
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
In het kader van de opdracht “Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst” werd een bestek met nr. 2023/041 opgesteld door de technische dienst.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 26.047,00 excl. btw of € 31.516,87 incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Financiële gevolgen
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000336.
Besluit
eenparig
Artikel 1: Het bestek met nr. 2023/041 en de raming voor de opdracht “Levering en plaatsing van sectionale poorten voor de gebouwen van de technische dienst”, opgesteld door de technische dienst worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 26.047,00 excl. btw of € 31.516,87 incl. 21% btw.
Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer AC000047/MJP000336.
-
Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze. Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.Het is wenselijk om de lichtstraat van de gemeentelijke basisschool te renoveren.Enerzijds sijpelt het water bij regen op verschillende plaatsen binnen, anderzijds wordt het bij zonneschijn ondraaglijk warm in de klaslokalen.De geplande werken omvatten het vervangen van de huidige lichtstraat door een raamgeheel en het plaatselijk aanpassen van de dakstructuur in functie van dit raamgeheel en alle hiermee samenhangende werken. Het raamgeheel uit aluminium wordt eveneens voorzien van een zonnewering.In het kader van de opdracht “Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool” werd een bestek met nr. 2023/045 opgesteld door de studiedienst Alken.De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 100.000,00 excl. btw of € 121.000,00 incl. 21% btw (€ 21.000,00 btw medecontractant).Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking. Feiten en contextHet is wenselijk om de lichtstraat van de gemeentelijke basisschool te renoveren.Enerzijds sijpelt het water bij regen op verschillende plaatsen binnen, anderzijds wordt het bij zonneschijn ondraaglijk warm in de klaslokalen.De geplande werken omvatten het vervangen van de huidige lichtstraat door een raamgeheel en het plaatselijk aanpassen van de dakstructuur in functie van dit raamgeheel en alle hiermee samenhangende werken. Het raamgeheel uit aluminium wordt eveneens voorzien van een zonnewering. Juridische grondHet Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°. AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieIn het kader van de opdracht “Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool” werd een bestek met nr. 2023/045 opgesteld door de studiedienst Alken.De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 100.000,00 excl. btw of € 121.000,00 incl. 21% btw (€ 21.000,00 btw medecontractant).Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking. Financiële gevolgenDe uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332. Besluiteenparig Artikel 1: Het bestek met nr. 2023/045 en de raming voor de opdracht “Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool”, opgesteld door de Studiedienst Alken worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 100.000,00 excl. btw of € 121.000,00 incl. 21% btw (€ 21.000,00 btw medecontractant).Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
Het is wenselijk om de lichtstraat van de gemeentelijke basisschool te renoveren.
Enerzijds sijpelt het water bij regen op verschillende plaatsen binnen, anderzijds wordt het bij zonneschijn ondraaglijk warm in de klaslokalen.
De geplande werken omvatten het vervangen van de huidige lichtstraat door een raamgeheel en het plaatselijk aanpassen van de dakstructuur in functie van dit raamgeheel en alle hiermee samenhangende werken. Het raamgeheel uit aluminium wordt eveneens voorzien van een zonnewering.
In het kader van de opdracht “Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool” werd een bestek met nr. 2023/045 opgesteld door de studiedienst Alken.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 100.000,00 excl. btw of € 121.000,00 incl. 21% btw (€ 21.000,00 btw medecontractant).
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Feiten en context
Het is wenselijk om de lichtstraat van de gemeentelijke basisschool te renoveren.
Enerzijds sijpelt het water bij regen op verschillende plaatsen binnen, anderzijds wordt het bij zonneschijn ondraaglijk warm in de klaslokalen.
De geplande werken omvatten het vervangen van de huidige lichtstraat door een raamgeheel en het plaatselijk aanpassen van de dakstructuur in functie van dit raamgeheel en alle hiermee samenhangende werken. Het raamgeheel uit aluminium wordt eveneens voorzien van een zonnewering.
Juridische grond
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 140.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
In het kader van de opdracht “Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool” werd een bestek met nr. 2023/045 opgesteld door de studiedienst Alken.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 100.000,00 excl. btw of € 121.000,00 incl. 21% btw (€ 21.000,00 btw medecontractant).
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Financiële gevolgen
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332.
Besluit
eenparig
Artikel 1: Het bestek met nr. 2023/045 en de raming voor de opdracht “Renovatie van de lichtstraat gemeentelijke kleuterschool”, opgesteld door de Studiedienst Alken worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 100.000,00 excl. btw of € 121.000,00 incl. 21% btw (€ 21.000,00 btw medecontractant).
Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332.
-
Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand. - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze. Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand. - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Pascal Giesen Jorg Stas Carine Meyers Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Jorg Stas Carine Meyers Ingrid Loix Carine Meyers Pierrette Putzeys Jorg Stas Michel Boussu Marc Penxten Patrick Martens Peter Bollen Danny Jeuris Alex Dubois Ida Ceulemans Dagmar Ottenbourgs Ingrid Jacobs André Vanhex Filip Vanvinckenroye Piet Wijgaerts Paul Dirickx Bart Jeuris Igor Philtjens aantal voorstanders: 12 , aantal onthouders: 7 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 29 06 2023 Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand. - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.De gemeente wenst tot de herinrichting van de binnentuin van het gemeentehuis over te gaan om een toegankelijk en klantvriendelijk onthaal met snelbalie in te richten.Voor deze opdracht “Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand“ werd een bestek met nr. 2023/042 opgesteld door de Dienst Woon-en leefomgeving.De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 330.578,51 excl. btw of € 400.000,00 incl. 21% btw.Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332. Feiten en contextDe gemeente wenst tot de herinrichting van de binnentuin van het gemeentehuis over te gaan om een toegankelijk en klantvriendelijk onthaal met snelbalie in te richten. Juridische grondHet Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 41, §1, 2° (het geraamde bedrag excl. btw overschrijdt de drempel van € 750.000,00 niet).Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen. AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieIn het kader van de opdracht “Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand.” werd een bestek met nr. 2023/042 opgesteld door de Dienst Woon-en leefomgeving.De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 330.578,51 excl. btw of € 400.000,00 incl. 21% btw.Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking. Financiële gevolgenDe uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332. Besluit12 stemmen voor: Marc Penxten, Peter Bollen, Ingrid Loix, Alex Dubois, Pierrette Putzeys, Jorg Stas, Dagmar Ottenbourgs, Michel Boussu, Carine Meyers, Danny Jeuris, Patrick Martens en Ida Ceulemans7 onthoudingen: Igor Philtjens, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, André Vanhex, Piet Wijgaerts, Ingrid Jacobs en Paul Dirickx Artikel 1: Het bestek met nr. 2023/042 en de raming voor de opdracht “Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand”, opgesteld door de Dienst Woon-en leefomgeving worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 330.578,51 excl. btw of € 400.000,00 incl. 21% btw. Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.Artikel 3: De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.Artikel 4: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand. - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
De gemeente wenst tot de herinrichting van de binnentuin van het gemeentehuis over te gaan om een toegankelijk en klantvriendelijk onthaal met snelbalie in te richten.
Voor deze opdracht “Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand“ werd een bestek met nr. 2023/042 opgesteld door de Dienst Woon-en leefomgeving.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 330.578,51 excl. btw of € 400.000,00 incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332.
Feiten en context
De gemeente wenst tot de herinrichting van de binnentuin van het gemeentehuis over te gaan om een toegankelijk en klantvriendelijk onthaal met snelbalie in te richten.
Juridische grond
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 41, §1, 2° (het geraamde bedrag excl. btw overschrijdt de drempel van € 750.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
In het kader van de opdracht “Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand.” werd een bestek met nr. 2023/042 opgesteld door de Dienst Woon-en leefomgeving.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 330.578,51 excl. btw of € 400.000,00 incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
Financiële gevolgen
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332.
Besluit
12 stemmen voor: Marc Penxten, Peter Bollen, Ingrid Loix, Alex Dubois, Pierrette Putzeys, Jorg Stas, Dagmar Ottenbourgs, Michel Boussu, Carine Meyers, Danny Jeuris, Patrick Martens en Ida Ceulemans
7 onthoudingen: Igor Philtjens, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, André Vanhex, Piet Wijgaerts, Ingrid Jacobs en Paul Dirickx
Artikel 1: Het bestek met nr. 2023/042 en de raming voor de opdracht “Herinrichting van het binnenplein van het gemeentehuis met een onthaal- en snelbalie en herinrichting onthaalloket dienst bevolking-burgerlijke stand”, opgesteld door de Dienst Woon-en leefomgeving worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt € 330.578,51 excl. btw of € 400.000,00 incl. 21% btw.
Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de vereenvoudigde onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3: De aankondiging van de opdracht wordt ingevuld, goedgekeurd en bekendgemaakt op nationaal niveau.
Artikel 4: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer MJP000332.
-
Aanpassing reglement Alkense Award Aanpassing reglement Alkense Award
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Aanpassing reglement Alkense AwardDe Alkense ondernemersraad wil graag een aanpassing in het reglement van de Alkense award voor het ondernemerschap doen. De voorbije jaren, telden de stemmen van de Ora (50% Ora - 50% publiek) zwaar door in de eindscore van de Alkense award. Daarom is er beslist om het publiek in 2023 voor 70% te laten meetellen en de stemmen van de Ora leden voor 30% te laten meetellen. Na de award zal dit geëvalueerd worden en eventueel opnieuw aangepast worden. Feiten en contextDe Alkense ondernemersraad wil graag een aanpassing in het reglement van de Alkense award voor het ondernemerschap doen. Bij de stemronde, telden de stemmen van de Ora de voorbije jaren, (50% Ora - 50% publiek) zwaar door in de eindscore van de Alkense award. Daarom is er beslist om de publiek stemmen in 2023 voor 70% te laten meetellen en de stemmen van de Ora leden voor 30% te laten meetellen. Na de award zal dit geëvalueerd worden en eventueel opnieuw aangepast worden. In bijlage kan u het vorige en het nieuwe reglement terugvinden. Ook het verslag van de Ora waar dit besproken is, vindt u in bijlage terug. Juridische grondDLB art. 40 en 41 regelt bevoegdheden gemeenteraad AdviezenDe wijziging komt er op vraag van de Ora. Daarmee geeft de Ora dus ook een positief advies. ArgumentatieOmdat er veel meer publieke stemmen worden uitgebracht dan stemmen van de Ora-leden, lijkt het logisch dat de publieke stemmen voor een groter aandeel meetellen dan de stemmen van de Ora-leden. De nieuwe stemming zal na de Alkense award ook geëvalueerd worden. Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluiteenparig Artikel 1: De gemeenteraad stelt het reglement vast als volgt: Artikel 1Het doel van de wedstrijdDe Alkense ondernemersraad organiseert deze wedstrijd jaarlijks, in samenwerking met het gemeentebestuur van Alken, om het Alkense ondernemerschap te stimuleren en verdienstelijke ondernemers in de kijker te zetten. Artikel 2De voorwaarden Om in aanmerking te komen voor de Alkense Award voor het Ondernemerschap moet de ondernemingin Alken gevestigd zijn of een vestiging in Alken hebben enminstens 2 jaar actief zijn. Artikel 3Er wordt jaarlijks één prijs toegekend, hetzij die voor de categorie grote, middelgrote of kleine ondernemingen. De categorieënKleine ondernemingen met een jaaromzet < 1 miljoen euro en max. 10 werknemers.Middelgrote ondernemingen met een jaaromzet tussen 1 en 5 miljoen euro en/of 10-25 werknemers .Grote ondernemingen met een jaaromzet > 5 miljoen euro en meer dan 25 werknemers. Artikel 4: Elke ondernemer of onderneming die voldoet aan de voorwaarden van de jaarlijkse categorie kan zich kandidaat stellen of mag voorgedragen worden voor deze prijs.Deelname is kosteloos. Artikel 5: Ieder jaar ontvangen de Alkense ondernemers binnen de jaarlijkse categorie een uitnodiging om zich kandidaat te stellen, vergezeld van een deelnameformulier. Er verschijnt ook een oproep in het Gemeentemagazine, op de gemeentelijke website en facebookpagina. Artikel 6: Iedereen, zowel ondernemer of afgevaardigde van een onderneming, als fysiek persoon kan een kandidaat voordragen. Artikel 7: De voordracht van een kandidaat gebeurt online via het e-formulier op de gemeentelijke website of schriftelijk, gemotiveerd, in een gesloten omslag. Deze voordrachten moeten binnen de opgegeven termijn in het bezit zijn van de ambtenaar lokale economie, Hoogdorpsstraat 38, 3570 Alken. Artikel 8: Elke onderneming kan slechts éénmaal in een periode van vijf jaar gehuldigd worden. Artikel 9: De Alkense ondernemersraad neemt kennis van de kandidaturen. Tijdens een preselectie worden 3 kandidaten door geheime stemming weerhouden door de jury. Elk jurylid brengt 3 voorkeurstemmen uit. De 3 kandidaten met de meeste voorkeurstemmen worden weerhouden voor de volgende ronde. Artikel 10: De jury voor de preselectie wordt samengesteld uit 3 leden van de ondernemersraad en de winnaars van de 3 voorbije jaren. De ambtenaar lokale economie maakt als secretaris deel uit van de jury maar heeft geen stemrecht. Artikel 11: De keuze van de jury is bindend. Artikel 12: Na de preselectie worden de 3 genomineerden persoonlijk verwittigd en gaan ze verder naar de publieke stemronde. Via het e-formulier op de gemeentelijke website kan het brede publiek zijn stem uitbrengen voor één van de 3 genomineerden. Er verschijnt ook een oproep in het Gemeentemagazine, op de gemeentelijke website en facebookpagina. Artikel 13: Een kandidaat kan een nominatie weigeren, maar na aanvaarding kan de nominatie niet teruggetrokken worden. Artikel 14: Omzo veel mogelijk publieksstemmen te halen, mogen de 3 genomineerden hun onderneming promoten door de link naar het e-formulier zo veel mogelijk te delen. Het is verboden geschenken te koppelen aan een stem. Artikel 15: Slechts 1 stem per persoon is geldig. Artikel 16: Na de publieke stemronde heeft de finale stemming binnen de ondernemersraad plaats en worden de drie laureaten en hun volgorde bepaald. De publieksstemmen tellen voor 70% mee in de eindscore. De jury, bestaande uit een oneven aantal leden van de ondernemersraad, onderzoekt de 3 laureaten en gaat vervolgens over tot een geheime stemming. De stemmen van de jury tellen voor 30% mee.De onderneming met de meeste gecumuleerde stemmen wint de award. Artikel 17: De beslissing van de jury is onherroepelijk en niet voor enig verhaal vatbaar. Artikel 18: De Alkense Award voor het Ondernemerschap wordt in de vorm van een symbolisch geschenk uitgereikt op een speciale zitting van de algemene vergadering van de Alkense ondernemersraad. De geselecteerde laureaten verbinden zich ertoe om aanwezig te zijn op de prijsuitreiking. Bij gebreke aan aanwezigheid kan de jury desgevallend een andere laureaat kiezen. Artikel 19: Elke deelnemer aan de Alkense Award voor het Ondernemerschap verklaart zich akkoord met de bepalingen van dit reglement. Bijkomende inlichtingen kunnen verkregen worden via Michel Bijnens, dienst lokale economie, gemeentebestuur Alken, Hoogdorpsstraat 38, 3570 Alken, tel. 011888847, michel.bijnens@alken.be. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Aanpassing reglement Alkense Award
De Alkense ondernemersraad wil graag een aanpassing in het reglement van de Alkense award voor het ondernemerschap doen. De voorbije jaren, telden de stemmen van de Ora (50% Ora - 50% publiek) zwaar door in de eindscore van de Alkense award. Daarom is er beslist om het publiek in 2023 voor 70% te laten meetellen en de stemmen van de Ora leden voor 30% te laten meetellen. Na de award zal dit geëvalueerd worden en eventueel opnieuw aangepast worden.
Feiten en context
De Alkense ondernemersraad wil graag een aanpassing in het reglement van de Alkense award voor het ondernemerschap doen. Bij de stemronde, telden de stemmen van de Ora de voorbije jaren, (50% Ora - 50% publiek) zwaar door in de eindscore van de Alkense award. Daarom is er beslist om de publiek stemmen in 2023 voor 70% te laten meetellen en de stemmen van de Ora leden voor 30% te laten meetellen. Na de award zal dit geëvalueerd worden en eventueel opnieuw aangepast worden.
In bijlage kan u het vorige en het nieuwe reglement terugvinden.
Ook het verslag van de Ora waar dit besproken is, vindt u in bijlage terug.
Juridische grond
DLB art. 40 en 41 regelt bevoegdheden gemeenteraad
Adviezen
De wijziging komt er op vraag van de Ora. Daarmee geeft de Ora dus ook een positief advies.
Argumentatie
Omdat er veel meer publieke stemmen worden uitgebracht dan stemmen van de Ora-leden, lijkt het logisch dat de publieke stemmen voor een groter aandeel meetellen dan de stemmen van de Ora-leden. De nieuwe stemming zal na de Alkense award ook geëvalueerd worden.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad stelt het reglement vast als volgt:
Artikel 1
Het doel van de wedstrijd
De Alkense ondernemersraad organiseert deze wedstrijd jaarlijks, in samenwerking met het gemeentebestuur van Alken, om het Alkense ondernemerschap te stimuleren en verdienstelijke ondernemers in de kijker te zetten.
Artikel 2
De voorwaarden
Om in aanmerking te komen voor de Alkense Award voor het Ondernemerschap moet de onderneming
- in Alken gevestigd zijn of een vestiging in Alken hebben en
- minstens 2 jaar actief zijn.
Artikel 3
Er wordt jaarlijks één prijs toegekend, hetzij die voor de categorie grote, middelgrote of kleine ondernemingen.
De categorieën- Kleine ondernemingen met een jaaromzet < 1 miljoen euro en max. 10 werknemers.
- Middelgrote ondernemingen met een jaaromzet tussen 1 en 5 miljoen euro en/of 10-25 werknemers .
- Grote ondernemingen met een jaaromzet > 5 miljoen euro en meer dan 25 werknemers.
Artikel 4: Elke ondernemer of onderneming die voldoet aan de voorwaarden van de jaarlijkse categorie kan zich kandidaat stellen of mag voorgedragen worden voor deze prijs.
Deelname is kosteloos.
Artikel 5: Ieder jaar ontvangen de Alkense ondernemers binnen de jaarlijkse categorie een uitnodiging om zich kandidaat te stellen, vergezeld van een deelnameformulier. Er verschijnt ook een oproep in het Gemeentemagazine, op de gemeentelijke website en facebookpagina.
Artikel 6: Iedereen, zowel ondernemer of afgevaardigde van een onderneming, als fysiek persoon kan een kandidaat voordragen.
Artikel 7: De voordracht van een kandidaat gebeurt online via het e-formulier op de gemeentelijke website of schriftelijk, gemotiveerd, in een gesloten omslag. Deze voordrachten moeten binnen de opgegeven termijn in het bezit zijn van de ambtenaar lokale economie, Hoogdorpsstraat 38, 3570 Alken.
Artikel 8: Elke onderneming kan slechts éénmaal in een periode van vijf jaar gehuldigd worden.
Artikel 9: De Alkense ondernemersraad neemt kennis van de kandidaturen. Tijdens een preselectie worden 3 kandidaten door geheime stemming weerhouden door de jury. Elk jurylid brengt 3 voorkeurstemmen uit. De 3 kandidaten met de meeste voorkeurstemmen worden weerhouden voor de volgende ronde.
Artikel 10: De jury voor de preselectie wordt samengesteld uit 3 leden van de ondernemersraad en de winnaars van de 3 voorbije jaren. De ambtenaar lokale economie maakt als secretaris deel uit van de jury maar heeft geen stemrecht.
Artikel 11: De keuze van de jury is bindend.
Artikel 12: Na de preselectie worden de 3 genomineerden persoonlijk verwittigd en gaan ze verder naar de publieke stemronde. Via het e-formulier op de gemeentelijke website kan het brede publiek zijn stem uitbrengen voor één van de 3 genomineerden. Er verschijnt ook een oproep in het Gemeentemagazine, op de gemeentelijke website en facebookpagina.
Artikel 13: Een kandidaat kan een nominatie weigeren, maar na aanvaarding kan de nominatie niet teruggetrokken worden.
Artikel 14: Omzo veel mogelijk publieksstemmen te halen, mogen de 3 genomineerden hun onderneming promoten door de link naar het e-formulier zo veel mogelijk te delen. Het is verboden geschenken te koppelen aan een stem.
Artikel 15: Slechts 1 stem per persoon is geldig.
Artikel 16: Na de publieke stemronde heeft de finale stemming binnen de ondernemersraad plaats en worden de drie laureaten en hun volgorde bepaald. De publieksstemmen tellen voor 70% mee in de eindscore. De jury, bestaande uit een oneven aantal leden van de ondernemersraad, onderzoekt de 3 laureaten en gaat vervolgens over tot een geheime stemming. De stemmen van de jury tellen voor 30% mee.
De onderneming met de meeste gecumuleerde stemmen wint de award.
Artikel 17: De beslissing van de jury is onherroepelijk en niet voor enig verhaal vatbaar.
Artikel 18: De Alkense Award voor het Ondernemerschap wordt in de vorm van een symbolisch geschenk uitgereikt op een speciale zitting van de algemene vergadering van de Alkense ondernemersraad. De geselecteerde laureaten verbinden zich ertoe om aanwezig te zijn op de prijsuitreiking. Bij gebreke aan aanwezigheid kan de jury desgevallend een andere laureaat kiezen.
Artikel 19: Elke deelnemer aan de Alkense Award voor het Ondernemerschap verklaart zich akkoord met de bepalingen van dit reglement. Bijkomende inlichtingen kunnen verkregen worden via Michel Bijnens, dienst lokale economie, gemeentebestuur Alken, Hoogdorpsstraat 38, 3570 Alken, tel. 011888847, michel.bijnens@alken.be.
-
Aansluiting Vastgoedinformatieplatform en vernieuwing retributiereglement vastgoedinformatie - goedkeuring Aansluiting Vastgoedinformatieplatform en vernieuwing retributiereglement vastgoedinformatie - goedkeuring
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Aansluiting Vastgoedinformatieplatform en vernieuwing retributiereglement vastgoedinformatie - goedkeuringOp 19 maart 2021 besliste de Vlaamse Regering tot ontwikkeling, beheer en exploitatie van het Vastgoedinfromatieplatform. Hiermee wil de Vlaamse Regering een digitale snelweg voor uitwisseling van vastgoedinformatie realiseren. Het proces om vastgoedinformatie op te vragen, te betalen en af te leveren verschilt momenteel voor elke gemeente. Aan de hand van een nieuw gegevensuitwisselingsplatform voor vastgoedinformatie zullen er authentieke informatiestromen rond vastgoed digitaal aangeboden worden en kan de bestaande uitwisseling van vastgoedinformatie tussen publieke en private partijen ook worden geautomatiseerd, versneld en vereenvoudigd. Het vastgoedinformatieplatform zal uitgerold worden in gans Vlaanderen en moet beschikbaar komen voor alle Vlaamse lokale besturen, alle makelaars en notarissen die actief zijn in Vlaanderen. Maar ook burgers zullen toegang krijgen tot het vastgoedinformatieplatform. De gemeente Alken verleent haar goedkeuring voor de aansluiting op dit Vastgoedinformatieplatform en de vernieuwing van het retributiereglement. Feiten en contextOp 19 maart 2021 besliste de Vlaamse Regering tot ontwikkeling, beheer en exploitatie van het Vastgoedinformatieplatform. Hiermee wil de Vlaamse Regering een digitale snelweg voor uitwisseling van vastgoedinformatie realiseren. Het proces om vastgoedinformatie op te vragen, te betalen en af te leveren verschilt momenteel voor elke gemeente. Aan de hand van een nieuw gegevensuitwisselingsplatform voor vastgoedinformatie zullen er authentieke informatiestromen rond vastgoed digitaal aangeboden worden en kan de bestaande uitwisseling van vastgoedinformatie tussen publieke en private partijen ook worden geautomatiseerd, versneld en vereenvoudigd. Het vastgoedinformatieplatform zal uitgerold worden in gans Vlaanderen en moet beschikbaar komen voor alle Vlaamse lokale besturen, alle makelaars en notarissen die actief zijn in Vlaanderen. Maar ook burgers zullen toegang krijgen tot het vastgoedinformatieplatform. De gemeente Alken wenst haar goedkeuring te verlenen voor de aansluiting op dit Vastgoedinformatieplatform en de vernieuwing van het retributiereglement.Rechten en plichten in het kader van het Vastgoedinformatieplatform worden overgedragen van Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf bij een Besluit van de Vlaamse regering in de periode waarin deze overeenkomst ondertekend wordt. De verwerkingsovereenkomst wordt ondertekend door Digitaal Vlaanderen als het besluit nog niet is gepubliceerd of Vlaams Datanutsbedrijf zodra het BVR gepubliceerd is. Juridische grondArtikel 173 van de Grondwet.Artikel 40, §3, van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.Artikelen 5.2.1, 5.2.5, 5.2.6 en 5.2.7 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009.Artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur. AdviezenVoorwaardelijk gunstig advies van de data protection officer (GDPR) d.d. 01.06.2023 ArgumentatieNotarissen en vastgoedmakelaars kunnen informatie over onroerende goederen bij de gemeente aanvragen. De gemeente vindt het belangrijk dat potentiële kopers met kennis van zaken een beslissing kunnen nemen over een onroerend goed. De gemeenten zijn op zoek naar mogelijkheden om informatie over onroerende goederen efficiënter en veiliger te delen. Een besluit van de Vlaamse regering is in opmaak/ontwerp om de rechten en plichten in het kader van de verwerking van vastgoedinformatie over te dragen vanuit Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf (athumi). De gemeenten werken samen met Digitaal Vlaanderen/athumi om een Vastgoedinformatieplatform te ontwikkelen en om in een testfase te onderzoeken hoe informatie over onroerende goederen op een efficiënte wijze kan worden ter beschikking gesteld. Het Vastgoedinformatieplatform is een elektronisch informatiesysteem voor de ontsluiting, samenvoeging en veilige gegevensdeling van vastgoedinformatie en vastgoeddossiers tussen bronhouders en aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars. De gemeente kan via het Vastgoedinformatieplatform de door aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars, aangevraagde vastgoedinformatie verzamelen en de vastgoeddossiers ontsluiten. Het verzamelen en ontsluiten, via het Vastgoedinformatieplatform, van vastgoeddossiers op verzoek van aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars, brengt voor de gemeente een administratieve last en bijhorende kost met zich mee. De gemeente Alken wenst de kost voor het verzamelen van vastgoedinformatie en het ontsluiten van vastgoeddossiers op de aanvrager ervan te verhalen. Verwijzend naar de modaliteiten van de verwerking die werden opgenomen in de verwerkingsovereenkomst. Financiële gevolgenDe retributie is verschuldigd door de aanvrager. Besluiteenparig Artikel 1: De gemeenteraad keurt het retributiereglement goed voor het verstrekken van vastgoedinformatie, waaronder het volgende wordt verstaan: DefinitiesVoor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:1° vastgoedinformatie: gebouw-, grond- of omgevingsgebonden gegevens inzake een onroerend goed, inclusief informatie met betrekking tot het juridische, administratieve of fysieke statuut van dit onroerend goed;2° lokale gegevensbron: vastgoedinformatie die een gemeente of de rechtspersonen die ervan afhangen, beheert;3° centrale gegevensbron: vastgoedinformatie die een Vlaamse instantie of een externe overheid beheert; 4° Vastgoedinformatieplatform of VIP: elektronisch informatiesysteem voor de ontsluiting, samenvoeging en veilige gegevensdeling van vastgoedinformatie tussen aanleverende entiteiten en aanvragers;5° vastgoeddossier: de combinatie van verschillende datasets, samengesteld uit vastgoedinformatie met betrekking tot een perceel, of een onderdeel, die op aanvraag wordt ontsloten door de aanleverende entiteit, door Digitaal Vlaanderen/athumi wordt samengevoegd en door de lokale overheid ter beschikking wordt gesteld aan de aanvrager;6° externe overheid: overheidsinstanties, vermeld in artikel I.3, 8° van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;7° Vlaamse instantie: elk van de volgende overheidsinstanties: de instanties van de Vlaamse overheid, vermeld in artikel I.3, 1°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018; de instellingen met een publieke taak, vermeld in artikel I.3, 6°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018, voor zover ze afhangen van de Vlaamse overheid of van een of meer andere instellingen met een publieke taak die afhangen van de Vlaamse overheid;de instanties van de Vlaamse overheid, vermeld in artikel I.3, 7°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;8° aanvrager: de notaris of vastgoedmakelaar die in het kader van zijn beroepsactiviteiten of taken van algemeen belang die bij of krachtens een supranationale of wetskrachtige norm bepaalde vastgoedinformatie nodig heeft en daartoe een aanvraag via het VIP doet; 9° algemene verordening gegevensbescherming: Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG;10° persoonsgegevens: de gegevens, vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming;11° verwerking: een verwerking als vermeld in artikel 4, 2), van de algemene verordening gegevensbescherming;12° verwerkingsverantwoordelijke: een verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7), van de algemene verordening gegevensbescherming;13° betrokkene: een betrokkene als vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming. Artikel 2: AlgemeenDe gemeente Alken verzamelt de opgevraagde vastgoedinformatie uit lokale gegevensbronnen. De gemeente Alken doet een beroep op het VIP om vastgoedinformatie uit centrale gegevensbronnen op te halen en samen te voegen met het vastgoeddossier. De gemeente Alken stelt het vastgoeddossier via het Vastgoedinformatieplatform aan de aanvrager ter beschikking.In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van het vastgoeddossier, verwerkt de gemeente die gegevens met als doeleinde om aanvragers samengevoegde vastgoedinformatie uit centrale en lokale gegevensbronnen ter beschikking te stellen in het kader van hun beroepsactiviteiten of in het kader van taken van algemeen belang die bij of krachtens een supranationale of wetskrachtige norm zijn bepaald. Met ingang van 1 september 2023 wordt ten voordele van gemeente Alken een retributie geheven op aanvragen, gedaan via het Vastgoedinformatieplatform, tot het verkrijgen van het vastgoeddossier. Artikel 3:VerschuldigdeDe retributie is verschuldigd door de aanvrager. De gemeentelijke retributie dient vanaf 1 januari 2024 te worden betaald via het Vastgoedinformatieplatform. Tot 1 januari 2024 staat de gemeente Alken zelf in voor het innen van de retributies. Externe overheden en Vlaamse instanties worden vrijgesteld van deze retributie. Artikel 4:Bedrag Het bedrag van de retributie wordt vastgelegd als volgt: Voorwerp aanvraag Retributiebedrag Vastgoeddossier 75 EUR De aflevertermijn voor het vastgoeddossier bedraagt maximum 30 dagen. Artikel 5: InvorderingswijzeDe onbetwiste en opeisbare retributie wordt bij niet-betaling ingevorderd conform artikel 177, tweede lid, van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur. De betwiste en opeisbare retributie wordt bij niet-betaling burgerrechtelijk ingevorderd. Artikel 6: Verwerking van persoonsgegevens§1. In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van het vastgoeddossier, treedt de gemeente Alken voor de doeleinden omschreven in artikel 2 op als verwerkingsverantwoordelijke.§2. De gemeente verwerkt voor de doeleinden omschreven in artikel 2 persoonsgegevens met betrekking tot de volgende categorieën van betrokkenen:aanvragers; enhouders van rechten op een perceel, of een onderdeel, waarvoor het vastgoeddossier wordt aangevraagd.§3. De gemeente verwerkt voor de doeleinden omschreven in artikel 2 volgende categorieën van persoonsgegevens:contact- en identificatiegegevens;financiële gegevens;het identificatienummer van het Rijksregister/KBO-nummer;vastgoedinformatie;gegevens in het kader van openbare onderzoeken en overtredingen.§4. De gemeente Alken bewaart de persoonsgegevens die het verwerkt, niet langer dan noodzakelijk is om de doeleinden, vermeld in artikel 2, te bereiken en conform artikel III.87, §1 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018, of tot de betrokkene vraagt om de persoonsgegevens die gemeente Alken verwerkt, te verwijderen, conform de voorwaarden, vermeld in de algemene verordening gegevensbescherming. De archiveringstermijn van de persoonsgegevens bij de gemeente Alken bedraagt 3 jaar overeenkomstig de bepalingen van de Selectielijst voor Vlaamse gemeentearchieven.§5.De gemeente Alken doet een beroep op Digitaal Vlaanderen/athumi voor de doeleinden omschreven in artikel 2. Digitaal Vlaanderen/athumi treedt in dit kader op als verwerker van de gemeente Alken, die de verwerkingsverantwoordelijke is. De modaliteiten van de verwerking zijn geregeld in de verwerkingsovereenkomst die te vinden is in Bijlage 1. Artikel 7: OndertekeningDe vastgoeddossiers die de gemeente Alken via het Vastgoedinformatieplatform ter beschikking stelt, worden niet ondertekend aangezien het vastgoeddossier een louter informatief document betreft dat geen beleidsmatige stellingname inhoudt en niet kwalificeert als stuk of briefwisseling in de zin van artikel 279 van het Decreet lokaal bestuur. Artikel 8: Vervanging voorgaande reglementeringDit reglement vervangt vanaf 1 september 2023 de rubriek omtrent vastgoedinformatie en stedenbouwkundige uittreksels per kadastraal perceel zoals voorzien in artikel 4 van het besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2020 met betrekking tot de belasting op de omgevingsvergunningen. Artikel 9: BekendmakingDit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Aansluiting Vastgoedinformatieplatform en vernieuwing retributiereglement vastgoedinformatie - goedkeuring
Op 19 maart 2021 besliste de Vlaamse Regering tot ontwikkeling, beheer en exploitatie van het Vastgoedinfromatieplatform. Hiermee wil de Vlaamse Regering een digitale snelweg voor uitwisseling van vastgoedinformatie realiseren. Het proces om vastgoedinformatie op te vragen, te betalen en af te leveren verschilt momenteel voor elke gemeente. Aan de hand van een nieuw gegevensuitwisselingsplatform voor vastgoedinformatie zullen er authentieke informatiestromen rond vastgoed digitaal aangeboden worden en kan de bestaande uitwisseling van vastgoedinformatie tussen publieke en private partijen ook worden geautomatiseerd, versneld en vereenvoudigd. Het vastgoedinformatieplatform zal uitgerold worden in gans Vlaanderen en moet beschikbaar komen voor alle Vlaamse lokale besturen, alle makelaars en notarissen die actief zijn in Vlaanderen. Maar ook burgers zullen toegang krijgen tot het vastgoedinformatieplatform. De gemeente Alken verleent haar goedkeuring voor de aansluiting op dit Vastgoedinformatieplatform en de vernieuwing van het retributiereglement.
Feiten en context
Op 19 maart 2021 besliste de Vlaamse Regering tot ontwikkeling, beheer en exploitatie van het Vastgoedinformatieplatform. Hiermee wil de Vlaamse Regering een digitale snelweg voor uitwisseling van vastgoedinformatie realiseren. Het proces om vastgoedinformatie op te vragen, te betalen en af te leveren verschilt momenteel voor elke gemeente. Aan de hand van een nieuw gegevensuitwisselingsplatform voor vastgoedinformatie zullen er authentieke informatiestromen rond vastgoed digitaal aangeboden worden en kan de bestaande uitwisseling van vastgoedinformatie tussen publieke en private partijen ook worden geautomatiseerd, versneld en vereenvoudigd. Het vastgoedinformatieplatform zal uitgerold worden in gans Vlaanderen en moet beschikbaar komen voor alle Vlaamse lokale besturen, alle makelaars en notarissen die actief zijn in Vlaanderen. Maar ook burgers zullen toegang krijgen tot het vastgoedinformatieplatform.
De gemeente Alken wenst haar goedkeuring te verlenen voor de aansluiting op dit Vastgoedinformatieplatform en de vernieuwing van het retributiereglement.
Rechten en plichten in het kader van het Vastgoedinformatieplatform worden overgedragen van Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf bij een Besluit van de Vlaamse regering in de periode waarin deze overeenkomst ondertekend wordt. De verwerkingsovereenkomst wordt ondertekend door Digitaal Vlaanderen als het besluit nog niet is gepubliceerd of Vlaams Datanutsbedrijf zodra het BVR gepubliceerd is.
Juridische grond
Artikel 173 van de Grondwet.
Artikel 40, §3, van het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen.
Artikelen 5.2.1, 5.2.5, 5.2.6 en 5.2.7 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009.
Artikelen 40 en 41 van het decreet lokaal bestuur.
Adviezen
Voorwaardelijk gunstig advies van de data protection officer (GDPR) d.d. 01.06.2023
Argumentatie
Notarissen en vastgoedmakelaars kunnen informatie over onroerende goederen bij de gemeente aanvragen.
De gemeente vindt het belangrijk dat potentiële kopers met kennis van zaken een beslissing kunnen nemen over een onroerend goed.
De gemeenten zijn op zoek naar mogelijkheden om informatie over onroerende goederen efficiënter en veiliger te delen.
Een besluit van de Vlaamse regering is in opmaak/ontwerp om de rechten en plichten in het kader van de verwerking van vastgoedinformatie over te dragen vanuit Digitaal Vlaanderen naar het Vlaams Datanutsbedrijf (athumi).
De gemeenten werken samen met Digitaal Vlaanderen/athumi om een Vastgoedinformatieplatform te ontwikkelen en om in een testfase te onderzoeken hoe informatie over onroerende goederen op een efficiënte wijze kan worden ter beschikking gesteld.
Het Vastgoedinformatieplatform is een elektronisch informatiesysteem voor de ontsluiting, samenvoeging en veilige gegevensdeling van vastgoedinformatie en vastgoeddossiers tussen bronhouders en aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars.
De gemeente kan via het Vastgoedinformatieplatform de door aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars, aangevraagde vastgoedinformatie verzamelen en de vastgoeddossiers ontsluiten.
Het verzamelen en ontsluiten, via het Vastgoedinformatieplatform, van vastgoeddossiers op verzoek van aanvragers, zoals in eerste instantie notarissen en vastgoedmakelaars, brengt voor de gemeente een administratieve last en bijhorende kost met zich mee.
De gemeente Alken wenst de kost voor het verzamelen van vastgoedinformatie en het ontsluiten van vastgoeddossiers op de aanvrager ervan te verhalen.
Verwijzend naar de modaliteiten van de verwerking die werden opgenomen in de verwerkingsovereenkomst.
Financiële gevolgen
De retributie is verschuldigd door de aanvrager.
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad keurt het retributiereglement goed voor het verstrekken van vastgoedinformatie, waaronder het volgende wordt verstaan:
Definities
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
1° vastgoedinformatie: gebouw-, grond- of omgevingsgebonden gegevens inzake een onroerend goed, inclusief informatie met betrekking tot het juridische, administratieve of fysieke statuut van dit onroerend goed;
2° lokale gegevensbron: vastgoedinformatie die een gemeente of de rechtspersonen die ervan afhangen, beheert;
3° centrale gegevensbron: vastgoedinformatie die een Vlaamse instantie of een externe overheid beheert;
4° Vastgoedinformatieplatform of VIP: elektronisch informatiesysteem voor de ontsluiting, samenvoeging en veilige gegevensdeling van vastgoedinformatie tussen aanleverende entiteiten en aanvragers;
5° vastgoeddossier: de combinatie van verschillende datasets, samengesteld uit vastgoedinformatie met betrekking tot een perceel, of een onderdeel, die op aanvraag wordt ontsloten door de aanleverende entiteit, door Digitaal Vlaanderen/athumi wordt samengevoegd en door de lokale overheid ter beschikking wordt gesteld aan de aanvrager;
6° externe overheid: overheidsinstanties, vermeld in artikel I.3, 8° van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
7° Vlaamse instantie: elk van de volgende overheidsinstanties:
- de instanties van de Vlaamse overheid, vermeld in artikel I.3, 1°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
- de instellingen met een publieke taak, vermeld in artikel I.3, 6°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018, voor zover ze afhangen van de Vlaamse overheid of van een of meer andere instellingen met een publieke taak die afhangen van de Vlaamse overheid;
- de instanties van de Vlaamse overheid, vermeld in artikel I.3, 7°, van het Bestuursdecreet van 7 december 2018;
8° aanvrager: de notaris of vastgoedmakelaar die in het kader van zijn beroepsactiviteiten of taken van algemeen belang die bij of krachtens een supranationale of wetskrachtige norm bepaalde vastgoedinformatie nodig heeft en daartoe een aanvraag via het VIP doet;
9° algemene verordening gegevensbescherming: Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG;
10° persoonsgegevens: de gegevens, vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming;
11° verwerking: een verwerking als vermeld in artikel 4, 2), van de algemene verordening gegevensbescherming;
12° verwerkingsverantwoordelijke: een verwerkingsverantwoordelijke als vermeld in artikel 4, 7), van de algemene verordening gegevensbescherming;
13° betrokkene: een betrokkene als vermeld in artikel 4, 1), van de algemene verordening gegevensbescherming.
Artikel 2: Algemeen
De gemeente Alken verzamelt de opgevraagde vastgoedinformatie uit lokale gegevensbronnen. De gemeente Alken doet een beroep op het VIP om vastgoedinformatie uit centrale gegevensbronnen op te halen en samen te voegen met het vastgoeddossier. De gemeente Alken stelt het vastgoeddossier via het Vastgoedinformatieplatform aan de aanvrager ter beschikking.
In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van het vastgoeddossier, verwerkt de gemeente die gegevens met als doeleinde om aanvragers samengevoegde vastgoedinformatie uit centrale en lokale gegevensbronnen ter beschikking te stellen in het kader van hun beroepsactiviteiten of in het kader van taken van algemeen belang die bij of krachtens een supranationale of wetskrachtige norm zijn bepaald.
Met ingang van 1 september 2023 wordt ten voordele van gemeente Alken een retributie geheven op aanvragen, gedaan via het Vastgoedinformatieplatform, tot het verkrijgen van het vastgoeddossier.
Artikel 3:Verschuldigde
De retributie is verschuldigd door de aanvrager.
De gemeentelijke retributie dient vanaf 1 januari 2024 te worden betaald via het Vastgoedinformatieplatform. Tot 1 januari 2024 staat de gemeente Alken zelf in voor het innen van de retributies. Externe overheden en Vlaamse instanties worden vrijgesteld van deze retributie.
Artikel 4:Bedrag
Het bedrag van de retributie wordt vastgelegd als volgt:
Voorwerp aanvraag
Retributiebedrag
Vastgoeddossier
75 EUR
De aflevertermijn voor het vastgoeddossier bedraagt maximum 30 dagen.
Artikel 5: Invorderingswijze
De onbetwiste en opeisbare retributie wordt bij niet-betaling ingevorderd conform artikel 177, tweede lid, van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
De betwiste en opeisbare retributie wordt bij niet-betaling burgerrechtelijk ingevorderd.
Artikel 6: Verwerking van persoonsgegevens
§1. In de mate dat persoonsgegevens zouden worden verwerkt in het kader van het vastgoeddossier, treedt de gemeente Alken voor de doeleinden omschreven in artikel 2 op als verwerkingsverantwoordelijke.
§2. De gemeente verwerkt voor de doeleinden omschreven in artikel 2 persoonsgegevens met betrekking tot de volgende categorieën van betrokkenen:
- aanvragers; en
- houders van rechten op een perceel, of een onderdeel, waarvoor het vastgoeddossier wordt aangevraagd.
§3. De gemeente verwerkt voor de doeleinden omschreven in artikel 2 volgende categorieën van persoonsgegevens:
- contact- en identificatiegegevens;
- financiële gegevens;
- het identificatienummer van het Rijksregister/KBO-nummer;
- vastgoedinformatie;
- gegevens in het kader van openbare onderzoeken en overtredingen.
§4. De gemeente Alken bewaart de persoonsgegevens die het verwerkt, niet langer dan noodzakelijk is om de doeleinden, vermeld in artikel 2, te bereiken en conform artikel III.87, §1 van het Bestuursdecreet van 7 december 2018, of tot de betrokkene vraagt om de persoonsgegevens die gemeente Alken verwerkt, te verwijderen, conform de voorwaarden, vermeld in de algemene verordening gegevensbescherming. De archiveringstermijn van de persoonsgegevens bij de gemeente Alken bedraagt 3 jaar overeenkomstig de bepalingen van de Selectielijst voor Vlaamse gemeentearchieven.
§5.De gemeente Alken doet een beroep op Digitaal Vlaanderen/athumi voor de doeleinden omschreven in artikel 2. Digitaal Vlaanderen/athumi treedt in dit kader op als verwerker van de gemeente Alken, die de verwerkingsverantwoordelijke is. De modaliteiten van de verwerking zijn geregeld in de verwerkingsovereenkomst die te vinden is in Bijlage 1.
Artikel 7: Ondertekening
De vastgoeddossiers die de gemeente Alken via het Vastgoedinformatieplatform ter beschikking stelt, worden niet ondertekend aangezien het vastgoeddossier een louter informatief document betreft dat geen beleidsmatige stellingname inhoudt en niet kwalificeert als stuk of briefwisseling in de zin van artikel 279 van het Decreet lokaal bestuur.
Artikel 8: Vervanging voorgaande reglementering
Dit reglement vervangt vanaf 1 september 2023 de rubriek omtrent vastgoedinformatie en stedenbouwkundige uittreksels per kadastraal perceel zoals voorzien in artikel 4 van het besluit van de gemeenteraad van 28 mei 2020 met betrekking tot de belasting op de omgevingsvergunningen.
Artikel 9: Bekendmaking
Dit reglement wordt bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en 287 van het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.
-
Fietspad Klinkstraat-Bekstraat: voorlopige vaststelling rooilijn - voorlopig onteigeningsbesluit Fietspad Klinkstraat-Bekstraat: voorlopige vaststelling rooilijn - voorlopig onteigeningsbesluit
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Fietspad Klinkstraat-Bekstraat: voorlopige vaststelling rooilijn - voorlopig onteigeningsbesluitDe fietsverbinding tussen Alken en Hasselt vormt een belangrijke schakel in het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk van de provincie Limburg en is cruciaal voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. Met het oog op de optimalisatie van de fietsbereikbaarheid, wenst de gemeente sinds enige tijd over te gaan tot de opwaardering van een aantal fietspaden welke zich momenteel in een slechte staat bevinden. Zo ook heeft de gemeente plannen om de fietsverbinding tussen de Klinkstraat en de Bekstraat op te waarderen. Dit laatste met als doel een vlotte en veilige alternatieve fietsverbinding tussen Hasselt en Alken te creëren en dit op gebied van maatvoering en comfort. De huidige fietsweg werd in 1992 verhard met dolomiet over een breedte van één meter. Een deel van de fietsweg, te weten het gedeelte tussen de Klinkstraat en de eerste bocht, is thans voorzien van een verharding in beton met dwarsprofiel van één meter. Momenteel bevindt de fietsweg zich in zeer slechte staat. Ondanks de verhardingswerken uit 1992 staat de weg regelmatig onder water. Bovendien is de fietsweg te smal gezien de breedte van één meter niet blijkt te volstaan om een veilige doortocht met de fiets te verzekeren. Alleszins staat vast dat de fietsweg niet meer voldoet aan de huidige normen inzake verharding en maatvoering, zoals beschreven in het Vademecum voor Fietsvoorzieningen van het Agentschap Wegen en Verkeer. Ter verwezenlijking van de opwaardering van de fietsweg tussen de Klinkstraat en Bekstraat werd een Projectstuurgroep opgericht. In deze projectstuurgroep zetelden vertegenwoordigers van de gemeente Alken, de stad Hasselt, het Agentschap Natuur en Bos, het departement Landbouw en Visserij, de provincie Limburg, het MOW Limburg en Natuurpunt. Op 16 mei 2022 werd door de projectstuurgroep een Unieke Verantwoordingsnota goedgekeurd. Op 24 juni 2022 werd door mr. K. VANERUM, beëdigd landmeter–expert, een schattingsverslag opgemaakt. Op 7 september 2022 gaf het college van burgemeester en schepenen de principiële goedkeuring aan het schattingsverslag. Daar de opwaardering en verbreding van de fietsverbinding de inname van meerdere gronden noodzaakte (wegzate en deel van gronden van de aangelanden), gaf het college op 7 september 2022 de goedkeuring om met de betrokken eigenaars in onderhandeling te treden omtrent de minnelijke aankoop van de gronden op basis van het objectief en deskundig schattingsverslag. Ondanks verschillende pogingen om deze minnelijke eigendomsverwerving te realiseren, is de gemeente Alken er niet in geslaagd om met alle eigenaren van de in te nemen gronden een overeenkomst te bereiken. Concreet kon geen akkoord bereikt worden met eigenaars van volgende percelen:de percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 11D, 11E, 12C, 15B, 15C;het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 6B;het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 10A;het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 470B. Eveneens werd nog geen akte verleden omtrent de minnelijke verwerving van de betrokken percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 16, 18, 12D, 19B, 19C enerzijds en het perceel welk kadastraal gekend is als Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 anderzijds. Heden bevindt de fietsweg tussen de Klinkstraat en de Beekstraat zich nog steeds in een slechte staat, zodat de realisatie van een verharde en verbrede fietsdoorgang nog steeds actueel en noodzakelijk voorkomt. De fietsweg volgt het tracé van de voetweg ingeschreven in de buurtwegenatlas als “Sentier nr. 157”. Deze Sentier heeft een breedte van 1 meter en werd in 1992 verhard met dolomiet. Volgens het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ (KB 03-04-1979) situeert de fietsweg zich binnen ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’. De fietsweg is gelegen binnen het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan van 30 april 2009 “Natuur- en landbouwgebieden ‘Vallei van de Herk en Mombeek’ van Alken tot Herk-de-Stad" zoals verschenen in het staatsblad op 4 juni 2009 en inwerking getreden op 18 juni 2009. De verbreding van de fietsweg is voorzien in Bouwvrij Agrarisch Gebied (BAG) en natuurgebied met overdruk Grote Eenheid Natuur (GEN) in uitvoering van het Vlaams Ecologisch Netwerk. In deze gebieden is het aanleggen van kleinschalige infrastructuur, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet–gemotoriseerd verkeer, toegelaten (zie hiervoor: artikelen 2.2 en 3.2 GRUP). Het tracé ligt gedeeltelijk in habitatrichtlijngebied, meer specifiek in de speciale beschermingszone “BE 2200038 - Bossen en kalkgraslanden van Haspengouw”. Verder ligt het tracé gedeeltelijk in GEN–gebied, meer bepaald in het GEN–gebied aangeduid als “nr. 428 de vallei van ‘De Herk’”. Het tracé van de fietsweg ligt binnen het erkend natuurreservaat E – 108 dat gedeeltelijk eigendom is van Natuurpunt. Deze natuurvereniging staat eveneens in voor het natuurbeheer. De projectzone ligt in overstromingsgevoelig gebied. Het fietspad tussen de Klinkstraat en de Bekstraat maakt deel uit van de alternatieve functionele fietsroute Grootstraat – Sassenbroekstraat – Klinkstraat – Bekstraat, behorende tot het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk Limburg. In dit opzicht vormt de fietsverbinding een belangrijke alternatieve fietsroute tussen Hasselt en Alken ten aanzien van de in het fietsenroutenetwerk voorziene hoofdroutes langs de N754 en N722. Het huidige tracé maakt deel uit van het fietsknoop-puntennetwerk tussen de knooppunten 143 en 144. Mede gelet op de slechte staat van beide hoofdroutes, is de vlotte en veilige doorgang langs de alternatieve fietsroute uitermate belangrijk voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. De huidige staat van de fietsweg, meer bepaald de huidige verharding in dolomiet en beperkte breedte van de weg, verhinderen deze vlotte en veilige doorgang. De verharding en verbreding van het fietspad tussen de Klinkstraat en Bekstraat maakt daarom het voorwerp uit van deze voorlopige vaststelling van het rooilijnplan, het onteigeningsplan en de projectnota “voetweg 157”. Voor de vereiste verharding en verbreding wordt met onderhavig besluit het gemeentelijk rooilijnplan voorlopig vastgesteld én de administratieve onteigeningsprocedure opgestart, overeenkomstig het Decreet Gemeentewegen respectievelijk het Vlaamse Onteigeningsdecreet. Overeenkomstig artikel 16, §§2 en 3 van het Decreet Gemeentewegen moet dit gemeentelijk rooilijnplan volgende elementen omvatten: de actuele en toekomstige rooilijn van de gemeenteweg;de kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen;de naam van de eigenaars van de getroffen percelen en onroerende goederen volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn;in voorkomend geval, een berekening van de evt. waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg;in voorkomend geval, de nutsleidingen die door de wijziging of verplaatsing van de gemeenteweg op private eigendom zullen liggen. Het gemeentelijk “Rooilijnplan voetweg 157” omvat al deze elementen. Overeenkomstig art. 10, §1, 1° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, moet dit voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving geven van de te onteigenen onroerende goederen of de te onteigenen zakelijke rechten. De te onteigenen gronden, waarvan de inname noodzakelijk is ter verwezenlijking van de ontworpen rooilijn, beslaan 14 percelen langsheen Sentier nr. 157, welke door het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ werden bestemd als ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’, en thans kadastraal zijn gekend als volgt: Perceel 1: Afd. 2, sec. D, nr. 6B met in te nemen oppervlakte van 265 m²Perceel 2: Afd. 2, sec. D, nr. 10/A met in te nemen oppervlakte van 396 m²Perceel 3: Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 met in te nemen oppervlakte van 2m²Perceel 4: Afd. 2, sec. D, nr. 11D met in te nemen oppervlakte van 81 m²Perceel 5: Afd. 2, sec. D, nr. 11E met in te nemen oppervlakte van 388 m²Perceel 6: Afd. 2, sec. D, nr. 12C met in te nemen oppervlakte van 20 m²Perceel 7: Afd. 2, sec. D, nr. 15C met in te nemen oppervlakte van 1m²Perceel 8: Afd. 2, sec. D, nr. 15B met in te nemen oppervlakte van 230 m²Perceel 9: Afd. 2, sec. D, nr. 18 met in te nemen oppervlakte van 55 m²Perceel 10: Afd. 2, sec. D, nr. 16 met in te nemen oppervlakte van 64 m²Perceel 11: Afd. 2, sec. D, nr. 470B met in te nemen oppervlakte van 29 m²Perceel 12: Afd. 2, sec. D, nr. 12D met in te nemen oppervlakte van 4m²Perceel 13: Afd. 2, sec. D, nr. 19B met in te nemen oppervlakte van 45 m²Perceel 14: Afd. 2, sec. D, nr. 19C met in te nemen oppervlakte van 6m² Meer specifiek bestrijken deze te onteigenen gronden de wegzate van Sentier nr. 157 in zijn volledige lengte, te weten vanaf het begin van de Sentier in de Klinkstraat tot en met het einde van de Sentier in de Bekstraat. Daar de opwaardering van de fietsweg eveneens een verbreding van de bestaande weg impliceert bestrijken de te onteigenen gronden eveneens de gronden van de aangelanden van de Sentier over zijn volledige lengte. Overeenkomstig de projectnota “Fietspad Klinkstraat – Bekstraat” zal het grondgebied van deze grondstrook aangewend worden voor de aanleg van een fietspad met een breedte van 3 meter in berggrindbeton en een schuwzone van 0,5 meter langs beide kanten in agrarisch gebied en een vlonderpad van 3,5 meter met schuwafstand van 0,5 meter langs beide kanten in natuurgebied. In het verleden is er reeds getracht om de noodzakelijke grondstrook te verwerven op minnelijke wijze, maar dit zonder gunstige afloop. De verwerving van desbetreffende grondstrook is evenwel onontbeerlijk voor de realisatie van de ontworpen rooilijn, en daarmee aldus voor de heraanleg van het fiets- en vlonderpad langsheen Sentier nr. 157.Bijgevolg dient te worden besloten dat alsnog moet worden overgegaan tot de onteigening van de betrokken percelen teneinde de grondverwerving en de aanleg van het fietspad te kunnen verzekeren. Onderhavige vaststellingsprocedure volgt de bepalingen van Titel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 juncto Hoofdstuk 3 van het Decreet houdende de Gemeentewegen van 3 mei 2019. Feiten en contextDe fietsverbinding tussen Alken en Hasselt vormt een belangrijke schakel in het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk van de provincie Limburg en is cruciaal voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. Met het oog op de optimalisatie van de fietsbereikbaarheid, wenst de gemeente sinds enige tijd over te gaan tot de opwaardering van een aantal fietspaden welke zich momenteel in een slechte staat bevinden. Zo ook heeft de gemeente plannen om de fietsverbinding tussen de Klinkstraat en de Bekstraat op te waarderen. Dit laatste met als doel een vlotte en veilige alternatieve fietsverbinding tussen Hasselt en Alken te creëren en dit op gebied van maatvoering en comfort. De huidige fietsweg werd in 1992 verhard met dolomiet over een breedte van één meter. Een deel van de fietsweg, te weten het gedeelte tussen de Klinkstraat en de eerste bocht, is thans voorzien van een verharding in beton met dwarsprofiel van één meter. Momenteel bevindt de fietsweg zich in zeer slechte staat. Ondanks de verhardingswerken uit 1992 staat de weg regelmatig onder water. Bovendien is de fietsweg te smal gezien de breedte van één meter niet blijkt te volstaan om een veilige doortocht met de fiets te verzekeren. Alleszins staat vast dat de fietsweg niet meer voldoet aan de huidige normen inzake verharding en maatvoering, zoals beschreven in het Vademecum voor Fietsvoorzieningen van het Agentschap Wegen en Verkeer. Ter verwezenlijking van de opwaardering van de fietsweg tussen de Klinkstraat en Bekstraat werd een Projectstuurgroep opgericht. In deze projectstuurgroep zetelden vertegenwoordigers van de gemeente Alken, de stad Hasselt, het Agentschap Natuur en Bos, het departement Landbouw en Visserij, de provincie Limburg, het MOW Limburg en Natuurpunt. Op 16 mei 2022 werd door de projectstuurgroep een Unieke Verantwoordingsnota goedgekeurd. Op 24 juni 2022 werd door mr. K. VANERUM, beëdigd landmeter–expert, een schattingsverslag opgemaakt. Op 7 september 2022 gaf het college van burgemeester en schepenen de principiële goedkeuring aan het schattingsverslag. Daar de opwaardering en verbreding van de fietsverbinding de inname van meerdere gronden noodzaakte (wegzate en deel van gronden van de aangelanden), gaf het college op 7 september 2022 de goedkeuring om met de betrokken eigenaars in onderhandeling te treden omtrent de minnelijke aankoop van de gronden op basis van het objectief en deskundig schattingsverslag. Ondanks verschillende pogingen om deze minnelijke eigendomsverwerving te realiseren, is de gemeente Alken er niet in geslaagd om met alle eigenaren van de in te nemen gronden een overeenkomst te bereiken. Concreet kon geen akkoord bereikt worden met eigenaars van volgende percelen: ● de percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 11D, 11E, 12C, 15B, 15C; ● het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 6B; ● het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 10A;● het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 470B. Eveneens werd nog geen akte verleden omtrent de minnelijke verwerving van de betrokken percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 16, 18, 12D, 19B, 19C enerzijds en het perceel welk kadastraal gekend is als Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 anderzijds. Heden bevindt de fietsweg tussen de Klinkstraat en de Beekstraat zich nog steeds in een slechte staat, zodat de realisatie van een verharde en verbrede fietsdoorgang nog steeds actueel en noodzakelijk voorkomt. De fietsweg volgt het tracé van de voetweg ingeschreven in de buurtwegenatlas als “Sentier nr. 157”. Deze Sentier heeft een breedte van 1 meter en werd in 1992 verhard met dolomiet. Volgens het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ (KB 03-04-1979) situeert de fietsweg zich binnen ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’. De fietsweg is gelegen binnen het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan van 30 april 2009 “Natuur- en landbouwgebieden ‘Vallei van de Herk en Mombeek’ van Alken tot Herk-de-Stad" zoals verschenen in het staatsblad op 4 juni 2009 en inwerking getreden op 18 juni 2009. De verbreding van de fietsweg is voorzien in Bouwvrij Agrarisch Gebied (BAG) en natuurgebied met overdruk Grote Eenheid Natuur (GEN) in uitvoering van het Vlaams Ecologisch Netwerk. In deze gebieden is het aanleggen van kleinschalige infrastructuur, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet–gemotoriseerd verkeer, toegelaten (zie hiervoor: artikelen 2.2 en 3.2 GRUP). Het tracé ligt gedeeltelijk in habitatrichtlijngebied, meer specifiek in de speciale beschermingszone “BE 2200038 - Bossen en kalkgraslanden van Haspengouw”. Verder ligt het tracé gedeeltelijk in GEN–gebied, meer bepaald in het GEN–gebied aangeduid als “nr. 428 de vallei van ‘De Herk’”. Het tracé van de fietsweg ligt binnen het erkend natuurreservaat E – 108, dat gedeeltelijk eigendom is van Natuurpunt. Deze natuurvereniging staat eveneens in voor het natuurbeheer. De projectzone ligt in overstromingsgevoelig gebied. Het fietspad tussen de Klinkstraat en de Bekstraat maakt deel uit van de alternatieve functionele fietsroute Grootstraat – Sassenbroekstraat – Klinkstraat – Bekstraat, behorende tot het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk Limburg. In dit opzicht vormt de fietsverbinding een belangrijke alternatieve fietsroute tussen Hasselt en Alken ten aanzien van de in het fietsenroutenetwerk voorziene hoofdroutes langs de N754 en N722. Het huidige tracé maakt deel uit van het fietsknoop-puntennetwerk tussen de knooppunten 143 en 144. Mede gelet op de slechte staat van beide hoofdroutes, is de vlotte en veilige doorgang langs de alternatieve fietsroute uitermate belangrijk voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. De huidige staat van de fietsweg, meer bepaald de huidige verharding in dolomiet en beperkte breedte van de weg, verhinderen deze vlotte en veilige doorgang. De verharding en verbreding van het fietspad tussen de Klinkstraat en Bekstraat maakt daarom het voorwerp uit van deze voorlopige vaststelling van het rooilijnplan, het onteigeningsplan en de projectnota “voetweg 157”. Voor de vereiste verharding en verbreding wordt met onderhavig besluit het gemeentelijk rooilijnplan voorlopig vastgesteld én de administratieve onteigeningsprocedure opgestart, overeenkomstig het Decreet Gemeentewegen respectievelijk het Vlaamse Onteigeningsdecreet. Overeenkomstig artikel 16, §§2 en 3 van het Decreet Gemeentewegen moet dit gemeentelijk rooilijnplan volgende elementen omvatten: ● de actuele en toekomstige rooilijn van de gemeenteweg;● de kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen;● de naam van de eigenaars van de getroffen percelen en onroerende goederen volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn;● in voorkomend geval, een berekening van de evt. waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg;● in voorkomend geval, de nutsleidingen die door de wijziging of verplaatsing van de gemeenteweg op private eigendom zullen liggen. Het gemeentelijk “Rooilijnplan voetweg 157” omvat al deze elementen. Overeenkomstig art. 10, §1, 1° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, moet dit voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving geven van de te onteigenen onroerende goederen of de te onteigenen zakelijke rechten. De te onteigenen gronden, waarvan de inname noodzakelijk is ter verwezenlijking van de ontworpen rooilijn, beslaan 14 percelen langsheen Sentier nr. 157, welke door het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ werden bestemd als ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’, en thans kadastraal zijn gekend als volgt: ● Perceel 1: Afd. 2, sec. D, nr. 6B met in te nemen oppervlakte van 265 m²● Perceel 2: Afd. 2, sec. D, nr. 10/A met in te nemen oppervlakte van 396 m²● Perceel 3: Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 met in te nemen oppervlakte van 2m²● Perceel 4: Afd. 2, sec. D, nr. 11D met in te nemen oppervlakte van 81 m²● Perceel 5: Afd. 2, sec. D, nr. 11E met in te nemen oppervlakte van 388 m²● Perceel 6: Afd. 2, sec. D, nr. 12C met in te nemen oppervlakte van 20 m²● Perceel 7: Afd. 2, sec. D, nr. 15C met in te nemen oppervlakte van 1m²● Perceel 8: Afd. 2, sec. D, nr. 15B met in te nemen oppervlakte van 230 m²● Perceel 9: Afd. 2, sec. D, nr. 18 met in te nemen oppervlakte van 55 m²● Perceel 10: Afd. 2, sec. D, nr. 16 met in te nemen oppervlakte van 64 m²● Perceel 11: Afd. 2, sec. D, nr. 470B met in te nemen oppervlakte van 29 m²● Perceel 12: Afd. 2, sec. D, nr. 12D met in te nemen oppervlakte van 4m²● Perceel 13: Afd. 2, sec. D, nr. 19B met in te nemen oppervlakte van 45 m²● Perceel 14: Afd. 2, sec. D, nr. 19C met in te nemen oppervlakte van 6m² Meer specifiek bestrijken deze te onteigenen gronden de wegzate van Sentier nr. 157 in zijn volledige lengte, te weten vanaf het begin van de Sentier in de Klinkstraat tot en met het einde van de Sentier in de Bekstraat. Daar de opwaardering van de fietsweg eveneens een verbreding van de bestaande weg impliceert bestrijken de te onteigenen gronden eveneens de gronden van de aangelanden van de Sentier over zijn volledige lengte. Overeenkomstig de projectnota “Fietspad Klinkstraat – Bekstraat” zal het grondgebied van deze grondstrook aangewend worden voor de aanleg van een fietspad met een breedte van 3 meter in berggrindbeton en een schuwzone van 0,5 meter langs beide kanten in agrarisch gebied en een vlonderpad van 3,5 meter met schuwafstand van 0,5 meter langs beide kanten in natuurgebied. In het verleden is er reeds getracht om de noodzakelijke grondstrook te verwerven op minnelijke wijze, maar dit zonder gunstige afloop. De verwerving van desbetreffende grondstrook is evenwel onontbeerlijk voor de realisatie van de ontworpen rooilijn, en daarmee aldus voor de heraanleg van het fiets- en vlonderpad langsheen Sentier nr. 157. Bijgevolg dient te worden besloten dat alsnog moet worden overgegaan tot de onteigening van de betrokken percelen teneinde de grondverwerving en de aanleg van het fietspad te kunnen verzekeren. Onderhavige vaststellingsprocedure volgt de bepalingen van Titel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 juncto Hoofdstuk 3 van het Decreet houdende de Gemeentewegen van 3 mei 2019. Juridische grondDe Gecoördineerde Grondwet, meer bepaald art. 16;Het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, meer bepaald art. 2;Het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019, in het bijzonder de artikelen 8, 10, 16, 17 en 27; Het Decreet van 24 februari 2017 betreffende de onteigening voor het algemeen nut;Het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 2017 tot uitvoering van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017; AdviezenGunstig advies van de Gemeentelijke adviesraad voor mobiliteit en verkeer: Op 09.05.2022 vergaderde de gemeentelijke adviesraad voor mobiliteit en verkeer onder meer omtrent de fietsverbinding tussen de Klinkstraat en de Bekstraat (grondgebied Hasselt). Het verslag van de vergadering dd. 09.05.2022 is gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit. ArgumentatieI. Betreffende het gemeentelijk “Rooilijnplan voetweg 157”Vastgesteld dient dat Sentier nr. 157 door de opname in de Atlas der Buurtwegen, kwalificeert als “gemeenteweg” in de zin van artikel 2, 6° van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019. Overeenkomstig artikel 8 van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 kan niemand een gemeenteweg aanleggen, wijzigen, verplaatsen of opheffen zonder voorafgaande goedkeuring van de gemeenteraad. Artikel 4 van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 bepaalt vervolgens dat er bij wijziging aan een gemeentelijk wegennet rekening moet worden gehouden met de volgende principes: 1° De wijziging van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;2° Een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;3° De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;4° De wijzigingen worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;5° Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Overwegende dat de wijziging van het gemeentelijk weggennet in voorliggend geval als volgt kan worden verantwoord: Algemeen belang Overeenkomstig artikel 4, 1° Decreet Gemeentewegen dienen wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds ten dienste te staan van het algemeen belang. Voorliggende rooilijnplannen strekken ertoe de huidige voetweg op te waarderen tot een fietsverbinding met een totale breedte van 4 dan wel 4,5 meter (inclusief schuwzone) welke is verhard met berggrindbeton (fietspad in agrarisch gebied) dan wel met hardhout en betonnen roostervloeren (vlonderpad in natuurgebied). De verbreding en verharding van de fietsweg strekt evident tot het belang van de gemeenschap, daar men op deze manier een vlotte en veilige alternatieve functionele fietsroute creëert tussen Alken en Hasselt waarbij de fietsbereikbaarheid van de gemeente wordt geoptimaliseerd. De heraanleg van het fietspad creëert een veilige bijkomende ontsluiting voor het zwakke wegverkeer. Dit terwijl het huidige tracé te smal is om de veilige doorgang voor de zwakke weggebruiker te garanderen en het tracé bovendien regelmatig ontoegankelijk is wegens wateroverlast. De huidige fietsweg is een openbare weg, waarvan het gebruik is bestemd voor allen. Hoofddoel van de ontworpen rooilijn (en onteigening) bestaat aldus in de opwaardering van deze openbare weg, zijnde bij uitstek en wijziging die ten dienste staat van het algemeen belang. Verder wordt hierbij volledigheidshalve verwezen naar hetgeen navolgend wordt uiteengezet over het algemeen nut van de onteigening, een motivering die hiervoor integraal hernomen moet worden geacht. Uitzonderingskarakter van de wijziging Het voorliggend project vormt een wijziging van een openbare gemeenteweg in de zin van artikel 2, 12° van het Decreet Gemeentewegen en aldus een uitzonderingsmaatregel die afdoende dient te worden gemotiveerd. Blijkens de parlementaire stukken bij het Decreet Gemeentewegen werd deze motiveringsplicht evenwel in het leven geroepen met het oog op de bescherming van de trage wegen, in het bijzonder de oude voetwegen zoals opgenomen in de Atlas der Buurtwegen. Krachtens de parlementaire stukken bij het Decreet Gemeentewegen vormt het behoud, de bescherming alsook de opwaardering van de bestaande trage wegen in Vlaanderen één van de krachtlijnen van het decreet. Voorliggend project strekt ertoe de bestaande Sentier nr. 157 op te waarderen en te behoeden tegen verval. Bijgevolg valt het vooropgestelde project in lijn met de doelstellingen welke werden vooropgesteld in de parlementaire voorbereidingen bij het Decreet Gemeenteweg. Bijgevolg is de voorgenomen wijziging aan Sentier nr. 157 verantwoord. Verkeersveiligheid en ontsluiting aangelandenKrachtens artikel 4, 3° Decreet Gemeentewegen dient de beslissingen omtrent de wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds de verkeersveiligheid en de ontsluiting van de aangelande percelen in aanmerking te nemen. Betreffende de verkeersveiligheid wordt vooreerst verwezen naar hetgeen dienaangaande reeds uiteen werd gezet onder de titel ‘algemeen belang’. Verder dient benadrukt dat voorliggend project er onder andere toe strekt de verkeersveiligheid op het pad te bevorderen en het pad in overeenstemming te brengen met de veiligheidsvoorschriften voor fietsers zoals deze werden vastgesteld in het Vademecum Fietsvoorzieningen. Betreffende de ontsluiting van de aangelanden dient gezegd dat voorliggend rooilijnplan geen wijziging meebrengt voor de huidige ontsluitingsmogelijkheden van de aangelanden, daar voorliggend plan louter voorziet in de opwaardering en verbreding van een reeds bestaand fietspad. De bestaande ontsluitingsmogelijkheden van de aangrenzende percelen komen met andere woorden niet in het gedrang door voorliggend rooilijnplan. Bijgevolg is de voorgenomen wijziging vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid en de ontsluiting van de aangelanden verantwoord. Gemeentegrensoverschrijdend perspectiefOvereenkomstig artikel 4, 4° Decreet Gemeentewegen dient zo nodig de wijziging aan het gemeentelijk wegennet te worden beoordeeld in grensoverschrijdend perspectief. In voorkomend geval paalt de betrokken wegenis aan een naburige gemeente, zijnde concreet de stad Hasselt (Bekstraat). De gemeente is bij het uitdenken van voorliggend project in overleg getreden met de stad Hasselt en deze laatste over de mogelijkheid beschikte om haar opmerkingen omtrent het project te formuleren. Overwegende dat voorliggend project ertoe strekt de fietsverbinding tussen de stad Hasselt en de gemeente Alken te optimaliseren en in dit opzicht eveneens de fietsbereikbaarheid van de stad Hasselt ten goede komt. Overwegende dat de opwaardering van de fietsverbinding kadert in de doelstelling van het maximale behoud van een bestaand fietsknooppuntennetwerk – in casu het netwerk tussen knooppunten 143 en 144 – zoals vooropgesteld in de artikelsgewijze commentaar bij artikel 4, 4° Decreet Gemeentewegen. Bijgevolg kan worden besloten dat voorliggend project vanuit gemeentegrensoverschrijdend perspectief te verantwoorden is. Actuele functie – toekomstige generatiesOvereenkomstig artikel 4, 5° Decreet Gemeentewegen dient rekening gehouden te worden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder hierbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij dienen tevens de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen te worden. Voorliggend rooilijnplan beoogt tegemoet te komen aan de actuele noodzaak aan een veilige fietsinfrastructuur binnen de fietsverbinding Hasselt – Alken. Meermaals werd benadrukt dat de fietsverbinding een belangrijke alternatieve fietsroute uitmaakt op lokaal en bovenlokaal niveau. Dit laatste geldt des te meer daar de bestaande hoofdfietsroutes tussen Alken en Hasselt buiten de bebouwde kom in slechte staat, smal en niet vrijliggend ten opzichte van het gemotoriseerd verkeer zijn. De behoeften van de toekomstige generaties komen door voorliggende wijziging van de rooilijn niet in het gedrang, integendeel, in het licht van de stijgende vraag naar alternatieve en milieu-ontlastende, duurzame mobiliteitsalternatieven strekt voorliggende wijziging tot het aanleggen van een alternatieve fietsroute om alzo de verkeersveiligheid en het fietscomfort van de zwakke weggebruiker te verbeteren. Aldus past voorliggend plan in de actuele functie van de gemeenteweg zonder afbreuk te doen aan de behoeften van de toekomstige generaties. II. Betreffende het “Onteigeningsplan voetweg 157” Onteigenende instantie Overeenkomstig artikel 10, §1, 2° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, moet het voorlopige onteigeningsbesluit de onteigenende instantie vermelden. In voorliggend geval zal de gemeente Alken, met bestuurszetel te ALKEN 3750, Hoogdorpsstraat 28 en ingeschreven in de Kruispuntbank der Ondernemingen onder het nummer 0207.474.882, zelf als onteigenende instantie optreden. Zij beschikt daartoe over de vereiste onteigeningsbevoegdheid, conform artikel 6, 1° Vlaams Onteigeningsdecreet, waarin expliciet is bepaald dat de gemeenten bevoegd zijn om tot de onteigening over te gaan, zonder daartoe een onteigeningsmachtiging van een hogere overheid te moeten bekomen. OnteigeningsgrondslagOp grond van artikel 3, §2 Vlaamse Onteigeningsdecreet en artikel 16 van de Grondwet, is de onteigening slechts mogelijk indien daartoe een uitdrukkelijke wettelijke of decretale rechtsgrond is voorzien. Overeenkomstig art. 10, §1, 3° Vlaamse Onteigeningsdecreet dient deze rechtsgrond opgenomen te zijn in het voorlopige onteigeningsbesluit. Voorliggend onteigeningsplan vindt haar wettelijke grondslag in artikel 27 van het Decreet Gemeentewegen, dat bepaalt dat elke verwerving van onroerende goederen vereist voor de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg middels onteigening kan plaatsvinden. Meer algemeen en slechts ondergeschikt voorziet artikel 7 Vlaamse Onteigeningsdecreet dat gemeenten kunnen overgaan tot onteigening in de gevallen waarin ze oordelen dat de onteigening noodzakelijk is voor de uitwerking van de infrastructuur of het beleid inzake de gemeentelijke aangelegenheden. Voorliggende onteigening heeft tot doel om de verbreding en verharding van een onderdeel van een belangrijke alternatieve fietsroute te verwezenlijken. Het betreft dan ook een materie die de gemeentelijke mobiliteit en verkeersveiligheid aanbelangt. Onteigeningsdoel van algemeen nut Artikel 16 Grondwet bepaalt: “Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling.” Artikel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet bevestigt eveneens dat een onteigening slechts mogelijk is ten algemenen nutte. Overeenkomstig art. 10, §1, 4° Vlaamse Onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving te geven van dit onteigeningsdoel van algemeen nut. In de memorie van toelichting bij het Vlaams Onteigeningsdecreet is - inzake de verplichting tot omschrijving van het doel van algemeen nut - bepaald dat ervan kan worden uitgegaan dat een ‘vermoeden van algemeen nut’ bestaat wanneer het te onteigenen goed een bestemming van openbaar gebruik zal krijgen, meer bepaald een rechtstreeks of onrechtstreeks gebruik door een onbepaalbaar en variabel aantal mensen en dit op een niet-exclusieve wijze. Zoals eerder verduidelijkt, gaat het in voorliggend geval om een wegenisproject waarbij een bestaand fietspad dat zich heden ten dage in slechte staat bevindt en dikwijls onder water staat, zal worden verhard en verbreed in functie van de verkeersveiligheid en vrije doorgang van het fietspad. Dergelijke werken strekken tot het nut van eenieder, zijnde het nut voor een onbepaalbaar en variabel aantal mensen op een niet-exclusieve wijze, en dus tot vrijwaring van het algemeen belang. Daarnaast blijkt het onteigeningsdoel van algemeen nut ook uit het feit dat voorliggend project het belang van de gemeenschap dient. Het tracé vormt niet enkel de verbinding tussen de Klinkstraat en Bekstraat maar maakt – als alternatieve fietsroute – deel uit van het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk als verbinding tussen Hasselt en Alken. Het volledige projectgebied maakt bovendien deel uit van het fietsroutenetwerk tussen de knooppunten 143 en 144. Op grond van het voorgaande dient vastgesteld te worden dat voorliggend project een belangrijke verbindingsfunctie heeft en dit op zowel lokaal als bovenlokaal niveau. De verharding en verbreding van de fietsweg vormt in het kader van zijn verbindingsfunctie een bijkomende alternatieve en veilige ontsluiting voor het zwakke wegverkeer ten aanzien van de bestaande en onveilige hoofdfietsroutes tussen Alken en Hasselt. Hoofddoelstelling van de onteigening bestaat aldus in de heraanleg van een momenteel onveilige alternatieve fietsverbinding, waardoor de verkeersveiligheid aanzienlijk wordt verhoogd, zijnde bij uitstek een onteigeningsdoel van algemeen nut. Dit bevestigd wordt ook door artikel 2, 1° van het Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, alwaar de aanleg van wegenisinfrastructuur en fietspaden expliciet wordt aangemerkt als zijnde van algemeen belang: “Als handelingen van algemeen belang, zoals bedoeld in artikel 4.1.1, 5°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening worden de werken, handelingen en wijzigingen beschouwd die betrekking hebben op: 1° de openbare wegen, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur, zoals tunnels, viaducten, bruggen, duikers, langsgrachten, tolinfrastructuur en parkings; (...)" Alsook artikel 3, §1 van voornoemd besluit: “De volgende handelingen zijn handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De handelingen hebben betrekking op: 1° de aanleg, wijziging of uitbreiding van openbare fiets-, ruiter- en wandelpaden, en andere paden voor de zwakke weggebruiker; (...)” Bijgevolg kan aldus worden besloten dat voorliggend project kwalificeert als een “onteigening ten algemenen nutte” in de zin van artikel 16 Grondwet en artikel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet. OnteigeningsnoodzaakOvereenkomstig artikel 10, §1, 5° Vlaamse Onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving en motivering te geven van de onteigeningsnoodzaak. Daarbij dient op grond van art. 3, §3 Vlaams Onteigeningsdecreet meer specifiek te worden ingegaan op (a.) de noodzakelijkheid van het doel van de onteigening, (b.) de noodzakelijkheid van het betrokken goed en (c.) de noodzakelijkheid van de inname voor het bereiken van de gewenste doelstelling van algemeen nut. a. Noodzakelijkheid van het doel De vereiste van de noodzakelijkheid van het doel impliceert dat de doelstelling van de onteigening een dwingende reden van algemeen belang dient uit te maken. In dit opzicht dient te worden herhaald dat de heraanleg van Sentier nr. 157 ertoe strekt de verkeersveiligheid voor de zwakke weggebruikers (vnl. fietsers) te verbeteren. Het huidige zeer smalle fietspad tussen de Klinkstraat en Bekstraat vormt immers een onaangename en onveilige verkeerssituatie voor de zwakke weggebruiker. De onveilige verkeerssituatie volgt ten eerste uit de beperkte breedte van de fietsweg. In zijn huidige toestand is de fietsweg voor het overgrote deel slechts 1 meter breed, hetgeen – gelet op het feit dat de fietsweg thans druk wordt gebruikt door voetgangers en fietsers, en dit in beide richtingen – niet volstaat in het kader van de verkeersveiligheid. Het fietspad voldoet in zijn huidige toestand niet aan de veiligheidsnormen inzake maatvoering en schuwafstand, welke door het Agentschap Wegen en Verkeer werden vooropgesteld in het Vademecum Fietsvoorzieningen. Volgens het Vademecum Fietsvoorzieningen dient voor een dubbelrichtingsfietspad immers een minimumbreedte van twee meter te worden voorzien, waarbij eveneens een schuwafstand tussen de 0,25 en 0,50 meter dient te worden aangehouden. Idealiter bedraagt de breedte van een druk gebruikt dubbelrichtingsfietspad drie meter met 0,5 meter schuwafstand langs beide kanten van de fietsweg. Verder volgt uit het beschermd karakter van het projectgebied dat het niet mogelijk is om verlichting te plaatsen langs de fietsverbinding zodat het, met het oog op de verkeersveiligheid, des te belangrijker om te voorzien in een voldoende breed fietspad. Dit laatste werd ook bevestigd in het standpunt van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken in de Unieke Verantwoordingsnota van 16 mei 2022: “Zonder verlichting is het belangrijk dat voor het comfort en de veiligheid de fietsers nietover een smal fietspad moeten rijden. In het detailontwerp dient de nodige aandacht besteed te worden aan de inplanting vande paaltjes ter voorkoming van gemotoriseerd verkeer.” Voorts zorgt de huidige verharding van de voetweg (dolomiet 1992) eveneens voor een onveilige en oncomfortabele situatie voor de zwakke weggebruiker, daar deze niet compatibel is met het overstromingsgevoelig karakter van (een deel van) het projectgebied. De huidige fietsverbinding staat dan ook regelmatig onder water, hetgeen afbreuk doet aan de vrije doorgang van de fietsweg en het algemene fietscomfort van de gebruikers. Bovendien werkt de huidige staat van de fietsweg valpartijen in de hand, waardoor ook de veiligheid van de zwakke weggebruikers in het gedrang komt. Redelijkerwijze kan worden verwacht dat de heraanleg van de fietsverbinding zal leiden tot de creatie van een verkeersveilige en comfortabele doorgang voor zwakke weggebruikers tussen de Kinkstraat en de Bekstraat. Het voorliggende project komt dus tegemoet aan een behoefte die bijdraagt tot een verbetering van de samenleving en de leefomstandigheden van de gemeenschap. Bovendien strekt de heraanleg ertoe een comfortabele en verkeersveilige alternatieve fietsenroute te creëren tussen de gemeente Alken en de stad Hasselt, waardoor de fietsbereikbaarheid van Alken en het bovenlokaal Fietsenroutenetwerk wordt bevorderd. De noodzakelijke verbreding, ophoging en verharding van de fietsverbinding kan niet worden bereikt dan door de grondinname van de wegzate en een deel van de gronden van de aangelanden. De onteigening dient met andere woorden een dwingende reden van algemeen belang, te weten de verkeersveiligheid en het fietscomfort van de zwakke weggebruiker alsook de bevordering en optimalisering van het lokaal en bovenlokaal fietsroutenetwerk. b. Noodzakelijkheid van het betrokken goed De te onteigenen gronden (INNAMES 1 t.e.m. 14) zijn van essentieel belang om de vooropgestelde doelstelling van algemeen nut te bereiken. De te onteigenen gronden omvatten de wegzate van Sentier nr. 157 alsook het gedeelte van de gronden van de aangelanden noodzakelijk voor de verbreding van de fietsverbinding conform de normen vooropgesteld in het Vademecum Fietsvoorzieningen. Bij het ontbreken van de te onteigenen gronden kan derhalve geen afdoende breed fietspad worden aangelegd, met als gevolg dat het fietspad niet aangelegd kan worden op een wijze welke veiligheid en doorstroming optimaal verwezenlijkt. De te onteigen gronden zijn verder ook noodzakelijk ter verwezenlijking van de in het natuurgebied op te richten opgehoogde vlonderpad, gezien de aanleg van dit vlonderpad een grondinname van vier meter veronderstelt. De te onteigenen gronden zijn dus noodzakelijk voor zowel de verharding, verbreding als de ophoging van de fietsverbinding en bijgevolg van essentieel belang voor de vooropgestelde doelstellingen van algemeen nut, te weten verkeersveiligheid, fietscomfort en optimalisatie van de (boven)lokale fietsmobiliteit. Verder volgt de noodzakelijkheid van het betrokken goed ook uit het feit dat de vooropgestelde oplossing voor het fietspad in het natuurgebied door het Agentschap Natuur en Bos als de beste oplossing met de laagste impact op het natuurgebied werd gekwalificeerd. Zo stelt het Agentschap in de Unieke Verantwoordingsnota van 16 mei 2022, p. 18: “Het fietspad zoals het nu voorgesteld wordt lijkt ons de beste oplossing met een zo laag mogelijke impact. Wanneer rekening wordt gehouden met enkele milderende maatregelen, zoals werken vanop rijplaten als er machines aan te pas gaan komen, het beperken van de werkzone tot de breedte van het voorziene pad en het uitvoeren van de werken buiten het broedseizoen, de dolomiet die nu aanwezig is volledig te verwijderen, kan het Agentschap het fietspad wel gunstig adviseren.” De voorliggende oplossing in het natuurgebied (verhoogd vlonderpad) strekt ertoe optimaal in te zetten op het natuurlijke stroompatroon van “de Herk” en brengt het minst schade toe aan de natuurlijke migratie van amfibieën. Voorliggende oplossing houdt eveneens optimaal rekening met de waardevolle fauna langsheen de bestaande voetweg, zoals deze blijkt uit de Biologische Waarderingskaart Faunistisch belangrijke gebieden. Zo wordt voor het deel van de Sentier, verhard met dolomiet, voorzien in een verbreding van de weg langs de westkant om te vermijden dat vanaf de valleirand een deel van het biologisch zeer waardevol gebied (populierenaanplanting met moesvegetatie, natte ruigten met moerasspirea en rietvelden langs) door de nieuwe fietsverbinding wordt aangetast. Voor het gedeelte van de fietsweg, welk op heden reeds is verhard in beton, wordt voorzien in een gelijke grondinname langs beide kanten van de huidige fietsweg. Dit om te vermijden dat één van de twee aangelanden percelen onevenredig door de onteigening zou worden aangetast. Het vooropgestelde tracé vormt met andere woorden de énige oplossing welke verkeersveiligheid en fietscomfort optimaal verzoent met de bescherming van de faunistische elementen langsheen de bestaande Sentier en de eigendomsrechten van de aangelanden grondeigenaren. Bijgevolg zijn de te onteigenen gronden van essentieel belang om de vooropgestelde doelstelling van algemeen nut te bereiken. c. Noodzakelijkheid van de inname De bestaande Sentier nr. 157 wordt in de Atlas der Buurtwegen weergegeven door middel van een dubbele stippellijn. Bijgevolg zijn de aangelanden van de voetweg eigenaar van de wegzate. Om de werken en verbreding te kunnen realiseren is het echter noodzakelijk dat de gemeente over de nodige eigendomsrechten beschikt, zowel wat de bestaande bedding van de voetweg als de bijkomend noodzakelijke bedding betreft. Ook het toekomstig beheer en onderhoud vereist dat de nieuwe fietsverbinding in het openbaar domein wordt opgenomen. Hiertoe werd door de gemeente het initiatief genomen om de betrokken percelen minnelijk te verwerven. Ondanks herhaalde pogingen van de gemeente, werd met de eigenaars van de aangelanden niet tot een akkoord gekomen over de minnelijke aankoop van de te onteigenen percelen. Overwegende dat verder de heraanleg van de fietsverbinding bij wijze van zelfrealisatie is uitgesloten, gezien het aanleggen, beheren en onderhouden van fietsinfrastructuur tot de basistaken van een overheid behoort en een coherent en doelmatig beheer en beleid vereist, ook naar eventuele aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden toe, zoals ook wordt bevestigd door artikel 24, §4 Decreet Gemeentewegen. Van de desbetreffende infrastructuur moet immers onder alle omstandigheden een veilig en doelmatig gebruik kunnen worden gemaakt, hetgeen enkel mogelijk wordt geacht indien publiekrechtelijke organen instaan voor de realisatie ervan. Een zo eenduidig mogelijke grondpositie moet de goede uitoefening van de publieke beheerstaken bovendien waarborgen, en dit onder meer naar onderhoud, het verlenen van vergunningen, de advisering in het kader van stedenbouwkundige vergunningen, aansprakelijkheden, enz. toe. Bijgevolg kan worden besloten dat het geenszins mogelijk is om het voorliggend project te verwezenlijken door zelfrealisatie. Aangezien geen minnelijke verwerving van de grondstrook bereikt kon worden, de zelfrealisatie voor openbare wegen wordt uitgesloten door artikel 24, §4 Decreet Gemeentewegen en geen enkel ander alternatief beschikbaar is dan het gebruik van het onteigeningsinstrument, is een inname van de betrokken goederen noodzakelijk. Minnelijke onderhandelingstermijn Overeenkomstig artikel 10, §1, 6° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een minnelijke onderhandelingstermijn te bevatten. Dit betreft de geraamde termijn van maximaal één jaar waarbinnen de onderhandelingsplicht van toepassing is. Concreet wordt voor voorliggend onteigeningsinitiatief de minnelijke onderhandelingstermijn vastgesteld op 6 maanden, aangezien al eerder pogingen werden ondernomen om de te onteigenen percelen minnelijk te verwerven, zodat een langere onderhandelingstermijn niet noodzakelijk wordt bevonden. De eigenaars zullen in kennis gesteld worden van deze onderhandelingstermijn, waarna deze een aanvang neemt. Financiële gevolgenDe financiële gevolgen zijn voorzien als volgt:Voor het gemeentebestuur zijn er in eerste instantie enkele operationele kosten te verwachten, zoals publicatie van een bericht in het Belgisch Staatsblad, … evenals de kosten voor de uiteindelijke verwerving/onteigening van de in te nemen gronden. Voor deze laatste dient verwezen naar het gedetailleerd schattingsverslag opgesteld door landmeter–expert K. VANERUM (LAN 051122), hetgeen evenwel vertrouwelijke commerciële informatie in de zin van artikel II.35, 2° Bestuursdecreet uitmaakt. De totale onteigeningsvergoeding voor INNAMES 1 tot en met 14 werd geraamd op: ● Perceel nr.1 (totale oppervlakte van 265m²): 662,5 euro ● Perceel nr. 2 (totale oppervlakte van 396 m²): 990 euro● Perceel nr. 3 (totale oppervlakte van 2m²): 5 euro● Perceel nr. 4 (totale oppervlakte van 64m²): 352 euro● Perceel nr. 5 (totale oppervlakte van 387m²): 2128,5 euro● Perceel nr. 6 (totale oppervlakte van 20m²): 120 euro● Perceel nr. 7 (totale oppervlakte van 1m²): 6 euro ● Perceel nr. 8 (totale oppervlakte van 230 m²): 1380 euro● Perceel nr. 9 (totale oppervlakte van 55 m²): 330 euro● Perceel nr. 10 (totale oppervlakte van 64m²): 384 euro● Perceel nr. 11 (totale oppervlakte van 29m²): 174 euro ● Perceel nr. 12 (totale oppervlakte van 4m²): 24 euro ● Perceel nr. 13 (totale oppervlakte van 45 m²): 247,5 euro ● Perceel nr. 14 (totale oppervlakte van 6m²): 33 euro Bedrag inclusief BTWBTW-percentage dat wordt toegepastMJP-nummer(s) waarop de uitgaven werden voorzienNog te bepalen€ 7.836,50/MJP001158 (publicaties)MJP000359 (grondinnames)Datum visumaanvraag:n.v.t. Datum goedkeuring visumaanvraag:n.v.t. Besluiteenparig Artikel 1: Het gemeentelijke rooilijnplan “Voetweg 157” van 1 juni 2023 met plannummer 1/1, opgemaakt door AARO – TOPO, wordt voorlopig vastgesteld.Artikel 2:De gemeenteraad keurt het voorlopig onteigeningsbesluit goed en stelt het onteigeningsplan “voetweg 157” van 1 juni 2023 met plannummer 1/1, opgemaakt door AARO - TOPO, samen met de projectnota “Voetweg 157”, voorlopig vast. Artikel 3:Het voorlopig vastgestelde rooilijnplan en onteigeningsplan zal, tezamen met de voorlopig goedgekeurde projectnota, het voorwerp uitmaken van een openbaar onderzoek en zullen ter inzage worden gelegd in het gemeentehuis, conform het decreet van 24 februari 2017 betreffende onteigening voor het algemeen nut en het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.Artikel 4:Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de organisatie van het openbaar onderzoek en het voorafgaandelijk verwittigen van de eigenaars van de in het onteigenings- en rooilijnplan betrokken percelen.Artikel 5:Na het openbaar onderzoek wordt het dossier voor definitieve vaststelling aan de gemeenteraad voorgelegd.Artikel 6:Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast om op basis van het schattingsverslag van 24 juni 2022, opgemaakt door Landmeter – expert K. VANERUM (LAN 040257) hetgeen vertrouwelijke commerciële informatie in de zin van artikel II.35, 2° Bestuursdecreet uitmaakt, een minnelijk aanbod te doen aan de eigenaars, en desgevallend onteigeningsonderhandelingen te voeren met de eigenaars van de in het onteigeningsplan opgenomen percelen, met het oog op de minnelijke verwerving van de vereiste innemingen en dit binnen de onderhandelingstermijn van 6 maanden, die ter kennis wordt gebracht van de eigenaars. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Fietspad Klinkstraat-Bekstraat: voorlopige vaststelling rooilijn - voorlopig onteigeningsbesluit
De fietsverbinding tussen Alken en Hasselt vormt een belangrijke schakel in het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk van de provincie Limburg en is cruciaal voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. Met het oog op de optimalisatie van de fietsbereikbaarheid, wenst de gemeente sinds enige tijd over te gaan tot de opwaardering van een aantal fietspaden welke zich momenteel in een slechte staat bevinden.
Zo ook heeft de gemeente plannen om de fietsverbinding tussen de Klinkstraat en de Bekstraat op te waarderen. Dit laatste met als doel een vlotte en veilige alternatieve fietsverbinding tussen Hasselt en Alken te creëren en dit op gebied van maatvoering en comfort.
De huidige fietsweg werd in 1992 verhard met dolomiet over een breedte van één meter. Een deel van de fietsweg, te weten het gedeelte tussen de Klinkstraat en de eerste bocht, is thans voorzien van een verharding in beton met dwarsprofiel van één meter.
Momenteel bevindt de fietsweg zich in zeer slechte staat. Ondanks de verhardingswerken uit 1992 staat de weg regelmatig onder water. Bovendien is de fietsweg te smal gezien de breedte van één meter niet blijkt te volstaan om een veilige doortocht met de fiets te verzekeren.
Alleszins staat vast dat de fietsweg niet meer voldoet aan de huidige normen inzake verharding en maatvoering, zoals beschreven in het Vademecum voor Fietsvoorzieningen van het Agentschap Wegen en Verkeer.
Ter verwezenlijking van de opwaardering van de fietsweg tussen de Klinkstraat en Bekstraat werd een Projectstuurgroep opgericht. In deze projectstuurgroep zetelden vertegenwoordigers van de gemeente Alken, de stad Hasselt, het Agentschap Natuur en Bos, het departement Landbouw en Visserij, de provincie Limburg, het MOW Limburg en Natuurpunt. Op 16 mei 2022 werd door de projectstuurgroep een Unieke Verantwoordingsnota goedgekeurd.
Op 24 juni 2022 werd door mr. K. VANERUM, beëdigd landmeter–expert, een schattingsverslag opgemaakt. Op 7 september 2022 gaf het college van burgemeester en schepenen de principiële goedkeuring aan het schattingsverslag.
Daar de opwaardering en verbreding van de fietsverbinding de inname van meerdere gronden noodzaakte (wegzate en deel van gronden van de aangelanden), gaf het college op 7 september 2022 de goedkeuring om met de betrokken eigenaars in onderhandeling te treden omtrent de minnelijke aankoop van de gronden op basis van het objectief en deskundig schattingsverslag.
Ondanks verschillende pogingen om deze minnelijke eigendomsverwerving te realiseren, is de gemeente Alken er niet in geslaagd om met alle eigenaren van de in te nemen gronden een overeenkomst te bereiken. Concreet kon geen akkoord bereikt worden met eigenaars van volgende percelen:
de percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 11D, 11E, 12C, 15B, 15C;
het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 6B;
het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 10A;
het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 470B.
Eveneens werd nog geen akte verleden omtrent de minnelijke verwerving van de betrokken percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 16, 18, 12D, 19B, 19C enerzijds en het perceel welk kadastraal gekend is als Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 anderzijds.
Heden bevindt de fietsweg tussen de Klinkstraat en de Beekstraat zich nog steeds in een slechte staat, zodat de realisatie van een verharde en verbrede fietsdoorgang nog steeds actueel en noodzakelijk voorkomt.
De fietsweg volgt het tracé van de voetweg ingeschreven in de buurtwegenatlas als “Sentier nr. 157”. Deze Sentier heeft een breedte van 1 meter en werd in 1992 verhard met dolomiet.
Volgens het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ (KB 03-04-1979) situeert de fietsweg zich binnen ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’.
De fietsweg is gelegen binnen het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan van 30 april 2009 “Natuur- en landbouwgebieden ‘Vallei van de Herk en Mombeek’ van Alken tot Herk-de-Stad" zoals verschenen in het staatsblad op 4 juni 2009 en inwerking getreden op 18 juni 2009.
De verbreding van de fietsweg is voorzien in Bouwvrij Agrarisch Gebied (BAG) en natuurgebied met overdruk Grote Eenheid Natuur (GEN) in uitvoering van het Vlaams Ecologisch Netwerk.
In deze gebieden is het aanleggen van kleinschalige infrastructuur, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet–gemotoriseerd verkeer, toegelaten (zie hiervoor: artikelen 2.2 en 3.2 GRUP).
Het tracé ligt gedeeltelijk in habitatrichtlijngebied, meer specifiek in de speciale beschermingszone “BE 2200038 - Bossen en kalkgraslanden van Haspengouw”. Verder ligt het tracé gedeeltelijk in GEN–gebied, meer bepaald in het GEN–gebied aangeduid als “nr. 428 de vallei van ‘De Herk’”.
Het tracé van de fietsweg ligt binnen het erkend natuurreservaat E – 108 dat gedeeltelijk eigendom is van Natuurpunt. Deze natuurvereniging staat eveneens in voor het natuurbeheer.
De projectzone ligt in overstromingsgevoelig gebied.
Het fietspad tussen de Klinkstraat en de Bekstraat maakt deel uit van de alternatieve functionele fietsroute Grootstraat – Sassenbroekstraat – Klinkstraat – Bekstraat, behorende tot het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk Limburg. In dit opzicht vormt de fietsverbinding een belangrijke alternatieve fietsroute tussen Hasselt en Alken ten aanzien van de in het fietsenroutenetwerk voorziene hoofdroutes langs de N754 en N722. Het huidige tracé maakt deel uit van het fietsknoop-puntennetwerk tussen de knooppunten 143 en 144.
Mede gelet op de slechte staat van beide hoofdroutes, is de vlotte en veilige doorgang langs de alternatieve fietsroute uitermate belangrijk voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. De huidige staat van de fietsweg, meer bepaald de huidige verharding in dolomiet en beperkte breedte van de weg, verhinderen deze vlotte en veilige doorgang.
De verharding en verbreding van het fietspad tussen de Klinkstraat en Bekstraat maakt daarom het voorwerp uit van deze voorlopige vaststelling van het rooilijnplan, het onteigeningsplan en de projectnota “voetweg 157”.
Voor de vereiste verharding en verbreding wordt met onderhavig besluit het gemeentelijk rooilijnplan voorlopig vastgesteld én de administratieve onteigeningsprocedure opgestart, overeenkomstig het Decreet Gemeentewegen respectievelijk het Vlaamse Onteigeningsdecreet.
Overeenkomstig artikel 16, §§2 en 3 van het Decreet Gemeentewegen moet dit gemeentelijk rooilijnplan volgende elementen omvatten:
de actuele en toekomstige rooilijn van de gemeenteweg;
de kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen;
de naam van de eigenaars van de getroffen percelen en onroerende goederen volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn;
in voorkomend geval, een berekening van de evt. waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg;
in voorkomend geval, de nutsleidingen die door de wijziging of verplaatsing van de gemeenteweg op private eigendom zullen liggen.
Het gemeentelijk “Rooilijnplan voetweg 157” omvat al deze elementen.
Overeenkomstig art. 10, §1, 1° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, moet dit voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving geven van de te onteigenen onroerende goederen of de te onteigenen zakelijke rechten.
De te onteigenen gronden, waarvan de inname noodzakelijk is ter verwezenlijking van de ontworpen rooilijn, beslaan 14 percelen langsheen Sentier nr. 157, welke door het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ werden bestemd als ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’, en thans kadastraal zijn gekend als volgt:
Perceel 1: Afd. 2, sec. D, nr. 6B met in te nemen oppervlakte van 265 m²
Perceel 2: Afd. 2, sec. D, nr. 10/A met in te nemen oppervlakte van 396 m²
Perceel 3: Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 met in te nemen oppervlakte van 2m²
Perceel 4: Afd. 2, sec. D, nr. 11D met in te nemen oppervlakte van 81 m²
Perceel 5: Afd. 2, sec. D, nr. 11E met in te nemen oppervlakte van 388 m²
Perceel 6: Afd. 2, sec. D, nr. 12C met in te nemen oppervlakte van 20 m²
Perceel 7: Afd. 2, sec. D, nr. 15C met in te nemen oppervlakte van 1m²
Perceel 8: Afd. 2, sec. D, nr. 15B met in te nemen oppervlakte van 230 m²
Perceel 9: Afd. 2, sec. D, nr. 18 met in te nemen oppervlakte van 55 m²
Perceel 10: Afd. 2, sec. D, nr. 16 met in te nemen oppervlakte van 64 m²
Perceel 11: Afd. 2, sec. D, nr. 470B met in te nemen oppervlakte van 29 m²
Perceel 12: Afd. 2, sec. D, nr. 12D met in te nemen oppervlakte van 4m²
Perceel 13: Afd. 2, sec. D, nr. 19B met in te nemen oppervlakte van 45 m²
Perceel 14: Afd. 2, sec. D, nr. 19C met in te nemen oppervlakte van 6m²
Meer specifiek bestrijken deze te onteigenen gronden de wegzate van Sentier nr. 157 in zijn volledige lengte, te weten vanaf het begin van de Sentier in de Klinkstraat tot en met het einde van de Sentier in de Bekstraat. Daar de opwaardering van de fietsweg eveneens een verbreding van de bestaande weg impliceert bestrijken de te onteigenen gronden eveneens de gronden van de aangelanden van de Sentier over zijn volledige lengte.
Overeenkomstig de projectnota “Fietspad Klinkstraat – Bekstraat” zal het grondgebied van deze grondstrook aangewend worden voor de aanleg van een fietspad met een breedte van 3 meter in berggrindbeton en een schuwzone van 0,5 meter langs beide kanten in agrarisch gebied en een vlonderpad van 3,5 meter met schuwafstand van 0,5 meter langs beide kanten in natuurgebied.
In het verleden is er reeds getracht om de noodzakelijke grondstrook te verwerven op minnelijke wijze, maar dit zonder gunstige afloop. De verwerving van desbetreffende grondstrook is evenwel onontbeerlijk voor de realisatie van de ontworpen rooilijn, en daarmee aldus voor de heraanleg van het fiets- en vlonderpad langsheen Sentier nr. 157.
Bijgevolg dient te worden besloten dat alsnog moet worden overgegaan tot de onteigening van de betrokken percelen teneinde de grondverwerving en de aanleg van het fietspad te kunnen verzekeren.
Onderhavige vaststellingsprocedure volgt de bepalingen van Titel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 juncto Hoofdstuk 3 van het Decreet houdende de Gemeentewegen van 3 mei 2019.
Feiten en context
De fietsverbinding tussen Alken en Hasselt vormt een belangrijke schakel in het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk van de provincie Limburg en is cruciaal voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. Met het oog op de optimalisatie van de fietsbereikbaarheid, wenst de gemeente sinds enige tijd over te gaan tot de opwaardering van een aantal fietspaden welke zich momenteel in een slechte staat bevinden.
Zo ook heeft de gemeente plannen om de fietsverbinding tussen de Klinkstraat en de Bekstraat op te waarderen. Dit laatste met als doel een vlotte en veilige alternatieve fietsverbinding tussen Hasselt en Alken te creëren en dit op gebied van maatvoering en comfort.
De huidige fietsweg werd in 1992 verhard met dolomiet over een breedte van één meter. Een deel van de fietsweg, te weten het gedeelte tussen de Klinkstraat en de eerste bocht, is thans voorzien van een verharding in beton met dwarsprofiel van één meter.
Momenteel bevindt de fietsweg zich in zeer slechte staat. Ondanks de verhardingswerken uit 1992 staat de weg regelmatig onder water. Bovendien is de fietsweg te smal gezien de breedte van één meter niet blijkt te volstaan om een veilige doortocht met de fiets te verzekeren.
Alleszins staat vast dat de fietsweg niet meer voldoet aan de huidige normen inzake verharding en maatvoering, zoals beschreven in het Vademecum voor Fietsvoorzieningen van het Agentschap Wegen en Verkeer.
Ter verwezenlijking van de opwaardering van de fietsweg tussen de Klinkstraat en Bekstraat werd een Projectstuurgroep opgericht. In deze projectstuurgroep zetelden vertegenwoordigers van de gemeente Alken, de stad Hasselt, het Agentschap Natuur en Bos, het departement Landbouw en Visserij, de provincie Limburg, het MOW Limburg en Natuurpunt. Op 16 mei 2022 werd door de projectstuurgroep een Unieke Verantwoordingsnota goedgekeurd.
Op 24 juni 2022 werd door mr. K. VANERUM, beëdigd landmeter–expert, een schattingsverslag opgemaakt. Op 7 september 2022 gaf het college van burgemeester en schepenen de principiële goedkeuring aan het schattingsverslag.
Daar de opwaardering en verbreding van de fietsverbinding de inname van meerdere gronden noodzaakte (wegzate en deel van gronden van de aangelanden), gaf het college op 7 september 2022 de goedkeuring om met de betrokken eigenaars in onderhandeling te treden omtrent de minnelijke aankoop van de gronden op basis van het objectief en deskundig schattingsverslag.
Ondanks verschillende pogingen om deze minnelijke eigendomsverwerving te realiseren, is de gemeente Alken er niet in geslaagd om met alle eigenaren van de in te nemen gronden een overeenkomst te bereiken. Concreet kon geen akkoord bereikt worden met eigenaars van volgende percelen:
● de percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 11D, 11E, 12C, 15B, 15C;
● het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 6B;
● het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 10A;
● het perceel welk kadastraal is gekend als Afd. 2, sec. D, nr. 470B.
Eveneens werd nog geen akte verleden omtrent de minnelijke verwerving van de betrokken percelen welke kadastraal zijn gekend als Afd. 2, sec. D, nrs. 16, 18, 12D, 19B, 19C enerzijds en het perceel welk kadastraal gekend is als Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 anderzijds.
Heden bevindt de fietsweg tussen de Klinkstraat en de Beekstraat zich nog steeds in een slechte staat, zodat de realisatie van een verharde en verbrede fietsdoorgang nog steeds actueel en noodzakelijk voorkomt.
De fietsweg volgt het tracé van de voetweg ingeschreven in de buurtwegenatlas als “Sentier nr. 157”. Deze Sentier heeft een breedte van 1 meter en werd in 1992 verhard met dolomiet.
Volgens het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ (KB 03-04-1979) situeert de fietsweg zich binnen ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’.
De fietsweg is gelegen binnen het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan van 30 april 2009 “Natuur- en landbouwgebieden ‘Vallei van de Herk en Mombeek’ van Alken tot Herk-de-Stad" zoals verschenen in het staatsblad op 4 juni 2009 en inwerking getreden op 18 juni 2009.
De verbreding van de fietsweg is voorzien in Bouwvrij Agrarisch Gebied (BAG) en natuurgebied met overdruk Grote Eenheid Natuur (GEN) in uitvoering van het Vlaams Ecologisch Netwerk.
In deze gebieden is het aanleggen van kleinschalige infrastructuur, waaronder het aanleggen, inrichten of uitrusten van paden voor niet–gemotoriseerd verkeer, toegelaten (zie hiervoor: artikelen 2.2 en 3.2 GRUP).
Het tracé ligt gedeeltelijk in habitatrichtlijngebied, meer specifiek in de speciale beschermingszone “BE 2200038 - Bossen en kalkgraslanden van Haspengouw”. Verder ligt het tracé gedeeltelijk in GEN–gebied, meer bepaald in het GEN–gebied aangeduid als “nr. 428 de vallei van ‘De Herk’”.
Het tracé van de fietsweg ligt binnen het erkend natuurreservaat E – 108, dat gedeeltelijk eigendom is van Natuurpunt. Deze natuurvereniging staat eveneens in voor het natuurbeheer.
De projectzone ligt in overstromingsgevoelig gebied.
Het fietspad tussen de Klinkstraat en de Bekstraat maakt deel uit van de alternatieve functionele fietsroute Grootstraat – Sassenbroekstraat – Klinkstraat – Bekstraat, behorende tot het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk Limburg. In dit opzicht vormt de fietsverbinding een belangrijke alternatieve fietsroute tussen Hasselt en Alken ten aanzien van de in het fietsenroutenetwerk voorziene hoofdroutes langs de N754 en N722. Het huidige tracé maakt deel uit van het fietsknoop-puntennetwerk tussen de knooppunten 143 en 144.
Mede gelet op de slechte staat van beide hoofdroutes, is de vlotte en veilige doorgang langs de alternatieve fietsroute uitermate belangrijk voor de fietsbereikbaarheid van de gemeente Alken. De huidige staat van de fietsweg, meer bepaald de huidige verharding in dolomiet en beperkte breedte van de weg, verhinderen deze vlotte en veilige doorgang.
De verharding en verbreding van het fietspad tussen de Klinkstraat en Bekstraat maakt daarom het voorwerp uit van deze voorlopige vaststelling van het rooilijnplan, het onteigeningsplan en de projectnota “voetweg 157”.
Voor de vereiste verharding en verbreding wordt met onderhavig besluit het gemeentelijk rooilijnplan voorlopig vastgesteld én de administratieve onteigeningsprocedure opgestart, overeenkomstig het Decreet Gemeentewegen respectievelijk het Vlaamse Onteigeningsdecreet.
Overeenkomstig artikel 16, §§2 en 3 van het Decreet Gemeentewegen moet dit gemeentelijk rooilijnplan volgende elementen omvatten:
● de actuele en toekomstige rooilijn van de gemeenteweg;
● de kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen;
● de naam van de eigenaars van de getroffen percelen en onroerende goederen volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn;
● in voorkomend geval, een berekening van de evt. waardevermindering of waardevermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg;
● in voorkomend geval, de nutsleidingen die door de wijziging of verplaatsing van de gemeenteweg op private eigendom zullen liggen.
Het gemeentelijk “Rooilijnplan voetweg 157” omvat al deze elementen.
Overeenkomstig art. 10, §1, 1° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, moet dit voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving geven van de te onteigenen onroerende goederen of de te onteigenen zakelijke rechten.
De te onteigenen gronden, waarvan de inname noodzakelijk is ter verwezenlijking van de ontworpen rooilijn, beslaan 14 percelen langsheen Sentier nr. 157, welke door het Gewestplan ‘Hasselt - Genk’ werden bestemd als ‘Landschappelijk waardevol agrarisch gebied’ en ‘natuurgebied’, en thans kadastraal zijn gekend als volgt:
● Perceel 1: Afd. 2, sec. D, nr. 6B met in te nemen oppervlakte van 265 m²
● Perceel 2: Afd. 2, sec. D, nr. 10/A met in te nemen oppervlakte van 396 m²
● Perceel 3: Afd. 2, sec. D, nr. 5/02 met in te nemen oppervlakte van 2m²
● Perceel 4: Afd. 2, sec. D, nr. 11D met in te nemen oppervlakte van 81 m²
● Perceel 5: Afd. 2, sec. D, nr. 11E met in te nemen oppervlakte van 388 m²
● Perceel 6: Afd. 2, sec. D, nr. 12C met in te nemen oppervlakte van 20 m²
● Perceel 7: Afd. 2, sec. D, nr. 15C met in te nemen oppervlakte van 1m²
● Perceel 8: Afd. 2, sec. D, nr. 15B met in te nemen oppervlakte van 230 m²
● Perceel 9: Afd. 2, sec. D, nr. 18 met in te nemen oppervlakte van 55 m²
● Perceel 10: Afd. 2, sec. D, nr. 16 met in te nemen oppervlakte van 64 m²
● Perceel 11: Afd. 2, sec. D, nr. 470B met in te nemen oppervlakte van 29 m²
● Perceel 12: Afd. 2, sec. D, nr. 12D met in te nemen oppervlakte van 4m²
● Perceel 13: Afd. 2, sec. D, nr. 19B met in te nemen oppervlakte van 45 m²
● Perceel 14: Afd. 2, sec. D, nr. 19C met in te nemen oppervlakte van 6m²
Meer specifiek bestrijken deze te onteigenen gronden de wegzate van Sentier nr. 157 in zijn volledige lengte, te weten vanaf het begin van de Sentier in de Klinkstraat tot en met het einde van de Sentier in de Bekstraat. Daar de opwaardering van de fietsweg eveneens een verbreding van de bestaande weg impliceert bestrijken de te onteigenen gronden eveneens de gronden van de aangelanden van de Sentier over zijn volledige lengte.
Overeenkomstig de projectnota “Fietspad Klinkstraat – Bekstraat” zal het grondgebied van deze grondstrook aangewend worden voor de aanleg van een fietspad met een breedte van 3 meter in berggrindbeton en een schuwzone van 0,5 meter langs beide kanten in agrarisch gebied en een vlonderpad van 3,5 meter met schuwafstand van 0,5 meter langs beide kanten in natuurgebied.
In het verleden is er reeds getracht om de noodzakelijke grondstrook te verwerven op minnelijke wijze, maar dit zonder gunstige afloop. De verwerving van desbetreffende grondstrook is evenwel onontbeerlijk voor de realisatie van de ontworpen rooilijn, en daarmee aldus voor de heraanleg van het fiets- en vlonderpad langsheen Sentier nr. 157.
Bijgevolg dient te worden besloten dat alsnog moet worden overgegaan tot de onteigening van de betrokken percelen teneinde de grondverwerving en de aanleg van het fietspad te kunnen verzekeren.
Onderhavige vaststellingsprocedure volgt de bepalingen van Titel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017 juncto Hoofdstuk 3 van het Decreet houdende de Gemeentewegen van 3 mei 2019.
Juridische grond
De Gecoördineerde Grondwet, meer bepaald art. 16;
Het Decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, meer bepaald art. 2;
Het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019, in het bijzonder de artikelen 8, 10, 16, 17 en 27;
Het Decreet van 24 februari 2017 betreffende de onteigening voor het algemeen nut;
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 oktober 2017 tot uitvoering van het Vlaams Onteigeningsdecreet van 24 februari 2017;
Adviezen
Gunstig advies van de Gemeentelijke adviesraad voor mobiliteit en verkeer: Op 09.05.2022 vergaderde de gemeentelijke adviesraad voor mobiliteit en verkeer onder meer omtrent de fietsverbinding tussen de Klinkstraat en de Bekstraat (grondgebied Hasselt). Het verslag van de vergadering dd. 09.05.2022 is gevoegd als bijlage bij onderhavig besluit.
Argumentatie
I. Betreffende het gemeentelijk “Rooilijnplan voetweg 157”
Vastgesteld dient dat Sentier nr. 157 door de opname in de Atlas der Buurtwegen, kwalificeert als “gemeenteweg” in de zin van artikel 2, 6° van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019.
Overeenkomstig artikel 8 van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 kan niemand een gemeenteweg aanleggen, wijzigen, verplaatsen of opheffen zonder voorafgaande goedkeuring van de gemeenteraad.
Artikel 4 van het Decreet houdende de gemeentewegen van 3 mei 2019 bepaalt vervolgens dat er bij wijziging aan een gemeentelijk wegennet rekening moet worden gehouden met de volgende principes:
1° De wijziging van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° Een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° De wijzigingen worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief;
5° Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen.
Overwegende dat de wijziging van het gemeentelijk weggennet in voorliggend geval als volgt kan worden verantwoord:
Algemeen belang
Overeenkomstig artikel 4, 1° Decreet Gemeentewegen dienen wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds ten dienste te staan van het algemeen belang.
Voorliggende rooilijnplannen strekken ertoe de huidige voetweg op te waarderen tot een fietsverbinding met een totale breedte van 4 dan wel 4,5 meter (inclusief schuwzone) welke is verhard met berggrindbeton (fietspad in agrarisch gebied) dan wel met hardhout en betonnen roostervloeren (vlonderpad in natuurgebied).
De verbreding en verharding van de fietsweg strekt evident tot het belang van de gemeenschap, daar men op deze manier een vlotte en veilige alternatieve functionele fietsroute creëert tussen Alken en Hasselt waarbij de fietsbereikbaarheid van de gemeente wordt geoptimaliseerd. De heraanleg van het fietspad creëert een veilige bijkomende ontsluiting voor het zwakke wegverkeer. Dit terwijl het huidige tracé te smal is om de veilige doorgang voor de zwakke weggebruiker te garanderen en het tracé bovendien regelmatig ontoegankelijk is wegens wateroverlast.
De huidige fietsweg is een openbare weg, waarvan het gebruik is bestemd voor allen. Hoofddoel van de ontworpen rooilijn (en onteigening) bestaat aldus in de opwaardering van deze openbare weg, zijnde bij uitstek en wijziging die ten dienste staat van het algemeen belang.
Verder wordt hierbij volledigheidshalve verwezen naar hetgeen navolgend wordt uiteengezet over het algemeen nut van de onteigening, een motivering die hiervoor integraal hernomen moet worden geacht.
Uitzonderingskarakter van de wijziging
Het voorliggend project vormt een wijziging van een openbare gemeenteweg in de zin van artikel 2, 12° van het Decreet Gemeentewegen en aldus een uitzonderingsmaatregel die afdoende dient te worden gemotiveerd.
Blijkens de parlementaire stukken bij het Decreet Gemeentewegen werd deze motiveringsplicht evenwel in het leven geroepen met het oog op de bescherming van de trage wegen, in het bijzonder de oude voetwegen zoals opgenomen in de Atlas der Buurtwegen.
Krachtens de parlementaire stukken bij het Decreet Gemeentewegen vormt het behoud, de bescherming alsook de opwaardering van de bestaande trage wegen in Vlaanderen één van de krachtlijnen van het decreet.
Voorliggend project strekt ertoe de bestaande Sentier nr. 157 op te waarderen en te behoeden tegen verval. Bijgevolg valt het vooropgestelde project in lijn met de doelstellingen welke werden vooropgesteld in de parlementaire voorbereidingen bij het Decreet Gemeenteweg.
Bijgevolg is de voorgenomen wijziging aan Sentier nr. 157 verantwoord.
Verkeersveiligheid en ontsluiting aangelanden
Krachtens artikel 4, 3° Decreet Gemeentewegen dient de beslissingen omtrent de wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds de verkeersveiligheid en de ontsluiting van de aangelande percelen in aanmerking te nemen.
Betreffende de verkeersveiligheid wordt vooreerst verwezen naar hetgeen dienaangaande reeds uiteen werd gezet onder de titel ‘algemeen belang’.
Verder dient benadrukt dat voorliggend project er onder andere toe strekt de verkeersveiligheid op het pad te bevorderen en het pad in overeenstemming te brengen met de veiligheidsvoorschriften voor fietsers zoals deze werden vastgesteld in het Vademecum Fietsvoorzieningen.
Betreffende de ontsluiting van de aangelanden dient gezegd dat voorliggend rooilijnplan geen wijziging meebrengt voor de huidige ontsluitingsmogelijkheden van de aangelanden, daar voorliggend plan louter voorziet in de opwaardering en verbreding van een reeds bestaand fietspad. De bestaande ontsluitingsmogelijkheden van de aangrenzende percelen komen met andere woorden niet in het gedrang door voorliggend rooilijnplan.
Bijgevolg is de voorgenomen wijziging vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid en de ontsluiting van de aangelanden verantwoord.
Gemeentegrensoverschrijdend perspectief
Overeenkomstig artikel 4, 4° Decreet Gemeentewegen dient zo nodig de wijziging aan het gemeentelijk wegennet te worden beoordeeld in grensoverschrijdend perspectief.
In voorkomend geval paalt de betrokken wegenis aan een naburige gemeente, zijnde concreet de stad Hasselt (Bekstraat).
De gemeente is bij het uitdenken van voorliggend project in overleg getreden met de stad Hasselt en deze laatste over de mogelijkheid beschikte om haar opmerkingen omtrent het project te formuleren.
Overwegende dat voorliggend project ertoe strekt de fietsverbinding tussen de stad Hasselt en de gemeente Alken te optimaliseren en in dit opzicht eveneens de fietsbereikbaarheid van de stad Hasselt ten goede komt.
Overwegende dat de opwaardering van de fietsverbinding kadert in de doelstelling van het maximale behoud van een bestaand fietsknooppuntennetwerk – in casu het netwerk tussen knooppunten 143 en 144 – zoals vooropgesteld in de artikelsgewijze commentaar bij artikel 4, 4° Decreet Gemeentewegen.
Bijgevolg kan worden besloten dat voorliggend project vanuit gemeentegrensoverschrijdend perspectief te verantwoorden is.
Actuele functie – toekomstige generaties
Overeenkomstig artikel 4, 5° Decreet Gemeentewegen dient rekening gehouden te worden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder hierbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij dienen tevens de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen te worden.
Voorliggend rooilijnplan beoogt tegemoet te komen aan de actuele noodzaak aan een veilige fietsinfrastructuur binnen de fietsverbinding Hasselt – Alken. Meermaals werd benadrukt dat de fietsverbinding een belangrijke alternatieve fietsroute uitmaakt op lokaal en bovenlokaal niveau.
Dit laatste geldt des te meer daar de bestaande hoofdfietsroutes tussen Alken en Hasselt buiten de bebouwde kom in slechte staat, smal en niet vrijliggend ten opzichte van het gemotoriseerd verkeer zijn.
De behoeften van de toekomstige generaties komen door voorliggende wijziging van de rooilijn niet in het gedrang, integendeel, in het licht van de stijgende vraag naar alternatieve en milieu-ontlastende, duurzame mobiliteitsalternatieven strekt voorliggende wijziging tot het aanleggen van een alternatieve fietsroute om alzo de verkeersveiligheid en het fietscomfort van de zwakke weggebruiker te verbeteren.
Aldus past voorliggend plan in de actuele functie van de gemeenteweg zonder afbreuk te doen aan de behoeften van de toekomstige generaties.
II. Betreffende het “Onteigeningsplan voetweg 157”
Onteigenende instantie
Overeenkomstig artikel 10, §1, 2° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, moet het voorlopige onteigeningsbesluit de onteigenende instantie vermelden.
In voorliggend geval zal de gemeente Alken, met bestuurszetel te ALKEN 3750, Hoogdorpsstraat 28 en ingeschreven in de Kruispuntbank der Ondernemingen onder het nummer 0207.474.882, zelf als onteigenende instantie optreden.
Zij beschikt daartoe over de vereiste onteigeningsbevoegdheid, conform artikel 6, 1° Vlaams Onteigeningsdecreet, waarin expliciet is bepaald dat de gemeenten bevoegd zijn om tot de onteigening over te gaan, zonder daartoe een onteigeningsmachtiging van een hogere overheid te moeten bekomen.
Onteigeningsgrondslag
Op grond van artikel 3, §2 Vlaamse Onteigeningsdecreet en artikel 16 van de Grondwet, is de onteigening slechts mogelijk indien daartoe een uitdrukkelijke wettelijke of decretale rechtsgrond is voorzien. Overeenkomstig art. 10, §1, 3° Vlaamse Onteigeningsdecreet dient deze rechtsgrond opgenomen te zijn in het voorlopige onteigeningsbesluit.
Voorliggend onteigeningsplan vindt haar wettelijke grondslag in artikel 27 van het Decreet Gemeentewegen, dat bepaalt dat elke verwerving van onroerende goederen vereist voor de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg middels onteigening kan plaatsvinden.
Meer algemeen en slechts ondergeschikt voorziet artikel 7 Vlaamse Onteigeningsdecreet dat gemeenten kunnen overgaan tot onteigening in de gevallen waarin ze oordelen dat de onteigening noodzakelijk is voor de uitwerking van de infrastructuur of het beleid inzake de gemeentelijke aangelegenheden.
Voorliggende onteigening heeft tot doel om de verbreding en verharding van een onderdeel van een belangrijke alternatieve fietsroute te verwezenlijken. Het betreft dan ook een materie die de gemeentelijke mobiliteit en verkeersveiligheid aanbelangt.
Onteigeningsdoel van algemeen nut
Artikel 16 Grondwet bepaalt: “Niemand kan van zijn eigendom worden ontzet dan ten algemenen nutte, in de gevallen en op de wijze bij de wet bepaald en tegen billijke en voorafgaande schadeloosstelling.”
Artikel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet bevestigt eveneens dat een onteigening slechts mogelijk is ten algemenen nutte.
Overeenkomstig art. 10, §1, 4° Vlaamse Onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving te geven van dit onteigeningsdoel van algemeen nut.
In de memorie van toelichting bij het Vlaams Onteigeningsdecreet is - inzake de verplichting tot omschrijving van het doel van algemeen nut - bepaald dat ervan kan worden uitgegaan dat een ‘vermoeden van algemeen nut’ bestaat wanneer het te onteigenen goed een bestemming van openbaar gebruik zal krijgen, meer bepaald een rechtstreeks of onrechtstreeks gebruik door een onbepaalbaar en variabel aantal mensen en dit op een niet-exclusieve wijze.
Zoals eerder verduidelijkt, gaat het in voorliggend geval om een wegenisproject waarbij een bestaand fietspad dat zich heden ten dage in slechte staat bevindt en dikwijls onder water staat, zal worden verhard en verbreed in functie van de verkeersveiligheid en vrije doorgang van het fietspad. Dergelijke werken strekken tot het nut van eenieder, zijnde het nut voor een onbepaalbaar en variabel aantal mensen op een niet-exclusieve wijze, en dus tot vrijwaring van het algemeen belang.
Daarnaast blijkt het onteigeningsdoel van algemeen nut ook uit het feit dat voorliggend project het belang van de gemeenschap dient. Het tracé vormt niet enkel de verbinding tussen de Klinkstraat en Bekstraat maar maakt – als alternatieve fietsroute – deel uit van het Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk als verbinding tussen Hasselt en Alken. Het volledige projectgebied maakt bovendien deel uit van het fietsroutenetwerk tussen de knooppunten 143 en 144.
Op grond van het voorgaande dient vastgesteld te worden dat voorliggend project een belangrijke verbindingsfunctie heeft en dit op zowel lokaal als bovenlokaal niveau.
De verharding en verbreding van de fietsweg vormt in het kader van zijn verbindingsfunctie een bijkomende alternatieve en veilige ontsluiting voor het zwakke wegverkeer ten aanzien van de bestaande en onveilige hoofdfietsroutes tussen Alken en Hasselt.
Hoofddoelstelling van de onteigening bestaat aldus in de heraanleg van een momenteel onveilige alternatieve fietsverbinding, waardoor de verkeersveiligheid aanzienlijk wordt verhoogd, zijnde bij uitstek een onteigeningsdoel van algemeen nut.
Dit bevestigd wordt ook door artikel 2, 1° van het Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, alwaar de aanleg van wegenisinfrastructuur en fietspaden expliciet wordt aangemerkt als zijnde van algemeen belang:
“Als handelingen van algemeen belang, zoals bedoeld in artikel 4.1.1, 5°, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening worden de werken, handelingen en wijzigingen beschouwd die betrekking hebben op:
1° de openbare wegen, met inbegrip van de bijbehorende infrastructuur, zoals tunnels, viaducten, bruggen, duikers, langsgrachten, tolinfrastructuur en parkings; (...)"
Alsook artikel 3, §1 van voornoemd besluit:
“De volgende handelingen zijn handelingen van algemeen belang die een ruimtelijk beperkte impact hebben als vermeld in artikel 4.4.7, § 2, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. De handelingen hebben betrekking op:
1° de aanleg, wijziging of uitbreiding van openbare fiets-, ruiter- en wandelpaden, en andere paden voor de zwakke weggebruiker; (...)”
Bijgevolg kan aldus worden besloten dat voorliggend project kwalificeert als een “onteigening ten algemenen nutte” in de zin van artikel 16 Grondwet en artikel 3 van het Vlaams Onteigeningsdecreet.
Onteigeningsnoodzaak
Overeenkomstig artikel 10, §1, 5° Vlaamse Onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een omschrijving en motivering te geven van de onteigeningsnoodzaak.
Daarbij dient op grond van art. 3, §3 Vlaams Onteigeningsdecreet meer specifiek te worden ingegaan op (a.) de noodzakelijkheid van het doel van de onteigening, (b.) de noodzakelijkheid van het betrokken goed en (c.) de noodzakelijkheid van de inname voor het bereiken van de gewenste doelstelling van algemeen nut.
a. Noodzakelijkheid van het doel
De vereiste van de noodzakelijkheid van het doel impliceert dat de doelstelling van de onteigening een dwingende reden van algemeen belang dient uit te maken.
In dit opzicht dient te worden herhaald dat de heraanleg van Sentier nr. 157 ertoe strekt de verkeersveiligheid voor de zwakke weggebruikers (vnl. fietsers) te verbeteren. Het huidige zeer smalle fietspad tussen de Klinkstraat en Bekstraat vormt immers een onaangename en onveilige verkeerssituatie voor de zwakke weggebruiker.
De onveilige verkeerssituatie volgt ten eerste uit de beperkte breedte van de fietsweg. In zijn huidige toestand is de fietsweg voor het overgrote deel slechts 1 meter breed, hetgeen – gelet op het feit dat de fietsweg thans druk wordt gebruikt door voetgangers en fietsers, en dit in beide richtingen – niet volstaat in het kader van de verkeersveiligheid.
Het fietspad voldoet in zijn huidige toestand niet aan de veiligheidsnormen inzake maatvoering en schuwafstand, welke door het Agentschap Wegen en Verkeer werden vooropgesteld in het Vademecum Fietsvoorzieningen.
Volgens het Vademecum Fietsvoorzieningen dient voor een dubbelrichtingsfietspad immers een minimumbreedte van twee meter te worden voorzien, waarbij eveneens een schuwafstand tussen de 0,25 en 0,50 meter dient te worden aangehouden. Idealiter bedraagt de breedte van een druk gebruikt dubbelrichtingsfietspad drie meter met 0,5 meter schuwafstand langs beide kanten van de fietsweg.
Verder volgt uit het beschermd karakter van het projectgebied dat het niet mogelijk is om verlichting te plaatsen langs de fietsverbinding zodat het, met het oog op de verkeersveiligheid, des te belangrijker om te voorzien in een voldoende breed fietspad.
Dit laatste werd ook bevestigd in het standpunt van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken in de Unieke Verantwoordingsnota van 16 mei 2022:
“Zonder verlichting is het belangrijk dat voor het comfort en de veiligheid de fietsers niet
over een smal fietspad moeten rijden.
In het detailontwerp dient de nodige aandacht besteed te worden aan de inplanting van
de paaltjes ter voorkoming van gemotoriseerd verkeer.”
Voorts zorgt de huidige verharding van de voetweg (dolomiet 1992) eveneens voor een onveilige en oncomfortabele situatie voor de zwakke weggebruiker, daar deze niet compatibel is met het overstromingsgevoelig karakter van (een deel van) het projectgebied.
De huidige fietsverbinding staat dan ook regelmatig onder water, hetgeen afbreuk doet aan de vrije doorgang van de fietsweg en het algemene fietscomfort van de gebruikers. Bovendien werkt de huidige staat van de fietsweg valpartijen in de hand, waardoor ook de veiligheid van de zwakke weggebruikers in het gedrang komt.
Redelijkerwijze kan worden verwacht dat de heraanleg van de fietsverbinding zal leiden tot de creatie van een verkeersveilige en comfortabele doorgang voor zwakke weggebruikers tussen de Kinkstraat en de Bekstraat. Het voorliggende project komt dus tegemoet aan een behoefte die bijdraagt tot een verbetering van de samenleving en de leefomstandigheden van de gemeenschap.
Bovendien strekt de heraanleg ertoe een comfortabele en verkeersveilige alternatieve fietsenroute te creëren tussen de gemeente Alken en de stad Hasselt, waardoor de fietsbereikbaarheid van Alken en het bovenlokaal Fietsenroutenetwerk wordt bevorderd.
De noodzakelijke verbreding, ophoging en verharding van de fietsverbinding kan niet worden bereikt dan door de grondinname van de wegzate en een deel van de gronden van de aangelanden.
De onteigening dient met andere woorden een dwingende reden van algemeen belang, te weten de verkeersveiligheid en het fietscomfort van de zwakke weggebruiker alsook de bevordering en optimalisering van het lokaal en bovenlokaal fietsroutenetwerk.
b. Noodzakelijkheid van het betrokken goed
De te onteigenen gronden (INNAMES 1 t.e.m. 14) zijn van essentieel belang om de vooropgestelde doelstelling van algemeen nut te bereiken.
De te onteigenen gronden omvatten de wegzate van Sentier nr. 157 alsook het gedeelte van de gronden van de aangelanden noodzakelijk voor de verbreding van de fietsverbinding conform de normen vooropgesteld in het Vademecum Fietsvoorzieningen.
Bij het ontbreken van de te onteigenen gronden kan derhalve geen afdoende breed fietspad worden aangelegd, met als gevolg dat het fietspad niet aangelegd kan worden op een wijze welke veiligheid en doorstroming optimaal verwezenlijkt.
De te onteigen gronden zijn verder ook noodzakelijk ter verwezenlijking van de in het natuurgebied op te richten opgehoogde vlonderpad, gezien de aanleg van dit vlonderpad een grondinname van vier meter veronderstelt.
De te onteigenen gronden zijn dus noodzakelijk voor zowel de verharding, verbreding als de ophoging van de fietsverbinding en bijgevolg van essentieel belang voor de vooropgestelde doelstellingen van algemeen nut, te weten verkeersveiligheid, fietscomfort en optimalisatie van de (boven)lokale fietsmobiliteit.
Verder volgt de noodzakelijkheid van het betrokken goed ook uit het feit dat de vooropgestelde oplossing voor het fietspad in het natuurgebied door het Agentschap Natuur en Bos als de beste oplossing met de laagste impact op het natuurgebied werd gekwalificeerd.
Zo stelt het Agentschap in de Unieke Verantwoordingsnota van 16 mei 2022, p. 18:
“Het fietspad zoals het nu voorgesteld wordt lijkt ons de beste oplossing met een zo laag mogelijke impact. Wanneer rekening wordt gehouden met enkele milderende maatregelen, zoals werken vanop rijplaten als er machines aan te pas gaan komen, het beperken van de werkzone tot de breedte van het voorziene pad en het uitvoeren van de werken buiten het broedseizoen, de dolomiet die nu aanwezig is volledig te verwijderen, kan het Agentschap het fietspad wel gunstig adviseren.”
De voorliggende oplossing in het natuurgebied (verhoogd vlonderpad) strekt ertoe optimaal in te zetten op het natuurlijke stroompatroon van “de Herk” en brengt het minst schade toe aan de natuurlijke migratie van amfibieën.
Voorliggende oplossing houdt eveneens optimaal rekening met de waardevolle fauna langsheen de bestaande voetweg, zoals deze blijkt uit de Biologische Waarderingskaart Faunistisch belangrijke gebieden.
Zo wordt voor het deel van de Sentier, verhard met dolomiet, voorzien in een verbreding van de weg langs de westkant om te vermijden dat vanaf de valleirand een deel van het biologisch zeer waardevol gebied (populierenaanplanting met moesvegetatie, natte ruigten met moerasspirea en rietvelden langs) door de nieuwe fietsverbinding wordt aangetast.
Voor het gedeelte van de fietsweg, welk op heden reeds is verhard in beton, wordt voorzien in een gelijke grondinname langs beide kanten van de huidige fietsweg. Dit om te vermijden dat één van de twee aangelanden percelen onevenredig door de onteigening zou worden aangetast.
Het vooropgestelde tracé vormt met andere woorden de énige oplossing welke verkeersveiligheid en fietscomfort optimaal verzoent met de bescherming van de faunistische elementen langsheen de bestaande Sentier en de eigendomsrechten van de aangelanden grondeigenaren.
Bijgevolg zijn de te onteigenen gronden van essentieel belang om de vooropgestelde doelstelling van algemeen nut te bereiken.
c. Noodzakelijkheid van de inname
De bestaande Sentier nr. 157 wordt in de Atlas der Buurtwegen weergegeven door middel van een dubbele stippellijn. Bijgevolg zijn de aangelanden van de voetweg eigenaar van de wegzate.
Om de werken en verbreding te kunnen realiseren is het echter noodzakelijk dat de gemeente over de nodige eigendomsrechten beschikt, zowel wat de bestaande bedding van de voetweg als de bijkomend noodzakelijke bedding betreft. Ook het toekomstig beheer en onderhoud vereist dat de nieuwe fietsverbinding in het openbaar domein wordt opgenomen.
Hiertoe werd door de gemeente het initiatief genomen om de betrokken percelen minnelijk te verwerven. Ondanks herhaalde pogingen van de gemeente, werd met de eigenaars van de aangelanden niet tot een akkoord gekomen over de minnelijke aankoop van de te onteigenen percelen.
Overwegende dat verder de heraanleg van de fietsverbinding bij wijze van zelfrealisatie is uitgesloten, gezien het aanleggen, beheren en onderhouden van fietsinfrastructuur tot de basistaken van een overheid behoort en een coherent en doelmatig beheer en beleid vereist, ook naar eventuele aansprakelijkheden en verantwoordelijkheden toe, zoals ook wordt bevestigd door artikel 24, §4 Decreet Gemeentewegen.
Van de desbetreffende infrastructuur moet immers onder alle omstandigheden een veilig en doelmatig gebruik kunnen worden gemaakt, hetgeen enkel mogelijk wordt geacht indien publiekrechtelijke organen instaan voor de realisatie ervan.
Een zo eenduidig mogelijke grondpositie moet de goede uitoefening van de publieke beheerstaken bovendien waarborgen, en dit onder meer naar onderhoud, het verlenen van vergunningen, de advisering in het kader van stedenbouwkundige vergunningen, aansprakelijkheden, enz. toe.
Bijgevolg kan worden besloten dat het geenszins mogelijk is om het voorliggend project te verwezenlijken door zelfrealisatie.
Aangezien geen minnelijke verwerving van de grondstrook bereikt kon worden, de zelfrealisatie voor openbare wegen wordt uitgesloten door artikel 24, §4 Decreet Gemeentewegen en geen enkel ander alternatief beschikbaar is dan het gebruik van het onteigeningsinstrument, is een inname van de betrokken goederen noodzakelijk.
Minnelijke onderhandelingstermijn
Overeenkomstig artikel 10, §1, 6° van het Vlaamse Onteigeningsdecreet, dient het voorlopig onteigeningsbesluit een minnelijke onderhandelingstermijn te bevatten. Dit betreft de geraamde termijn van maximaal één jaar waarbinnen de onderhandelingsplicht van toepassing is.
Concreet wordt voor voorliggend onteigeningsinitiatief de minnelijke onderhandelingstermijn vastgesteld op 6 maanden, aangezien al eerder pogingen werden ondernomen om de te onteigenen percelen minnelijk te verwerven, zodat een langere onderhandelingstermijn niet noodzakelijk wordt bevonden.
De eigenaars zullen in kennis gesteld worden van deze onderhandelingstermijn, waarna deze een aanvang neemt.
Financiële gevolgen
De financiële gevolgen zijn voorzien als volgt:
Voor het gemeentebestuur zijn er in eerste instantie enkele operationele kosten te verwachten, zoals publicatie van een bericht in het Belgisch Staatsblad, … evenals de kosten voor de uiteindelijke verwerving/onteigening van de in te nemen gronden.
Voor deze laatste dient verwezen naar het gedetailleerd schattingsverslag opgesteld door landmeter–expert K. VANERUM (LAN 051122), hetgeen evenwel vertrouwelijke commerciële informatie in de zin van artikel II.35, 2° Bestuursdecreet uitmaakt.
De totale onteigeningsvergoeding voor INNAMES 1 tot en met 14 werd geraamd op:
● Perceel nr.1 (totale oppervlakte van 265m²): 662,5 euro
● Perceel nr. 2 (totale oppervlakte van 396 m²): 990 euro
● Perceel nr. 3 (totale oppervlakte van 2m²): 5 euro
● Perceel nr. 4 (totale oppervlakte van 64m²): 352 euro
● Perceel nr. 5 (totale oppervlakte van 387m²): 2128,5 euro
● Perceel nr. 6 (totale oppervlakte van 20m²): 120 euro
● Perceel nr. 7 (totale oppervlakte van 1m²): 6 euro
● Perceel nr. 8 (totale oppervlakte van 230 m²): 1380 euro
● Perceel nr. 9 (totale oppervlakte van 55 m²): 330 euro
● Perceel nr. 10 (totale oppervlakte van 64m²): 384 euro
● Perceel nr. 11 (totale oppervlakte van 29m²): 174 euro
● Perceel nr. 12 (totale oppervlakte van 4m²): 24 euro
● Perceel nr. 13 (totale oppervlakte van 45 m²): 247,5 euro
● Perceel nr. 14 (totale oppervlakte van 6m²): 33 euro
Bedrag inclusief BTW
BTW-percentage dat wordt toegepast
MJP-nummer(s) waarop de uitgaven werden voorzien
Nog te bepalen
€ 7.836,50
/
MJP001158 (publicaties)
MJP000359 (grondinnames)
Datum visumaanvraag:
n.v.t.
Datum goedkeuring visumaanvraag:
n.v.t.
Besluit
eenparig
Artikel 1: Het gemeentelijke rooilijnplan “Voetweg 157” van 1 juni 2023 met plannummer 1/1, opgemaakt door AARO – TOPO, wordt voorlopig vastgesteld.
Artikel 2:De gemeenteraad keurt het voorlopig onteigeningsbesluit goed en stelt het onteigeningsplan “voetweg 157” van 1 juni 2023 met plannummer 1/1, opgemaakt door AARO - TOPO, samen met de projectnota “Voetweg 157”, voorlopig vast.
Artikel 3:Het voorlopig vastgestelde rooilijnplan en onteigeningsplan zal, tezamen met de voorlopig goedgekeurde projectnota, het voorwerp uitmaken van een openbaar onderzoek en zullen ter inzage worden gelegd in het gemeentehuis, conform het decreet van 24 februari 2017 betreffende onteigening voor het algemeen nut en het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen.
Artikel 4:Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de organisatie van het openbaar onderzoek en het voorafgaandelijk verwittigen van de eigenaars van de in het onteigenings- en rooilijnplan betrokken percelen.
Artikel 5:Na het openbaar onderzoek wordt het dossier voor definitieve vaststelling aan de gemeenteraad voorgelegd.
Artikel 6:Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast om op basis van het schattingsverslag van 24 juni 2022, opgemaakt door Landmeter – expert K. VANERUM (LAN 040257) hetgeen vertrouwelijke commerciële informatie in de zin van artikel II.35, 2° Bestuursdecreet uitmaakt, een minnelijk aanbod te doen aan de eigenaars, en desgevallend onteigeningsonderhandelingen te voeren met de eigenaars van de in het onteigeningsplan opgenomen percelen, met het oog op de minnelijke verwerving van de vereiste innemingen en dit binnen de onderhandelingstermijn van 6 maanden, die ter kennis wordt gebracht van de eigenaars.
-
Opheffen van de aanstellingen van de zwerfvuilhandhavers van de OVAM van het project "handhaving zwerfvuil" van minister Demir. Opheffen van de aanstellingen van de zwerfvuilhandhavers van de OVAM van het project "handhaving zwerfvuil" van minister Demir.
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Opheffen van de aanstellingen van de zwerfvuilhandhavers van de OVAM van het project "handhaving zwerfvuil" van minister Demir.Op 31/03/2022 heeft de gemeenteraad de 1e lichting OVAM-zwerfvuilhandhavers onbezoldigd aangesteld.Op 24/11/2022 heeft de gemeenteraad aanpassingen gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van personeelswissel bij de OVAM en het delegeren van de bevoegdheid voor aanstelling zwerfvuilhandhavers naar college van burgemeester en schepenen.Op 14/12/2022 heeft de gemeenteraad het ontwerp van het Gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS-reglement) goedgekeurd, waarbij dit per 01/01/2023 in werking trad.Op 08/02/2023 heeft het college van burgemeester en schepenen aanpassing gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van nieuwe GAS-reglement.Per 16/02/2023 heeft de OVAM het gemeentebestuur te kennen gegeven dat delegatie van aanstelling naar college van burgemeester en schepenen niet geldig is voor de aanstelling van de OVAM-zwerfvuilhandhavers.Op 07/06/2023 is het college van burgemeester en schepenen principieel akkoord gegaan met de beëindiging van de OVAM in het kader van het project "handhaving zwerfvuil". Feiten en contextOp 31/03/2022 heeft de gemeenteraad de 1e lichting OVAM-zwerfvuilhandhavers onbezoldigd aangesteld.Op 24/11/2022 heeft de gemeenteraad aanpassingen gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van personeelswissel bij de OVAM en het delegeren van de bevoegdheid voor aanstelling zwerfvuilhandhavers naar college van burgemeester en schepenen.Op 14/12/2022 heeft de gemeenteraad het ontwerp van het Gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS-reglement) goedgekeurd, waarbij dit per 01/01/2023 in werking trad.Op 08/02/2023 heeft het college van burgemeester en schepenen aanpassing gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van nieuwe GAS-reglement.Per 16/02/2023 heeft de OVAM het gemeentebestuur te kennen gegeven dat delegatie van aanstelling naar college van burgemeester en schepenen niet geldig is voor de aanstelling van de OVAM-zwerfvuilhandhavers.Op 07/06/2023 is het college van burgemeester en schepenen principieel akkoord gegaan met de beëindiging van de OVAM in het kader van het project "handhaving zwerfvuil". Juridische grondDe gemeenteraad is bevoegd, conform de Wet op de Gemeentelijke Administratieve Sanctie artikel 21 § 2, om de provinciale of gewestelijke ambtenaren, de personeelsleden van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en autonome gemeentebedrijven die inbreuken voortvloeiende uit vaststellingen van het GAS-reglement aan te wijzen. AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieHet project loopt inmiddels ca. 1 jaar en 4 maanden. In 2022 zijn er 2 bestuurlijke verslagen opgelegd (beiden voor weggooien van sigarettenpeuken) en in 2023 zijn er 2 bestuurlijke verslagen opgelegd (beide voor weggooien van sigarettenpeuken).Ingevolge deze 4 bestuurlijke verslagen :● is er één persoon beboet voor overtreding van het GAS-reglement met een GAS-boete;● is er één persoon beboet voor overtreding van het GAS-reglement met een alternatieve straf● zijn er twee bestuurlijke verslagen geseponeerd, omdat overtreders de inbreuk vrijwillig hebben hersteld.De gemeenteraad kan dan ook gebruik maken van haar bevoegdheid om de samenwerking te beëindigen met de OVAM in het kader van project "handhaving zwerfvuil". Financiële gevolgenNiet van toepassing. Besluiteenparig Artikel 1: De gemeenteraad besluit de samenwerking met de OVAM in het kader van het project "handhaving zwerfvuil" te beëindigen.Artikel 2: De gemeenteraad heft het besluit "aanstelling onbezoldigde zwerfvuilhandhavers" van de gemeenteraad van 24/11/2022 op. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Opheffen van de aanstellingen van de zwerfvuilhandhavers van de OVAM van het project "handhaving zwerfvuil" van minister Demir.
Op 31/03/2022 heeft de gemeenteraad de 1e lichting OVAM-zwerfvuilhandhavers onbezoldigd aangesteld.
Op 24/11/2022 heeft de gemeenteraad aanpassingen gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van personeelswissel bij de OVAM en het delegeren van de bevoegdheid voor aanstelling zwerfvuilhandhavers naar college van burgemeester en schepenen.
Op 14/12/2022 heeft de gemeenteraad het ontwerp van het Gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS-reglement) goedgekeurd, waarbij dit per 01/01/2023 in werking trad.
Op 08/02/2023 heeft het college van burgemeester en schepenen aanpassing gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van nieuwe GAS-reglement.
Per 16/02/2023 heeft de OVAM het gemeentebestuur te kennen gegeven dat delegatie van aanstelling naar college van burgemeester en schepenen niet geldig is voor de aanstelling van de OVAM-zwerfvuilhandhavers.
Op 07/06/2023 is het college van burgemeester en schepenen principieel akkoord gegaan met de beëindiging van de OVAM in het kader van het project "handhaving zwerfvuil".
Feiten en context
Op 31/03/2022 heeft de gemeenteraad de 1e lichting OVAM-zwerfvuilhandhavers onbezoldigd aangesteld.
Op 24/11/2022 heeft de gemeenteraad aanpassingen gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van personeelswissel bij de OVAM en het delegeren van de bevoegdheid voor aanstelling zwerfvuilhandhavers naar college van burgemeester en schepenen.
Op 14/12/2022 heeft de gemeenteraad het ontwerp van het Gemeentelijk administratief sanctiereglement (GAS-reglement) goedgekeurd, waarbij dit per 01/01/2023 in werking trad.
Op 08/02/2023 heeft het college van burgemeester en schepenen aanpassing gedaan in de aanstelling OVAM-zwerfvuilhandhavers in kader van nieuwe GAS-reglement.
Per 16/02/2023 heeft de OVAM het gemeentebestuur te kennen gegeven dat delegatie van aanstelling naar college van burgemeester en schepenen niet geldig is voor de aanstelling van de OVAM-zwerfvuilhandhavers.
Op 07/06/2023 is het college van burgemeester en schepenen principieel akkoord gegaan met de beëindiging van de OVAM in het kader van het project "handhaving zwerfvuil".
Juridische grond
De gemeenteraad is bevoegd, conform de Wet op de Gemeentelijke Administratieve Sanctie artikel 21 § 2, om de provinciale of gewestelijke ambtenaren, de personeelsleden van de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden en autonome gemeentebedrijven die inbreuken voortvloeiende uit vaststellingen van het GAS-reglement aan te wijzen.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
Het project loopt inmiddels ca. 1 jaar en 4 maanden. In 2022 zijn er 2 bestuurlijke verslagen opgelegd (beiden voor weggooien van sigarettenpeuken) en in 2023 zijn er 2 bestuurlijke verslagen opgelegd (beide voor weggooien van sigarettenpeuken).
Ingevolge deze 4 bestuurlijke verslagen :
● is er één persoon beboet voor overtreding van het GAS-reglement met een GAS-boete;
● is er één persoon beboet voor overtreding van het GAS-reglement met een alternatieve straf
● zijn er twee bestuurlijke verslagen geseponeerd, omdat overtreders de inbreuk vrijwillig hebben hersteld.
De gemeenteraad kan dan ook gebruik maken van haar bevoegdheid om de samenwerking te beëindigen met de OVAM in het kader van project "handhaving zwerfvuil".
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad besluit de samenwerking met de OVAM in het kader van het project "handhaving zwerfvuil" te beëindigen.
Artikel 2: De gemeenteraad heft het besluit "aanstelling onbezoldigde zwerfvuilhandhavers" van de gemeenteraad van 24/11/2022 op.
-
Verkaveling Langveld: gedeeltelijke verplaatsing rooilijn mb.t. distributiecabine Fluvius: akkoord met voorlopige vaststelling rooilijnenplan Verkaveling Langveld: gedeeltelijke verplaatsing rooilijn mb.t. distributiecabine Fluvius: akkoord met voorlopige vaststelling rooilijnenplan
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Verkaveling Langveld: gedeeltelijke verplaatsing rooilijn mb.t. distributiecabine Fluvius: akkoord met voorlopige vaststelling rooilijnenplanVerkavelaar Deveux-Vanerum bv heeft een aanvraag ingediend op 17.05.2023 om eengedeeltelijke verplaatsing van de rooilijn toe te passen gezien op vraag van Fluvius deinplanting van de distributiecabine gewijzigd dient te worden. Dit heeft als gevolg dat derooilijn gedeeltelijk wijzigt en het gedeelte waar de distributiecabine komt te staangedesaffecteerd wordt uit het openbaar domein, dat overgedragen zal worden na realisatievan de verkaveling. De voorlopige vaststelling van het rooilijnenplan wordt nu tergoedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Feiten en context Verkavelaar Deveux-Vanerum bv heeft een aanvraag ingediend op 17.05.2023 om eengedeeltelijke verplaatsing van de rooilijn toe te passen gezien op vraag van Fluvius deinplanting van de distributiecabine gewijzigd dient te worden. Dit heeft als gevolg dat derooilijn gedeeltelijk wijzigt en het gedeelte waar de distributiecabine komt te staangedesaffecteerd wordt uit het openbaar domein, dat overgedragen zal worden na realisatievan de verkaveling. De voorlopige vaststelling van het rooilijnenplan wordt nu tergoedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. Juridische grondDecreet van de Vlaamse Regering m.b.t. gemeentewegen van 3 mei 2019 AdviezenNiet van toepassing ArgumentatieIn vergadering van 30.06.2022 verleende de gemeenteraad haar goedkeuring voor deaanleg, riolering, wegenis en riolering m.b.t. de verkaveling Langveld.De kosten voor deze uitrustingswerken en de uitbreiding van de nutsvoorzieningen werdenvolledig ten laste gelegd van de eigenaars. Met het oog op de latere kosteloze overdrachtvoor inlijving in openbaar domein wordt dit project opgevolgd.In vergadering van 30.06.2022 verleende de gemeenteraad haar goedkeuring voor deverplaatsing van chemin 49 + 50 en het vaststellen van de rooilijnen van de nieuweverkaveling Langveld n.a.v. OMV_202118230.Het college van burgemeester en schepenen ging in vergadering van 13.07.2022 akkoordmet het afleveren van de omgevingsvergunning V676 voor het verkavelen van gronden -Maarten Nijs namens DEVEUX & VANERUM BV gevestigd te Molenstraat 24 te 3570 Alken,de heer Dirk Deveux wonende te Molenstraat 24 te 3570 Alken en de heer Kurt Vanerummet als contactadres Sint-Truidersteenweg 15 bus 6 te 3540 Herk-de-Stad. Het betreft eenaanvraag over: verkavelen van een grond in 29 kavels, waarvan 5 kavels voor openbebouwing, 12 kavels voor halfopen bebouwing, 10 kavels voor gesloten bebouwing en 2projectkavels voor meergezinswoningen.Gezien op vraag van Fluvius de inplanting van de distributiecabine dient aangepast teworden, heeft dit als gevolg dat de rooilijn gedeeltelijk verplaatst dient te worden, en dat ditgedeelte ook zal gedesaffecteerd zal worden uit het openbaar domein, dat overgedragen zalworden na realisatie van de verkaveling.Schriftelijke aanvraag dd. 17.05.2023 van Deveux-Vanerum bv voor de gedeeltelijkeverplaatsing van de rooilijn.Opmetingsplan 'rooilijnenplan v2.0. verkaveling Langveld: 2e Afdeling Sie F nrs 284A, 287/B,288/B, 290/D en 295/V' opgemaakt en ondertekend dd.06.06.2023 door landmeter-expert Kurt Vanerum.Beslissing college van burgemeester en schepenen dd. 21.06.2023 Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluiteenparig Artikel 1: De gemeenteraad gaat akkoord met de voorlopige vaststelling van het bijgevoegde rooilijnenplan opgemaakt en ondertekend dd.06.06.2023 door landmeter-expert Kurt Vanerum. Artikel 2: Opmetingsplan 'rooilijnenplan v2.0. verkaveling Langveld: 2e Afdeling Sie F nrs284A, 287/B, 288/B, 290/D en 295/V' opgemaakt en ondertekend dd. 06.06.2023 door landmeter-expert Kurt Vanerum,maakt integraal deel uit van dit besluit.Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het voeren van het openbaar onderzoek.Artikel 4: Na het openbaar onderzoek zal dit dossier opnieuw ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeenteraad voor definitieve vaststelling rooilijnenplan. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Verkaveling Langveld: gedeeltelijke verplaatsing rooilijn mb.t. distributiecabine Fluvius: akkoord met voorlopige vaststelling rooilijnenplan
Verkavelaar Deveux-Vanerum bv heeft een aanvraag ingediend op 17.05.2023 om een
gedeeltelijke verplaatsing van de rooilijn toe te passen gezien op vraag van Fluvius de
inplanting van de distributiecabine gewijzigd dient te worden. Dit heeft als gevolg dat de
rooilijn gedeeltelijk wijzigt en het gedeelte waar de distributiecabine komt te staan
gedesaffecteerd wordt uit het openbaar domein, dat overgedragen zal worden na realisatie
van de verkaveling. De voorlopige vaststelling van het rooilijnenplan wordt nu ter
goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Feiten en context
Verkavelaar Deveux-Vanerum bv heeft een aanvraag ingediend op 17.05.2023 om een
gedeeltelijke verplaatsing van de rooilijn toe te passen gezien op vraag van Fluvius de
inplanting van de distributiecabine gewijzigd dient te worden. Dit heeft als gevolg dat de
rooilijn gedeeltelijk wijzigt en het gedeelte waar de distributiecabine komt te staan
gedesaffecteerd wordt uit het openbaar domein, dat overgedragen zal worden na realisatie
van de verkaveling. De voorlopige vaststelling van het rooilijnenplan wordt nu ter
goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Juridische grond
Decreet van de Vlaamse Regering m.b.t. gemeentewegen van 3 mei 2019
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
In vergadering van 30.06.2022 verleende de gemeenteraad haar goedkeuring voor de
aanleg, riolering, wegenis en riolering m.b.t. de verkaveling Langveld.
De kosten voor deze uitrustingswerken en de uitbreiding van de nutsvoorzieningen werden
volledig ten laste gelegd van de eigenaars. Met het oog op de latere kosteloze overdracht
voor inlijving in openbaar domein wordt dit project opgevolgd.
In vergadering van 30.06.2022 verleende de gemeenteraad haar goedkeuring voor de
verplaatsing van chemin 49 + 50 en het vaststellen van de rooilijnen van de nieuwe
verkaveling Langveld n.a.v. OMV_202118230.
Het college van burgemeester en schepenen ging in vergadering van 13.07.2022 akkoord
met het afleveren van de omgevingsvergunning V676 voor het verkavelen van gronden -
Maarten Nijs namens DEVEUX & VANERUM BV gevestigd te Molenstraat 24 te 3570 Alken,
de heer Dirk Deveux wonende te Molenstraat 24 te 3570 Alken en de heer Kurt Vanerum
met als contactadres Sint-Truidersteenweg 15 bus 6 te 3540 Herk-de-Stad. Het betreft een
aanvraag over: verkavelen van een grond in 29 kavels, waarvan 5 kavels voor open
bebouwing, 12 kavels voor halfopen bebouwing, 10 kavels voor gesloten bebouwing en 2
projectkavels voor meergezinswoningen.
Gezien op vraag van Fluvius de inplanting van de distributiecabine dient aangepast te
worden, heeft dit als gevolg dat de rooilijn gedeeltelijk verplaatst dient te worden, en dat dit
gedeelte ook zal gedesaffecteerd zal worden uit het openbaar domein, dat overgedragen zal
worden na realisatie van de verkaveling.
Schriftelijke aanvraag dd. 17.05.2023 van Deveux-Vanerum bv voor de gedeeltelijke
verplaatsing van de rooilijn.
Opmetingsplan 'rooilijnenplan v2.0. verkaveling Langveld: 2e Afdeling Sie F nrs 284A, 287/B,
288/B, 290/D en 295/V' opgemaakt en ondertekend dd.06.06.2023 door landmeter-expert Kurt Vanerum.
Beslissing college van burgemeester en schepenen dd. 21.06.2023
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad gaat akkoord met de voorlopige vaststelling van het bijgevoegde rooilijnenplan opgemaakt en ondertekend dd.06.06.2023 door landmeter-expert Kurt Vanerum.
Artikel 2: Opmetingsplan 'rooilijnenplan v2.0. verkaveling Langveld: 2e Afdeling Sie F nrs
284A, 287/B, 288/B, 290/D en 295/V' opgemaakt en ondertekend dd. 06.06.2023 door landmeter-expert Kurt Vanerum,
maakt integraal deel uit van dit besluit.
Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met het voeren van het openbaar onderzoek.
Artikel 4: Na het openbaar onderzoek zal dit dossier opnieuw ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeenteraad voor definitieve vaststelling rooilijnenplan.
-
Goedkeuring engagementsverklaring Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest & afvaardiging Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest Goedkeuring engagementsverklaring Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest & afvaardiging Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Pascal Giesen Jorg Stas Carine Meyers Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Jorg Stas Carine Meyers aantal voorstanders: 12 , aantal onthouders: 0 , aantal tegenstanders: 7 Goedgekeurd
Zitting van 29 06 2023 Goedkeuring engagementsverklaring Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest & afvaardiging Lokale Actiegroep Haspengouw ZuidwestFeiten en contextLEADER-steun kan enkel gegeven worden in een LEADER-gebied. Voor de periode 2023-2027 moeten die LEADER-gebieden opnieuw gevormd worden. Lokale gemeenschappen kunnen zich nu kandidaat stellen om LEADER-gebieden en 'lokale actiegroepen' te vormen. Het totale budget voor LEADER 2023-2027 in Vlaanderen is 50,5 miljoen euro. Dat budget komt zowel van Europa, van Vlaanderen en van de Vlaamse provincies. De oproep voor de vorming van LEADER-gebieden en lokale actiegroepen is gericht aan kandidaat lokale actiegroepen (LAG's). Een LAG verenigt landbouwers, plattelandsbewoners en vertegenwoordigers van lokale besturen, organisaties en lokale middenstand uit een gebied dat bestaat uit minstens drie plattelandsgemeentes. Haspengouw Zuidwest wil tijdens de LEADER-periode ’23-’27 via vijf doelstellingeninzetten op de drie Vlaamse prioriteiten:● Innovatieve en duurzame lokale landbouwproductie en -afzet, en valorisatie van biomassaresten;● Leefbare en levendige dorpen;● Biodiversiteit en landschapskwaliteit; Onderstaande figuur geeft een overzicht van de doelstellingen en prioriteiten weer.Samen met diverse stakeholders werd aan de hand van een participatietraject dieper ingegaan op de noden en de behoeften van de regio op basis van een omgevings- en SWOT-analyse. Deze vormden de basis van de voorliggende Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest.Hieraan verbonden wordt ook een Lokale Actiegroep opgericht, waarbij de lokale besturen binnen de afgebakende LEADER-gebieden als partner worden opgenomen binnen de Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest, terwijl de provincie Limburg de rol van administratief en financieel eerstverantwoordelijke opneemt. Voor een efficiënt verloop tijdens de nieuwe programmaperiode 2023-2023 en voor de erkenning als Leadergebied worden de lokale besturen, die deel uitmaken van de Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest (waaronder gemeente Alken - zie ook p. 30 van de Lokale Ontwikkelingsstrategie), verzocht het engagement aan te tonen middels invulling en ondertekening van de bijgevoegde engagementsverklaring. Uiterlijk zes maanden na goedkeuring van de voorliggende LOS, zal een samenwerkingsovereenkomst worden afgesloten tussen de betrokken partners en lokale besturen. Conform het decreet lokaal bestuur hebben alle partners de mogelijkheid om een inbreng te doen in deze interbestuurlijke vereniging in oprichting. De Provincie Limburg neemt de rol van administratieve en financiële eerstverantwoordelijke op.Juridische grondHet Meerjarig Financieel Kader 2021-2027 (MFK), goedgekeurd door de Raad van de Europese Unie (EU) d.d. 2020-07-21;De Verordening (EU) 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid;De Verordening (EU) 2021/2115 van het Europees Parlement en de Raad van 2 december 2021 tot vaststelling van voorschriften inzake steun voor de strategische plannen die de lidstaten in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid opstellen (strategische GLB-plannen) en die uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) worden gefinancierd, en tot intrekking van Verordeningen (EU) nr. 1305/2013 en (EU) nr. 1307/2013;Het openbaar onderzoek van 14.01.2022 tot en met 14.03.2022 van het ontwerp van GLB Strategisch plan en het MER; Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald art. 42 e.v.;De besluiten van het college van burgemeester en schepenen dd. 21.12.2022 en 25.01.2023; AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieIn het kader van het nieuwe Europese GLB 2023-2027 (Verordening (EU) 2021/2115) en de CPR-verordening (Verordening (EU) 2021/1060) heeft de Vlaamse Regering het GLB Strategisch Plan 2023-2027 opgemaakt, dat werd goedgekeurd door de Europese Commissie d.d. 5 december 2022. In het GLB Strategisch Plan 2023-2027 wordt uitvoering gegeven aan het tweede luik (plattelandsontwikkeling) van het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). In het GLB Strategisch Plan 2023-2027 is er gekozen om voor de komende programma periode enkel te kiezen voor een LEADER-subsidieprogramma. Het LEADER-programma geeft invulling aan de krachtlijn ‘De open ruimte en het lokaal economisch en maatschappelijk weefsel in de echte plattelandsgebieden versterken’ van het Vlaamse GLB Strategisch Plan 2023-2027. Op Vlaams niveau worden drie prioritaire beleidsthema’s bepaald, die de LAG uitwerkt volgens de noden van het gebied in een strategisch ontwikkelingsplan: Innovatieve en duurzame lokale landbouwproductie en -afzet, en valorisatie van biomassaresten:○ Uitvoering van lokale voedselstrategieën, stimuleren en bevorderen van de korte keten, evenals de bijhorende (kleine) investeringen;○ Samenwerking met de ambitie om duurzame landbouwverbreding in te zetten voor gemeenschappelijke doelen;○ De bijhorende (kleine) investeringen in collectieve infrastructuur of materieel voor oogst, opslag, verwerking en logistiek van biomassa(resten) uit natuur- en landschapsbeheer en lokale land-, tuin- en bosbouw met het oog op een hoogwaardige lokale toepassing en met aandacht voor circulariteit.Leefbare en levendige dorpen:○ Participatie van en samenwerking tussen dorpsbewoners en andere plattelandsactoren versterken met volgende ambities: de dorpsgemeenschappen toekomstbestendig en divers ontwikkelen; de leefbaarheid en sociale cohesie verhogen, evenals vereenzaming aanpakken; een kwalitatieve leef- en werkomgeving creëren met innovatieve en duurzame initiatieven; duurzame mobiliteit stimuleren en vervoersarmoede aanpakken; de dienstverlening en het voorzieningenniveau verbeteren enz…;○ Activeren van burgerschap via capaciteitsopbouw en kennisdeling o.a. via sociale en digitale innovatie;○ De bijhorende investeringen in gemeenschapsvormende infrastructuur (publieke ruimte of dorpslokalen) of materieel.Biodiversiteit en landschapskwaliteit:○ Samenwerking tussen verschillende plattelandsactoren met de volgende ambities: de open ruimte en het landschap kwalitatief versterken; de biodiversiteit, de bodem- en waterkwaliteit verbeteren; verbindingen creëren die de streekidentiteit versterken, bijdragen aan de klimaatdoelstellingen (adaptatie en mitigatie), landschappen, water en natuur aan elkaar rijgen;○ De bijhorende (kleine) investeringen om de biodiversiteit en landschapskwaliteit te versterken. De kern van het LEADER programma is de Community led local development (CLLD), de door de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling op het platteland. Fundamenteel aan de LEADER methodologie en door de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling zijn drie gemeenschappelijke en onderling verbonden elementen:● Gebied: een gebied kan beschouwd worden als LEADER-gebied wanneer het een plattelandsgebied is bestaande uit minstens drie plattelandsgemeenten die een fysisch-landschappelijk, cultureel en economisch geheel vormen.● Lokale ontwikkelingsstrategie (LOS): een geïntegreerde en multisectorale, gebiedsgerichte strategie die bestaat uit een coherente set van acties die tegemoetkomen aan lokale doelstellingen en noden alsook bijdraagt aan Europese, Vlaamse en provinciale beleidsambities en doelstellingen. De LOS wordt opgesteld en uitgevoerd door de Lokale Actiegroep (LAG).● Lokale Actiegroep: de LAG is een lokaal publiek-privaat partnerschap bestaande uit individuen of vertegenwoordigers van organisaties die leven of actief zijn in het gebied. Belangrijk is een evenwichtige samenstelling en vertegenwoordiging van de verschillende socio-economische belangen in het gebied. LEADER-gebieden voldoen aan de volgende criteria:● Voor het gehele gebied bedraagt de bevolkingsdichtheid maximum 350 inw/km² of heeft het een ruimtebeslag van maximum 30%;● Minstens 3 plattelandsgemeenten maken integraal deel uit en vormen de kern van het LEADER-gebied. De 13 Vlaamse centrumsteden kunnen geen deel uitmaken van een LEADER-gebied; ● Fysisch-geografisch, landschappelijk en sociaal-economisch een geheel vormen;● Bestuurlijk coherent zijn;● Beschikken over een dynamisch samenwerkingsinitiatief met een representatieve vertegenwoordiging van de relevante lokale plattelandsactoren; De overheidsmiddelen voor het LEADER-programma 2023-2027 in Vlaanderen komen zowel van Europa, van Vlaanderen als van de provincie. Het totale budget voor LEADER, zoals ingediend bij Europa, bedraagt 50,5 miljoen euro voor. De Lokale Actiegroepen krijgen, volgens een op voorhand bepaalde verdeelsleutel, elk een deel van dit totale budget. Het Europese deel van het budget is afkomstig uit de tweede Pijler van het GLB en worden aangevuld met Vlaamse en provinciale cofinanciering tot een verhouding van 43% Europese middelen, 28,50% Vlaamse middelen en 28,50% provinciale middelen. Daarnaast is er een bijkomende overdracht van middelen uit de eerste Pijler van het GLB die niet met Vlaamse en provinciale cofinanciering moeten worden aangevuld. De provincie Limburg heeft binnen het kader van het GLB Strategisch Plan 2023-2027 de klemtonen, die voor de eigen provincie en het provinciaal plattelandsbeleid van de provincie van belang zijn, opgenomen in de provinciale kadernota. Dit alles vormt het kader waarbinnen de LOS van de LEADER-groep ook zal moeten passen.De Limburgse accenten zijn: thema lokale landbouwproductie en -afzet, valorisatie van biomassaresten:○ Verdere diversificatie van land- en tuinbouw, met aandacht voor duurzame businessmodellen○ Wijnbouw als opportuniteit○ Afzet van lokale producten, lokale voedselstrategieën○ Innovatie in duurzame energieproductie op het plattelandthema leefbare en levendige dorpen:○ Multifunctionele gemeenschapsinfrastructuur○ Quick-wins om de mobiliteit tussen dorpen te verbeteren of de verbinding te maken van dorpen met vervoersknooppunten○ Oplossingen om vervoersafhankelijke bewoners te verbinden met commerciële en publieke diensten○ Initiatieven rond identiteit die de connectie en het eigenaarschap van dorpelingen verhoogt met hun dorp. ○ Initiatieven om de woonkwaliteit te verhogen. ○ Initiatieven die inzetten op multifunctionele, kwalitatieve open ruimte in het dorp○ Proeftuinen rond betaalbaar en kwalitatief wonen en dorpse architectuurthema biodiversiteit en landschapskwaliteit:○ Ondersteuning van geïntegreerde oplossingen, die vanuit partnerschappen en expertise uit het werkveld tot stand komen en bijgevolg op een breed draagvlak berusten ○ Living labs/proeftuinen vanuit de landbouwsector. Teneinde de bereidheid van de gemeente Alken om mee te werken aan de LEADER-werking te bekrachtigen, is het essentieel om de engagement daartoe te uiten. Financiële gevolgenNiet van toepassing. BesluitNa geheime stemming: 12 stemmen voor7 stemmen tegen Artikel 1: De gemeenteraad keurt de Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest goed. Artikel 2: De gemeente Alken neemt deel aan de Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest en aan de uitvoering van de Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest.Artikel 3: De gemeente Alken wordt in de Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest vertegenwoordigd door:De heer Frank Vroonen als effectief lid LAG Leader Haspengouw Zuidwest.De mevrouw Ingrid Loix als plaatsvervangend lid LAG Leader Haspengouw Zuidwest.Artikel 4: De engagementsverklaring en verklarende bijlagen, die allen integraal deel uitmaken van onderhavig besluit, worden goedgekeurd en er wordt opdracht gegeven om tot ondertekening over te gaan. Artikel 5:Een afschrift van dit besluit wordt ter kennisgeving overgemaakt aan het Leadersecretariaat t.a.v. Davy Froyen, Provincie Limburg, Directie Ondernemen – Dienst Landbouw en Platteland, Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt.Artikel 6: Dit besluit wordt genomen onder voorbehoud van goedkeuring van het ontwerp van de Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest door het Vlaams Managementcomité. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Goedkeuring engagementsverklaring Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest & afvaardiging Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest
Feiten en context
LEADER-steun kan enkel gegeven worden in een LEADER-gebied. Voor de periode 2023-2027 moeten die LEADER-gebieden opnieuw gevormd worden. Lokale gemeenschappen kunnen zich nu kandidaat stellen om LEADER-gebieden en 'lokale actiegroepen' te vormen.
Het totale budget voor LEADER 2023-2027 in Vlaanderen is 50,5 miljoen euro. Dat budget komt zowel van Europa, van Vlaanderen en van de Vlaamse provincies.
De oproep voor de vorming van LEADER-gebieden en lokale actiegroepen is gericht aan kandidaat lokale actiegroepen (LAG's). Een LAG verenigt landbouwers, plattelandsbewoners en vertegenwoordigers van lokale besturen, organisaties en lokale middenstand uit een gebied dat bestaat uit minstens drie plattelandsgemeentes.
Haspengouw Zuidwest wil tijdens de LEADER-periode ’23-’27 via vijf doelstellingen
inzetten op de drie Vlaamse prioriteiten:
● Innovatieve en duurzame lokale landbouwproductie en -afzet, en valorisatie van biomassaresten;
● Leefbare en levendige dorpen;
● Biodiversiteit en landschapskwaliteit;
Onderstaande figuur geeft een overzicht van de doelstellingen en prioriteiten weer.
Samen met diverse stakeholders werd aan de hand van een participatietraject dieper ingegaan op de noden en de behoeften van de regio op basis van een omgevings- en SWOT-analyse. Deze vormden de basis van de voorliggende Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest.
Hieraan verbonden wordt ook een Lokale Actiegroep opgericht, waarbij de lokale besturen binnen de afgebakende LEADER-gebieden als partner worden opgenomen binnen de Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest, terwijl de provincie Limburg de rol van administratief en financieel eerstverantwoordelijke opneemt.
Voor een efficiënt verloop tijdens de nieuwe programmaperiode 2023-2023 en voor de erkenning als Leadergebied worden de lokale besturen, die deel uitmaken van de Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest (waaronder gemeente Alken - zie ook p. 30 van de Lokale Ontwikkelingsstrategie), verzocht het engagement aan te tonen middels invulling en ondertekening van de bijgevoegde engagementsverklaring.
Uiterlijk zes maanden na goedkeuring van de voorliggende LOS, zal een samenwerkingsovereenkomst worden afgesloten tussen de betrokken partners en lokale besturen. Conform het decreet lokaal bestuur hebben alle partners de mogelijkheid om een inbreng te doen in deze interbestuurlijke vereniging in oprichting. De Provincie Limburg neemt de rol van administratieve en financiële eerstverantwoordelijke op.
Juridische grondHet Meerjarig Financieel Kader 2021-2027 (MFK), goedgekeurd door de Raad van de Europese Unie (EU) d.d. 2020-07-21;
De Verordening (EU) 2021/1060 van het Europees Parlement en de Raad van 24 juni 2021 houdende gemeenschappelijke bepalingen inzake het Europees Fonds voor regionale ontwikkeling, het Europees Sociaal Fonds Plus, het Cohesiefonds, het Fonds voor een rechtvaardige transitie en het Europees Fonds voor maritieme zaken, visserij en aquacultuur en de financiële regels voor die fondsen en voor het Fonds voor asiel, migratie en integratie, het Fonds voor interne veiligheid en het Instrument voor financiële steun voor grensbeheer en visumbeleid;
De Verordening (EU) 2021/2115 van het Europees Parlement en de Raad van 2 december 2021 tot vaststelling van voorschriften inzake steun voor de strategische plannen die de lidstaten in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid opstellen (strategische GLB-plannen) en die uit het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling (ELFPO) worden gefinancierd, en tot intrekking van Verordeningen (EU) nr. 1305/2013 en (EU) nr. 1307/2013;
Het openbaar onderzoek van 14.01.2022 tot en met 14.03.2022 van het ontwerp van GLB Strategisch plan en het MER;
Decreet Lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald art. 42 e.v.;
De besluiten van het college van burgemeester en schepenen dd. 21.12.2022 en 25.01.2023;
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
In het kader van het nieuwe Europese GLB 2023-2027 (Verordening (EU) 2021/2115) en de CPR-verordening (Verordening (EU) 2021/1060) heeft de Vlaamse Regering het GLB Strategisch Plan 2023-2027 opgemaakt, dat werd goedgekeurd door de Europese Commissie d.d. 5 december 2022. In het GLB Strategisch Plan 2023-2027 wordt uitvoering gegeven aan het tweede luik (plattelandsontwikkeling) van het Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). In het GLB Strategisch Plan 2023-2027 is er gekozen om voor de komende programma periode enkel te kiezen voor een LEADER-subsidieprogramma. Het LEADER-programma geeft invulling aan de krachtlijn ‘De open ruimte en het lokaal economisch en maatschappelijk weefsel in de echte plattelandsgebieden versterken’ van het Vlaamse GLB Strategisch Plan 2023-2027.
Op Vlaams niveau worden drie prioritaire beleidsthema’s bepaald, die de LAG uitwerkt volgens de noden van het gebied in een strategisch ontwikkelingsplan:
- Innovatieve en duurzame lokale landbouwproductie en -afzet, en valorisatie van biomassaresten:
○ Uitvoering van lokale voedselstrategieën, stimuleren en bevorderen van de korte keten, evenals de bijhorende (kleine) investeringen;
○ Samenwerking met de ambitie om duurzame landbouwverbreding in te zetten voor gemeenschappelijke doelen;
○ De bijhorende (kleine) investeringen in collectieve infrastructuur of materieel voor oogst, opslag, verwerking en logistiek van biomassa(resten) uit natuur- en landschapsbeheer en lokale land-, tuin- en bosbouw met het oog op een hoogwaardige lokale toepassing en met aandacht voor circulariteit.
- Leefbare en levendige dorpen:
○ Participatie van en samenwerking tussen dorpsbewoners en andere plattelandsactoren versterken met volgende ambities: de dorpsgemeenschappen toekomstbestendig en divers ontwikkelen; de leefbaarheid en sociale cohesie verhogen, evenals vereenzaming aanpakken; een kwalitatieve leef- en werkomgeving creëren met innovatieve en duurzame initiatieven; duurzame mobiliteit stimuleren en vervoersarmoede aanpakken; de dienstverlening en het voorzieningenniveau verbeteren enz…;
○ Activeren van burgerschap via capaciteitsopbouw en kennisdeling o.a. via sociale en digitale innovatie;
○ De bijhorende investeringen in gemeenschapsvormende infrastructuur (publieke ruimte of dorpslokalen) of materieel.
- Biodiversiteit en landschapskwaliteit:
○ Samenwerking tussen verschillende plattelandsactoren met de volgende ambities: de open ruimte en het landschap kwalitatief versterken; de biodiversiteit, de bodem- en waterkwaliteit verbeteren; verbindingen creëren die de streekidentiteit versterken, bijdragen aan de klimaatdoelstellingen (adaptatie en mitigatie), landschappen, water en natuur aan elkaar rijgen;
○ De bijhorende (kleine) investeringen om de biodiversiteit en landschapskwaliteit te versterken.
De kern van het LEADER programma is de Community led local development (CLLD), de door de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling op het platteland. Fundamenteel aan de LEADER methodologie en door de gemeenschap geleide lokale ontwikkeling zijn drie gemeenschappelijke en onderling verbonden elementen:
● Gebied: een gebied kan beschouwd worden als LEADER-gebied wanneer het een plattelandsgebied is bestaande uit minstens drie plattelandsgemeenten die een fysisch-landschappelijk, cultureel en economisch geheel vormen.
● Lokale ontwikkelingsstrategie (LOS): een geïntegreerde en multisectorale, gebiedsgerichte strategie die bestaat uit een coherente set van acties die tegemoetkomen aan lokale doelstellingen en noden alsook bijdraagt aan Europese, Vlaamse en provinciale beleidsambities en doelstellingen. De LOS wordt opgesteld en uitgevoerd door de Lokale Actiegroep (LAG).
● Lokale Actiegroep: de LAG is een lokaal publiek-privaat partnerschap bestaande uit individuen of vertegenwoordigers van organisaties die leven of actief zijn in het gebied. Belangrijk is een evenwichtige samenstelling en vertegenwoordiging van de verschillende socio-economische belangen in het gebied.
LEADER-gebieden voldoen aan de volgende criteria:
● Voor het gehele gebied bedraagt de bevolkingsdichtheid maximum 350 inw/km² of heeft het een ruimtebeslag van maximum 30%;
● Minstens 3 plattelandsgemeenten maken integraal deel uit en vormen de kern van het LEADER-gebied. De 13 Vlaamse centrumsteden kunnen geen deel uitmaken van een LEADER-gebied;
● Fysisch-geografisch, landschappelijk en sociaal-economisch een geheel vormen;
● Bestuurlijk coherent zijn;
● Beschikken over een dynamisch samenwerkingsinitiatief met een representatieve vertegenwoordiging van de relevante lokale plattelandsactoren;
De overheidsmiddelen voor het LEADER-programma 2023-2027 in Vlaanderen komen zowel van Europa, van Vlaanderen als van de provincie. Het totale budget voor LEADER, zoals ingediend bij Europa, bedraagt 50,5 miljoen euro voor. De Lokale Actiegroepen krijgen, volgens een op voorhand bepaalde verdeelsleutel, elk een deel van dit totale budget. Het Europese deel van het budget is afkomstig uit de tweede Pijler van het GLB en worden aangevuld met Vlaamse en provinciale cofinanciering tot een verhouding van 43% Europese middelen, 28,50% Vlaamse middelen en 28,50% provinciale middelen. Daarnaast is er een bijkomende overdracht van middelen uit de eerste Pijler van het GLB die niet met Vlaamse en provinciale cofinanciering moeten worden aangevuld.
De provincie Limburg heeft binnen het kader van het GLB Strategisch Plan 2023-2027 de klemtonen, die voor de eigen provincie en het provinciaal plattelandsbeleid van de provincie van belang zijn, opgenomen in de provinciale kadernota. Dit alles vormt het kader waarbinnen de LOS van de LEADER-groep ook zal moeten passen.
De Limburgse accenten zijn:
- thema lokale landbouwproductie en -afzet, valorisatie van biomassaresten:
○ Verdere diversificatie van land- en tuinbouw, met aandacht voor duurzame businessmodellen
○ Wijnbouw als opportuniteit
○ Afzet van lokale producten, lokale voedselstrategieën
○ Innovatie in duurzame energieproductie op het platteland
- thema leefbare en levendige dorpen:
○ Multifunctionele gemeenschapsinfrastructuur
○ Quick-wins om de mobiliteit tussen dorpen te verbeteren of de verbinding te maken van dorpen met vervoersknooppunten
○ Oplossingen om vervoersafhankelijke bewoners te verbinden met commerciële en publieke diensten
○ Initiatieven rond identiteit die de connectie en het eigenaarschap van dorpelingen verhoogt met hun dorp.
○ Initiatieven om de woonkwaliteit te verhogen.
○ Initiatieven die inzetten op multifunctionele, kwalitatieve open ruimte in het dorp
○ Proeftuinen rond betaalbaar en kwalitatief wonen en dorpse architectuur
- thema biodiversiteit en landschapskwaliteit:
○ Ondersteuning van geïntegreerde oplossingen, die vanuit partnerschappen en expertise uit het werkveld tot stand komen en bijgevolg op een breed draagvlak berusten
○ Living labs/proeftuinen vanuit de landbouwsector.
Teneinde de bereidheid van de gemeente Alken om mee te werken aan de LEADER-werking te bekrachtigen, is het essentieel om de engagement daartoe te uiten.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
Na geheime stemming:
12 stemmen voor
7 stemmen tegen
Artikel 1: De gemeenteraad keurt de Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest goed.
Artikel 2: De gemeente Alken neemt deel aan de Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest en aan de uitvoering van de Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest.
Artikel 3: De gemeente Alken wordt in de Lokale Actiegroep Leader Haspengouw Zuidwest vertegenwoordigd door:
De heer Frank Vroonen als effectief lid LAG Leader Haspengouw Zuidwest.
De mevrouw Ingrid Loix als plaatsvervangend lid LAG Leader Haspengouw Zuidwest.
Artikel 4: De engagementsverklaring en verklarende bijlagen, die allen integraal deel uitmaken van onderhavig besluit, worden goedgekeurd en er wordt opdracht gegeven om tot ondertekening over te gaan.
Artikel 5:Een afschrift van dit besluit wordt ter kennisgeving overgemaakt aan het Leadersecretariaat t.a.v. Davy Froyen, Provincie Limburg, Directie Ondernemen – Dienst Landbouw en Platteland, Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt.
Artikel 6: Dit besluit wordt genomen onder voorbehoud van goedkeuring van het ontwerp van de Lokale Ontwikkelingsstrategie Leader Haspengouw Zuidwest door het Vlaams Managementcomité.
-
Vervoerregio Limburg - Voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan voorlegging voor advies Vervoerregio Limburg - Voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan voorlegging voor advies
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Vervoerregio Limburg - Voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan voorlegging voor adviesDe vervoerregio Limburg ging officieel van start op 21 oktober 2019. Vrij snel daarna werden de eerste stappen gezet richting een gedragen regionaal mobiliteitsplan. De eerste stap was een goedgekeurde oriëntatienota midden 2020. Alle info over het proces dat leidde tot het regionaal mobilteitsplan is terug te vinden via deze webpagina: Vervoerregio Limburg | Vlaanderen.be (https://www.vlaanderen.be/departement-mobiliteit-en-openbare-werken/persberichten/regionaal-mobiliteitsplan-2030-2050-voor-vervoerregio-limburg) Op 17 april 2023 werden tijdens de vervoerregioraad ontwerp RMP 2030-2050 goedgekeurd. Het ontwerp RMP wordt voorlopig vastgesteld met unanimiteit. De gemeenteraadsleden en de leden van de adviesraad voor verkeer en mobiliteit werden per mail uitgenodigd voor het mobiliteitscafé van de regio Zuid-Limburg van 8 februari 2023. De toelichting voor Zuid-Limburg is terug te vinden in bijlage 1.Het voorlopig ontwerp RMP werd op 8 mei 2023 goedgekeurd door de minister van Mobiliteit. Op 31 mei 2023 startte de adviesprocedure en het openbaar onderzoek. Als gemeente dragen we ook bij aan de promotie van dan dit openbaar onderzoek; meer bepaald via aankondiging op onze website, papieren aankondiging en het voorzien van de mogelijkheid tot raadpleging van de documenten in het gemeentehuis.Tegelijkertijd wordt het voorlopig ontwerp RMP ook voor advies voorgelegd aan de gemeenteraden van elke betrokken gemeente. Dat is de enige formele rol die aan de gemeenteraden is toegekend tijdens het vaststellingsproces van het RMP. Het betreft hier een niet-bindend advies.In bijlage 2 is het regionaal mobiliteitsplan terug te vinden. In bijlage 3 zijn een aantaldoorrekeningen terug te vinden. Feiten en contextDe vervoerregio Limburg ging officieel van start op 21 oktober 2019. Vrij snel daarna werden de eerste stappen gezet richting een gedragen regionaal mobiliteitsplan. De eerste stap was een goedgekeurde oriëntatienota midden 2020. Alle info over het proces dat leidde tot het regionaal mobiliteitsplan is terug te vinden via deze webpagina: Vervoerregio Limburg | Vlaanderen.be(https://www.vlaanderen.be/departement-mobiliteit-en-openbare-werken/persberichten/regionaal-mobiliteitsplan-2030-2050-voor-vervoerregio-limburg) Juridische grondDecreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald art. 41 e.v.;Decreet van 26 april 2019 betreffende de basisbereikbaarheid; Besluit van de Vlaamse Regering van 20 november 2020 over de regionale mobiliteitsplannen met integratie van de milieueffectrapportage, meer bepaald art. 7; AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieOp 17 april 2023 werden tijdens de vervoerregioraad ontwerp RMP 2030-2050 goedgekeurd. Het ontwerp RMP wordt voorlopig vastgesteld met unanimiteit.De gemeenteraadsleden en de leden van de adviesraad voor verkeer en mobiliteit werden per mail uitgenodigd voor het mobiliteitscafé van de regio Zuid-Limburg van 8 februari 2023. De toelichting voor Zuid-Limburg is terug te vinden in bijlage 1.Het voorlopig ontwerp RMP werd op 8 mei 2023 goedgekeurd door de minister van Mobiliteit. Op 31 mei 2023 start de adviesprocedure en het openbaar onderzoek. Als gemeente dragen we ook bij aan de promotie van dit openbaar onderzoek; meer bepaald via aankondiging op onze website, papieren aankondiging en het voorzien van de mogelijheid tot raadpleging van de documenten in het gemeentehuis.Tegelijkertijd wordt het voorlopig ontwerp RMP ook voor advies voorgelegd aan de gemeenteraden van elke betrokken gemeente. Dat is de enige formele rol die aan de gemeenteraden is toegekend tijdens het vaststellingsproces van het RMP. Het betreft hier een niet-bindend advies.In bijlage 2 is het regionaal mobiliteitsplan terug te vinden. In bijlage 3 zijn een aantaldoorrekeningen terug te vinden. Financiële gevolgenNiet van toepassing. Besluiteenparig Artikel 1: De gemeenteraad geeft een gunstig advies voor het voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Vervoerregio Limburg - Voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan voorlegging voor advies
De vervoerregio Limburg ging officieel van start op 21 oktober 2019. Vrij snel daarna werden de eerste stappen gezet richting een gedragen regionaal mobiliteitsplan. De eerste stap was een goedgekeurde oriëntatienota midden 2020. Alle info over het proces dat leidde tot het regionaal mobilteitsplan is terug te vinden via deze webpagina: Vervoerregio Limburg | Vlaanderen.be (https://www.vlaanderen.be/departement-mobiliteit-en-openbare-werken/persberichten/regionaal-mobiliteitsplan-2030-2050-voor-vervoerregio-limburg)
Op 17 april 2023 werden tijdens de vervoerregioraad ontwerp RMP 2030-2050 goedgekeurd. Het ontwerp RMP wordt voorlopig vastgesteld met unanimiteit.
De gemeenteraadsleden en de leden van de adviesraad voor verkeer en mobiliteit werden per mail uitgenodigd voor het mobiliteitscafé van de regio Zuid-Limburg van 8 februari 2023. De toelichting voor Zuid-Limburg is terug te vinden in bijlage 1.
Het voorlopig ontwerp RMP werd op 8 mei 2023 goedgekeurd door de minister van Mobiliteit. Op 31 mei 2023 startte de adviesprocedure en het openbaar onderzoek. Als gemeente dragen we ook bij aan de promotie van dan dit openbaar onderzoek; meer bepaald via aankondiging op onze website, papieren aankondiging en het voorzien van de mogelijkheid tot raadpleging van de documenten in het gemeentehuis.
Tegelijkertijd wordt het voorlopig ontwerp RMP ook voor advies voorgelegd aan de gemeenteraden van elke betrokken gemeente. Dat is de enige formele rol die aan de gemeenteraden is toegekend tijdens het vaststellingsproces van het RMP. Het betreft hier een niet-bindend advies.
In bijlage 2 is het regionaal mobiliteitsplan terug te vinden. In bijlage 3 zijn een aantal
doorrekeningen terug te vinden.
Feiten en context
De vervoerregio Limburg ging officieel van start op 21 oktober 2019. Vrij snel daarna werden de eerste stappen gezet richting een gedragen regionaal mobiliteitsplan. De eerste stap was een goedgekeurde oriëntatienota midden 2020. Alle info over het proces dat leidde tot het regionaal mobiliteitsplan is terug te vinden via deze webpagina: Vervoerregio Limburg | Vlaanderen.be
(https://www.vlaanderen.be/departement-mobiliteit-en-openbare-werken/persberichten/regionaal-mobiliteitsplan-2030-2050-voor-vervoerregio-limburg)
Juridische grond
Decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, meer bepaald art. 41 e.v.;
Decreet van 26 april 2019 betreffende de basisbereikbaarheid;
Besluit van de Vlaamse Regering van 20 november 2020 over de regionale mobiliteitsplannen met integratie van de milieueffectrapportage, meer bepaald art. 7;
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
Op 17 april 2023 werden tijdens de vervoerregioraad ontwerp RMP 2030-2050 goedgekeurd. Het ontwerp RMP wordt voorlopig vastgesteld met unanimiteit.
De gemeenteraadsleden en de leden van de adviesraad voor verkeer en mobiliteit werden per mail uitgenodigd voor het mobiliteitscafé van de regio Zuid-Limburg van 8 februari 2023. De toelichting voor Zuid-Limburg is terug te vinden in bijlage 1.
Het voorlopig ontwerp RMP werd op 8 mei 2023 goedgekeurd door de minister van Mobiliteit. Op 31 mei 2023 start de adviesprocedure en het openbaar onderzoek. Als gemeente dragen we ook bij aan de promotie van dit openbaar onderzoek; meer bepaald via aankondiging op onze website, papieren aankondiging en het voorzien van de mogelijheid tot raadpleging van de documenten in het gemeentehuis.
Tegelijkertijd wordt het voorlopig ontwerp RMP ook voor advies voorgelegd aan de gemeenteraden van elke betrokken gemeente. Dat is de enige formele rol die aan de gemeenteraden is toegekend tijdens het vaststellingsproces van het RMP. Het betreft hier een niet-bindend advies.
In bijlage 2 is het regionaal mobiliteitsplan terug te vinden. In bijlage 3 zijn een aantal
doorrekeningen terug te vinden.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad geeft een gunstig advies voor het voorlopig ontwerp Regionaal Mobiliteitsplan.
-
Addendum bij samenwerkingsovereenkomst Trabajo Arbeidskansen vzw - aanpassing prijzen Addendum bij samenwerkingsovereenkomst Trabajo Arbeidskansen vzw - aanpassing prijzen
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Addendum bij samenwerkingsovereenkomst Trabajo Arbeidskansen vzw - aanpassing prijzenDe raad nam in 2017 het toewijzingsbesluit om de klussers officieel over te hevelen naar LDE Trabajo Arbeidskansen. Dit ondertekende toewijzingsbesluit diende de vzw Arbeidskansen tebezorgen aan het Departement Werk en Sociale econome, Dienst Sociale Economie.Nadat de vzw Arbeidskansen (Trabajo) een sociale inspectie gehad heeft in 2021, betreffende haar LDE- werking (begeleiding van de doelgroep, doorstroming, opdrachtverklaringen, …), werd er een opmerking over de samenwerking met de sociale huisvestigingsmaatschappijen / scholen gemaakt. De opdrachtverklaringen met sociale huisvestingsmaatschappijen waren niet opgenomen in het toewijzingsbesluit en dit diende in orde gebracht te worden. Deze wijziging werd goedgekeurd door de raad op 2 september 2021. Trabajo Arbeidskansen wenst zijn prijzen aan te passen vanaf 1 juli 2023, enerzijds voor de taken waarop de gemeente Alken beroep kan, waaronder de klussen uitgevoerd bij de gemeente, anderzijds voor de taken waarop OCMW Alken beroep kan doen, waaronder de klussen uitgevoerd bij het OCMW en de klanten die doorgestuurd worden door het OCMW (Alkenaren met recht op verhoogde tegemoetkoming) Trabajo wenst zijn prijzen aan te passen, omwille van de huidige indexaties. De huidige tarieven (inclusief BTW) zijn als volgt:- Cliënt doorgestuurd door het OCMW: * Bijdrage cliënt: €7,5 per uur met een maximum van 30 uren. * Bijdrage OCMW: €17,30 per uur met een maximum van 30 uren.- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €24,80 per uur.- Klussen in opdracht van de gemeente: €24,80 per uur. Er wordt voorgesteld om met volgende tarieven te werken vanaf 1 juli 2023:- Cliënten doorgestuurd door het OCMW:* Bijdrage cliënt: €10,50 per uur met een maximum van 30 uren.* Bijdrage OCMW: €19,75 per uur met een maximum van 30 uren.- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €30,25 per uur.- Klussen in opdracht van de gemeente: €30,25 per uur. Feiten en contextDe raad nam in 2017 het toewijzingsbesluit om de klussers officieel over te hevelen naar LDE Trabajo Arbeidskansen. Dit ondertekende toewijzingsbesluit diende de vzw Arbeidskansen tebezorgen aan het Departement Werk en Sociale economie, Dienst Sociale Economie.Nadat de vzw Arbeidskansen (Trabajo) een sociale inspectie gehad heeft in 2021, betreffende haar LDE- werking (begeleiding van de doelgroep, doorstroming, opdrachtverklaringen, …), werd er een opmerking over de samenwerking met de sociale huisvestigingsmaatschappijen / scholen gemaakt. De opdrachtverklaringen met sociale huisvestingsmaatschappijen waren niet opgenomen in het toewijzingsbesluit en dit diende in orde gebracht te worden. Deze wijziging werd goedgekeurd door de raad op 2 september 2021. Trabajo Arbeidskansen wenst zijn prijzen aan te passen vanaf 1 juli 2023, enerzijds voor de taken waarop de gemeente Alken beroep kan, waaronder de klussen uitgevoerd bij de gemeente, anderzijds voor de taken waarop OCMW Alken beroep kan doen, waaronder de klussen uitgevoerd bij het OCMW en de klanten die doorgestuurd worden door het OCMW (Alkenaren met recht op verhoogde tegemoetkoming) Juridische grondArtikel 41 e.v. Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;Besluit van de gemeenteraad van 18 mei 2017 waarbij het toewijzingsbesluit werd goedgekeurd tussen vzw Arbeidskansen en gemeente Alken; Besluit van de ocmw-raad van 23 mei 2017 waarbij het toewijzingsbesluit werd goedgekeurd tussen vzw Arbeidskansen en OCMW Alken; Besluit van de gemeenteraad van 2 september 2021 waarbij aan het toewijzingsbesluit werd toegevoegd dat Arbeidskansen opdrachten mag uitvoeren voor sociale huisvestingsmaatschappijen. AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieTrabajo wenst zijn prijzen aan te passen, omwille van de huidige indexaties. De huidige tarieven (inclusief BTW) zijn als volgt:- Cliënt doorgestuurd door het OCMW: * Bijdrage cliënt: €7,5 per uur met een maximum van 30 uren. * Bijdrage OCMW: €17,30 per uur met een maximum van 30 uren.- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €24,80 per uur- Klussen in opdracht van de gemeente: €24,80 per uur Er wordt voorgesteld om met volgende tarieven te werken vanaf 1 juli 2023:- Cliënten doorgestuurd door het OCMW: * Bijdrage cliënt: €10,50 per uur met een maximum van 30 uren. * Bijdrage OCMW: €19,75 per uur met een maximum van 30 uren.- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €30,25 per uur- Klussen in opdracht van de gemeente: €30,25 per uur Financiële gevolgenIn 2022 werd er €24.498,15 gefactureerd door Trabajo voor de kosten van Natuurpunt, ondersteuning technische dienst en onderhoud van de bushaltes.Op basis van het aantal gepresteerde uren in 2022, wordt er een stijging verwacht van €5.371,62 op jaarbasis, indien voor hetzelfde aantal uren beroep wordt gedaan op de activiteiten van Trabajo Arbeidskansen. Besluiteenparig Artikel 1: De gemeenteraad keurt de aanpassing van de prijzen in de overeenkomst met Trabajo Arbeidskansen goed. De nieuwe tarieven zijn vanaf 1 juli 2023:● Voor de door het OCMW gestuurde klanten:○ Bijdrage cliënt: €10,50 per uur met een maximum van 30 uren.○ Bijdrage OCMW: €19,75 per uur met een maximum van 30 uren.● Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €30,25 per uur● Klussen in opdracht van de gemeente: €30,25 per uur Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Addendum bij samenwerkingsovereenkomst Trabajo Arbeidskansen vzw - aanpassing prijzen
De raad nam in 2017 het toewijzingsbesluit om de klussers officieel over te hevelen naar LDE Trabajo Arbeidskansen. Dit ondertekende toewijzingsbesluit diende de vzw Arbeidskansen te
bezorgen aan het Departement Werk en Sociale econome, Dienst Sociale Economie.
Nadat de vzw Arbeidskansen (Trabajo) een sociale inspectie gehad heeft in 2021, betreffende haar LDE- werking (begeleiding van de doelgroep, doorstroming, opdrachtverklaringen, …), werd er een opmerking over de samenwerking met de sociale huisvestigingsmaatschappijen / scholen gemaakt. De opdrachtverklaringen met sociale huisvestingsmaatschappijen waren niet opgenomen in het toewijzingsbesluit en dit diende in orde gebracht te worden.
Deze wijziging werd goedgekeurd door de raad op 2 september 2021.
Trabajo Arbeidskansen wenst zijn prijzen aan te passen vanaf 1 juli 2023, enerzijds voor de taken waarop de gemeente Alken beroep kan, waaronder de klussen uitgevoerd bij de gemeente, anderzijds voor de taken waarop OCMW Alken beroep kan doen, waaronder de klussen uitgevoerd bij het OCMW en de klanten die doorgestuurd worden door het OCMW (Alkenaren met recht op verhoogde tegemoetkoming)
Trabajo wenst zijn prijzen aan te passen, omwille van de huidige indexaties.
De huidige tarieven (inclusief BTW) zijn als volgt:
- Cliënt doorgestuurd door het OCMW:
* Bijdrage cliënt: €7,5 per uur met een maximum van 30 uren.
* Bijdrage OCMW: €17,30 per uur met een maximum van 30 uren.
- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €24,80 per uur.
- Klussen in opdracht van de gemeente: €24,80 per uur.
Er wordt voorgesteld om met volgende tarieven te werken vanaf 1 juli 2023:
- Cliënten doorgestuurd door het OCMW:
* Bijdrage cliënt: €10,50 per uur met een maximum van 30 uren.
* Bijdrage OCMW: €19,75 per uur met een maximum van 30 uren.
- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €30,25 per uur.
- Klussen in opdracht van de gemeente: €30,25 per uur.
Feiten en context
De raad nam in 2017 het toewijzingsbesluit om de klussers officieel over te hevelen naar LDE Trabajo Arbeidskansen. Dit ondertekende toewijzingsbesluit diende de vzw Arbeidskansen te
bezorgen aan het Departement Werk en Sociale economie, Dienst Sociale Economie.
Nadat de vzw Arbeidskansen (Trabajo) een sociale inspectie gehad heeft in 2021, betreffende haar LDE- werking (begeleiding van de doelgroep, doorstroming, opdrachtverklaringen, …), werd er een opmerking over de samenwerking met de sociale huisvestigingsmaatschappijen / scholen gemaakt. De opdrachtverklaringen met sociale huisvestingsmaatschappijen waren niet opgenomen in het toewijzingsbesluit en dit diende in orde gebracht te worden.
Deze wijziging werd goedgekeurd door de raad op 2 september 2021.
Trabajo Arbeidskansen wenst zijn prijzen aan te passen vanaf 1 juli 2023, enerzijds voor de taken waarop de gemeente Alken beroep kan, waaronder de klussen uitgevoerd bij de gemeente, anderzijds voor de taken waarop OCMW Alken beroep kan doen, waaronder de klussen uitgevoerd bij het OCMW en de klanten die doorgestuurd worden door het OCMW (Alkenaren met recht op verhoogde tegemoetkoming)
Juridische grond
Artikel 41 e.v. Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017;
Besluit van de gemeenteraad van 18 mei 2017 waarbij het toewijzingsbesluit werd goedgekeurd tussen vzw Arbeidskansen en gemeente Alken;
Besluit van de ocmw-raad van 23 mei 2017 waarbij het toewijzingsbesluit werd goedgekeurd tussen vzw Arbeidskansen en OCMW Alken;
Besluit van de gemeenteraad van 2 september 2021 waarbij aan het toewijzingsbesluit werd toegevoegd dat Arbeidskansen opdrachten mag uitvoeren voor sociale huisvestingsmaatschappijen.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
Trabajo wenst zijn prijzen aan te passen, omwille van de huidige indexaties.
De huidige tarieven (inclusief BTW) zijn als volgt:
- Cliënt doorgestuurd door het OCMW:
* Bijdrage cliënt: €7,5 per uur met een maximum van 30 uren.
* Bijdrage OCMW: €17,30 per uur met een maximum van 30 uren.
- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €24,80 per uur
- Klussen in opdracht van de gemeente: €24,80 per uur
Er wordt voorgesteld om met volgende tarieven te werken vanaf 1 juli 2023:
- Cliënten doorgestuurd door het OCMW:
* Bijdrage cliënt: €10,50 per uur met een maximum van 30 uren.
* Bijdrage OCMW: €19,75 per uur met een maximum van 30 uren.
- Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €30,25 per uur
- Klussen in opdracht van de gemeente: €30,25 per uur
Financiële gevolgen
In 2022 werd er €24.498,15 gefactureerd door Trabajo voor de kosten van Natuurpunt, ondersteuning technische dienst en onderhoud van de bushaltes.
Op basis van het aantal gepresteerde uren in 2022, wordt er een stijging verwacht van €5.371,62 op jaarbasis, indien voor hetzelfde aantal uren beroep wordt gedaan op de activiteiten van Trabajo Arbeidskansen.
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad keurt de aanpassing van de prijzen in de overeenkomst met Trabajo Arbeidskansen goed. De nieuwe tarieven zijn vanaf 1 juli 2023:
● Voor de door het OCMW gestuurde klanten:
○ Bijdrage cliënt: €10,50 per uur met een maximum van 30 uren.
○ Bijdrage OCMW: €19,75 per uur met een maximum van 30 uren.
● Cliënt zonder verhoogde tegemoetkoming: €30,25 per uur
● Klussen in opdracht van de gemeente: €30,25 per uur
-
Regioraad Limburg Regioraad Limburg
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Regioraad LimburgOp 1 februari 2023 keurde het Vlaams parlement in haar plenaire zitting het regiodecreet goed en in april nodigde de gouverneur alle Limburgse burgemeesters uit voor de oprichting van de regioraad Limburg.Artikel 8 van het decreet van 1 februari 2023 over de regiovorming voorziet dat de regiowerking maandelijks wordt ingeschreven op de agenda van het college van burgemeester en schepenen en dat de voorzitter van de gemeenteraad de regiowerking minstens twee keer per jaar inschrijft op de agenda van de gemeenteraad. Feiten en contextOp 9 oktober 2020 keurde de Vlaamse Regering een kadernota goed die de visie op regiovorming weergeeft en het kader voor de verdere aanpak deze regeerperiode (VR 2020 0910 DOC.1096). Op 12 maart 2021 keurde de Vlaamse Regering de nota goed over de afbakening van de referentieregio’s en het vervolgtraject (VR 2021 1203 DOC.0187). Specifiek voor de provincie Limburg is toen een verder afbakeningstraject afgesproken. De Vlaamse Regering gaf de Limburgse gouverneur de opdracht het lokale terrein af te tasten en een gemotiveerd voorstel van afbakening te formuleren.De Vlaamse Regering opteert voor één referentieregio in Limburg. Daarmee wordt rekening gehouden met het advies van gouverneur Jos Lantmeeters van 15 april 2021 waarin wordt aangegeven dat 36 van de 42 Limburgse burgemeesters hun voorkeur voor dit scenario hebben uitgedrukt en met de specifieke situatie in Limburg, waar verschillende samenwerkingsverbanden die binnen de scope van de regiovorming vallen op het niveau van het Limburgse grondgebied worden georganiseerd. Dit brengt het totaal aantal referentieregio’s in Vlaanderen op 15. Deze vormen de basis voor de decretale afbakening van de regio’s.Daarnaast worden drie subregio’s afgebakend in Limburg, op basis van het advies van de gouverneur van 15 april 2021. Deze subregio’s vormen de basis om de door de Vlaamse overheid georganiseerde samenwerking vorm te geven in Limburg, indien die samenwerkingsverbanden door hun aard op een kleinere schaal moeten worden georganiseerd dan de referentieregio.Op 1 februari 2023 keurde het Vlaams parlement in haar plenaire zitting het regiodecreet goed en in april nodigde de gouverneur alle Limburgse burgemeesters uit voor de oprichting van de regioraad Limburg. Juridische grondHet decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.Het decreet van 1 februari 2023 mbt de oprichting van de regiovorming (Limburg is 1 referentieregio met 3 subregio's).Artikel 8 van het decreet van 1 februari 2023 over de regiovorming voorziet dat de regiowerking maandelijks wordt ingeschreven op de agenda van het college van burgemeester en schepenen en dat de voorzitter van de gemeenteraad de regiowerking minstens twee keer per jaar inschrijft op de agenda van de gemeenteraad. AdviezenNiet van toepassing ArgumentatieDe Vlaamse Regering verdeelde Vlaanderen op 1 februari 2023 in 15 referentieregio's. Limburg werd erkend als 1 grote referentieregio met 3 subregio's. De gouverneur nodigde in april 2023 de Limburgse burgemeesters en algemeen directeurs uit om na te denken over de werking van de Limburgse regioraad alsook over mogelijke thema's of onderwerpen.Het decreet voorziet dat er op regelmatige basis terugkoppeling gegeven wordt aan de raadsleden en de leden van het college. Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluiteenparig Artikel 1: De gemeenteraad neemt kennis van de oprichting van Limburg als 1 referentieregio met 3 subregio's (Alken behoort tot de subregio 'Zuidwest Limburg') door de Vlaamse Regering en van de tussentijdse stand van zaken in de oprichting en werking van de Limburgse regioraad. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Regioraad Limburg
Op 1 februari 2023 keurde het Vlaams parlement in haar plenaire zitting het regiodecreet goed en in april nodigde de gouverneur alle Limburgse burgemeesters uit voor de oprichting van de regioraad Limburg.
Artikel 8 van het decreet van 1 februari 2023 over de regiovorming voorziet dat de regiowerking maandelijks wordt ingeschreven op de agenda van het college van burgemeester en schepenen en dat de voorzitter van de gemeenteraad de regiowerking minstens twee keer per jaar inschrijft op de agenda van de gemeenteraad.
Feiten en context
Op 9 oktober 2020 keurde de Vlaamse Regering een kadernota goed die de visie op regiovorming weergeeft en het kader voor de verdere aanpak deze regeerperiode (VR 2020 0910 DOC.1096). Op 12 maart 2021 keurde de Vlaamse Regering de nota goed over de afbakening van de referentieregio’s en het vervolgtraject (VR 2021 1203 DOC.0187). Specifiek voor de provincie Limburg is toen een verder afbakeningstraject afgesproken. De Vlaamse Regering gaf de Limburgse gouverneur de opdracht het lokale terrein af te tasten en een gemotiveerd voorstel van afbakening te formuleren.
De Vlaamse Regering opteert voor één referentieregio in Limburg. Daarmee wordt rekening gehouden met het advies van gouverneur Jos Lantmeeters van 15 april 2021 waarin wordt aangegeven dat 36 van de 42 Limburgse burgemeesters hun voorkeur voor dit scenario hebben uitgedrukt en met de specifieke situatie in Limburg, waar verschillende samenwerkingsverbanden die binnen de scope van de regiovorming vallen op het niveau van het Limburgse grondgebied worden georganiseerd. Dit brengt het totaal aantal referentieregio’s in Vlaanderen op 15. Deze vormen de basis voor de decretale afbakening van de regio’s.Daarnaast worden drie subregio’s afgebakend in Limburg, op basis van het advies van de gouverneur van 15 april 2021. Deze subregio’s vormen de basis om de door de Vlaamse overheid georganiseerde samenwerking vorm te geven in Limburg, indien die samenwerkingsverbanden door hun aard op een kleinere schaal moeten worden georganiseerd dan de referentieregio.
Op 1 februari 2023 keurde het Vlaams parlement in haar plenaire zitting het regiodecreet goed en in april nodigde de gouverneur alle Limburgse burgemeesters uit voor de oprichting van de regioraad Limburg.
Juridische grond
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Het decreet van 1 februari 2023 mbt de oprichting van de regiovorming (Limburg is 1 referentieregio met 3 subregio's).
Artikel 8 van het decreet van 1 februari 2023 over de regiovorming voorziet dat de regiowerking maandelijks wordt ingeschreven op de agenda van het college van burgemeester en schepenen en dat de voorzitter van de gemeenteraad de regiowerking minstens twee keer per jaar inschrijft op de agenda van de gemeenteraad.
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De Vlaamse Regering verdeelde Vlaanderen op 1 februari 2023 in 15 referentieregio's. Limburg werd erkend als 1 grote referentieregio met 3 subregio's. De gouverneur nodigde in april 2023 de Limburgse burgemeesters en algemeen directeurs uit om na te denken over de werking van de Limburgse regioraad alsook over mogelijke thema's of onderwerpen.
Het decreet voorziet dat er op regelmatige basis terugkoppeling gegeven wordt aan de raadsleden en de leden van het college.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad neemt kennis van de oprichting van Limburg als 1 referentieregio met 3 subregio's (Alken behoort tot de subregio 'Zuidwest Limburg') door de Vlaamse Regering en van de tussentijdse stand van zaken in de oprichting en werking van de Limburgse regioraad.
-
Interlokale vereniging plaatselijke groep Haspengouw: jaarverslag en jaarrekening 2022 Interlokale vereniging plaatselijke groep Haspengouw: jaarverslag en jaarrekening 2022
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Interlokale vereniging plaatselijke groep Haspengouw: jaarverslag en jaarrekening 2022Feiten en contextDe intentieverklaring voor de deelname aan "Leader Haspengouw 2014-2020" werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 18 juni 2014.Er is een beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 18 februari 2015 om de engagementsverklaring "Leader Haspengouw 2014-2020" goed te keuren.De gemeenteraad van 26 februari 2015 heeft beslist om een vertegenwoordiger voor Alken af te vaardigen die voldoende expertise bezit voor deelname aan de plaatselijke groep en die daarnaast kan zorgen voor een terugkoppeling binnen het bestuur. Bij afwezigheid dient er een vervanger afgevaardigd te worden.Volgens de beslissing van de gemeenteraad van 30 april 2015 om het ontwerp van de oprichtingsstatuten van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw goed te keuren.Het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 werd ingediend door de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw.Door het besluit van de provincieraad van 26 april 2023 betreffende de goedkeuring van het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw.De provincie Limburg van 6 mei 2023 vraagt de gemeente Alken om het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad. Juridische grondConform artikel 24 en 25 van de overeenkomst betreffende de oprichting van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw, moet het jaarverslag samen met de jaarrekening aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en aan de provincieraad van de provincie Limburg ter goedkeuring worden voorgelegd.De desbetreffende documenten zijn als bijlage toegevoegd evenals een afschrift van het besluit van de provincieraad van 26 april 2023 betreffende de goedkeuring van het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw. AdviezenGoedkeuren van het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw ArgumentatieDe jaarrekening is definitief goedgekeurd indien de gewone meerderheid van de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en de provincieraad deze rekening goedkeuren. Indien de gewone meerderheid van de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en de provincieraad niet binnen de 60 dagen na voorlegging reageert, wordt de jaarrekening als goedgekeurd beschouwd (conform artikel 24§4 van de overeenkomst). Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluiteenparig Artikel 1: De jaarrekening 2022 en het jaarverslag 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw worden goedgekeurd door de GemeenteraadArtikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt ter kennisgeving aan de provincie bezorgd. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Interlokale vereniging plaatselijke groep Haspengouw: jaarverslag en jaarrekening 2022
Feiten en context
De intentieverklaring voor de deelname aan "Leader Haspengouw 2014-2020" werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 18 juni 2014.
Er is een beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 18 februari 2015 om de engagementsverklaring "Leader Haspengouw 2014-2020" goed te keuren.
De gemeenteraad van 26 februari 2015 heeft beslist om een vertegenwoordiger voor Alken af te vaardigen die voldoende expertise bezit voor deelname aan de plaatselijke groep en die daarnaast kan zorgen voor een terugkoppeling binnen het bestuur. Bij afwezigheid dient er een vervanger afgevaardigd te worden.
Volgens de beslissing van de gemeenteraad van 30 april 2015 om het ontwerp van de oprichtingsstatuten van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw goed te keuren.
Het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 werd ingediend door de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw.
Door het besluit van de provincieraad van 26 april 2023 betreffende de goedkeuring van het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw.
De provincie Limburg van 6 mei 2023 vraagt de gemeente Alken om het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad.
Juridische grond
Conform artikel 24 en 25 van de overeenkomst betreffende de oprichting van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw, moet het jaarverslag samen met de jaarrekening aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en aan de provincieraad van de provincie Limburg ter goedkeuring worden voorgelegd.
De desbetreffende documenten zijn als bijlage toegevoegd evenals een afschrift van het besluit van de provincieraad van 26 april 2023 betreffende de goedkeuring van het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw.
Adviezen
Goedkeuren van het jaarverslag 2022 en de jaarrekening 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw
Argumentatie
De jaarrekening is definitief goedgekeurd indien de gewone meerderheid van de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en de provincieraad deze rekening goedkeuren. Indien de gewone meerderheid van de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en de provincieraad niet binnen de 60 dagen na voorlegging reageert, wordt de jaarrekening als goedgekeurd beschouwd (conform artikel 24§4 van de overeenkomst).
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De jaarrekening 2022 en het jaarverslag 2022 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw worden goedgekeurd door de Gemeenteraad
Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt ter kennisgeving aan de provincie bezorgd.
-
Gemeentelijke Holding - AV dd. 28.06.2023 Gemeentelijke Holding - AV dd. 28.06.2023
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Zitting van 29 06 2023 Gemeentelijke Holding - AV dd. 28.06.2023Op woensdag 28 juni 2023 vindt de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding NV- in vereffening plaats. De Gemeentelijke Holding NV - in vereffening vraagt om de agenda goed te keuren en een volmacht te verlenen. Feiten en contextGemeente Alken is lid van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening;Op 25 mei 2023 ontvingen wij de uitnodiging voor de AV van 28.06.2023 die zal plaatsvinden om 14u in het Bluepoint Brussels Business Centre, A. Reyerslaan 80 te 1030 Brussel.De gemeente Alken mag afgevaardigd worden door 1 vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding nv - in vereffening;De agenda werd als volgt vastgelegd:1. Bespreking van de werkzaamheden van de vereffenaars over het boekjaar 20222. Bespreking van de jaarrekening over het boekjaar 20223. Bespreking van het jaarverslag van de vereffenaars over het boekjaar 2022 inclusiefbeschrijving van de vooruitgang van de vereffening en redenen waarom de vereffeningnog niet kon worden afgesloten.4. Bespreking van het verslag van de commissaris over de jaarrekening over het boekjaar20225. Vraagstelling Juridische grondArtikel 17 van de statuten van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening AdviezenNiet van toepassing Financiële gevolgenNiet van toepassing Besluiteenparig Artikel 1:Het college van burgemeester en schepenen keurde de agenda van de algemene vergadering dd. 28 juni 2023 goed en besliste een blanco volmacht te verlenen.Artikel 2: De gemeenteraad bekrachtigt het besluit van het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 31 mei 2023..Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Gemeentelijke Holding - AV dd. 28.06.2023
Op woensdag 28 juni 2023 vindt de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding NV
- in vereffening plaats. De Gemeentelijke Holding NV - in vereffening vraagt om de agenda goed te keuren en een volmacht te verlenen.
Feiten en context
Gemeente Alken is lid van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening;
Op 25 mei 2023 ontvingen wij de uitnodiging voor de AV van 28.06.2023 die zal plaatsvinden om 14u in het Bluepoint Brussels Business Centre, A. Reyerslaan 80 te 1030 Brussel.
De gemeente Alken mag afgevaardigd worden door 1 vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding nv - in vereffening;
De agenda werd als volgt vastgelegd:
1. Bespreking van de werkzaamheden van de vereffenaars over het boekjaar 2022
2. Bespreking van de jaarrekening over het boekjaar 2022
3. Bespreking van het jaarverslag van de vereffenaars over het boekjaar 2022 inclusief
beschrijving van de vooruitgang van de vereffening en redenen waarom de vereffening
nog niet kon worden afgesloten.
4. Bespreking van het verslag van de commissaris over de jaarrekening over het boekjaar
2022
5. Vraagstelling
Juridische grond
Artikel 17 van de statuten van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening
Adviezen
Niet van toepassingFinanciële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1:Het college van burgemeester en schepenen keurde de agenda van de algemene vergadering dd. 28 juni 2023 goed en besliste een blanco volmacht te verlenen.
Artikel 2: De gemeenteraad bekrachtigt het besluit van het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 31 mei 2023..
Artikel 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening.
-
Aanduiding lid toewijzingsraad Woonmaatschappij WIL Aanduiding lid toewijzingsraad Woonmaatschappij WIL
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen
Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Pascal Giesen Jorg Stas Carine Meyers Alex Dubois Piet Wijgaerts Michel Boussu Igor Philtjens Ingrid Jacobs Ida Ceulemans Danny Jeuris Dagmar Ottenbourgs Ingrid Loix Pierrette Putzeys Patrick Martens Peter Bollen Paul Dirickx Marc Penxten Bart Jeuris André Vanhex Filip Vanvinckenroye Jorg Stas Carine Meyers aantal voorstanders: 19 , aantal onthouders: 0 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 29 06 2023 Aanduiding lid toewijzingsraad Woonmaatschappij WILMet e-mailbericht d.d. 23/05/2023 vraagt de woonmaatschappij WIL om een effectieve en een plaatsvervangende vertegenwoordiger aan te duiden om deel uit te maken van de toewijzingsraad die de woonmaatschappij zal oprichten binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode. Om een aanpak op maat te realiseren bij de toewijzing van sociale huurwoningen nemen de woonmaatschappijen het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. De sociale verhuurders, lokale besturen en relevante welzijnsactoren kunnen op die manier in dialoog gaan met elkaar en afspraken maken, om een geïntegreerd en gedragen toewijzingsbeleid te realiseren. In het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW) wordt ruimte gelaten om bij het vastleggen van de toewijzingsregels sociale huur regionale en lokale accenten te leggen. Deze bepalingen worden opgenomen in een toewijzingsreglement. Hierbij wordt een grote rol toebedeeld aan de toewijzingsraad. De toewijzingsraad kan onder bepaalde voorwaarden passende maatregelen uitwerken in een toewijzingsreglement voor het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij, waarbij wordt afgeweken van de standaardtoewijzingsregels, als de regionale of lokale situatie hierom vraagt. Hierdoor kan maximaal rekening worden gehouden met de specifieke noden. Het BVCW bepaalt dat het in twee gevallen verantwoord is passende maatregelen uit te werken in een toewijzingsreglement, waar men kan afwijken van de standaardtoewijzingsregels. Een eigen toewijzingsbeleid kan worden ontwikkeld als men rekening wil houden met de langdurige woonbinding van de kandidaat-huurders of met de woonbehoeftigheid van specifieke doelgroepen. De opmaak van een toewijzingsreglement dient tot stand te komen in nauw overleg met alle relevante lokale (huisvestings- en welzijns-)actoren. De toewijzingsraad van het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij speelt hierin de trekkersrol en is verantwoordelijk voor de opmaak van een ontwerp van het toewijzingsreglement. Het BVCW biedt op die manier de kans om een dynamiek te scheppen waarin kan worden gestreefd naar een regionaal gedragen en geïntegreerd toewijzingsbeleid. Alle gemeenten in het (deel)werkingsgebied zijn vertegenwoordigd in de toewijzingsraad. Relevante huisvestings- en welzijnsactoren kunnen zichzelf aanmelden om deel uit te maken van de toewijzingsraad als ze actief zijn in het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij. In het licht hiervan en specifiek voor de lokale besturen wordt voorgesteld te kiezen voor een diensthoofd wonen of welzijn of een vertegenwoordiger uit een intergemeentelijk samenwerkingsverband. Voor de gemeente Alken is dit Jana Appeltants, coördinator welzijn en personeel en als plaatsvervanger, Anouck Vanzeer, coördinator wonen, leven en interne zaken. Als er geen consensus is over de samenstelling van de toewijzingsraad, beslist de woonmaatschappij over de samenstelling, waarbij ze rekening houdt met een evenwichtige samenstelling van de toewijzingsraad. De toezichthouder kan optreden wanneer de toewijzingsraad onvoldoende evenwichtig wordt samengesteld. De toewijzingsraad heeft een beleidsmatige opdracht en een operationele opdracht. Dit wordt geregeld in artikel 6.23 van het BVCW. Beleidsmatige opdrachtDe toewijzingsraad stelt een ontwerp van toewijzingsreglement op. Hierin kunnen bepalingen over de verstrenging van de langdurige woonbinding en bepalingen voor specifieke doelgroepen worden opgenomen. De leden van de toewijzingsraad streven hierbij naar consensus. Als er geen consensus is, kunnen de deelnemende gemeenten van de toewijzingsraad specifiek voor hun gemeenten over deze bepalingen beslissen. Voor het opnemen van een bepaling over de langdurige woonbinding met het (deel)werkingsgebied is in ieder geval consensus tussen de gemeenten van het (deel)werkingsgebied vereist. Operationele opdrachtDe toewijzingsraad staat ook in voor de praktische uitvoering van de regels die betrekking hebben op de versnelde toewijzingen en de toewijzingen aan specifieke doelgroepen. De toewijzingsraad kan afspraken maken over de werkwijze met betrekking tot de aanmelding en begeleiding van kandidaat-huurders en huurders. Deze afspraken worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de toewijzingsraad. Feiten en contextMet e-mailbericht d.d. 23/05/2023 vraagt de woonmaatschappij WIL om een effectieve en een plaatsvervangende vertegenwoordiger aan te duiden om deel uit te maken van de toewijzingsraad die de woonmaatschappij zal oprichten binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode. Om een aanpak op maat te realiseren bij de toewijzing van sociale huurwoningen nemen de woonmaatschappijen het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. De sociale verhuurders, lokale besturen en relevante welzijnsactoren kunnen op die manier in dialoog gaan met elkaar en afspraken maken, om een geïntegreerd en gedragen toewijzingsbeleid te realiseren. Juridische grondBesluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW).Artikel 41 Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017. AdviezenNiet van toepassing. ArgumentatieIn het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW) wordt ruimte gelaten om bij het vastleggen van de toewijzingsregels sociale huur regionale en lokale accenten te leggen. Deze bepalingen worden opgenomen in een toewijzingsreglement. Hierbij wordt een grote rol toebedeeld aan de toewijzingsraad. De toewijzingsraad kan onder bepaalde voorwaarden passende maatregelen uitwerken in een toewijzingsreglement voor het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij, waarbij wordt afgeweken van de standaardtoewijzingsregels, als de regionale of lokale situatie hierom vraagt. Hierdoor kan maximaal rekening worden gehouden met de specifieke noden. Het BVCW bepaalt dat het in twee gevallen verantwoord is passende maatregelen uit te werken in een toewijzingsreglement, waar men kan afwijken van de standaardtoewijzingsregels. Een eigen toewijzingsbeleid kan worden ontwikkeld als men rekening wil houden met de langdurige woonbinding van de kandidaat-huurders of met de woonbehoeftigheid van specifieke doelgroepen. De opmaak van een toewijzingsreglement dient tot stand te komen in nauw overleg met alle relevante lokale (huisvestings- en welzijns-)actoren. De toewijzingsraad van het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij speelt hierin de trekkersrol en is verantwoordelijk voor de opmaak van een ontwerp van het toewijzingsreglement. Het BVCW biedt op die manier de kans om een dynamiek te scheppen waarin kan worden gestreefd naar een regionaal gedragen en geïntegreerd toewijzingsbeleid. Alle gemeenten in het (deel)werkingsgebied zijn vertegenwoordigd in de toewijzingsraad. Relevante huisvestings- en welzijnsactoren kunnen zichzelf aanmelden om deel uit te maken van de toewijzingsraad als ze actief zijn in het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij. In het licht hiervan en specifiek voor de lokale besturen wordt voorgesteld te kiezen voor een diensthoofd wonen of welzijn of een vertegenwoordiger uit een intergemeentelijk samenwerkingsverband. Voor de gemeente Alken is dit Jana Appeltants, coördinator welzijn en personeel en als plaatsvervanger, Anouck Vanzeer, coördinator wonen, leven en interne zaken. Als er geen consensus is over de samenstelling van de toewijzingsraad, beslist de woonmaatschappij over de samenstelling, waarbij ze rekening houdt met een evenwichtige samenstelling van de toewijzingsraad. De toezichthouder kan optreden wanneer de toewijzingsraad onvoldoende evenwichtig wordt samengesteld. De toewijzingsraad heeft een beleidsmatige opdracht en een operationele opdracht. Dit wordt geregeld in artikel 6.23 van het BVCW. Beleidsmatige opdrachtDe toewijzingsraad stelt een ontwerp van toewijzingsreglement op. Hierin kunnen bepalingen over de verstrenging van de langdurige woonbinding en bepalingen voor specifieke doelgroepen worden opgenomen. De leden van de toewijzingsraad streven hierbij naar consensus. Als er geen consensus is, kunnen de deelnemende gemeenten van de toewijzingsraad specifiek voor hun gemeenten over deze bepalingen beslissen. Voor het opnemen van een bepaling over de langdurige woonbinding met het (deel)werkingsgebied is in ieder geval consensus tussen de gemeenten van het (deel)werkingsgebied vereist. Operationele opdrachtDe toewijzingsraad staat ook in voor de praktische uitvoering van de regels die betrekking hebben op de versnelde toewijzingen en de toewijzingen aan specifieke doelgroepen. De toewijzingsraad kan afspraken maken over de werkwijze met betrekking tot de aanmelding en begeleiding van kandidaat-huurders en huurders. Deze afspraken worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de toewijzingsraad. Financiële gevolgenNiet van toepassing. BesluitNa geheime stemming: 19 stemmen voor Artikel 1: Mevr. Jana Appeltants wordt, bij geheime stemming, aangeduid als effectieve vertegenwoordiger om de gemeente te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij WIL binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode. Artikel 2: Mevr. Anouck Vanzeer wordt, bij geheime stemming, aangeduid als plaatsvervangende vertegenwoordiger om de gemeente te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij WIL binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode. Artikel 3: Deze beslissing wordt aan de aanvrager bezorgd. Besluit 2023-09-04 2023-09-04Zitting van 29 06 2023
Aanduiding lid toewijzingsraad Woonmaatschappij WIL
Met e-mailbericht d.d. 23/05/2023 vraagt de woonmaatschappij WIL om een effectieve en een plaatsvervangende vertegenwoordiger aan te duiden om deel uit te maken van de toewijzingsraad die de woonmaatschappij zal oprichten binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode.
Om een aanpak op maat te realiseren bij de toewijzing van sociale huurwoningen nemen de woonmaatschappijen het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. De sociale verhuurders, lokale besturen en relevante welzijnsactoren kunnen op die manier in dialoog gaan met elkaar en afspraken maken, om een geïntegreerd en gedragen toewijzingsbeleid te realiseren.
In het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW) wordt ruimte gelaten om bij het vastleggen van de toewijzingsregels sociale huur regionale en lokale accenten te leggen. Deze bepalingen worden opgenomen in een toewijzingsreglement. Hierbij wordt een grote rol toebedeeld aan de toewijzingsraad. De toewijzingsraad kan onder bepaalde voorwaarden passende maatregelen uitwerken in een toewijzingsreglement voor het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij, waarbij wordt afgeweken van de standaardtoewijzingsregels, als de regionale of lokale situatie hierom vraagt. Hierdoor kan maximaal rekening worden gehouden met de specifieke noden.
Het BVCW bepaalt dat het in twee gevallen verantwoord is passende maatregelen uit te werken in een toewijzingsreglement, waar men kan afwijken van de standaardtoewijzingsregels. Een eigen toewijzingsbeleid kan worden ontwikkeld als men rekening wil houden met de langdurige woonbinding van de kandidaat-huurders of met de woonbehoeftigheid van specifieke doelgroepen. De opmaak van een toewijzingsreglement dient tot stand te komen in nauw overleg met alle relevante lokale (huisvestings- en welzijns-)actoren. De toewijzingsraad van het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij speelt hierin de trekkersrol en is verantwoordelijk voor de opmaak van een ontwerp van het toewijzingsreglement. Het BVCW biedt op die manier de kans om een dynamiek te scheppen waarin kan worden gestreefd naar een regionaal gedragen en geïntegreerd toewijzingsbeleid.
Alle gemeenten in het (deel)werkingsgebied zijn vertegenwoordigd in de toewijzingsraad. Relevante huisvestings- en welzijnsactoren kunnen zichzelf aanmelden om deel uit te maken van de toewijzingsraad als ze actief zijn in het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij. In het licht hiervan en specifiek voor de lokale besturen wordt voorgesteld te kiezen voor een diensthoofd wonen of welzijn of een vertegenwoordiger uit een intergemeentelijk samenwerkingsverband. Voor de gemeente Alken is dit Jana Appeltants, coördinator welzijn en personeel en als plaatsvervanger, Anouck Vanzeer, coördinator wonen, leven en interne zaken.
Als er geen consensus is over de samenstelling van de toewijzingsraad, beslist de woonmaatschappij over de samenstelling, waarbij ze rekening houdt met een evenwichtige samenstelling van de toewijzingsraad. De toezichthouder kan optreden wanneer de toewijzingsraad onvoldoende evenwichtig wordt samengesteld.
De toewijzingsraad heeft een beleidsmatige opdracht en een operationele opdracht. Dit wordt geregeld in artikel 6.23 van het BVCW.
Beleidsmatige opdracht
De toewijzingsraad stelt een ontwerp van toewijzingsreglement op. Hierin kunnen bepalingen over de verstrenging van de langdurige woonbinding en bepalingen voor specifieke doelgroepen worden opgenomen. De leden van de toewijzingsraad streven hierbij naar consensus. Als er geen consensus is, kunnen de deelnemende gemeenten van de toewijzingsraad specifiek voor hun gemeenten over deze bepalingen beslissen.
Voor het opnemen van een bepaling over de langdurige woonbinding met het (deel)werkingsgebied is in ieder geval consensus tussen de gemeenten van het (deel)werkingsgebied vereist.
Operationele opdracht
De toewijzingsraad staat ook in voor de praktische uitvoering van de regels die betrekking hebben op de versnelde toewijzingen en de toewijzingen aan specifieke doelgroepen. De toewijzingsraad kan afspraken maken over de werkwijze met betrekking tot de aanmelding en begeleiding van kandidaat-huurders en huurders. Deze afspraken worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de toewijzingsraad.
Feiten en context
Met e-mailbericht d.d. 23/05/2023 vraagt de woonmaatschappij WIL om een effectieve en een plaatsvervangende vertegenwoordiger aan te duiden om deel uit te maken van de toewijzingsraad die de woonmaatschappij zal oprichten binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode.
Om een aanpak op maat te realiseren bij de toewijzing van sociale huurwoningen nemen de woonmaatschappijen het initiatief om een toewijzingsraad op te richten. De sociale verhuurders, lokale besturen en relevante welzijnsactoren kunnen op die manier in dialoog gaan met elkaar en afspraken maken, om een geïntegreerd en gedragen toewijzingsbeleid te realiseren.
Juridische grond
Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW).
Artikel 41 Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
In het Besluit Vlaamse Codex Wonen van 2021 (BVCW) wordt ruimte gelaten om bij het vastleggen van de toewijzingsregels sociale huur regionale en lokale accenten te leggen. Deze bepalingen worden opgenomen in een toewijzingsreglement. Hierbij wordt een grote rol toebedeeld aan de toewijzingsraad. De toewijzingsraad kan onder bepaalde voorwaarden passende maatregelen uitwerken in een toewijzingsreglement voor het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij, waarbij wordt afgeweken van de standaardtoewijzingsregels, als de regionale of lokale situatie hierom vraagt. Hierdoor kan maximaal rekening worden gehouden met de specifieke noden.
Het BVCW bepaalt dat het in twee gevallen verantwoord is passende maatregelen uit te werken in een toewijzingsreglement, waar men kan afwijken van de standaardtoewijzingsregels. Een eigen toewijzingsbeleid kan worden ontwikkeld als men rekening wil houden met de langdurige woonbinding van de kandidaat-huurders of met de woonbehoeftigheid van specifieke doelgroepen. De opmaak van een toewijzingsreglement dient tot stand te komen in nauw overleg met alle relevante lokale (huisvestings- en welzijns-)actoren. De toewijzingsraad van het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij speelt hierin de trekkersrol en is verantwoordelijk voor de opmaak van een ontwerp van het toewijzingsreglement. Het BVCW biedt op die manier de kans om een dynamiek te scheppen waarin kan worden gestreefd naar een regionaal gedragen en geïntegreerd toewijzingsbeleid.
Alle gemeenten in het (deel)werkingsgebied zijn vertegenwoordigd in de toewijzingsraad. Relevante huisvestings- en welzijnsactoren kunnen zichzelf aanmelden om deel uit te maken van de toewijzingsraad als ze actief zijn in het (deel)werkingsgebied van de woonmaatschappij. In het licht hiervan en specifiek voor de lokale besturen wordt voorgesteld te kiezen voor een diensthoofd wonen of welzijn of een vertegenwoordiger uit een intergemeentelijk samenwerkingsverband. Voor de gemeente Alken is dit Jana Appeltants, coördinator welzijn en personeel en als plaatsvervanger, Anouck Vanzeer, coördinator wonen, leven en interne zaken.
Als er geen consensus is over de samenstelling van de toewijzingsraad, beslist de woonmaatschappij over de samenstelling, waarbij ze rekening houdt met een evenwichtige samenstelling van de toewijzingsraad. De toezichthouder kan optreden wanneer de toewijzingsraad onvoldoende evenwichtig wordt samengesteld.
De toewijzingsraad heeft een beleidsmatige opdracht en een operationele opdracht. Dit wordt geregeld in artikel 6.23 van het BVCW.
Beleidsmatige opdracht
De toewijzingsraad stelt een ontwerp van toewijzingsreglement op. Hierin kunnen bepalingen over de verstrenging van de langdurige woonbinding en bepalingen voor specifieke doelgroepen worden opgenomen. De leden van de toewijzingsraad streven hierbij naar consensus. Als er geen consensus is, kunnen de deelnemende gemeenten van de toewijzingsraad specifiek voor hun gemeenten over deze bepalingen beslissen.
Voor het opnemen van een bepaling over de langdurige woonbinding met het (deel)werkingsgebied is in ieder geval consensus tussen de gemeenten van het (deel)werkingsgebied vereist.
Operationele opdracht
De toewijzingsraad staat ook in voor de praktische uitvoering van de regels die betrekking hebben op de versnelde toewijzingen en de toewijzingen aan specifieke doelgroepen. De toewijzingsraad kan afspraken maken over de werkwijze met betrekking tot de aanmelding en begeleiding van kandidaat-huurders en huurders. Deze afspraken worden opgenomen in het huishoudelijk reglement van de toewijzingsraad.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
Na geheime stemming:
19 stemmen voor
Artikel 1: Mevr. Jana Appeltants wordt, bij geheime stemming, aangeduid als effectieve vertegenwoordiger om de gemeente te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij WIL binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode.
Artikel 2: Mevr. Anouck Vanzeer wordt, bij geheime stemming, aangeduid als plaatsvervangende vertegenwoordiger om de gemeente te vertegenwoordigen in de toewijzingsraad van de woonmaatschappij WIL binnen het (deel)werkingsgebied Haspengouw, ZoLim en Herkenrode.
Artikel 3: Deze beslissing wordt aan de aanvrager bezorgd.
- Alex Dubois
- Piet Wijgaerts
- Michel Boussu
- Igor Philtjens
- Ingrid Jacobs
- Ida Ceulemans
- Danny Jeuris
- Dagmar Ottenbourgs
- Ingrid Loix
- Pierrette Putzeys
- Patrick Martens
- Peter Bollen
- Paul Dirickx
- Marc Penxten
- Bart Jeuris
- André Vanhex
- Filip Vanvinckenroye
- Pascal Giesen
- Jorg Stas
- Carine Meyers
- Peter Bollen