Zitting van 30 06 2025
Verslag van de vorige zitting dd. 22.05.2025
De notulen van 22.05.2025 & het zittingsverslag https://youtu.be/eGZ6Dy_nlyw worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad.
Feiten en context
De notulen van 22.05.2025 & het zittingsverslag https://youtu.be/eGZ6Dy_nlyw worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad.
Juridische grond
Artikel 32, 277 & 278 §1 decreet Lokaal bestuur
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De notulen & het zittingsverslag van de raad van 22.05.2025 werden opgemaakt en worden ter goedkeuring voorgelegd. Elk raadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de raad worden aangenomen, worden de notulen en het zittingsverslag in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt over de notulen en het zittingsverslag van de vorige vergadering worden de notulen en het zittingsverslag als goedgekeurd beschouwd en worden ze ondertekend door de voorzitter van de gemeente- en ocmw-raad en de algemeen directeur.
Er werden geen opmerkingen gemaakt.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De notulen en het zittingsverslag van de vorige zitting worden goedgekeurd.
Zitting van 30 06 2025
Vaststelling jaarrekening 2024
De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar toch elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan:
zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad moet eerst zijn eigen deel van de jaarrekening vaststellen;
daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de geïntegreerde jaarrekening 2024 definitief is vastgesteld;
De OCMW-raad heeft zijn deel van de jaarrekening 2024 in zitting van heden vastgesteld;
De gemeenteraad moet thans zijn deel van deze jaarrekening vaststellen;
De gemeenteraad heeft het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld moeten goedkeuren omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de OCMW-raad maakt;
De jaarrekening bestaat uit de volgende documenten die voorwerp uitmaken van een beslissing van de raad: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;
Bovendien is er een document samengesteld met achtergrondinformatie die nuttig is om de jaarrekening te beoordelen. Deze documentatie werd op 13 juni 2025 samen met de jaarrekening 2024 aan de raadsleden overgemaakt ;
Het managementteam gaf een gunstig advies op de jaarrekening 2024 op 19 juni 2025.
Feiten en context
De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar toch elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan:
● zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad moet eerst zijn eigen deel van de jaarrekening vaststellen;
● daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de geïntegreerde jaarrekening 2024 definitief is vastgesteld;
De OCMW-raad heeft zijn deel van de jaarrekening 2024 in zitting van heden vastgesteld;
De gemeenteraad moet thans zijn deel van deze jaarrekening vaststellen;
De gemeenteraad heeft het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld moeten goedkeuren omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de OCMW-raad maakt;
De jaarrekening bestaat uit de volgende documenten die voorwerp uitmaken van een beslissing van de raad: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;
Bovendien is er een document samengesteld met achtergrondinformatie die nuttig is om de jaarrekening te beoordelen. Deze documentatie werd op 13 juni 2025 samen met de jaarrekening 2024 aan de raadsleden overgemaakt ;
Het managementteam gaf een gunstig advies op de jaarrekening 2024 op 19 juni 2025.
Juridische grond
- Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 41, 3° betreffende de expliciete bevoegdheden van de gemeenteraad en de artikelen 249 tot en met 253, artikel 260 en artikel 261 betreffende de jaarrekening;
- Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald de artikelen 326 tot en met 334 betreffende het bestuurlijk toezicht;
- Besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 en latere wijzigingen over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen, in het bijzonder titel 2 (de beleidsrapporten), hoofdstuk 3 (de jaarrekening);
- Ministerieel Besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen;
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De gemeente en het OCMW hebben een geïntegreerde jaarrekening, maar toch elk hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan:
● zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad moet eerst zijn eigen deel van de jaarrekening vaststellen;
● daarna kan de gemeenteraad het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de geïntegreerde jaarrekening definitief is vastgesteld;
De OCMW-raad heeft zijn deel van de jaarrekening in zitting van heden vastgesteld;
De gemeenteraad heeft thans zijn deel van deze jaarrekening moeten vaststellen;
De gemeenteraad heeft het deel van de jaarrekening dat de OCMW-raad heeft vastgesteld moeten goedkeuren omdat de gemeente de financiële gevolgen draagt van de keuzes die de OCMW-raad maakt;
De jaarrekening bestaat uit de volgende documenten die voorwerp uitmaken van een beslissing van de raad: een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting;
Bovendien is er een document samengesteld met achtergrondinformatie die nuttig is om de jaarrekening te beoordelen. Deze documentatie werd op 13 juni 2025 samen met de jaarrekening 2024 aan de raadsleden overgemaakt;
Het managementteam gaf een gunstig advies op de jaarrekening 2024 op 19 juni 2025.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De jaarrekening over het financiële boekjaar 2024 met de volgende saldi wordt door de raad voor zijn deel vastgesteld:
- budgettair resultaat boekjaar : € -1.761.697
- gecumuleerd budgettair resultaat : € 4.137.803
- beschikbaar budgettair resultaat € 4.137.803
- autofinancieringsmarge € 3.654.286
- balanstotaal € 47.834.282
- overschot van het boekjaar: € 309.138
Artikel 2: De gemeenteraad keurt het deel dat de OCMW-raad heeft vastgesteld in zitting van heden goed, waardoor de jaarrekening 2024 definitief is vastgesteld.
Artikel 3: De raad neemt kennis van de verklarende documentatie bij de jaarrekening 2024.
Artikel 4: Van dit besluit wordt melding gemaakt bij de toezichthoudende overheid overeenkomstig artikel 330 van het Decreet Lokaal Bestuur. Het besluit wordt overeenkomstig de artikelen 286 (besluit) en 287 van het Decreet Lokaal Bestuur afgekondigd en bekendgemaakt.
Zitting van 30 06 2025
Rapportering organisatiebeheersing 2024
We zijn ingestapt in het project 'lerend netwerk' van Probis waar een 40-tal besturen in actief zijn zodat we op een structurele basis met organisatiebeheersing kunnen bezig zijn, weliswaar op maat van het eigen bestuur.
Feiten en context
We zijn ingestapt in het project 'lerend netwerk' van Probis waar een 40-tal besturen in actief zijn zodat we op een structurele basis met organisatiebeheersing kunnen bezig zijn, weliswaar op maat van het eigen bestuur.
De voorgaande jaren lag de focus voornamelijk op volgende items:
● Zorgen voor een continuïteit in de organisatie en het uitbouwen en beheren van de digitalisering.
● Opvolging van de projecten
● Aandacht voor interne en externe klanten
● Verder digitaliseren van de processen
Voor 2025-2026 leggen we de focus voornamelijk op:
● Verdere digitalisering met specifieke aandacht voor veiligheid
○ VPN verbindingen
○ Awareness bij medewerkers
○ Spiegelmodus
● Intranet medewerkers
● gezamenlijk reservatiesysteem
● ...
Juridische grond
Artikels 217 - 220 van het decreet lokaal bestuur
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
Niet van toepassing
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
eenparig
Artikel 1: In toepassing van artikel 219 van het decreet lokaal bestuur neemt de raad kennis van het jaarlijks rapport van de algemeen directeur over de organisatie en de werking van het organisatiebeheersingssysteem.
Zitting van 30 06 2025
Kerkenbeleidplan 2026-2031
De raad van mei 2025 keurde het kerkenbeleidsplan goed. Dit diende voor einde juni 2025 te gebeuren maar werd bijgevolg pas nadien overgemaakt aan de Bisschop. Deze keurde het kerkenbeleidsplan nu goed en dit Bisschoppelijk besluit wordt medegedeeld aan de raad.
Feiten en context
De raad van mei 2025 keurde het kerkenbeleidsplan goed. Dit diende voor einde juni 2025 te gebeuren maar werd bijgevolg pas nadien overgemaakt aan de Bisschop. Deze keurde het kerkenbeleidsplan nu goed en dit Bisschoppelijk besluit wordt medegedeeld aan de raad.
Juridische grond
Niet van toepassing.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
Omdat de bisschop vooraf geen goedkeuring heeft (kunnen) geven rekening houdende met de goedkeuringslimiet van begin juni 2025, werd het kerkenbeleidsplan nadien overgemaakt en heeft de bisschop op 27 mei 2025 het kerkenbeleidsplan goedgekeurd.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad neemt kennis van het Bisschoppelijk besluit inzake de goedkeuring van het kerkenbeleidsplan 2026-2031.
Lori Parroni Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Pascal Giesen Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Jan Robeyns Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Lori Parroni Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Jan Robeyns Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Elien Secretin Joren Froyen Frank Vroonen Marc Penxten Filip Vanvinckenroye Jorg Stas Janne Loix Kris Franssens Stefan Jacobs Andres Lesire Cindy Vandormael Jan Robeyns Paul Dirickx Bart Jeuris Silvia Lieben Anouck Ponsard Piet Wijgaerts Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Lori Parroni aantal voorstanders: 19 , aantal onthouders: 1 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 30 06 2025
Gezamenlijk GAS reglement politiezone LRH - intrekking artikel
Het vernieuwde gezamenlijk GAS reglement politiezone LRH wordt voorgelegd aan de gemeenteraad voor goedkeuring en gaat mits goedkeuring van de gemeenteraad vanaf 1 juli 2025 van kracht. Het reglement werd goedgekeurd op de politieraad van 23/04/2025. Het betreft deel 1 van de Codex politieverordeningen. Deel 1 van de Codex politieverordeningen houdt in dat de gemeenten Alken, Diepenbeek, Halen, Hasselt, Herk-de-Stad, Lummen en Zonhoven hetzelfde GAS reglement hanteren. Bovenop wordt er per gemeente een Deel 2 opgemaakt voor overtredingen waarvan de besluiten verschillend zijn dan in de andere bovengenoemde gemeenten. Een voorbeeld hiervan is het artikel betreffende vuurwerk. De besprekingen voor Deel 2 zijn nog lopende. Zodra dit is afgewerkt wordt dit geagendeerd op de gemeenteraad.
Feiten en context
Het vernieuwde gezamenlijk GAS reglement politiezone LRH werd goedgekeurd door de gemeenteraad van 22 mei 2025 en gaat in voege op 1 juli 2025. In de rubriek 2.1.10 worden in artikel 16 de regeling mbt vogelschrikkanonnen, hagelkanonnen of schokgolfgeneratoren geregeld.
Deze regeling betreft een versoepeling van het reglement dat de gemeenteraad van Alken in haar zitting van 29 februari 2024 goedkeurde. In het goedgekeurde GAS reglement is een afstandsregel van 100m van toepassing daar waar deze in het gemeentelijk reglement een afstandsregel van 300m van toepassing was.
Op het politiecollege van maandag 11 juni 2025 bleek dat andere besturen een afwijkende codex 1 hebben goedgekeurd waarbij dit artikel 16 zelf helemaal weggelaten werd.
Juridische grond
Gezamenlijk GAS reglement politiezone LRH.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
Vermits alle artikelen uit codex 1 van toepassing (zouden) moeten zijn op het grondgebied van alle deelnemende besturen en het feit dat codex 1 jaarlijks geëvalueerd en bijgestuurd wordt, werd afgesproken dat Alken artikel 16 uit codex 1 zou intrekken zodat het gemeentelijk reglement van 29 februari 2024 van toepassing blijft met de strengere afstandsregels.
Alken is een landelijke gemeente met een beperkte oppervlakte waardoor de woningen dichter bij mekaar liggen dan in andere gemeenten met een meer uitgesproken landelijk en open karakter. Dit heeft tot gevolg dat het hanteren van een afstandsregel van 100m tot de woningen tot veel meer overlast leidt.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
19 stemmen voor: Jan Robeyns, Marc Penxten, Cindy Vandormael, Andres Lesire, Frank Vroonen, Elien Secretin, Pierrette Putzeys, Anouck Ponsard, Jorg Stas, Janne Loix, Stefan Jacobs, Soetkin Jehaes, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, Piet Wijgaerts, Paul Dirickx, Joren Froyen, Kris Franssens en Silvia Lieben
1 onthouding: Lori Parroni
Artikel 1: De gemeenteraad heft artikel 16 uit het gezamenlijk GAS reglement politiezone LRH Codex 1 dat goedgekeurd werd op de raad van 22 mei 2025 op.
Zitting van 30 06 2025
Relighting sporthal 1. Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
In zitting van 25.02.2021 verleende de gemeenteraad goedkeuring aan het energieplan gebouwen dat behoort tot het klimaatactieplan. Het doel is om het gemeentelijk vastgoed energiezuiniger te maken. In het actieplan werd de relighting van de sporthal opgenomen - de verouderde verlichting is immers aan vernieuwing toe.
In het kader van de opdracht “Relighting sporthal 1” werd een bestek met nr. 2025/070 opgesteld door de studiedienst Alken.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 56.538,00 excl. btw of € 68.410,98 incl. 21% btw.
Voor de uitvoering van deze energiezuinig aanpassing van de verlichting zal een subsidieaanvraag gedaan worden bij Fluvius. Deze premie kan geraamd worden op € 3.487,47.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer AC000037/MJP000332.
Feiten en context
In zitting van 25.02.2021 verleende de gemeenteraad goedkeuring aan het energieplan gebouwen dat behoort tot het klimaatactieplan. Het doel is om het gemeentelijk vastgoed energiezuiniger te maken. In het actieplan werd de relighting van de sporthal opgenomen - de verouderde verlichting is immers aan vernieuwing toe.
Juridische grond
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 143.000,00 niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Adviezen
Studie Relighting d.d. 04.06.2025.
Argumentatie
In het kader van de opdracht “Relighting sporthal 1” werd een bestek met nr. 2025/070 opgesteld door de studiedienst Alken.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 56.538,00 excl. btw of € 68.410,98 incl. 21% btw (€ 11.872,98 btw medecontractant).
Voor de uitvoering van deze energiezuinig aanpassing van de verlichting zal een subsidieaanvraag gedaan worden bij Fluvius. Deze premie kan geraamd worden op € 3.487,47.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Overeenkomstig artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 143.000,00 niet) van de wet van 17 juni 2016, wordt de opdracht gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking
Financiële gevolgen
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2025, op budgetcode 22100007/01/0119 (actie/raming AC000037/MJP000332).
Besluit
eenparig
Artikel 1: Het bestek met nr. 2025/070 en de raming voor de opdracht “Relighting sporthal 1”, opgesteld door de studiedienst Alken worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt op € 56.538,00 excl. btw of € 68.410,98 incl. 21% btw (€ 11.872,98 btw medecontractant).
Voor de uitvoering van deze energiezuinig aanpassing van de verlichting zal een subsidieaanvraag gedaan worden bij Fluvius. Deze premie kan geraamd worden op € 3.487,47.
Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer AC000037/MJP000332.
Zitting van 30 06 2025
Raamcontract aanbrengen wegmarkeringen - verkeersveiligheid 2025-2029 - Goedkeuring lastvoorwaarden en gunningswijze.
In het kader van de verkeersveiligheid is het nodig om regelmatig de bestaande wegmarkeringen in onze gemeente te vernieuwen.
Voor de uitvoering van deze werken werd een raamcontract opgesteld voor een periode van één jaar. Deze termijn kan onder dezelfde voorwaarden maximaal drie maal stilzwijgend verlengd worden telkens met een periode van één jaar. Binnen deze uitvoeringstermijn hebben beide partijen het recht de overeenkomst op te zeggen, mits inachtname van een opzegtermijn van minimaal drie maanden.
De lastvoorwaarden werden vastgelegd in het bijzonder bestek nr. 2025/062.
De geraamde kostprijs op jaarbasis bedraagt € 15.000 incl. btw.
(Voor de maximum vier jaren bedraagt de raming en het maximum bestelbedrag € 60.000 incl. btw).
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Overeenkomstig artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 143.000,00 niet) van de wet van 17 juni 2016, wordt de opdracht gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking
Het bestuur beschikte bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exact benodigde hoeveelheden.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2025, op budgetcode 22500007/01/0119 (actie/raming AC000074/MJP000234) en zal voorzien worden in het budget van de volgende jaren.
Feiten en context
In het kader van de verkeersveiligheid is het nodig om regelmatig de bestaande wegmarkeringen in onze gemeente te vernieuwen.
Voor de uitvoering van deze werken werd een raamcontract opgesteld voor een periode van één jaar. Deze termijn kan onder dezelfde voorwaarden maximaal drie maal stilzwijgend verlengd worden telkens met een periode van één jaar. Binnen deze uitvoeringstermijn hebben beide partijen het recht de overeenkomst op te zeggen, mits inachtname van een opzegtermijn van minimaal drie maanden.
De lastvoorwaarden werden vastgelegd in het bijzonder bestek nr. 2025/062.
De geraamde kostprijs op jaarbasis bedraagt € 15.000 incl. btw. (Voor de maximum vier jaren bedraagt de raming en het maximum bestelbedrag € 60.000 incl. btw).
Juridische grond
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 143.000,00 niet) en artikel 43.
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
In het kader van de opdracht “Raamcontract aanbrengen wegmarkeringen - verkeersveiligheid 2025-2029” werd een bestek met nr. 2025/062 opgesteld door de studiedienst Alken.
De geraamde kostprijs op jaarbasis bedraagt € 15.000 incl. btw. (Voor de maximum vier jaren bedraagt de raming en het maximum bestelbedrag € 60.000 incl. btw) .
De opdracht zal worden afgesloten voor een duur van 12 maanden. Deze termijn kan onder dezelfde voorwaarden maximaal drie maal stilzwijgend verlengd worden telkens met een periode van één jaar. Binnen deze uitvoeringstermijn hebben beide partijen het recht de
overeenkomst op te zeggen, mits inachtname van een opzegtermijn van minimaal drie maanden.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Overeenkomstig artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van € 143.000,00 niet) van de wet van 17 juni 2016, wordt de opdracht gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking
Het bestuur beschikte bij het opstellen van de lastvoorwaarden voor deze opdracht niet over de exact benodigde hoeveelheden.
Financiële gevolgen
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2025, op budgetcode 22500007/01/0119 (actie/raming AC000074/MJP000234) en zal voorzien worden in het budget van de volgende jaren.
Besluit
eenparig
Artikel 1: Het bestek met nr. 2025/062 en de raming voor de opdracht “Raamcontract aanbrengen wegmarkeringen - verkeersveiligheid 2025-2029”, opgesteld door de studiedienst Alken worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De geraamde kostprijs op jaarbasis bedraagt € 15.000 incl. btw. (Voor de maximum vier jaren bedraagt de raming en het maximum bestelbedrag € 60.000 incl. btw) .
Artikel 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025 onder volgnummer AC000074/MJP000234.
Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Pascal Giesen Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Jan Robeyns Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Jan Robeyns Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Frank Vroonen Marc Penxten Filip Vanvinckenroye Cindy Vandormael Janne Loix Anouck Ponsard Jorg Stas Andres Lesire Jan Robeyns Stefan Jacobs Elien Secretin Pierrette Putzeys Kris Franssens Paul Dirickx Soetkin Jehaes Piet Wijgaerts Joren Froyen Bart Jeuris Silvia Lieben aantal voorstanders: 12 , aantal onthouders: 7 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 30 06 2025
Hameestraat: akte minnelijke verwerving innames 19A/20A/21A/22A/23/24A
De gemeenteraad stelde in vergadering van 28.03.2024 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit definitief vast voor het project 'Fietspaden Hameestraat'.
Vervolgens heeft de dienst Vastgoedtransacties met de betrokken eigenaars contact opgenomen en onderhandeld met diegenen die dit wensten. Met verschillende eigenaars is er een akkoord tot minnelijke verwerving door de gemeente Alken bekomen.
De akte voor innames 19/A, 20A, 21A, 22A, 23 en 24A met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Feiten en context
De gemeenteraad stelde in vergadering van 28.03.2024 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit definitief vast voor het project 'Fietspaden Hameestraat'.
Vervolgens heeft de dienst Vastgoedtransacties met de betrokken eigenaars contact opgenomen en onderhandeld met diegenen die dit wensten. Met verschillende eigenaars is er een akkoord tot minnelijke verwerving door de gemeente Alken bekomen. De akte voor innames 19/A, 20A, 21A, 22A, 23 en 24A met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Juridische grond
Decreet Lokaal Bestuur Artikel 41 11°
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De gemeenteraad stelde in vergadering van 21.12.2023 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit voorlopig vast.
De gemeenteraad stelde in vergadering van 28.03.2024 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit definitief vast voor het project 'Fietspaden Hameestraat'.
Vervolgens heeft de dienst Vastgoedtransacties met de betrokken eigenaars contact opgenomen en onderhandeld met diegenen die dit wensten. Met verschillende eigenaars is er een akkoord tot minnelijke verwerving door de gemeente Alken bekomen.
De akte voor innames 19/A, 20A, 21A, 22A, 23 en 24A met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Financiële gevolgen
Minnelijke verwerving voor €25390
De nodige kredieten zijn voorzien op MJP000325
Kredietraming voor het project 'Fietspaden Hameestraat' opgesteld door dienst Vastgoedtransacties dd.23.10.2023.
Alle kosten m.b.t het opstellen en verlijden van de akte en indien van toepassing een handlichting zijn ten laste van de gemeente Alken
Besluit
12 stemmen voor: Jan Robeyns, Marc Penxten, Cindy Vandormael, Andres Lesire, Frank Vroonen, Elien Secretin, Pierrette Putzeys, Anouck Ponsard, Jorg Stas, Janne Loix, Stefan Jacobs en Filip Vanvinckenroye
7 onthoudingen: Soetkin Jehaes, Bart Jeuris, Piet Wijgaerts, Paul Dirickx, Joren Froyen, Kris Franssens en Silvia Lieben
Artikel 1: De gemeenteraad gaat akkoord met de prijs en voorwaarden zoals bepaald in bijgevoegde akte 'akte Grossar inname19/A, 20A, 21A, 22A, 23 en 24A'.
Artikel 2: De aankoopprijs voor de minnelijke verwerving van innames 19/A, 20A, 21A, 22A, 23 en 24A:
- namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling, een oppervlakte van 3a44ca met aanhorigheden op en met grond, gelegen ter plaatse genaamd “Aen De Hameestraet”, te nemen uit een perceel, namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling, gekadastreerd volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als bouwland, sectie F nummer 975/K P0000 met een oppervlakte volgens kadaster van 01ha35a52ca, met gereserveerd individueel perceelsidentificatienummer F 975/D/2 P0000
- namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling, een oppervlakte van 6a68ca met aanhorigheden op en met grond, gelegen ter plaatse genaamd “Aen De Hameestraet”, te nemen uit een perceel, gekadastreerd volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als bouwland, sectie F nummer 977/B P0000 met een oppervlakte volgens kadaster van 4ha25a69ca, met gereserveerd individueel perceelsidentificatienummer F 977/Y P0000.
- namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling, een oppervlakte van 63ca met aanhorigheden op en met grond, gelegen ter plaatse genaamd “Aen De Hameestraet”, te nemen uit een perceel, gekadastreerd volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als woeste grond, sectie F nummer 977/04 P0000 met een oppervlakte volgens kadaster van 6a30ca, met gereserveerd individueel perceelsidentificatienummer F 977/04/D P0000
- namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling, een oppervlakte van 94ca met aanhorigheden op en met grond, gelegen ter plaatse genaamd “Paradijs”, te nemen uit een perceel, gekadastreerd volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als weiland, sectie F nummer 787/K P0000 met een oppervlakte volgens kadaster van 84ca, met gereserveerd individueel perceelsidentificatienummer F 787/T P0000.
- namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling, een oppervlakte van 1a25ca met aanhorigheden op en met grond, gelegen ter plaatse genaamd “Aen De Hameestraet”, te nemen uit een perceel, gekadastreerd volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als woeste grond, sectie F nummer 977/04 P0000 met een oppervlakte volgens kadaster van 6a30ca, met gereserveerd individueel perceelsidentificatienummer F 977/04/F P0000.
- namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling, een oppervlakte van 7a39ca met aanhorigheden op en met grond, gelegen ter plaatse genaamd “Aen De Hameestraet”, te nemen uit een perceel, gekadastreerd volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als bouwland, sectie F nummer 977/B P0000 met een oppervlakte volgens kadaster van 4ha25a69ca, met gereserveerd individueel perceelsidentificatienummer F 977/A/2 P0000
is bepaald op €25390.
Artikel 3: Alle kosten m.b.t het opstellen en verlijden van de akte en indien van toepassing een handlichting zijn ten laste van de gemeente Alken
Artikel 4: De Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie wordt uitdrukkelijk ontslaan van een ambtshalve inschrijving bij de overschrijving van deze akte.
Artikel 5: De verkrijger verzoekt de kosteloze registratie in toepassing van artikel 2.9.6.0.3,1 ° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit.
Artikel 6: De verkrijger verzoekt om de vrijstelling ter registratie van de bijlage gehecht aan onderhavige akte, in toepassing van artikel 162, 7° van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten. De verkrijger verklaart dat de overdracht gebeurt voor algemeen nut, met name 'Heraanleg Hameestraat te Alken'. Deze bijlage(n) zijn/is het rechtstreeks gevolg van een verkrijging in der minne van algemeen nut.
Artikel 7: De gemeente Alken wordt voor het verlijden van de akte vertegenwoordigd door een commissaris van de dienst Vastgoedtransacties (VLABEL).
Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Pascal Giesen Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Jan Robeyns Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Jan Robeyns Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Elien Secretin Stefan Jacobs Pierrette Putzeys Anouck Ponsard Janne Loix Jan Robeyns Jorg Stas Filip Vanvinckenroye Cindy Vandormael Marc Penxten Andres Lesire Frank Vroonen Joren Froyen Silvia Lieben Paul Dirickx Kris Franssens Piet Wijgaerts Soetkin Jehaes Bart Jeuris aantal voorstanders: 12 , aantal onthouders: 7 , aantal tegenstanders: 0 Goedgekeurd
Zitting van 30 06 2025
Hameestraat: akte minnelijke verwerving inname 18
De gemeenteraad stelde in vergadering van 28.03.2024 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit definitief vast voor het project 'Fietspaden Hameestraat'.
Vervolgens heeft de dienst Vastgoedtransacties met de betrokken eigenaars contact opgenomen en onderhandeld met diegenen die dit wensten. Met verschillende eigenaars is er een akkoord tot minnelijke verwerving door de gemeente Alken bekomen.
De akte voor inname 18 met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Feiten en context
De gemeenteraad stelde in vergadering van 28.03.2024 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit definitief vast voor het project 'Fietspaden Hameestraat'.
Vervolgens heeft de dienst Vastgoedtransacties met de betrokken eigenaars contact opgenomen en onderhandeld met diegenen die dit wensten. Met verschillende eigenaars is er een akkoord tot minnelijke verwerving door de gemeente Alken bekomen. De akte voor inname 18 met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Juridische grond
Decreet Lokaal Bestuur Artikel 41 11°
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De gemeenteraad stelde in vergadering van 21.12.2023 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit voorlopig vast.
De gemeenteraad stelde in vergadering van 28.03.2024 het rooilijnplan, onteigeningsplan, de projectnota en het onteigeningsbesluit definitief vast voor het project 'Fietspaden Hameestraat'.
Vervolgens heeft de dienst Vastgoedtransacties met de betrokken eigenaars contact opgenomen en onderhandeld met diegenen die dit wensten. Met verschillende eigenaars is er een akkoord tot minnelijke verwerving door de gemeente Alken bekomen.
De akte voor inname 18 met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Financiële gevolgen
Minnelijke verwerving voor €22000
De nodige kredieten zijn voorzien op MJP000325
Kredietraming voor het project 'Fietspaden Hameestraat' opgesteld door dienst Vastgoedtransacties dd.23.10.2023.
Alle kosten m.b.t het opstellen en verlijden van de akte en indien van toepassing een handlichting zijn ten laste van de gemeente Alken
Besluit
12 stemmen voor: Jan Robeyns, Marc Penxten, Cindy Vandormael, Andres Lesire, Frank Vroonen, Elien Secretin, Pierrette Putzeys, Anouck Ponsard, Jorg Stas, Janne Loix, Stefan Jacobs en Filip Vanvinckenroye
7 onthoudingen: Soetkin Jehaes, Bart Jeuris, Piet Wijgaerts, Paul Dirickx, Joren Froyen, Kris Franssens en Silvia Lieben
Artikel 1: De gemeenteraad gaat akkoord met de prijs en voorwaarden zoals bepaald in bijgevoegde akte 'akte Marie Vanmechelen-cons.Vanbrabant inname18'.
Artikel 2: De aankoopprijs voor de minnelijke verwerving van inname 18 namelijk gemeente Alken, 2e Afdeling , een oppervlakte van 70ca, met aanhorigheden op en met grond, gelegen Hameestraat 128, te nemen uit een perceel, gekadastreerd volgens recent uittreksel uit de kadastrale legger als huis, Sie F nummer 975/T/P0000 met een totale oppervlakte volgens kadaster van 12a99ca, met gereserveerd individueel perceelsidentificatienummer F 975/C/2/P0000, is bepaald op €22000.
Artikel 3: Alle kosten m.b.t het opstellen en verlijden van de akte en indien van toepassing een handlichting zijn ten laste van de gemeente Alken
Artikel 4: De Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie wordt uitdrukkelijk ontslaan van een ambtshalve inschrijving bij de overschrijving van deze akte.
Artikel 5: De verkrijger verzoekt de kosteloze registratie in toepassing van artikel 2.9.6.0.3,1 ° van de Vlaamse Codex Fiscaliteit.
Artikel 6: De verkrijger verzoekt om de vrijstelling ter registratie van de bijlage gehecht aan onderhavige akte, in toepassing van artikel 162, 7° van het Wetboek der Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten. De verkrijger verklaart dat de overdracht gebeurt voor algemeen nut, met name 'Heraanleg Hameestraat te Alken'. Deze bijlage(n) zijn/is het rechtstreeks gevolg van een verkrijging in der minne van algemeen nut.
Artikel 7: De gemeente Alken wordt voor het verlijden van de akte vertegenwoordigd door een commissaris van de dienst Vastgoedtransacties (VLABEL).
Zitting van 30 06 2025
Leemkuilstraat gratis afstand aan gemeente Alken voor inlijving in openbaar domein: perceel 2e Afdeling Sie E nr. 769/L P0000
Er is een wegoverschot gelegen voor Leemkuilstraat 19 en de naastliggende percelen 2e Afdeling Sie E nrs 1086/A P0000 en 1086/B P0000, namelijk perceel 2e Afdeling Sie E nr 769/L P0000. Hierdoor grenzen deze percelen niet aan het openbaar domein en ook niet aan een voldoende uitgeruste weg, en kan er voor deze percelen geen omgevingsvergunning voor afgeleverd worden.
In het rooilijn- en onteigeningsplan dd.30.11.1994 van de Leemkuilstraat werd bepaald dat dit wegoverschot gratis dient afgestaan te worden aan de gemeente voor inlijving in openbaar domein.
De akte met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Feiten en context
Er is een wegoverschot gelegen voor Leemkuilstraat 19 en de naastliggende percelen 2e Afdeling Sie E nrs 1086/A P0000 en 1086/B P0000, namelijk perceel 2e Afdeling Sie E nr 769/L P0000. Hierdoor grenzen deze percelen niet aan het openbaar domein en ook niet aan een voldoende uitgeruste weg, en kan er voor deze percelen geen omgevingsvergunning voor afgeleverd worden.
In het rooilijn- en onteigeningsplan dd.30.11.1994 van de Leemkuilstraat werd bepaald dat dit wegoverschot gratis dient afgestaan te worden aan de gemeente voor inlijving in openbaar domein.
De akte met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Juridische grond
Decreet Lokaal Bestuur artikel 41 °11
VRCO artikel 4.3.5.
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
Er is een wegoverschot gelegen voor Leemkuilstraat 19 en de naastliggende percelen 2e Afdeling Sie E nrs 1086/A P0000 en 1086/B P0000, namelijk perceel 2e Afdeling Sie E nr 769/L P0000. Hierdoor grenzen deze percelen niet aan het openbaar domein en ook niet aan een voldoende uitgeruste weg, en kan er voor deze percelen geen omgevingsvergunning voor afgeleverd worden.
In het rooilijn- en onteigeningsplan dd.30.11.1994 van de Leemkuilstraat werd bepaald dat dit wegoverschot gratis dient afgestaan te worden aan de gemeente voor inlijving in openbaar domein.
De akte met de bepaling van de prijs en voorwaarden wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Verklaring consoorten Froyen: akkoord met kosteloze grondafstand aan de gemeente en het dragen van alle kosten m.b.t. de akte.
Financiële gevolgen
Gratis grondafstand aan gemeente door eigenaars.
Alle kosten m.b.t. de akte zijn ten laste van de afstanddoeners
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad gaat akkoord met gratis grondafstand van het perceel 2e Afdeling Sie E nr 769/L P0000 met een oppervlakte van 1a 87ca aan de gemeente Alken voor inlijving in openbaar domein van de gemeente Alken
Artikel 2: De gemeenteraad gaat akkoord met de prijs en voorwaarden zoals bepaald in de ontwerpakte 'grondafstand ten kosteloze titel Froyen' in bijlage.
Artikel 3: De akte zal verleden worden door notaris Frank Wilsens, geassocieerd notaris met standplaats te Wellen, die zijn ambt uitoefent in de BV 'Wilsens, Cleeren, Verduyn en D'Joos' met zetel te 3830 Wellen, Volmolensteeg 1, en dit volledig op kosten van de overdragers consoorten Froyen.
Artikel 4: De Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie wordt uitdrukkelijk ontslaan van enige ambtshalve inschrijving bij de overschrijving van deze akte.
Artikel 5: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de verdere afhandeling van dit besluit.
Zaak der wegen Lindestraat Lori Parroni Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Pascal Giesen Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Lori Parroni Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Marc Penxten Frank Vroonen Anouck Ponsard Stefan Jacobs Janne Loix Jorg Stas Elien Secretin Andres Lesire Pierrette Putzeys Cindy Vandormael Filip Vanvinckenroye Piet Wijgaerts Silvia Lieben Joren Froyen Bart Jeuris Kris Franssens Lori Parroni Paul Dirickx Soetkin Jehaes aantal voorstanders: 10 , aantal onthouders: 0 , aantal tegenstanders: 9 Goedgekeurd
Zitting van 30 06 2025
Omgevingsvergunningsaanvraag voor stedenbouwkundige handelingen voor de realisatie van een gescheiden rioleringsstelsel inclusief de aanleg van een wegenis ter hoogte van de Lindestraat met projectnaam “22.545A-Alken-VBR Lindestraat (SV/ MV/VW) – OMV_2024117222 – Zaak der Wegen – Goedkeuring
Onderhavige gemeenteraadsbeslissing heeft betrekking op de omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2 024117222 met projectnaam “22.545A – Alken – VBR Lindestraat (SV/MV/VW)” zoals ingediend door de Naamloze Vennootschap Aquafin met bestuurszetel te Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar, gekend in de KBO onder het nummer 0440.691.388, hierbij optredend als overkoepelende aanvrager voor Aquafin NV (project 22545A) en Coöperatieve Vennootschap Fluvius System Operator (GIP-project R001670).
De vergunningsaanvraag betreft een aanvraag voor de vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen die noodzakelijk zijn voor de realisatie van een gescheiden rioleringsstelsel inclusief de aanleg van een wegenis ter hoogte van de Lindestraat te Alken (Steenweg tot Kapelstraat).
Meer specifiek heeft de omgevingsvergunningsaanvraag de heraanleg van de riolering en de herinrichting van de rijbaan in de Lindestraat, Kapelstraat en Deversveldstraat te 3501 Alken tot voorwerp.
Het project zal de vuilvracht van 170IE’s van de Lindestraat te Alken saneren en aansluiten op de bestaande afwaartse zuiveringsinfrastructuur.
Het projectgebied loopt vanaf de Kozenbeek (VHAG: 7618, Tweede categorie, beheerder: Watering De Herk) en sluit aan op de N722 Steenweg. Daarnaast worden ook een deel van de Kapelstraat tot huisnummer 25 en Deversveldstraat tot huisnummer 25 meegenomen.
Teneinde over te gaan tot de heraanleg van een vernieuwd rioleringsstelsel en de herinrichting van de Lindestraat voorziet de aanvraag in de ontharding en het openbreken van de bestaande rijbaan (asfaltweg) evenals in de sloop van het onderliggend rioleringsstelsel.
Navolgend wordt wat de Lindestraat betreft voorzien in de heraanleg van het rioleringsstelsel en – navolgend – een uitgebreide herinrichting van de wegenis.
Vooreerst wordt voorzien in een verbreding van de rijbaan tot 5,40 meter die langs weerszijden wordt omsloten door een greppel van 0,30 meter breed, waarin ook kolken voorzien worden.
Bijkomend worden ook verkeersmaatregelen getroffen. Zo zullen voorliggende werken gepaard gaan met de invoering van een bijhorend snelheidsregime van 50 kilometer/uur. Dit laatste ter vervanging van het hedendaagse snelheidsregime van 70 kilometer/uur.
Vier verschillende zones langsheen de Lindestraat krijgen daarnaast ook een dubbele wegversmalling (één wegversmalling per rijrichting).
De weg zal plaatselijk versmallen tot 3,40 meter en dit over een totale lengte van vijf meter. Ter hoogte van deze wegversmallingen worden boomvlakken geplaatst. De onderlinge afstand van deze vlakken bedraagt 18 meter. Op elke wegversmalling wordt een boom aangeplant. Er zullen dus 8 nieuwe bomen voorzien worden.
De onderdelen van de Kapelstraat en Deversveldstraat die onderdeel uitmaken van het projectgebied worden na de rioleringswerken in bestaande toestand hersteld.
Bovendien worden nieuwe fietspaden gerealiseerd langsheen de Lindestraat.
Deze te realiseren fietsinfrastructuur zal –conform de richtlijnen van het fietsvademecum– de invoeging van verhoogde enkelrichtingsfietspaden betreffen met een totale breedte van twee meter aan beide zijden van de straat.
De fietspaden zullen van de rijbaan worden afgescheiden door een verhoogde schrikstrook van een halve meter breed.
Aangaande de aansluiting tussen het fietspad en het privaat domein wordt voorzien in een natuurlijke en stabiele opvang van het eventuele hoogteverschil. Is dergelijke natuurlijke overgang naar het privaat domein niet mogelijk, dan zullen langsheen het tracé waar nodige keermuren worden voorzien.
Uit een analyse van de ingediende omgevingsvergunningsaanvraag volgt dat de naar voren gebrachte plannen aangaande de aanleg van een nieuwe rioleringsstelsel en de herinrichting van de Lindestraat niet kunnen worden gerealiseerd binnen de bestaande rooilijnen.
Bijgevolg werd aan de vergunningsaanvraag de gemeentelijke rooilijnplannen “Rooi- en innemingsplannen Lindestraat plan 1/3, 2/3 en 3/3” gevoegd.
Deze plannen omvatten een overzicht van de actuele en toekomstige rooilijnen (1) een kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerend goederen (2) evenals de naam van de eigenaars van de getroffen kadastrale percelen (3).
Hetgeen de gemeenteraad ertoe brengt om zich, in toepassing van artikel 31 Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, hierna het Omgevingsvergunningsdecreet genoemd, in onderhavig dossier uit te spreken over de zaak der wegen.
Aanleiding en context
Onderhavige gemeenteraadsbeslissing heeft betrekking op de omgevingsvergunningsaanvraag OMV_2 024117222 met projectnaam “22.545A – Alken – VBR Lindestraat (SV/MV/VW)” zoals ingediend door de Naamloze Vennootschap Aquafin met bestuurszetel te Dijkstraat 8, 2630 Aartselaar, gekend in de KBO onder het nummer 0440.691.388, hierbij optredend als overkoepelende aanvrager voor Aquafin NV (project 22545A) en Coöperatieve Vennootschap Fluvius System Operator (GIP-project R001670).
De vergunningsaanvraag betreft een aanvraag voor de vergunningsplichtige stedenbouwkundige handelingen die noodzakelijk zijn voor de realisatie van een gescheiden rioleringsstelsel inclusief de aanleg van een wegenis ter hoogte van de Lindestraat te Alken (Steenweg tot Kapelstraat).
Meer specifiek heeft de omgevingsvergunningsaanvraag de heraanleg van de riolering en de herinrichting van de rijbaan in de Lindestraat, Kapelstraat en Deversveldstraat te 3501 Alken tot voorwerp.
Het project zal de vuilvracht van 170IE’s van de Lindestraat te Alken saneren en aansluiten op de bestaande afwaartse zuiveringsinfrastructuur.
Het projectgebied loopt vanaf de Kozenbeek (VHAG: 7618, Tweede categorie, beheerder: Watering De Herk) en sluit aan op de N722 Steenweg. Daarnaast worden ook een deel van de Kapelstraat tot huisnummer 25 en Deversveldstraat tot huisnummer 25 meegenomen.
Teneinde over te gaan tot de heraanleg van een vernieuwd rioleringsstelsel en de herinrichting van de Lindestraat voorziet de aanvraag in de ontharding en het openbreken van de bestaande rijbaan (asfaltweg) evenals in de sloop van het onderliggend rioleringsstelsel.
Navolgend wordt wat de Lindestraat betreft voorzien in de heraanleg van het rioleringsstelsel en – navolgend – een uitgebreide herinrichting van de wegenis.
Vooreerst wordt voorzien in een verbreding van de rijbaan tot 5,40 meter die langs weerszijden wordt omsloten door een greppel van 0,30 meter breed, waarin ook kolken voorzien worden.
Bijkomend worden ook verkeersmaatregelen getroffen. Zo zullen voorliggende werken gepaard gaan met de invoering van een bijhorend snelheidsregime van 50 kilometer/uur. Dit laatste ter vervanging van het hedendaagse snelheidsregime van 70 kilometer/uur.
Vier verschillende zones langsheen de Lindestraat krijgen daarnaast ook een dubbele wegversmalling (één wegversmalling per rijrichting).
De weg zal plaatselijk versmallen tot 3,40 meter en dit over een totale lengte van vijf meter. Ter hoogte van deze wegversmallingen worden boomvlakken geplaatst. De onderlinge afstand van deze vlakken bedraagt 18 meter. Op elke wegversmalling wordt een boom aangeplant. Er zullen dus 8 nieuwe bomen voorzien worden.
De onderdelen van de Kapelstraat en Deversveldstraat die onderdeel uitmaken van het projectgebied worden na de rioleringswerken in bestaande toestand hersteld.
Bovendien worden nieuwe fietspaden gerealiseerd langsheen de Lindestraat.
Deze te realiseren fietsinfrastructuur zal –conform de richtlijnen van het fietsvademecum– de invoeging van verhoogde enkelrichtingsfietspaden betreffen met een totale breedte van twee meter aan beide zijden van de straat.
De fietspaden zullen van de rijbaan worden afgescheiden door een verhoogde schrikstrook van een halve meter breed.
Aangaande de aansluiting tussen het fietspad en het privaat domein wordt voorzien in een natuurlijke en stabiele opvang van het eventuele hoogteverschil. Is dergelijke natuurlijke overgang naar het privaat domein niet mogelijk, dan zullen langsheen het tracé waar nodige keermuren worden voorzien.
Uit een analyse van de ingediende omgevingsvergunningsaanvraag volgt dat de naar voren gebrachte plannen aangaande de aanleg van een nieuwe rioleringsstelsel en de herinrichting van de Lindestraat niet kunnen worden gerealiseerd binnen de bestaande rooilijnen.
Bijgevolg werd aan de vergunningsaanvraag de gemeentelijke rooilijnplannen “Rooi- en innemingsplannen Lindestraat plan 1/3, 2/3 en 3/3” gevoegd.
Deze plannen omvatten een overzicht van de actuele en toekomstige rooilijnen (1) een kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerend goederen (2) evenals de naam van de eigenaars van de getroffen kadastrale percelen (3).
Hetgeen de gemeenteraad ertoe brengt om zich, in toepassing van artikel 31 Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, hiernahet Omgevingsvergunningsdecreet genoemd, in onderhavig dossier uit te spreken over de zaak der wegen.
Juridische en procedurele context
Overeenkomstig artikel 12, §2 van het Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, hierna Decreet Gemeentewegen genoemd, kan de aanname of wijziging van een gemeentelijk rooilijnplan en de opheffing van een gemeenteweg met toepassing van artikel 31 van het Omgevingsvergunningsdecreet opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen.
Dit op voorwaarde dat een rooilijnplan toegevoegd wordt aan het aanvraagdossier dat voldoet aan de vereisten zoals gesteld voor gemeentelijke rooilijnplannen en de vooropgestelde wijziging aan het gemeentelijk wegennetwerk past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden.
Overeenkomstig artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet roept het college van burgemeester en schepenen de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg indien de omgevingsvergunningsaanvraag de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat.
De gemeenteraad dient zich vervolgens uit te spreken over de ligging, breedte en uitrusting van de gemeenteweg en over de eventuele opname van de betrokken percelen en loten in het openbaar domein.
Hierbij dient er, overeenkomstig artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet, rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het Decreet Gemeentewegen en, in voorkomend geval, met het gemeentelijk beleids- en afwegingskader zoals vermeld in artikel 6 van het Decreet Gemeentewegen.
Artikel 3 van het Decreet Gemeentewegen luidt als volgt:
“Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1° de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau;
2° de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.”
Artikel 4 van het Decreet Gemeentewegen luidt als volgt:
“Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1° wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang;
2° een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderings-maatregel die afdoende wordt gemotiveerd;
3° de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen;
4° wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrens-overschrijdend perspectief;
5° bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen.
Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.”
De aanvrager maakt gebruik van de hierboven uiteengezette geïntegreerde vergunningsprocedure om naast de nodige vergunningsplichtige handeling noodzakelijk voor de heraanleg van de riolering langs de Lindestraat ook de wijziging van de bestaande rooilijnen in de Lindestraat aan te vragen.
De Lindestraat kwalificeert hierbij als “gemeenteweg” in de zin van het artikel 2, 6° van het Decreet Gemeentewegen.
De in de vergunningsaanvraag vooropgestelde verbreding van de actuele rooilijnen impliceert een wijziging van de bestaande Gemeenteweg in de zin van artikel 2, 12° van het Decreet Gemeentewegen.
Reden waarom de gemeenteraad bevoegd is zich uit te spreken over de wijziging van de actuele rooilijn van de Lindestraat zoals deze naar voren komt in de omgevingsvergunningsaanvraag, hierbij rekening houdend met de bepalingen van het Decreet Gemeentewegen, meer bepaald de artikelen 3, 4 en 16.
In het kader van de gecombineerde procedure ex artikel 12 Decreet Gemeentewegen en artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet werd een eerste openbaar onderzoek georganiseerd van 27 februari 2025 tot en met 28 maart 2025.
Lopende dit eerste openbaar onderzoek werden een negentig–tal bezwaren ontvangen vanwege de aangelanden die werden getroffen door de initiële rooilijnplannen.
Ook werden adviezen van de overeenkomstig de bepalingen van het Decreet Gemeentewegen bevoegde instanties gevraagd én verkregen.
Teneinde tegemoet te komen aan bezwaren en adviezen werd de bij de initiële omgevingsvergunnings-aanvraag gevoegde rooilijnplannen op enkele punten gewijzigd.
Ten gevolge van de gewijzigde rooilijn- en omgevingsvergunningsplannen werd van 15 mei 2025 tot en met 16 juni 2025 een nieuw gecombineerd openbaar onderzoek georganiseerd. Opnieuw werden een heel aantal bezwaren ontvangen en werd advies gevraagd en verkregen.
Waarbij artikel 47 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het Omgevingsvergunningsdecreet het volgende stelt:
“Als een beslissing van de gemeenteraad vereist is over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, neemt de gemeenteraad daarover een besluit. De gemeenteraad neemt daarbij kennis van de standpunten, opmerkingen en bezwaren die zijn ingediend tijdens het openbaar onderzoek.
Uiterlijk tien dagen na de gemeenteraadszitting stelt de gemeente de gemeenteraadsbeslissing ter beschikking hetzij van de bevoegde omgevingsvergunningscommissie als die advies moet verlenen, hetzij van het bevoegde bestuur als geen advies van een omgevingsvergunningscommissie vereist is.”
Reden waarom de gemeenteraad bevoegd én verplicht is zich uit te spreken over de gegrondheid van deze bezwaren en adviezen.
Dit laatste evenwel slechts voor zover deze bezwaren kaderen binnen de bevoegdheden van de gemeenteraad zoals deze volgen uit artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet en zoals deze hierboven reeds nader werden toegelicht.
Concreet worden de gebundelde bezwaren betrokken in navolgende toets aan de relevante bepalingen van het Decreet Gemeentewegen.
Dit evenwel slechts voor zover het concrete bezwaar kan worden ingepast in de bevoegdheid van de gemeenteraad zoals deze volgt uit artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet. In het andere geval heeft de gemeenteraad immers geen bevoegdheid om zich uit te spreken over het desbetreffende bezwaar.
Daar onderhavig raadsbesluit voorts niet kwalificeert als zijnde een besluit tot definitieve vaststelling van innemings- of onteigeningsplannen in de zin van het Decreet van 24 februari 2017 betreffende onteigening voor het algemeen nut, wordt evenmin ingegaan op deze bezwaren die betrekking hebben op eventuele toekomstige grondinnemingen in hoofde van het gemeentebestuur.
Deze bezwaren zullen desgevallend door de gemeenteraad worden behandeld na de opstart van een eventuele onteigeningsprocedure en na ontvangst van deze bezwaren in navolging van de organisatie van het door het Onteigeningsdecreet voorziene openbaar onderzoek.
Ook worden de bezwaren die betrekking hebben op de beoordeling van de vergunningsaanvraag zoals deze volgen uit de bepalingen van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (hierna: VCRO), meer specifiekhet artikel 4.3.1. VCRO, vanwege de onbevoegdheid in hoofde van de gemeenteraad in onderhavige beslissing aangaande de zaak der wegen niet behandeld. Hetgeen aan de vergunningverlenende overheid zal toekomen.
Waarbij het artikel 4.3.1., §1, 1° van de VCRO luidt als volgt:
“Een vergunning wordt geweigerd als het aangevraagde onverenigbaar is met:
a) stedenbouwkundige voorschriften, voor zover daarvan niet op geldige wijze is afgeweken;
b) verkavelingsvoorschriften inzake wegenis en openbaar groen;
c) andere verkavelingsvoorschriften dan deze die vermeld zijn onder b), voor zover de verkaveling niet ouder is dan vijftien jaar op het ogenblik van de indiening van de vergunningsaanvraag, en voor zover van die verkavelingsvoorschriften niet op geldige wijze is
afgeweken;
d) een goede ruimtelijke ordening;”
Onder het begrip “goede ruimtelijke ordening” dient krachtens artikel 4.3.1., §2, 1° van de VCRO voorts (onder meer) te worden verstaan “de functionele inpasbaarheid, de mobiliteitsimpact, de schaal, het ruimtegebruik en de bouwdichtheid, visueel-vormelijke elementen, cultuurhistorische aspecten en het bodemreliëf, en op hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid in het algemeen, in het bijzonder met inachtneming van de doelstellingen van artikel 1.1.4”.
De bezwaren en adviezen die werden ontvangen lopende het eerste openbaar onderzoek worden slechts behandeld voor zover deze nog relevant zijn gezien de aanpassingen van de betrokken rooilijnplannen in navolging van dit eerste openbaar onderzoek.
Argumentatie
● Formele vereisten
Overeenkomstig artikel 12, §2 Decreet Gemeentewegen dient het aanvraagdossier een rooilijnplan te bevatten dat voldoet aan de vereisten uit het artikel 16, §§ 2 en 3 Decreet Gemeentewegen.
Krachtens voornoemd artikel dient een gemeentelijk rooilijnplan volgende elementen te omvatten:
● De actuele en toekomstige rooilijn van de gemeenteweg;
● De kadastrale vermelding van de sectie, de nummers en de oppervlakte van de getroffen kadastrale percelen en onroerende goederen;
● De naam van de eigenaars van de getroffen percelen en onroerende goederen volgens kadastrale gegevens of andere gegevens die voor het gemeentebestuur beschikbaar zijn;
● In voorkomend geval, een berekening van de eventuele waardevermindering of -vermeerdering van de gronden ten gevolge van de aanleg, wijziging of verplaatsing van een gemeenteweg;
● In voorkomend geval, de nutsleidingen die door de wijziging of verplaatsing van de gemeenteweg op private eigendom zullen liggen.
Het bij de omgevingsvergunningsaanvraag gevoegde rooilijnplan voldoet aan al deze voorwaarden.
● Artikel 3 Decreet Gemeentewegen
Overeenkomstig artikel 3 van het Decreet Gemeentewegen strekt de wijziging van het gemeentelijk wegennet ertoe de structuur, samenhang en toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren door middel van een geïntegreerd beleid op lokaal niveau.
De wegenis dient in dit opzicht te kunnen worden ingepast in een goed uitgebouwd, verantwoord, veilig en duurzaam lokaal wegennet. De doelstellingen uit artikel 3 Decreet Gemeentewegen kunnen hierbij niet los worden gezien van de algemene visie op ruimtelijke ontwikkeling van een gemeente.
Voorliggende ontwerp van rooilijnplan kan alvast worden ingepast in de uitbouw van dergelijk veilig en verantwoord lokaal wegennet.
De Lindestraat betreft één van de belangrijkste verbindingsstraten tussen het dorpscentrum van Alken en het nabijgelegen Stevoort. Ook krijgt de Lindestraat –zoals blijkt uit een aantal ingediende bezwaarschriften – te maken met snel rijdend sluipverkeer.
Het is aldus van uitermate belang dat deze belangrijke toegangsweg tot de dorpskern van Alken op kwalitatieve wijze wordt ingericht met aandacht voor de veiligheid van het trage en gemotoriseerde wegverkeer.
In het bijzonder strekt voorliggend rooilijnplan ertoe de structuur en toegankelijkheid voor de zachte mobiliteit langsheen een belangrijke lokale verkeersader te verbeteren.
In haar hedendaagse toestand is de Lindestraat immers uitermate ontoegankelijk voor (specifiek) het trage wegverkeer. De huidige asfaltweg heeft een breedte van ongeveer 5,10 meter met daarnaast kantopsluitingen van 0,55 meter breed.
Er is momenteel niet voorzien in fietspaden zodat zowel het trage als gemotoriseerde verkeer deze rijbaan met een breedte van 5,10 meter in beide rijrichtingen dient te gebruiken.
Het is aldus voor de kwaliteit en de toegankelijkheid van het gemeentelijk wegennet van groot belang dat wordt overgegaan tot herinrichting van de Lindestraat. Gelet op de hedendaagse ontoegankelijkheid voor zachte mobiliteit, is het in het licht van artikel 3 van het Decreet Gemeentewegen van uitermate belang dat tevens een fietspad wordt gerealiseerd langsheen de Lindestraat.
Overigens, en ter beantwoording van de bezwaren hieromtrent, dient er te worden opgemerkt dat voorliggend project evenals de daarin opgenomen rooilijnplannen –voor zover het de toetsingscriteria uit artikelen 3 en 4 van het Decreet Gemeentewegen betreft– principieel in overeenstemming is met de bepalingen van het Mobiliteitsplan van de gemeente Alken.
Het mobiliteitsplan van de gemeente Alken schets de lokale visie op de mobiliteit op het gemeentelijk wegennet waarbij knelpunten, kansen en doelstellingen worden geformuleerd.
Uit dit mobiliteitsplan blijkt dat fietsvriendelijkheid een knelpunt vormt op het lokaal wegennet van de gemeente Alken.
Enkele gesignaleerde knelpunten situeren zich langsheen de Lindestraat (2.1.1.).
Ter bevordering van het fietscomfort op het gemeentelijk grondgebied wordt dan ook in punt 4.2.4 de bevordering van de fietsinfrastructuur vooropgesteld:
“ De gewenste fietsinfrastructuur is een combinatie van fietsstraten (vooral in centrumgebied), afgescheiden en verhoogd aanliggende fietspaden, fietssuggestiestroken (in oker of met logo’s) en uit te voeren verkeersfilters (knips).
Er werd rekening gehouden met reeds gestarte projecten, de geschatte fietsintensiteit en de normen van het fietsvademecum.”
Zo ook wordt de aanleg van fietsinfrastructuur in de Lindestraat –als onderdeel van de bevordering van de zachte mobiliteit op het gemeentelijk grondgebied– naar voren geschoven:
“Verder zijn er concrete plannen voor de aanleg van fietspaden op de Groenmolenstraat en de Kolmenstraat (industriegebied), de Lindestraat, de Hameestraat (deel buiten zone 30), de Hoogsimsestraat. Het fietspad richting Hasselt in de Klinkstraat wordt vernieuwd. Aan AWV wordt gevraagd om ook op de Snoekstraat en de Motstraat (N754) een fietspad aan te leggen, gezien deze een interlokale weg zijn en de inrichtingsprincipes hiervan volwaardige fietspaden vragen.”
Aldus valt de aanleg van fietspaden langs de Lindestraat principieel in te passen in de lokale initiatieven die ertoe strekken aan de toekomstige behoeften inzake (zachte) mobiliteit op het grondgebied van de gemeente Alken te voldoen.
Ter beantwoording van de bezwaren hieromtrent dient tot slot opgemerkt dat het gegeven dat de Lindestraat in het mobiliteitsplan staat ingetekend als zijnde een erftoegangsweg eerder dan een lokale ontsluitingsweg geen afbreuk doet aan de overige in het plan geformuleerde doelstellingen aangaande fietsveiligheid, die eveneens worden vooropgesteld voor welbepaalde erftoegangswegen.
Ook langsheen de erftoegangswegen dient de verkeers- en fietsveiligheid te worden gegarandeerd. Het feit dat de Lindestraat overeenkomstig het mobiliteitsplan hoofdzakelijk kwalificeert als erftoegangsweg en bijgevolg als dusdanig wordt opgenomen in dit mobiliteitsplan, doet geen afbreuk aan het feit dat deze straat in de praktijk ook bijkomend functioneert als belangrijke verbindingsweg en aldus (mede) conform deze bijkomende functie dient te worden ingericht.
Zoals verder zal blijken, zijn voorliggende plannen in overeenstemming met de bepalingen van het Decreet Gemeentewegen en wordt zowel de ontsluiting van de aanpalende erven als de verkeersveiligheid van het doorgaand (verbindings-)verkeer gefaciliteerd en met elkaar verzoend.
Bijgevolg dient er globaal te worden besloten dat de bij de omgevingsvergunningsaanvraag gevoegde rooilijnplannen zijn in te passen in de doelstellingen en principes zoals deze worden geformuleerd in het artikel 3 van het Gemeentewegendecreet.
● Artikel 4 van het Decreet Gemeentewegen
A. Doelstelling van algemeen belang
Overeenkomstig het artikel 4, 1° Decreet Gemeentewegen dienen de wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds ten dienste te staan van het algemeen belang.
Zodoende dienen beslissingen rond de verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg steeds te worden afgewogen en gemotiveerd uitgaande van het algemeen belang. Dit laatste in navolging van de rechtspraak van de Raad van State hieromtrent waarin ook een afweging van de verschillende in het geding zijnde belangen wordt vooropgesteld.
A.1. Verkeersveiligheid als doelstelling van algemeen belang
De doelstelling van de bij de vergunningsaanvraag gevoegde rooilijnplannen betreft ontegensprekelijk de vrijwaring van de verkeersveiligheid langsheen de Lindestraat. Zoals hierboven reeds aangehaald, werd een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend door Aquafin NV. De finaliteit van deze aanvraag betreft in eerste instantie de heraanleg van het rioleringsstelsel langsheen de Lindestraat.
Evenwel werd langsheen het projectgebied ook een problematiek van verkeersveiligheid vastgesteld. Aldus werd besloten de in het vooruitzicht gestelde rioleringswerken –dewelke gepaard gaan met het openbreken van de rijbaan– te combineren met een heraanleg en herinrichting van de Lindestraat.
Zodoende voorziet het project in zowel de noodzakelijke heraanleg van het rioleringsstelsel als het treffen van de nodige maatregelen ter vrijwaring van de verkeersveiligheid op het gemeentelijk grondgebied, hetgeen de wijziging van de actuele gemeentelijke rooilijnen vereist.
Finaliteit van de vooropgestelde rooilijnplannen betreft aldus de verbetering van de verkeersveiligheid, hetgeen bij uitstek een doelstelling van algemeen belang uitmaakt. Aldus staat de wijziging van het gemeentelijk weggenet ten dienste van een doelstelling van algemeen belang en kan voorliggend project worden ingepast in het artikel 4, 1° van het Decreet Gemeentewegen.
In de verschillende ontvangen bezwaarschriften wordt deze doelstelling van algemeen belang in vraag gesteld. Meer concreet wordt aangehaald dat er zich op heden geen (noemenswaardige) problematiek inzake verkeersonveiligheid voordoet in de Lindestraat.
Minstens zouden er volgens de bezwaarindieners minder verregaande maatregelen voorhanden zijn dewelke dezelfde mate van veiligheid zouden waarborgen.
Hierbij worden de verlaging van de maximumsnelheid of de eventuele aanleg van fietssuggestiestroken op de hedendaagse rijweg naar voren geschoven als volwaardige alternatieven voor de aanleg van een fietspad.
Evenwel lijken dergelijke argumenten niet in overeenstemming te zijn met de hedendaagse realiteit langsheen de Lindestraat. Een analyse van de huidige staat van de weg, specifiek wat betreft het trage wegverkeer, toont immers ontegensprekelijk een actuele en voortdurende situatie van dreigende onveiligheid voor het (trage) wegverkeer aan.
De Lindestraat is gelegen buiten de bebouwde kom. Het hedendaagse snelheidsregime bedraagt 70 kilometer/uur. De breedte van de asfaltweg is ongeveer 5,10 meter met daarnaast kantopsluitingen van 0,55 meter breed. De weg heeft 4 enkelzijdige wegversmallingen met reflecterende paaltjes.
Heden ten dage zijn er geen fietspaden aanwezig langsheen de Lindestraat. Zowel het gemotoriseerd verkeer, het fietsverkeer als de voetgangers die zich langsheen de Lindestraat begeven dienen aldus gebruik te maken van éénzelfde rijbaan, zonder aangeduide fietssuggestiestroken.
Evenmin hebben de trage weggebruikers een (veilige) mogelijkheid om uit te wijken wanneer deze worden geconfronteerd gemotoriseerde verkeer dat zich langsheen de Lindestraat begeeft.
In verschillende van de bezwaarschriften wordt een uitwijking naar de hedendaagse berm naar voren geschoven. Dergelijke vermeende uitwijkingsmogelijkheid lijkt evenwel niet te volstaan teneinde de verkeersveiligheid te waarborgen.
Zoals immers wordt aangehaald in de bezwaarschriften, worden deze bermen immers (vermeendelijk) gebruikt als parkeerplaats, hetgeen de uitwijking door het trage wegverkeer principieel in de weg staat.
Bovendien valt niet in te zien hoe fietsers, speedpedelec’s en brommers zouden kunnen uitwijken naar een niet – verharde en (op sommige plaatsen) verhoogde berm.
Zodat de gemeenteraad aldus – samen met enkele bezwaarindieners – moet vaststellen dat de huidige Lindestraat niet is uitgerust teneinde het (trage) wegverkeer op een veilige wijze te laten passeren.
Deze actuele inrichting van de Lindestraat staat in schril contrast met het hedendaags gebruik van de straat als verbindingsweg tussen het dorpscentrum van Alken en het dorpscentrum van Stevoort. De argumentatie in verschillende bezwaarschriften aangaande het ruraal karakter van de Lindestraat en het feit dat de functie van deze weg zich op heden zou beperken tot de loutere ontsluiting van de aangelande percelen is achterhaald en stemt niet (meer) overeen met de hedendaagse realiteit.
Het staat bovendien vast dat de straat –naast haar functie als verbindingsweg en gezien haar landelijk karakter– regelmatig wordt gefrequenteerd door zwaar gemotoriseerd verkeer, te weten tractors en leveranciers voor de in de Lindestraat gelegen (landbouw-)ondernemingen.
Het staat bijgevolg vast dat op heden zowel (1) het trage wegverkeer (voetgangers, fietsers, speedpedelec’s,…), (2) het licht gemotoriseerd wegverkeer (verbindingsweg dorpscentra) als (3) het zwaar gemotoriseerd verkeer (tractors en vrachtwagens) zich allen in beide rijrichtingen dienen te begeven op een asfaltweg met een breedte van amper 5,10 meter.
Dergelijke situatie vormt een risico voor de veiligheid van alle weggebruikers. Zodoende moet worden vastgesteld dat er momenteel wel degelijk een probleem van verkeersveiligheid langsheen de Lindestraat bestaat.
Daarbij komt het aan de gemeenteraad toe om binnen haar discretionaire beoordelingsbevoegdheid de meest passende oplossing hiervoor te bepalen. Waarbij de voorgestelde alternatieven in tegenstelling tot voorliggend ontwerp, nog steeds een gemengd verkeer voorzien met dus potentiële conflicten tussen de trage weggebruikers en het gemotoriseerd verkeer.
De hierboven beschreven problematiek wordt bovendien –zoals eerder uiteengezet– op objectieve wijze gestaafd en uiteengezet in de overwegingen m.b.t. de knelpunten inzake mobiliteit op het gemeentelijk grondgebied zoals deze volgen uit het Mobiliteitsplan Alken, alwaar twee knelpunten inzake snelheid en fietsveiligheid werden vastgesteld langsheen de Lindestraat (pagina 12).
Bron van deze vaststelling betreft het burgerparticipatieplatform “Citizen Lab”:
Bovendien blijkt dat de Lindestraat –naast haar actuele en objectief vastgestelde functie als ontsluitings- en verbindingsweg– bijkomend geplaagd wordt door sluipverkeer. Dit gegeven maakt de situatie van verkeersonveiligheid in de Lindestraat des te ernstiger en acuter en kan naar de mening van raad de herinrichting van de straat bijkomend verantwoorden in het licht van het artikel 4, 1° van het Decreet Gemeentewegen.
De problematiek van sluipverkeer wordt eveneens op objectieve wijze vastgesteld in het mobiliteitsplan. Zo stelt het Mobiliteitsplan Alken op pagina 68:
Er zijn nog enkele andere straten waar klachten zijn van sluipverkeer. Dit zijn de Kapelstraat, de Lindestraat, de Blekkenbergstraat (zie eerder Molenstraat) en Deversveldstraat
Deze passage uit het mobiliteitsplan Alken betreft een uittreksel uit het verslag van de adviesraad voor mobiliteit van de gemeente Alken, opgemaakt op grond van een mobiliteitsstudie uitgevoerd door het studiebureau A2Bmobility.
Gelet op de hierboven aangehaalde passages uit het mobiliteitsplan, kunnen de ingediende bezwaren ook niet worden gevolgd voor zover deze betogen dat aan voorliggende plannen geen objectieve studie zou zijn voorafgegaan.
In tegenstelling tot hetgeen naar voren wordt gebracht in een heel aantal bezwaarschriften, kan immers worden opgemerkt dat objectief en onderbouwd kan worden vastgesteld dat de hedendaagse staat van de Lindestraat een bedreiging uitmaakt voor de veiligheid van het doorgaand en plaatselijk verkeer.
Deze situatie van verkeersonveiligheid is dés te acuter wat de zachte mobiliteit betreft, gelet op het totaalgebrek aan wandel- en fietspaden langsheen de Lindestraat. Gezien de Lindestraat door zowel fietsers als autoverkeer zeer frequent gebruikt wordt als verbindingsweg naar Stevoort, is het voor de gemeente van groot belang om hier een fietspad te realiseren.
Overigens moet er worden opgemerkt dat een heel aantal van de bezwaarschriften expliciet erkennen dat de hedendaagse toestand van de Lindestraat een situatie van uitermate verkeersonveiligheid met zich meebrengt.
Zo wordt de gemeenteraad middels tientallen bezwaarschriften gevraagd een beperkt snelheidsregime van 50 kilometer/uur in te voeren. Zo wordt bijvoorbeeld gesteld dat het huidige snelheidsregime van 70 km/uur een doorn in het oog is voor vele bewoners.
Zowat alle ingediende bezwaren hebben met elkaar gemeen dat langs de enekant de verkeersonveilige situatie wordt erkend terwijl langs de andere kant voorliggend initiatief, hetgeen er net toe strekt hieraan te verhelpen, wordt bekritiseerd.
Gelet op de bovenstaande uiteenzetting, kan de raad niet anders dan concluderen dat voorliggende plannen een doelstelling van algemeen belang dienen, te weten de vrijwaring van de verkeersveiligheid langsheen de Lindestraat.
A.2. Belangenafweging
De nagestreefde doelstelling van algemeen belang dient vervolgens te worden afgewogen tegen andere belangen en de goedkeuring van de gewijzigde rooilijn dient in dit opzicht de uitkomst uit te maken van deze belangenafweging.
Hieromtrent moet worden vastgesteld dat voorliggend verkeersproject de uitkomst uitmaakt van een nauwkeurige belangenafweging waarbij een middenweg wordt gevonden tussen de belangen van de aangelanden enerzijds en de doelstelling van verkeersveiligheid anderzijds.
In tegenstelling tot hetgeen hieromtrent wordt uiteengezet in verschillende bezwaarschriften, bieden minder verregaande maatregelen, zoals bijvoorbeeld de loutere verlaging van de maximumsnelheid naar 50 km/uur – al dan niet in combinatie met de aanleg van fietssuggestiestroken op de hedendaagse asfaltweg – geen pertinente oplossing aan de werkelijke verkeersproblematiek, te weten het gegeven dat de breedte van de hedendaagse asfaltweg te beperkt is teneinde de vlotte en veilige doorgang van zowel het trage als gemotoriseerde wegverkeer te faciliteren.
Langs de andere kant werd de aanleg van vrijliggende fietspaden en (bijkomend) eventuele voedpaden –hoewel principieel veiliger voor het trage wegverkeer– niet voorzien daar dergelijke maatregel de aanpalende percelen op te verregaande wijze zou treffen.
De belangenafweging uit artikel 4, 1° Decreet Gemeentewegen veronderstelt ook dat het in bepaalde gevallen verantwoordbaar is dat de verbreding van de rooilijn langs weerszijden van de Lindestraat niet gelijk loopt.
Zo bijvoorbeeld kan in bepaalde gevallen worden voorzien in een ruimere verlegging van de rooilijn langs één kant van de weg die te verantwoorden valt door de belangen van de eigenaars van de percelen die zijn gelegen aan de overzijde.
In geval van het perceel 234G betreft deze verantwoording het gegeven dat er een bedrijf is gelegen op het overliggend perceel waarbij er rekening diende te worden gehouden met de draaicirkels van het vrachtverkeer op de oprit van dit bedrijf evenals de inplanting van een wegversmalling.
Zodat voorliggend project aldus de nagestreefde doelstelling van verkeersveiligheid en de belangen van de aangelanden op ultieme wijze tracht te verzoenen met elkaar.
Voorliggende rooilijnplannen kunnen aldus worden ingepast in de belangenafweging die moet worden doorgevoerd op grond van het artikel 4, 1° Decreet Gemeentewegen.
A.3. Belangenafweging – aanpassing rooilijnplannen
Bijkomend moet worden vastgesteld dat de initiële rooilijnplannen in navolging van de bezwaren die werden ingediend lopende het eerste openbaar onderzoek uitvoerig werden aangepast ter voorkoming van eventuele disproportionele gevolgen die deze initiële plannen voor de betrokken eigenaars met zich zouden meebrengen.
Ook werd het initiële advies van het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Alken (cfr. infra) betrokken in de opmaak van de nieuwe rooilijnplannen.
Vooreerst werd vastgesteld dat de initiële gewijzigde rooilijn doorheen drie bestaande gebouwen liep.
Het betrof concreet de woningen in de Lindestraat huisnummers 43 (perceel 220E), 114 (perceel 204M) en 204 (perceel 588P).
Zoals volgt uit de meest recente rooilijnplannen werd ervoor geopteerd om de rooilijn aan te passen en het project aldus te verwezenlijken binnen een beperktere rooilijnbreedte. Dit laatste teneinde te vermijden dat de vernieuwde rooilijn de bestaande gebouwen en constructies van de eigenaars van de aanpalende percelen zou treffen.
Eveneens werd er door de aanvrager vastgesteld dat de initiële rooilijn op bepaalde punten (in nabijheid van de bochten) ruimer werd ingetekend dan noodzakelijk zou zijn voor de verwezenlijking van de aanwezige doelstellingen van algemeen belang, i.e. de veiligheid van het wegverkeer langsheen de Lindestraat.
Ten gevolge hiervan werd voorzien in een beperktere breedte van de vernieuwde rooilijn op navolgende percelen: percelen 221A – 222K – 222L; percelen 227G – 227P – 227V; percelen 534L – 534N; percelen 534Y – 534B2 – 534A2; percelen 534A2 – 534V – 596R; percelen 238F2 – 238G2 – 238Z – 238A2; percelen 238A2 – 244M2 – 244L2.
Bijgevolg kan niet anders dan worden besloten dat de omgevingsvergunningsaanvrager de belangen van de door de rooilijn getroffen eigenaars op verregaande wijze heeft betrokken bij het opstellen van voorliggende rooilijnplannen.
Aldus is de gemeenteraad van oordeel dat de door de rooilijnplannen nagestreefde doelstelling van algemeen belang –i.e. de vrijwaring van de veiligheid van het trage en gemotoriseerde wegverkeer – geenszins in een onevenredige verhouding staat met de beperkte nadelen die de getroffen eigenaars ondervinden ten gevolge van deze plannen.
Voorliggende rooilijnplannen kunnen aldus worden ingepast in de belangenafweging die moet worden doorgevoerd op grond van het artikel 4, 1° Decreet Gemeentewegen.
B. Uitzonderingskarakter wijziging
Artikel 4, 2° Decreet Gemeentewegen stelt dat de wijziging, aanleg of afschaffing van een bestaande gemeenteweg een uitzonderingsmaatregel uitmaakt die afdoende dient te worden gemotiveerd.
Hierbij dient het behoud van de bestaande trage verbindingswegen te worden verzekerd behoudens de aanwezigheid van uitzonderlijke motieven die de afschaffing van de gemeenteweg verantwoorden.
Hetgeen meer concreet impliceert dat goed moet worden nagedacht over eventuele wijziging aan het bestaande wegennet.
Het behoud en de herwaardering van het bestaande wegennet dient hierbij steeds het uitgangspunt uit te maken.
Voorliggend project voorziet wat het bovenstaande betreft in een herinrichting en opwaardering van het bestaande lokale weggennet en kan bijgevolg als principieel verenigbaar met het artikel 4, 2° van het Decreet Gemeentewegen worden beschouwd.
De op de Lindestraat aantakkende trage wegenissen (Chemin nr. 81; Sentier nr. 118; Sentier nr. 119; Sentier nr. 116) worden op aanvaardbare wijze geïntegreerd in het ontwerp van rooilijnplan.
Zodat de gemeenteraad aldus van oordeel is dat voorliggend project, voor zover het de zaak der wegen betreft, overeenstemt met het artikel 4, 2° Gemeentewegendecreet.
C. Verkeersveiligheid
C.1. Algemeen
Overeenkomstig artikel 4, 3° Decreet Gemeentewegen dient bij de beslissingen omtrent de wijzigingen aan het gemeentelijk wegennet steeds de verkeersveiligheid in aanmerking te worden genomen.
Hierbij dienen potentieel gevaarlijke elementen steeds vermeden te worden.
Wat deze verkeersveiligheid betreft bestaat geen enkele twijfel over het gegeven dat voorliggende plannen ertoe strekken om ruimte te bieden aan maatregelen die vallen te kaderen binnen de vrijwaring van de verkeersveiligheid in de Lindestraat en aldus voorkomen als zijnde principieel verenigbaar met het artikel 4, 4° van het Decreet Gemeentewegen.
Méér nog betreft de vrijwaring van de verkeersveiligheid de voornaamste doelstelling van voorliggende rooilijnplannen.
Zo wordt het snelheidsregime van de Lindestraat verlaagd van 70km/u naar 50km/u waarbij deze verlaging een positieve impact zal hebben op de verkeersveiligheid en verkeersleefbaarheid voor de inwoners en de voorbijgangers.
Teneinde dit snelheidsregime verder en bijkomend af te dwingen wordt voorzien in de (her)inrichting van vier dubbele wegversmallingen en de nodige signalisatie.
Eveneens wordt parallel voorzien in de aanleg van aanliggende fietspaden en dit ter vrijwaring van de veiligheid voor de trage weggebruikers.
Dergelijke maatregel strekt er bij uitstek toe om de verkeersveiligheid langsheen de Lindestraat te bevorderen.
Hierboven werd reeds uiteengezet dat zowel de verlaging (en handhaving) van het snelheidsregime als de aanleg van bijkomende fietspaden noodzakelijk is voor verwezenlijking van een verkeersveilige Lindestraat.
Hetgeen eveneens in overeenstemming is met de globale visie van de gemeente Alken hieromtrent zoals deze volgt uit het Mobiliteitsplan van de gemeente Alken.
Zo stelt punt 4.4.3 (snelheidsvisie) van het mobiliteitsplan:
“Als algemeen principe wordt de standaard snelheid op 50 km/u gebracht, ook buiten de bebouwde kom. Enkel interlokale wegen en lokale ontsluitingswegen type A kunnen nog een snelheidsregime van 70 km/u hebben, op 52 Mobiliteitsplan Gemeente Alken voorwaarde dat ze over minstens verhoogd aanliggende fietspaden beschikken.
Liefst zijn de fietspaden afgescheiden.
Wegen met niet-verhoogde fietspaden of zonder fietspaden kunnen geen snelheidsregime van 70 km/u meer hebben.
Anderzijds is het ook niet zo dat wegen die deze fietsinfrastructuur wel hebben, automatisch een snelheidsregime van 70 km/u krijgen. Er zijn andere parameters die ook in deze gevallen een regime van 50 km/u kunnen opleggen.
Dit betekent dat volgende wegen aangepast dienen te worden van 70 naar 50 km/u:”
Hieruit volgt aldus dat zowel de beperking van de snelheidslimiet naar 50 km/uur als de aanleg van bijkomende fietsinfrastructuur als parallelle maatregelen binnen de algemene snelheidsvisie van het lokaal bestuur dienen te worden beschouwd.
Lopende het openbaar onderzoek werden evenwel een heel aantal bezwaren ingediend die betrekking hebben op (vermeende) verkeersonveilige elementen van voorliggende plannen.
Deze worden in wat volgt behandeld.
C.2. Uitzicht van de nieuwe wegenis – “optische verkeersonveiligheid”
Een aantal bezwaren hebben betrekking op de zogenaamde optische verkeersveiligheid hetgeen – naar de mening van bezwaarindieners – zou inhouden dat de verbreding van de Lindestraat en de aanleg van fietspaden de bestuurders van het gemotoriseerd vervoer ertoe zou aanzetten een hogere snelheid aan te houden.
Dergelijk argument kan niet overtuigen. De verbreding van de rijbaan is immers te beperkt teneinde dergelijk optisch effect te creëren in hoofde van de bestuurders van personenwagens dan wel vrachtverkeer.
De aanleg van (aanliggende) fietspaden zal daarnaast net bijkomende aandacht vestigen op de aanwezigheid van het trage wegverkeer, hetgeen de verkeersveiligheid in de hand werkt.
Dit laatste geldt des te meer daar voor de materialisatie van de fietspaden wordt gekozen voor de aanleg in roodbruine asfalt, hetgeen duidelijk afsteekt tegen de asfaltering van de rijbaan.
In tegendeel zal de herinrichting van de Lindestraat er net toe te leiden dat de straat haar obscuur karakter van “sluipweg” zal verliezen en voortaan kan functioneren als volwaardige verbindingsweg en ontsluitingsweg voor het lokaal verkeer.
Alleszins lijkt het aantoonbare voordeel inzake verkeersveiligheid dat gepaard gaat met voorliggende plannen op te wegen tegen enige louter hypothetische en niet gefundeerde “optische onveiligheid” zoals deze wordt aangehaald in de argumentatie van bezwaarindieners.
Bovendien worden –naast de aanleg van de fietsinfrastructuur en de verbreding van de rijbaan– de nodige maatregelen getroffen teneinde de snelheid langs de Lindestraat te beperken én te handhaven.
Zo wordt concreet voorzien in een zone 50 over de volledige lengte van het traject. Concreet zal dit snelheidsregime gepaard gaan met bijkomende signalisatie.
Hierbij wordt bovendien –naast de reguliere signalisatie– gewerkt met een (her)inrichting van vier zones met dubbele wegversmalling (rijbaan 3,40 meter over een lengte van vijf meter) inclusief boomvakken teneinde dit snelheidsregime (bijkomend) af te dwingen.
De plaatsing van deze wegversmallingen zoals deze volgt uit voorliggend wegenisproject betreft het resultaat van een belangenafweging waarin onder meer de huidige indeling van de reeds aanwezige wegversmallingen evenals de aanwezigheid van de bochten in de Lindestraat werden betrokken.
Ook werd bij de plaatsing van de wegversmallingen rekening gehouden met het gegeven dat het kruisend verkeer (in het bijzonder de landbouwvoertuigen) op gemakkelijke en efficiënte wijze dienen te circuleren langsheen de Lindestraat.
Vanuit deze optiek is een alternatieve locatie voor deze wegversmallingen niet mogelijk in het licht van de belangenafweging die dient te worden uitgevoerd in het kader van het artikel 4, 1° van het Decreet Gemeentewegen.
C.3. Overeenstemming met het fietsvademecum
In antwoord op de bezwaarschriften omtrent de overeenstemming van de rooilijnplannen met de richtlijnen uit het fietsvademecum moet worden opgemerkt dat voorliggend project –voor zover de concrete karakteristieken van de projectzone dit toelaten– weldegelijk op voldoende wijze overeenstemt met de bepalingen en richtlijnen uit dit fietsvademecum.
Omtrent de aard van de normering van het fietsvademecum dient alvast voorafgaandelijk te worden opgemerkt dat het geenszins strikt bindende normen betreft die de betrokken instanties op absolute wijze verplichten om bij de heraanleg van fietspaden de vooropgestelde richtlijnen te hanteren.
Zo stelt het vademecum:
“Dit Vademecum beschrijft de standaardrichtlijnen voor kwalitatieve fietsinfrastructuur. Richtlijnen zijn geen bindende normen, maar moeten beschouwd worden als aanbevelingen en denkkaders voor kwaliteitsvolle fietsinfrastructuur waarbinnen de ontwerper zijn keuzes kan motiveren.
De richtlijnen dragen bij aan het creëren van een omgeving waarin fietsen veilig, uitnodigend en laagdrempelig is. Bovendien scheppen ze de voorwaarden voor de realisatie van een gezonde, aantrekkelijke en leesbare publieke ruimte.
De richtlijnen uit het Vademecum streven naar een hoogwaardige en kwalitatieve fietsinfrastructuur, zowel voor de rijdende als voor de stilstaande fiets.
Dit Vademecum is dan ook een toetssteen om de kwaliteit van fietsinfrastructuur aan af te meten, waarbij afwijken van de richtlijnen enkel kan op een gemotiveerde manier.”
Aldus moeten de normen van het fietsvademecum worden gehanteerd als denkkader dat een bepaalde keuze van de omgevingsvergunningsaanvrager in de één dan wel andere richting kan verantwoorden.
Het niet – bindend karakter van de richtlijnen biedt evenwel ruimte voor beperkte afwijkingen in geval de verschillende feitelijke omstandigheden onderliggend aan de zaak zich verzetten tegen het op rigide wijze naleven van de in het vademecum opgenomen normen.
Concreet wordt voorzien in verhoogde enkelrichtingsfietspaden met een breedte van twee meter. Het fietspad wordt van de rijbaan afgescheiden door een verhoogde schrikstrook van 0,50 meter.
Deze afmetingen zijn in overeenstemming met de maatvoeringen uit het fietsvademecum aangaande fietspadbreedte (standaardbreedte eenrichtingsfietspaden, intensiteit 0 – 250 fietsers/uur) en minimale afstand tot de weg (afstand ten opzichte van de rijbaan).
Wel moet worden opgemerkt dat de voorliggende ontwerpen slechts voorzien in een afstand van één meter tussen de nieuw aan te leggen fietspaden en de nieuwe perceelsgrenzen. Deze afstand wordt gehanteerd in functie van de afwatering richting de berm.
Enkele bezwaarschriften formuleren kritiek op deze afstand van één meter in de zin dat de gehanteerde afstand strijdig zou zijn met de bepalingen van het fietsvademecum.
Wat deze discussies aangaande het oprijzicht van de aanpalende opritten betreft dient echter te worden verwezen naar de belangenafweging in het kader van het artikel 4, 1° van het Decreet Gemeentewegen.
Op sommige plaatsen zou de verwezenlijking van het geadviseerde oprijzicht van 2,5 meter een bredere rooilijn –en dus noodzakelijk een ruimere grondinname ten nadele van de aangelande eigenaars-– veronderstellen, hetgeen de belangen van deze eigenaars zwaarder zou aantasten.
Bovendien wegen de uitermate beperkte elementen inzake verkeersonveiligheid die betrekking hebben op het oprijzicht niet op tegen de verregaande verbeteringen inzake verkeersveiligheid die de aanleg van het fietspad met zich zal meebrengen.
Overigens – en in antwoord op de bezwaren hieromtrent – is het voorzien van een berm van één meter voldoende teneinde voetgangers een uitwijkingsmogelijkheid te bieden. Er kan niet worden ingezien waarom een voetganger meer dan één meter zou nodig hebben teneinde beperkt en plaatselijk uit te wijken voor het aankomend fietsverkeer.
Voorliggend ontwerp is aldus –wat de bermen betreft– principieel veiliger dan de huidige toestand daar (1) wordt voorzien in een bijkomend strook voor fietsers, te weten de te realiseren fietspaden, terwijl tegelijkertijd (2) de uitwijkingsmogelijkheid van voetgangers op maximale wijze (en met uitzondering van enkele punten langsheen het traject) behouden blijft.
Tot slot kan worden opgemerkt dat voor de problematische punten in voorliggend traject bijkomende veiligheidsmaatregelen kunnen voorzien worden, zoals de plaatsing van spiegels en verkeersborden, zodat de impact van deze conflictpunten op de algehele verkeersveiligheid verregaand zal worden beperkt.
Deze afweging zal evenwel per situatie en op maat gebeuren met als uitgangspunt dat de zichtbaarheid van naderende fietsers zal worden gegarandeerd.
C.4. Aanleg van de fietspaden over gedeelte van Lindestraat
Een aantal bezwaarschriften maken gewag van het feit dat door voorliggend project slechts wordt voorzien in de herinrichting van één derde van de Lindestraat (Steenweg tot aan de Kapelstraat). De overgang tussen het projectgebied zou leiden tot conflictsituaties.
Hierover kan worden opgemerkt dat de beperking van de herinrichting van de Lindestraat te maken heeft met de projectafbakening door de omgevingsvergunningsaanvrager.
De finaliteit van de herinrichting bestaat erin dat de heraanleg van de rioleringssystemen –hetwelk in elk geval het openbreken van de huidige asfaltweg veronderstelt– de ideale kans biedt om met beperkte meerkosten over te gaan tot het treffen van de nodige maatregelen inzake verkeersveiligheid.
Het alternatief bestaat erin om de Lindestraat na de aanleg van het rioleringsstelsel te herstellen in haar oorspronkelijke verkeersonveilige staat, hetgeen vanuit financieel oogpunt een onverantwoorde beleidskeuze zou uitmaken (zie eveneens de bezwaarschriften hieromtrent).
Bovendien blijkt uit niets dat de overgang ter hoogte van de Kapelstraat per definitie een situatie van conflict in het leven zou roepen.
De nodige maatregelen zullen worden getroffen teneinde de overgang op een vlotte en conflictvrije manier te laten geschieden.
Ook moet worden opgemerkt dat de bepalingen van het fietsvademecum een overgang van gescheiden naar gemengd verkeer geenszins verbieden, doch enkel voorschrijven dat het verkeer attent moet worden gemaakt op de gewijzigde situatie en op een comfortabele manier doorheen de overgang wordt geleid:
“Bij overgangen tussen soorten fietsvoorzieningen of types fietspaden moet het gemotoriseerd verkeer attent worden gemaakt op de gewijzigde verkeerssituatie en moet de fietser op een veilige en comfortabele manier doorheen die overgang worden geleid.”
Een doelstelling die kan worden verwezenlijkt binnen de vooropgestelde wijzigingen aan de rooilijnen.
C.5. Aansluiting met fietspaden Steenweg
Ook wordt gewag gemaakt van de vermeende problematische aansluiting van de Lindestraat op de fietspaden van de Steenweg. Het betreft evenwel een kritiek op de verkeerssituatie op de Steenweg en geen kritiek ten aanzien van voorliggende rooilijnplannen.
Daar het beheer van de Steenweg onder de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest valt, kan de gemeenteraad de staat van de verkeerssituatie langsheen de Steenweg niet meenemen in haar beoordeling van de voorliggende gemeentewegen.
Wel kan worden aangegeven dat de overgang tussen de fietspaden langsheen de Lindestraat en de fietspaden op de Steenweg zal worden ingericht conform de bepalingen van het fietsvademecum:
“Bij overgangen tussen soorten fietsvoorzieningen of types fietspaden moet het gemotoriseerd verkeer attent worden gemaakt op de gewijzigde verkeerssituatie en moet de fietser op een veilige en comfortabele manier doorheen die overgang worden geleid.”
Hierbij wordt tevens rekening gehouden met het hieronder besproken advies van het Agentschap Wegen en Verkeer District Zuid-Limburg dd. 13 juni 2025 (cfr. infra).
Ook dient reeds te worden opgemerkt dat de heraanleg van de fietspaden langsheen de Steenweg door het AVW in het kader van het project Veilige fietspaden voor Steenweg op grondgebied Alken in de nabije toekomst door het AVW zal worden aangepakt, zodat enige vermeende situatie van onveiligheid alvast een tijdelijk karakter heeft.
Voornoemd project voorziet in de aanleg van vrijliggende fietspaden met een breedte van twee meter langsheen de Steenweg dewelke zullen aansluiten op de aanliggende fietspaden in de Lindestraat.
Waarbij het evident onmogelijk is om elk wegdeel op het grondgebied gelijk aan te pakken. Ook de vermeende onveilige situatie op een aansluitende weg kan onmogelijkheid het verbeteren van een andere onveilige situatie in de weg staan, gezien dit tot een totale impasse zou leiden.
C.6. Conflictsituatie op fietspaden
Enkele bezwaren stellen tot slot dat huidig ontwerp onveilig is in de zin dat het hedendaags ontwerp voorziet in een fietspad dat in de praktijk zal worden gebruikt door voetgangers, waardoor een situatie van conflict tussen beide categorieën van trage weggebruikers zou ontstaan.
Hieromtrent kan evenwel worden gesteld dat deze voetgangers zich momenteel –samen met het gemotoriseerd verkeer en de fietsers– dienen te begeven op de rijbaan, met eventuele uitwijking naar de berm.
Waardoor het aanleggen van een afzonderlijk fietspad ook voor deze voetgangers een verbetering van de verkeerveiligheid met zich zal meebrengen.
Bovendien voorziet huidig project eveneens in een uitwijkmogelijkheid voor voetgangers, daar een berm van één meter breed tussen het fietspad en de perceelsgrenzen wordt voorzien (cfr: supra).
Zoals aangehaald is de aanleg van een volwaardig voetpad niet in te passen in de belangenafweging die krachtens artikel 4, 1° Decreet Gemeentewegen dient te worden doorgevoerd, daar verregaande en bijkomende innemingen vereist zouden zijn voor de aanleg van dit voetpad.
D. Ontsluiting
Overeenkomstig artikel 4, 4° van het Decreet Gemeentewegen dient de gemeenteraad bij haar beslissing m.b.t. de zaak der wegen steeds rekening te houden met de ontsluiting van de aan het projectgebied aanpalende percelen.
Meer concreet mag het rooilijnplan er niet toe leiden dat de aanpalende percelen hun hedendaagse ontsluitingsmogelijkheden verliezen.
Hieromtrent stelt de gemeenteraad vast dat de voorliggende verbreding van de rooilijnen voor geen enkel perceel de ontsluiting naar het openbaar domein in het gedrang brengt.
Bijkomend dient hieromtrent ook gewezen te worden op de collegebeslissing van 4 juni 2025 waarin advies wordt verleend en alwaar de ontsluiting van de bestaande opritten/toegangen als voorwaarde bij het gunstig advies van de gemeente naar voren wordt geschoven (cfr. infra):
“Het college van burgemeester en schepenen levert een voorwaardelijk gunstig advies af voor volgende werken. Volgende werken worden gunstig geadviseerd:
(…)
Voorwaarden:
De toegangen/opritten en de toegankelijkheid van de percelen dient bekeken en gegarandeerd te worden”
Zoals blijkt uit de bespreking van het advies van het college (cfr: infra) dient deze voorwaarde te worden meegenomen in de vergunning zodat de bestaande toegangswegen/opritten ten allen tijden gewaarborgd zullen blijven.
Niettemin hebben een heel aantal van de ontvangen bezwaren concreet betrekking op de vrees van het verlies van een actuele en/of toekomstige ontsluitingsmogelijkheid.
Navolgend worden deze bezwaren afgetoetst aan het artikel 4, 4° Gemeentewegendecreet.
D.1. Bezwaarschrift 5 (ANALOOG) - Perceel 534Y
Het gegeven dat het hoogteverschil tussen de fietspaden en het aanliggende perceel 534Y zou worden opgevangen middels een keermuur zou tot gevolg hebben dat het op heden onbebouwde perceel eventuele toekomstige ontsluitingsmogelijkheden zou verliezen.
Ter vrijwaring van de ontsluitingsmogelijkheden bij toekomstige bebouwing, en zoals gevraagd in het concrete bezwaarschrift, kan de toegang tot het perceel met een breedte van vier meter technisch worden voorzien aan de linkerzijde van het perceel.
Het voorzien van deze ontsluitingsmogelijkheid kan evenwel technisch worden gerealiseerd binnen de contouren van de nieuwe rooilijn en brengt aldus geenszins de verenigbaarheid van voorliggende plannen met het artikel 4, 4° van het Decreet Gemeentewegen in het gedrang.
D.2. Bezwaarschriften 11/12/13 (ANALOOG) – Perceel 220E
Ook tijdens de uitvoering van de werken zullen de nodige maatregelen worden genomen teneinde de ontsluiting van de aanpalende percelen te garanderen (zie eveneens de bespreking van het advies van het Agentschap Landbouw en Visserij, cfr: infra).
Zo worden zogenaamde “minder – hinder” maatregelen worden getroffen om de hinder te beperken tot een minimum, wat dit ontsluitingsaspect betreft.
Het voorzien van deze maatregelen kan evenwel technisch worden gerealiseerd binnen de contouren van de nieuwe rooilijn en brengt aldus geenszins de principiële verenigbaarheid van voorliggende plannen met het artikel 4,4° Decreet Gemeentewegen in het gedrang.
D.3. Bezwaarschrift 5 (DIGITAAL) – Perceel 595H
Middels bezwaarschrift 5 (digitaal) stelt de eigenaar van perceel 595H dat voorliggend project geen rekening houdt met het gegeven dat een bijkomende toegang tot de achtergelegen landbouwpercelen dient te worden gevrijwaard.
Hieromtrent kan evenwel worden vooropgesteld dat voornoemde toegangsweg (inclusief eventuele verhardingen) binnen de contouren van de nieuwe rooilijnen kan en zal worden gerealiseerd zonder dat het bezwaarschrift de onverenigbaarheid van de rooilijnplannen met het artikel 4, 4° van het Decreet Gemeentewegen met zich meebrengt.
D.4. Bezwaarschrift 8 (DIGITAAL) - perceel 5G
De op de rooilijnplannen ingetekende ontsluitingswegen voor het betrokken perceel stemmen overeen met de huidige toegangswegen tot het landbouwbedrijf van bezwaarindieners.
Er kan niet worden ingezien hoe voorliggende plannen afbreuk zouden doen aan de ontsluiting van het perceel.
D.5. Bezwaarschrift 9 (DIGITAAL) – perceel 238S2
De vergunde opritten en toegangswegen blijven behouden door voorliggende rooilijnplannen en zullen in navolging van de herinrichting van de Lindestraat worden heraangelegd. Aldus blijft de toegang tot het perceel gegarandeerd en de ontsluiting van de aangelanden gegarandeerd.
D.6. Bezwaarschriften 10/13 (DIGITAAL) – perceel 236B
De actuele toegangswegen tot het betrokken perceel, inclusief de toegangsweg tot de achterliggende weiden, in de modaliteiten zoals uiteengezet in het bezwaarschrift, kunnen binnen de contouren van de voorliggende rooilijnplannen behouden blijven en van verharding worden voorzien.
Dit laatste aldus zonder dat het bezwaarschrift de onverenigbaarheid van de rooilijnplannen met artikel 4, 4° Decreet Gemeentewegen met zich meebrengt.
D.7. Bezwaarschrift 11 (DIGITAAL) – percelen 596R en 596Z
De actuele vergunde toegangswegen tot de betrokken percelen worden voorzien door voorliggende rooilijnplannen. Het betreft toegangswegen waarvoor een verharding van zes respectievelijk zeven meter wordt voorzien.
De op heden onvergunde toegangsweg tot de betrokken percelen kan binnen de contouren van de voorliggende rooilijnplannen behouden blijven.
Dit laatste aldus zonder dat het bezwaarschrift de onverenigbaarheid van de rooilijnplannen met artikel 4, 4° Decreet Gemeentewegen met zich meebrengt.
D.8. Bezwaarschrift 18 (DIGITAAL) – perceel Lindestraat 78
Zoals volgt uit voorliggende rooilijnplannen blijven de bestaande toegangen tot het perceel behouden.
Om de toegang en het oprijden te vergemakkelijken wordt ter hoogte van de opritten een kantstrook met vellingskant voorzien.
Het bezwaar is niet van die aard dat het de onverenigbaarheid van voorliggende rooilijnplannen met de bepalingen uit het Decreet Gemeentewegen met zich meebrengt.
E. Actuele functie – toekomstige generaties
Overeenkomstig artikel 4, 5° van het Decreet Gemeentewegen dient rekening te worden gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder hierbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen.
Hierbij moeten de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen te worden.
Het behoeft geen uitgebreid betoog dat voorliggende rooilijnplannen de belangen van de toekomstige generaties ten goede komen.
Immers wordt middels het naar voren gebrachte project voorzien in de verwezenlijking van een verkeersveilige en vlot toegankelijke verbindingsbaan tussen het centrum van de gemeente Alken en het centrum van Stevoort.
Specifiek worden hierbij de belangen van toekomstige trage weggebruikers gewaarborgd, aangezien middels de aanleg van aanliggende fietspaden de veilige doorgang voor het trage wegverkeer wordt gevrijwaard.
Eveneens behoudt én verbetert het voorliggend project de actuele functie van de Lindestraat als zijnde een lokale verbindingsweg.
Ook waarborgt de herinrichting van de Lindestraat het gebruik van de weg voor de inwoners en de ontsluiting van de aanpalende percelen. De inwoners van de Lindestraat zullen zich voor het eerst op een verkeersveilige wijze langsheen hun straat kunnen begeven, hierbij bijvoorbeeld gebruik makend van trage vervoersmiddelen zoals fietsen of speedpedelec’s.
Ook wordt door de verbreding van de rijbaan bijkomende ruimte gecreëerd voor tractors en lokale vrachtwagens, hetgeen de ontsluiting van de langsheen de Lindestraat gelegen (landbouw)bedrijven zal verbeteren.
Tegelijkertijd worden maatregel getroffen tegen sluipverkeer, hetgeen de verkeersleefbaarheid voor de inwoners ten goede zal komen.
Zodat voorliggend project naar de mening van de gemeenteraad aldus de belangen van de toekomstige generaties verbetert terwijl tegelijkertijd de actuele functie van de Lindestraat behouden blijft.
F. Gemeentegrensoverschrijdend perspectief
Overeenkomstig artikel 4, 4° van het Decreet Gemeentewegen dient zo nodig de wijziging aan het gemeentelijk wegennet te worden beoordeeld in grensoverschrijdend perspectief.
Voorliggend project paalt evenwel niet aan bij een nabijgelegen gemeente, noch wordt er enige hinder voor één van de buurgemeenten verwacht.
● Technische uitrusting
De gemeenteraad heeft bij haar beoordeling van de rooilijnplannen een volledige bevoegdheid.
Dit impliceert dat de gemeenteraad zich kan uitspreken over de technische uitrusting van de weg, waaronder de wegverharding, de bestrating, de weguitrusting, de nutsleidingen, de aanleg van stoepen en wegboorden, de inrichting van eventuele parkeerplaatsen, de gratis grondafstand, de weerslag op de mobiliteit, de afwatering, de afzuivering, de noodzakelijke uitbreiding van de infrastructuur evenals de afvalophaling.
Overeenkomstig het hierboven aangehaalde artikel 47 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het Omgevingsvergunningsdecreet dient de gemeenteraad aldus kennis te nemen van de bezwaren die betrekking hebben op de concrete technische uitrusting van voorliggend wegenisproject.
A. Bezwaren inzake afwatering
Een heel aantal bezwaren vrezen dat voorliggende rooilijnplannen een verhoogd risico op wateroverlast voor de Lindestraat en/of de aanpalende percelen met zich zullen meebrengen.
Evenwel moet worden opgemerkt dat voorliggend project voorziet in de nodige waarborgen tegen de overstromingsrisico’s en wateroverlast.
Uitgangspunt van de uitvoering van de rioleringswerken betreft het gegeven dat geen wateroverlast op straat mag plaatsvinden bij een wederkerige bui van twintig jaar.
Dergelijk criterium wordt concreet afgetoetst middels hydraulische software alwaar het risico op overstroming van de Lindestraat en de aanpalende percelen nauwkeurig wordt gemodelleerd.
Het uiteindelijke rioleringsdossier zal slechts worden opgestart wanneer aan voornoemd criterium wordt voldaan, hetgeen het geval is.
Voor zover de fietspaden richting de aanpalende percelen zouden afhellen, worden bijkomend lijngoten voorzien.
Desgevallend en indien noodzakelijk worden bij de uitvoering van de rioleringswerken de nodige aansluitingen met drainageleidingen gerealiseerd.
Voorliggend wegenisproject voorziet aldus in de technische uitrusting die noodzakelijk is om een goede afwatering langsheen de Lindestraat te waarborgen en het risico op overstroming te minimaliseren.
Hierbij kan worden verwacht dat de uitvoering van de rioleringswerken de afwatering langsheen de Lindestraat ten goede zal komen en de jarenlange waterproblematiek net zal verbeteren.
Het rioleringsdossier dat werd ingediend in het kader van voorliggende vergunningsaanvraag dient bovendien voorafgaand aan de uitvoering verschillende stappen te doorlopen. Het rioleringsontwerp (inclusief de aspecten die betrekking hebben op het beheer van het hemelwater) dienen voorafgaand te worden goedgekeurd door verschillende instanties, waaronder de VMM, de waterloopbeheerder, Aquafin,…
Deze instanties houden rekening met de waterhuishouding in zijn globaliteit en nemen dus ook het eventuele overstromingsrisico van het ingediende rioleringsdossier in beschouwing.
Zodoende wordt aldus bijkomend verzekerd dat het ontwerp geen bijkomend risico op wateroverlast met zich meebrengt.
In het kader van de zaak der wegen kan aldus worden besloten dat de bij de aanvraag gevoegde rooilijnplannen –gelet op het verloop van het rioleringsproject dat zal worden aangevat op grond van voorliggende plannen– geenszins een reëel verhoogd risico op wateroverlast met zich zal meebrengen.
B. Bezwaren inzake de hellingsgraden voor opritten
Gelet op het gegeven dat het projectgebied is gelegen in een glooiende omgeving, uitten enkele bezwaarindieners hun bezorgdheid omtrent de gevolgen van voorliggend project op de bestaande hellingsgraad van de aanpalende opritten.
Hieromtrent kan worden opgemerkt dat – afhankelijk van het type voertuig – in de praktijk in de regel een hellingspercentage van maximaal 15% tot 20% wordt aangehouden bij de aanleg van opritten.
De in de praktijk nog steeds relevante normering zoals voorzien in de ASVV 2004 stelt hierbij een maximum hellingspercentage van 16% en een aanbevolen hellingspercentage van 14% voorop.
Voor onderhavig project wordt er getracht om een maximaal hellingspercentage van 16% aan te houden om het niveauverschil te overbruggen. Bijgevolg is het noodzakelijk dat het hoogtepeil van de nieuwe rijbaan soms verhoogd of verlaagd dient te worden om aan een acceptabele helling aan te sluiten aan de verschillende opritten.
In het kader van haar bevoegdheden inzake de zaak der wegen dient de gemeenteraad aldus vast te stellen dat voorliggend project voldoende rekening houdt met de gevolgen van de verschuiving van de rooilijnen op de hellingsgraden van de aanpalende opritten.
C. Plaatsing van de nutsvoorzieningen
In antwoord op de bezwaren die stellen dat de nutsvoorzieningen ter hoogte van welbepaalde percelen te dicht bij de gebouwen liggen dient gezegd dat voorliggend project voorziet in de plaatsing van de nutsvoorzieningen onder de bermen.
Reden hiervoor betreft het gegeven dat het voor de beheerder van deze nutsvoorzieningen eenvoudiger zal zijn om werken uit te voeren aan de nutsleidingen. De plaatsing van de leidingen onder het fietspad zou immers veronderstellen dat het gehele fietspad zou moeten worden opengebroken wanneer werken worden uitgevoerd, hetgeen in de praktijk onwerkbaar en niet gewenst is.
Evenwel kan in uitzondering op bovenstaand principe en enkel wanneer strikt noodzakelijk in het kader van de plaatselijke situatie worden voorzien in de aanleg van de nutsleidingen onder het fietspad. Dit bijvoorbeeld op de plaatsen waar door de aanwezigheid van de woningen tot tegen de rooilijn onvoldoende ruimte resteert.
Het op algemene wijze inbrengen van de leidingen onder de verharde zones is echter geenszins aangewezen.
In het kader van haar bevoegdheden met betrekking tot de Zaak der Wegen, beoordeelt de gemeenteraad de plaatsing van de nutsleidingen als positief.
D. Gebruik van keermuren
Daar waar mogelijk wordt geopteerd voor het opvangen van het hoogteverschil middels de bestaande glooiingen in het veld.
Indien het op te vangen hoogteverschil tussen het fietspad en de aanpalende percelen te groot is wordt gewerkt met keermuren teneinde het hoogteverschil op te vangen.
Het gebruik van de keermuren wordt aldus beperkt tot deze plaatsen waar het gebruik ervan als zijnde strikt noodzakelijk voorkomt.
Eventuele alternatieven, zoals het voorzien van keerelementen middels de plaatsing van schanskorven, vereisen een meer verregaande verschuiving van de rooilijn en worden aldus als niet verenigbaar met de private belangen van de aangelanden beschouwd.
Desgevallend kan bij de uitvoering van het project en in geval van voldoende te keren hoogte worden nagedacht over het bedekken van de betonstructuur met begroeiing (inclusief staalstructuur) teneinde de visuele integratie van de keermuren in het landschap te bevorderen.
Wat betreft het perceel 238S2 (bezwaarschrift 9 – digitaal) dient gezegd dat bij de uitvoering van de werken zal worden nagegaan in hoeverre het vereist is dat het betrokken hoogteverschil al dan niet op natuurlijke wijze kan worden opgevangen.
Blijkt dit laatste niet mogelijk, dan kunnen (bijkomend) keermuren worden voorzien.
In het kader van haar bevoegdheden met betrekking tot de zaak der wegen, beoordeelt de gemeenteraad het op te vangen hoogteverschil tussen de fietspaden en de aanpalende percelen aldus als positief.
E. Verlies aan parkeerplaatsen
Enkele bezwaarschriften hekelen het feit dat voorliggende plannen een fietspad invoegen tussen de rijbaan en de delen van de hedendaagse berm die niet verhoogd zijn waardoor het aldus niet meer mogelijk zou zijn om te parkeren op deze berm.
Hieromtrent dient evenwel te worden opgemerkt dat het parkeren op de berm sowieso niet aangewezen is in het kader van de verkeersveiligheid.
Zoals aangehaald in enkele bezwaarschriften dient de hedendaagse berm als uitwijkingsmogelijkheid voor het trage wegverkeer dat zich op hedendaagse asfaltweg begeeft. Het parkeren op deze berm verhindert de uitwijking van het trage wegverkeer en brengt aldus potentiële onveilige situaties met zich mee.
Zodoende voorziet voorliggend ontwerp inderdaad in de afschaffing van de mogelijkheid tot parkeren op de berm. Middels de invoeging van een berm tussen het fietspad en de perceelsgrenzen wordt aldus een werkelijke en verkeersveilige uitwijkingsmogelijkheid in hoofde van voetgangers gecreëerd die niet wordt verhinderd door geparkeerde wagens.
In antwoord op de bezwaren hieromtrent, zal het onder de huidige plannen niet langer mogelijk zijn om te parkeren op de rijbaan, zodat op dit vlak evenmin een element van verkeersonveiligheid dient te worden gevreesd.
Zodat het verlies aan de parkeermogelijkheden op de hedendaagse berm aldus als zijnde verantwoord én noodzakelijk voorkomt in het kader van de handhaving van de verkeersveiligheid
Adviezen
In het kader van het tweede georganiseerde openbaar onderzoek werden navolgende adviezen gevraagd én verkregen (desgevallend hernomen) van de bevoegde instanties:
● Advies van het Agentschap Wegen en Verkeer District Zuid-Limburg dd. 13 juni 2025 (tweede openbaar onderzoek) en 7 april 2025 (eerste openbaar onderzoek): GUNSTIG
Vastlegging ten opzichte van de bestaande as van de gewestweg (N7220001 van 4.8 +50 tot 4.9 +15):
● de grens van het openbaar domein is geschat op 6 meter.
● de voorgeschreven rooilijn ligt op 11 meter volgens vigerende wegnormen.
● de zone van achteruitbouw bedraagt 0 meter.
● de minimaal te respecteren bouwlijn ligt op 11 meter.
Het Agentschap Wegen en Verkeer adviseert GUNSTIG betreffende de voorliggende aanvraag gezien de aanvraag in overeenstemming is met hoger vermelde inlichtingen en beperkingen.
● College van burgemeester en schepenen van de gemeente Alken in zitting dd. 4 juni 2025: VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
Besluit.
Artikel 1: Het college van burgemeester en schepenen levert een voorwaardelijk gunstig advies af voor volgende werken.
Volgende werken worden gunstig geadviseerd:
- Ontbossen van terrein in het kader van vergrote overstromende oppervlakte
- Opbreken riolering en verharding binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop
- Aanleg verharding > 300m² en binnen 5 meter van een ingedeelde waterloop
- Aanleg riolering binnen 5 meter zone waterloop en graven grachten
- Tijdelijke inrichting van een terrein voor grondverbetering
- Afgraven overstromingsgebied opp. 4334m² + nivellering reliëf > 0,50 meter
- Dempen van grachten
- Tijdelijke inbuizing gracht in functie van toegankelijkheid TVGB
Voorwaarden:
De toegangen/opritten en de toegankelijkheid van de percelen dient bekeken en gegarandeerd te worden
● Watering de Herk dd. 4 juni 2025: VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
Het dossier wordt in het kader van de bindende bepalingen rond onbevaarbare waterlopen voorwaardelijk gunstig beoordeeld. De voorwaarden bovenaan dit advies moeten worden opgenomen in de vergunning.
De watering is waterbeheerder voor dit projectgebied, maar voor zowel het advies in het kader van de bindende bepalingen in verband met de waterloop (afstandsregels en machtigingen) als het advies in het kader van de watertoets treedt de Dienst Water en Domeinen van de provincie Limburg op als ondersteunende adviesverlenende instantie.
De watering neemt dit advies met de hierin opgenomen beoordeling en conclusie over en maakt dit advies tot het hare.
● Provincie Limburg dd. 4 juni 2025: VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
Het dossier wordt in het kader van de bindende bepalingen rond onbevaarbare waterlopen
voorwaardelijk gunstig beoordeeld.
De voorwaarden onder deel 2 en 3 van dit advies moeten worden opgenomen in de vergunning.
● Agentschap landbouw en visserij dd. 26 mei 2025 (tweede openbaar onderzoek) en 9 maart 2025 (eerste openbaar onderzoek): VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
Gelet op bovenstaande overwegingen formuleert het Agentschap Landbouw en Zeevisserij een voorwaardelijk gunstig advies.
Daarbij wenst het Agentschap Landbouw en Zeevisserij volgende voorwaarden mee te geven:
De toegang tot de aanliggende landbouwgebruikspercelen en landbouwbedrijfszetels dienen zowel tijdens als na de werken verzekerd te blijven en mogen niet in het gedrang worden gebracht.
Het tijdelijk terrein voor grondverbetering als tijdelijke werkzones dienen zo spoedig mogelijk worden hersteld na uitvoering van de werken, zodanig het actueel professioneel landbouwgebruik kan worden hervat.
Als er werken voorzien worden op percelen die nog in actief landbouwgebruik zijn, dient men proactief contact op te nemen met de betrokken landbouwer(s) zodat bv. de werken voor het plant- en zaaiseizoen kunnen plaatsvinden, om het landbouwgebruik zo weinig mogelijk te storen.
Er moeten adequate maatregelen genomen worden om structuurschade en verdichting van de bodem zoveel mogelijk te beperken.
Men dient te handelen met het oog op het voorkomen van bodemverontreiniging.
Tijdens de werken moet de toegankelijkheid met hedendaags landbouwmateriaal van de aanpalende landbouwgebruiksgronden zoveel mogelijk verzekerd worden, met het oog op zo min mogelijk de normale bedrijfsvoering te verstoren.
● Het Agentschap Natuur en Bos dd. 15 juni 2025 (tweede openbaar onderzoek) en 9 april 2025: (eerste openbaar onderzoek) VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
Op basis van bovenstaande uiteenzetting verleent het Agentschap voor Natuur en Bos een gunstig advies mits naleving van de volgende voorwaarde(n):
• Het goedgekeurde boscompensatievoorstel met inbegrip van haar voorwaarde(n) op het gebied van compenserende maatregelen dient integraal deel uit te maken van de omgevingsvergunning.
• De ontbossingswerken vinden plaats buiten het broedseizoen (dus niet in de periode van 1 april tot 1 juli).
De vergunningverlenende overheid kan de vergunning slechts toekennen mits naleving van deze voorwaarden. Volgende voorwaarden moeten letterlijk in de vergunningsvoorwaarden van de omgevingsvergunning worden opgenomen:
• De vergunning wordt verleend op grond van artikel 90bis, §5, derde lid, van het Bosdecreet en onder de voorwaarden zoals opgenomen in het hierbij gevoegde compensatieformulier met kenmerk: 25- 203347.
• De te ontbossen oppervlakte bedraagt 2778 m². Deze oppervlakte valt niet meer onder het
toepassingsgebied van het Bosdecreet.
• De ontbossing kan enkel worden uitgevoerd conform het plan toegevoegd als bijlage, waarop ook de als bos te behouden zones zijn aangeduid.
In het kader van het eerste georganiseerde openbaar onderzoekwerden navolgende adviezen gevraagd én verkregen van de bevoegde instanties:
● Vlaamse Milieumaatschappij dd. 30 april 2025: VOORWAARDELIJK GUNSTIG;
De opgenomen voorwaarden hebben geen betrekking op de Zaak der Wegen,
● College van burgemeester en schepenen in zitting van 9 april 2025: VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
In navolging van het advies van het college dd. 9 april 2025 werden de rooilijnplannen aangepast.
Voor het overige is dit advies wat de vergunningsvoorwaarden betreft identiek aan het advies dd. 4 juni 2025.
● Watering De Herk dd. 20 maart 2025: VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
De opgenomen voorwaarden hebben geen betrekking op de Zaak der Wegen;
● Provincie Limburg dd. 19 maart 2025: VOORWAARDELIJK GUNSTIG:
De opgenomen voorwaarden hebben geen betrekking op de Zaak der Wegen;
De gemeenteraad wenst er alvast op te wijzen dat haar beoordeling verricht dient te worden vanuit het oogpunt van de doelstellingen en principes van de artikelen 3 en 4 van het Decreet Gemeentewegen, waarbij de bevoegdheid van de raad slechts reikt tot de elementen die behoren tot de ‘zaak van de wegen’.
Aspecten die toebehoren aan een beoordeling binnen de vergunningsaanvraag en die betrekking hebben op de ruimtelijke ordening, worden als zodanig niet besproken door de raad.
Zodoende oordeelt de raad dat de adviezen van het Agentschap Wegen en Verkeer, het college van burgemeester en schepenen van de gemeente Alken en het Agentschap Landbouw en Visserij bijgetreden worden.
Zij zijn in overeenstemming zijn met de doelstellingen en principes van de artikelen 3 en 4 van het Decreet Gemeentewegen en stelt dan ook dat de daarin opgenomen voorwaarden zijn op te nemen in de vergunning.
Tot slot neemt de gemeenteraad nog kennis van de overige uitgebrachte adviezen.
Juridisch kader
Het Decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, in het bijzonder artikel 12, §2 dat voorziet dat de wijziging van een gemeenteweg met toepassing van artikel 31 van het Omgevingsvergunningsdecreet opgenomen kan worden in een vergunningaanvraag voor stedenbouwkundige handelingen.
Het Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, in het bijzonder artikel 31, §1 dat voorziet dat de gemeenteraad beslist over de wijziging van een gemeenteweg en zich uitspreekt over de ligging, breedte en de uitrusting van de gemeenteweg en de eventuele opname in het openbaar domein.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, in het bijzonder artikel 47, dat voorziet in de verplichting van de gemeenteraad om kennis te nemen van de bezwaren die werden ingediend lopende het openbaar onderzoek.
Besluit
Zaak der wegen Lindestraat
10 stemmen voor: Marc Penxten, Cindy Vandormael, Andres Lesire, Frank Vroonen, Elien Secretin, Pierrette Putzeys, Anouck Ponsard, Jorg Stas, Janne Loix en Stefan Jacobs
9 stemmen tegen: Soetkin Jehaes, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, Piet Wijgaerts, Paul Dirickx, Joren Froyen, Kris Franssens, Silvia Lieben en Lori Parroni
Artikel 1:
De gemeenteraad keurt de zaak der wegen, met inbegrip van de ligging en breedte van de in de omgevingsvergunningsaanvraag inbegrepen verbreding van de Lindestraat, goed.
Artikel 2:
De gemeenteraad keurt de bij de Omgevingsvergunningsaanvraag gevoegde rooilijnplannen “Rooi- en innemingsplannen Lindestraat plan 1/3, 2/3 en 3/3” zoals gevoegd aan de vergunningsaanvraag met kenmerk OMV_2024117222, goed.
Lori Parroni Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Pascal Giesen Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Lori Parroni Elien Secretin Silvia Lieben Cindy Vandormael Kris Franssens Paul Dirickx Jorg Stas Anouck Ponsard Janne Loix Pierrette Putzeys Soetkin Jehaes Filip Vanvinckenroye Bart Jeuris Frank Vroonen Marc Penxten Piet Wijgaerts Joren Froyen Stefan Jacobs Andres Lesire Andres Lesire Elien Secretin Stefan Jacobs Pierrette Putzeys Marc Penxten Anouck Ponsard Janne Loix Cindy Vandormael Frank Vroonen Jorg Stas Bart Jeuris Piet Wijgaerts Paul Dirickx Silvia Lieben Kris Franssens Filip Vanvinckenroye Joren Froyen Lori Parroni Soetkin Jehaes aantal voorstanders: 10 , aantal onthouders: 0 , aantal tegenstanders: 9 Goedgekeurd
Zitting van 30 06 2025
Verzoekschriften raad mbt Lindestraat
Hoofdstuk V. behandelt het thema VERZOEKSCHRIFTEN.
Artikel 13 vermeldt dat iedere burger het recht heeft om verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen. Het volledige huishoudelijk reglement vindt u in bijlage.
In het kader van het openbaar onderzoek van de Lindestraat werden 4 verzoekschriften ontvangen gericht aan de gemeenteraad. Deze verzoekschriften zijn:
Verzoekschrift 1 - Lindestraat - een transparante intensiteitsmeting van zowel het fietsverkeer als het gemotoriseerd verkeer (ingediend door Peter Truyens)
Verzoekschrift 2 - Lindestraat - dringend maatregelen te nemen tegen het sluipverkeer, zodat de Lindestraat terug haar functie van woon- en leefstraat krijgt (ingediend door Peter Truyens)
Verzoekschrift 3 - Lindestraat - heraanleg van de waterleiding in het deel van de Lindestraat in Alken tussen Steenweg en Kapelstraat of toch minstens de beheerder de mogelijkheid te verschaffen om hier snel werk van te maken. (ingediend door Herman Tubbax)
Verzoekschrift 4 - Lindestraat - de snelheid in de Lindestraat terug te brengen naar 50 km/u conform de doelstellingen van het Mobiliteitsplan Alken 2024 (ingediend door Herman Tubbax)
Feiten en context
Hoofdstuk V. behandelt het thema VERZOEKSCHRIFTEN.
Artikel 13 vermeldt dat iedere burger het recht heeft om verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente in te dienen. Het volledige huishoudelijk reglement vindt u in bijlage.
In het kader van het openbaar onderzoek van de Lindestraat werden 4 verzoekschriften ontvangen gericht aan de gemeenteraad. Deze verzoekschriften zijn:
Juridische grond
Artikel 13 van het huishoudelijk reglement regelt de behandeling van verzoekschriften ingediend door burgers.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
De verzoekschriften werden ingediend via het omgevingsloket bij het openbaar onderzoek van de Lindestraat. Strikt genomen zouden deze als een bezwaar behandeld kunnen worden maar het is aannemelijk dat de indiener een verzoekschrift aan de raad wilde indienen omdat hij vooraf contact opnam met de algemeen directeur met de vraag of een verzoekschrift aan specifieke eisen moest voldoen alsook op een specifieke wijze ingediend moest worden.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
10 stemmen voor: Marc Penxten, Cindy Vandormael, Andres Lesire, Frank Vroonen, Elien Secretin, Pierrette Putzeys, Anouck Ponsard, Jorg Stas, Janne Loix en Stefan Jacobs
9 stemmen tegen: Soetkin Jehaes, Bart Jeuris, Filip Vanvinckenroye, Piet Wijgaerts, Paul Dirickx, Joren Froyen, Kris Franssens, Silvia Lieben en Lori Parroni
Artikel 1: De gemeenteraad neemt kennis van de verzoekschriften en beslist het volgende:
● Verzoekschrift 1 - heraanleg waterleiding
● Voorstel van antwoord:
○ Het bestuur heeft geen beslissingsbevoegdheid als het de planning en investeringen van de nutsmaatschappijen aangaat zoals de watergroep.
○ De gemeenteraad beslist om bij de watergroep aan te dringen op een spoedige oplossing van de waterproblematiek voor de inwoners van de Lindestraat en aan te dringen om deze problematiek op te nemen los van de heraanleg van de Lindestraat.
● Verzoekschrift 2 - intensiteitsmeting
● Voorstel van antwoord:
○ Het mobiliteitsplan werd goedgekeurd op de raad van 30 mei 2024. Hieraan is een lang en intensief traject voorafgegaan. De Lindestraat behoort tot het lokaal fietsroutenetwerk. De Lindestraat heeft ook een verbindende functie. Volgens het fietsvademecum, dat als basis werd gebruikt voor het vaststellen van het mobiliteitsplan, zijn in een zone met 50 km/uur standaard aanliggende fietspaden voorzien.
○ Fietssuggestiestroken komen voor in een zone voor gemengd verkeer en in centrumgebieden, drukke en niet te lange trajecten. In het kader van de veiligheid voor het trage wegverkeer wordt daarom gekozen voor aanliggende fietspaden.
○ Het bestuur onderzoekt momenteel de implementatie van een systeem van trajectcontrole waarbij gecontroleerd kan worden zowel op snelheid alsook op tonnage.
● Verzoekschrift 3 - sluipverkeer en verkeersremmende maatregelen
● Voorstel van antwoord:
○ In haar hedendaagse toestand is de Lindestraat uitermate ontoegankelijk voor (specifiek) het trage wegverkeer. De huidige asfaltweg heeft een breedte van ongeveer 5,10 meter met daarnaast kantopsluitingen van 0,55 meter breed.
○ Er zijn vandaag geen fietspaden aanwezig zodat zowel het trage als gemotoriseerde verkeer deze rijbaan met een breedte van 5,10 meter in beide rijrichtingen dient te gebruiken.
○ Het is voor de kwaliteit en de toegankelijkheid van het gemeentelijk wegennet van groot belang dat wordt overgegaan tot herinrichting van de Lindestraat. Gelet op de hedendaagse ontoegankelijkheid voor zachte mobiliteit, is het in het licht van artikel 3 van het Decreet Gemeentewegen van uitermate belang dat tevens een fietspad wordt gerealiseerd langsheen de Lindestraat.
○ Het lopende project mbt de herinrichting van de Lindestraat is –voor zover het de toetsingscriteria uit artikelen 3 en 4 van het Decreet Gemeentewegen betreft– principieel in overeenstemming met de bepalingen van het Mobiliteitsplan van de gemeente Alken.
○ Ook langsheen de erftoegangswegen dient de verkeers- en fietsveiligheid te worden gegarandeerd. Het feit dat de Lindestraat overeenkomstig het mobiliteitsplan hoofdzakelijk kwalificeert als erftoegangsweg en bijgevolg als dusdanig wordt opgenomen in dit mobiliteitsplan, doet geen afbreuk aan het feit dat deze straat in de praktijk ook bijkomend functioneert als belangrijke verbindingsweg en aldus (mede) conform deze bijkomende functie dient te worden ingericht.
○ Het bestuur onderzoekt momenteel wel de implementatie van een systeem van trajectcontrole waarbij gecontroleerd kan worden zowel op snelheid alsook op tonnage.
● Verzoekschrift 4 - snelheid (50 km/u)
● Voorstel van antwoord:
○ De loutere verlaging van de maximumsnelheid van 70 km/uur naar 50 km/uur is geen pertinente oplossing aan de werkelijke verkeersproblematiek, te weten het gegeven dat de breedte van de hedendaagse asfaltweg te beperkt is teneinde de vlotte en veilige doorgang van zowel het trage als het gemotoriseerde wegverkeer te faciliteren.
○ Na de heraanleg is in de Lindestraat het snelheidsregime van 50 km/uur van toepassing. Teneinde het snelheidsregime verder en bijkomend af te dwingen wordt voorzien in de (her)inrichting van vier dubbele wegversmallingen en de nodige signalisatie. Eveneens wordt parallel voorzien in de aanleg van aanliggende fietspaden en dit ter vrijwaring van de veiligheid voor de trage weggebruikers.
○ De Lindestraat functioneert ook als verbindingsweg en dient voldoende breed te zijn voor o.a. ook de aanwezige landbouwvoertuigen.
○ Het bestuur onderzoekt momenteel wel de implementatie van een systeem van trajectcontrole waarbij gecontroleerd kan worden zowel op snelheid alsook op tonnage.
Zitting van 30 06 2025
Goedkeuring jaarverslag en jaarrekening 2024 interbestuurlijke vereniging 'Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest'
De jaarrekening en het jaarverslag (zie bijlage) van 2024 van de interbestuurlijke vereniging Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest wordt goedgekeurd. Dit gemeenteraadsbesluit wordt overgemaakt naar de Provincie Limburg.
Feiten en context
De jaarrekening en het jaarverslag (zie bijlage) van 2024 van de interbestuurlijke vereniging Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest wordt goedgekeurd. Dit gemeenteraadsbesluit wordt overgemaakt naar de Provincie Limburg.
Juridische grond
Het gemeenteraadsbesluit dd. 21/12/2023 'Goedkeuring Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest'
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
In functie van de goedkeuring Lokale Actiegroep Haspengouw Zuidwest kan de jaarrekening en het jaarverslag van 2024 worden goedgekeurd.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad keurt het jaarverslag van 2024 en de jaarrekening 2024 van de interbestuurlijke vereniging lokale actiegroep Haspengouw Zuidwest goed.
Zitting van 30 06 2025
Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw PDPO III - goedkeuring jaarverslag en jaarrekening 2024
Gelet op het schrijven van de provincie Limburg van 24 april 2025 waarin gevraagd wordt om het jaarverslag 2024 en de jaarrekening 2024 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad;
Feiten en context
Gelet op de intentieverklaring voor de deelname aan "Leader Haspengouw 2014-2020" die werd goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen van 18 juni 2014;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 18 februari 2015 om de engagementsverklaring "Leader Haspengouw 2014-2020" goed te keuren;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 26 februari 2015 om de engagementsverklaring "Leader Haspengouw 2014-2020" goed te keuren;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 26 februari 2015 om een vertegenwoordiger voor Alken af te vaardigen die voldoende expertise bezit voor deelname aan de plaatselijke groep en die daarnaast kan zorgen voor een terugkoppeling binnen het bestuur;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 26 februari 2015 om een vervanger af te vaardigen die bij afwezigheid van de eerste vertegenwoordiger deze kan vervangen;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 30 april 2015 om het ontwerp van de oprichtingsstatuten van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw goed te keuren;
Gelet op artikel 24 en 25 van de overeenkomst betreffende de oprichting van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw waarin bepaald staat dat het jaarverslag samen met de jaarrekening aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en aan de provincieraad van de provincie Limburg ter goedkeuring moet worden voorgelegd;
Gelet op het jaarverslag 2024 en de jaarrekening 2024 ingediend door de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw;
Gelet op het besluit van de provincieraad van 23 april 2025 betreffende de goedkeuring van het jaarverslag 2024 en de jaarrekening 2024 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw;
Gelet op het schrijven van de provincie Limburg van 24 april 2025 waarin gevraagd wordt om het jaarverslag 2024 en de jaarrekening 2024 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad;
Juridische grond
Artikel 24 en 25 van de overeenkomst betreffende de oprichting van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw waarin bepaald staat dat het jaarverslag samen met de jaarrekening aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten en aan de provincieraad van de provincie Limburg ter goedkeuring moet worden voorgelegd.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
De jaarrekening 2024 en het jaarverslag 2024 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw dienen te worden goedgekeurd door de Gemeenteraad volgens de oprichtingsakte.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
eenparig
Artikel 1: De jaarrekening 2024 en het jaarverslag 2024 van de Interlokale Vereniging Plaatselijke Groep Haspengouw worden goedgekeurd door de Gemeenteraad van Alken.
Artikel 2: Een afschrift van dit besluit wordt ter kennisgeving aan de provincie bezorgd.
Zitting van 30 06 2025
Nieuw Protocol Limburg.net
In het kader van de gegevensuitwisseling die plaatsvindt tussen Limburg.net en de gemeenten werd in samenspraak met de functionarissen van gegevensbescherming van de gemeenten een vernieuwd protocol afgesproken. Dit document moet verplicht worden ondertekend tussen Limburg.net en de gemeenten.
In de nieuwe versie werden een aantal passages logischer geordend, is uitdrukkelijker de rol van de partijen opgenomen (gegevensuitwisseling vindt plaats tussen beide partijen en waarvoor beiden als afzonderlijke verwerkingsverantwoordelijke optreden) en zijn een aantal
tekstuele wijzigingen doorgevoerd.
De belangrijkste inhoudelijke wijzigingen ten aanzien van het huidige protocol zijn:
● Toevoeging van Bijlage I waarin het toegangsbeleid tot de CARDS databank door medewerkers van gemeenten zal worden geregeld. Om te vermijden dat er ongecontroleerd en ongelimiteerd om toegangsrechten wordt verzocht, zal vanaf ondertekening van het protocol gewerkt worden met Bijlage I, waarin wordt opgenomen wie er binnen de organisatie van iedere gemeente toegang heeft. De bijlage kan jaarlijks worden herzien, bijgewerkt en aangevuld. Doorheen het lopende jaar moeten wijzigingen aan het toegangsbeleid worden aangevraagd door de algemeen directeur van de gemeente (zie punt 1.3. van de bijlage bij het protocol).
● De "bewaartermijn" met betrekking tot de uitwisseling van persoonsgegevens via CARDS wordt beperkt tot 4 jaar. Dat wil zeggen dat gemeenten via de CARDS databank in de praktijk toegang kunnen krijgen tot gegevens van het lopende jaar en de gegevens van de 3 voorafgaande jaren in zoverre deze door Limburg.net voor eigen doeleinden minstens zo lang bewaard moeten worden.
Dit vernieuwd protocol werd reeds goedgekeurd op de raad van bestuur van Limburg.net op 30 april 2025 en wordt via mail ter beschikking gesteld aan uw functionaris gegevensbescherming. Het blijft evenwel noodzakelijk dat uw functionaris gegevensbescherming nog een officieel en gedateerd advies verleent over de inhoud van het protocol alvorens de gemeente kan overgaan tot ondertekening.
Indien er binnen de gemeente geen delegatie van tekenbevoegdheid voorzien is voor dergelijke overeenkomsten, dient de gemeenteraad het protocol goed te keuren. Indien uw gemeente de tekenbevoegdheid wel gedelegeerd heeft, dan kan de ondertekening gebeuren door het college van burgemeester en schepenen en/of door de algemeen directeur.
Het modelprotocol en bijlage zijn aangevuld en toegevoegd als bijlage.
Het protocol moet na ondertekening door beide partijen verplicht gepubliceerd worden op de
website.
Feiten en context
In het kader van de gegevensuitwisseling die plaatsvindt tussen Limburg.net en de gemeenten werd in samenspraak met de functionarissen van gegevensbescherming van de gemeenten een vernieuwd protocol afgesproken. Dit document moet verplicht worden ondertekend tussen Limburg.net en de gemeenten.
In de nieuwe versie werden een aantal passages logischer geordend, is uitdrukkelijker de rol van de partijen opgenomen (gegevensuitwisseling vindt plaats tussen beide partijen en waarvoor beiden als afzonderlijke verwerkingsverantwoordelijke optreden) en zijn een aantal
tekstuele wijzigingen doorgevoerd.
De belangrijkste inhoudelijke wijzigingen ten aanzien van het huidige protocol zijn:
● Toevoeging van Bijlage I waarin het toegangsbeleid tot de CARDS databank door medewerkers van gemeenten zal worden geregeld. Om te vermijden dat er ongecontroleerd en ongelimiteerd om toegangsrechten wordt verzocht, zal vanaf ondertekening van het protocol gewerkt worden met Bijlage I, waarin wordt opgenomen wie er binnen de organisatie van iedere gemeente toegang heeft. De bijlage kan jaarlijks worden herzien, bijgewerkt en aangevuld. Doorheen het lopende jaar moeten wijzigingen aan het toegangsbeleid worden aangevraagd door de algemeen directeur van de gemeente (zie punt 1.3. van de bijlage bij het protocol).
● De "bewaartermijn" met betrekking tot de uitwisseling van persoonsgegevens via CARDS wordt beperkt tot 4 jaar. Dat wil zeggen dat gemeenten via de CARDS databank in de praktijk toegang kunnen krijgen tot gegevens van het lopende jaar en de gegevens van de 3 voorafgaande jaren in zoverre deze door Limburg.net voor eigen doeleinden minstens zo lang bewaard moeten worden.
Dit vernieuwd protocol werd reeds goedgekeurd op de raad van bestuur van Limburg.net op 30 april 2025 en wordt via mail ter beschikking gesteld aan uw functionaris gegevensbescherming. Het blijft evenwel noodzakelijk dat uw functionaris gegevensbescherming nog een officieel en gedateerd advies verleent over de inhoud van het protocol alvorens de gemeente kan overgaan tot ondertekening.
Indien er binnen de gemeente geen delegatie van tekenbevoegdheid voorzien is voor dergelijke overeenkomsten, dient de gemeenteraad het protocol goed te keuren. Indien uw gemeente de tekenbevoegdheid wel gedelegeerd heeft, dan kan de ondertekening gebeuren door het college van burgemeester en schepenen en/of door de algemeen directeur.
Het modelprotocol en bijlage zijn aangevuld en toegevoegd als bijlage.
Het protocol moet na ondertekening door beide partijen verplicht gepubliceerd worden op de
website.
Juridische grond
Limburg.net is een intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid, en meer bepaald een Opdrachthoudende Vereniging zoals bedoeld in artikel 398, §2 ,3° van het Decreet van 22 december 2017 over het Lokaal Bestuur ('DLB');
Het lidmaatschap van de gemeente Alken bij Limburg.net;
Gemeenteraadsbesluit dd. 29/09/2022 Protocol gegevensuitwisseling Limburg.net;
Het decreet van 8 juni 2018 houdende de aanpassing van de decreten aan de verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming), meer in het bijzonder art. 16 betreffende het opstellen van een protocol.
Adviezen
Gunstig advies DPO voor ondertekenen.
Argumentatie
Gelet dat Limburg.net persoonsgegevens ter beschikking stelt van de gemeente en bijgevolg een protocol omtrent de verwerking van deze persoonsgegevens noodzakelijk is.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad heft het bestaande Protocol gegevensuitwisseling Limburg.net, goedgekeurd door de gemeenteraad op 29/09/2022, op.
Artikel 2: De gemeenteraad keurt het nieuwe protocol omtrent de verwerking van persoonsgegevens tussen Limburg.net en de gemeente Alken goed en geeft opdracht aan de burgemeester en aan de algemeen directeur om tot ondertekening van het protocol over te gaan.
Artikel 3: Het protocol zal gepubliceerd worden op de gemeentelijke website.
Artikel 4: De gemeenteraad geeft opdracht aan het college van burgemeester en schepenen om Bijlage I, waarin wordt opgenomen wie er binnen de organisatie toegang heeft tot CARDS databank, jaarlijks te herzien, bij te werken en aan te vullen. Doorheen het lopende jaar moeten wijzigingen aan het toegangsbeleid worden aangevraagd door de algemeen directeur van de gemeente (zie punt 1.3. van de bijlage bij het protocol).
Zitting van 30 06 2025
Addendum concessieovereenkomst cafetaria sporthal de Alk
Tijdens de gemeenteraad van 24 april 2025 werd de aangepaste concessieovereenkomst voor de cafetaria van de sporthal de alk goedgekeurd samen met de criteria tot mededinging.
Na de oproep ontvingen we geen kandidaturen.
De personen die interesse hadden geven aan dat de huidige werken van Alken Vallei rond de sporthal (en cafetaria) te veel nadeel brengen op vlak van toegankelijkheid.
Om het 1ste jaar hieraan tegemoet te komen wensen we een addendum toe te voegen aan de huidige concessieovereenkomst. Dit addendum bevat voor het 1ste jaar een vaste lagere huurprijs per maand samen met versoepelende openingsuren t.o.v. de openingsuren in de concessieovereenkomst (artikel 9).
Dit addendum maakt deel uit van de concessieovereenkomst.
De beoordeling van de kandidaturen gebeurt enkel op de uitbating vanaf 1 september 2026.
Er dient verder gezocht te worden naar een nieuwe uitbater zodat de continuïteit van de cafetaria blijft bestaan en daarnaast is er de noodzaak van een cafetaria voor de sportclubs en de bezoekers bij competitiewedstrijden in de sporthallen.
De oproep tot kandidaten zal gepubliceerd via de gemeentelijke communicatiekanalen en VDAB.
Feiten en context
Tijdens de gemeenteraad van 24 april 2025 werd de aangepaste concessieovereenkomst voor de cafetaria van de sporthal de alk goedgekeurd samen met de criteria tot mededinging.
Na de oproep ontvingen we geen kandidaturen.
De personen die interesse hadden geven aan dat de huidige werken van Alken Vallei rond de sporthal (en cafetaria) te veel nadeel brengen op vlak van toegankelijkheid.
Om begrip te hebben voor de overlast die de huidige werken meebrengen, wensen we een addendum toe te voegen aan de huidige concessieovereenkomst. Dit addendum bevat voor een vaste lagere huurprijs per maand samen met versoepelende openingsuren t.o.v. de openingsuren in de concessieovereenkomst (artikel 9) en dit t.e.m. 31 augustus 2026.
Dit addendum maakt deel uit van de concessieovereenkomst.
De beoordeling van de kandidaturen gebeurt enkel op de uitbating vanaf 1 september 2026.
Er dient verder gezocht te worden naar een nieuwe uitbater zodat de continuïteit van de cafetaria blijft bestaan en daarnaast is er de noodzaak van een cafetaria voor de sportclubs en de bezoekers bij competitiewedstrijden in de sporthallen.
De oproep tot kandidaten zal gepubliceerd via de gemeentelijke communicatiekanalen en VDAB.
In bijlage:
- Concessieovereenkomst cafetaria sporthal de alk
- Addendum bij de concessieovereenkomst
Juridische grond
DLB – artikel 40 en 41 dat de bevoegdheid van de raad regelt;
Concessieovereenkomst cafetaria sporthal de alk dd. 24/04/2025.
Adviezen
Niet van toepassing.
Argumentatie
Tijdens de gemeenteraad van 24 april 2025 werd de aangepaste concessieovereenkomst voor de cafetaria van de sporthal de alk goedgekeurd samen met de criteria tot mededinging.
Na de oproep ontvingen we geen kandidaturen.
De personen die interesse hadden geven aan dat de huidige werken van Alken Vallei rond de sporthal (en cafetaria) te veel nadeel brengen op vlak van toegankelijkheid.
Om het 1ste jaar hieraan tegemoet te komen wensen we een addendum toe te voegen aan de huidige concessieovereenkomst. Dit addendum bevat voor het 1ste jaar een vaste lagere huurprijs per maand samen met versoepelende openingsuren t.o.v. de openingsuren in de concessieovereenkomst (artikel 9).
Dit addendum maakt deel uit van de concessieovereenkomst.
De beoordeling van de kandidaturen gebeurt enkel op de uitbating vanaf 1 september 2026.
Er dient verder gezocht te worden naar een nieuwe uitbater zodat de continuïteit van de cafetaria blijft bestaan en daarnaast is er de noodzaak van een cafetaria voor de sportclubs en de bezoekers bij competitiewedstrijden in de sporthallen.
De oproep tot kandidaten zal gepubliceerd via de gemeentelijke communicatiekanalen en VDAB.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing.
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad gaat akkoord met het addendum bij concessieovereenkomst dd. 24.04.2025 cafetaria de Alk te Alken.
Artikel 2: Het addendum in bijlage maakt integraal deel uit van dit besluit.
Zitting van 30 06 2025
Projectvereniging RLHV aanpassing statuten
Alken is lid van de projectvereniging Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren.
Door de fusie van sommige gemeentes en door wijziging van deelnemers dienen de statuten opnieuw goedgekeurd te worden.
Als bijlage de aangepaste statuten.
Feiten en context
Alken is lid van de projectvereniging Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren.
Door de fusie van sommige gemeentes en door wijziging van deelnemers dienen de statuten opnieuw goedgekeurd te worden.
Als bijlage de aangepaste statuten.
Juridische grond
DLB art. 54 regelt bevoegdheden van de gemeenteraad.
Adviezen
nvt
Argumentatie
Alken is lid van de projectvereniging Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren.
Door de fusie van sommige gemeentes en door wijziging van deelnemers dienen de statuten opnieuw goedgekeurd te worden.
Financiële gevolgen
nvt
Besluit
eenparig
Artikel 1: De gemeenteraad keurt de aanpassing van de statuten van de projectvereniging Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren goed zoals voorgesteld.
Zitting van 30 06 2025
Gemeentelijke Holding NV in vereffening - Algemene Vergadering dd. 25.06.2025
Op woensdag 25 juni 2025 vindt de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding NV
- in vereffening plaats. De Gemeentelijke Holding NV - in vereffening vraagt om de agenda goed te keuren en een volmacht te verlenen.
Feiten en context
Gemeente Alken is lid van de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening;
Op 22 mei 2025 ontvingen wij de uitnodiging voor de AV van 25.06.2025 die zal plaatsvinden om 14u in de lokalen van de VVSG VZW, Bischoffsheimlaan 1-8 te 1000 Brussel.
De gemeente Alken mag afgevaardigd worden door 1 vertegenwoordiger voor de algemene vergadering van de Gemeentelijke Holding nv - in vereffening;
De agenda werd als volgt vastgelegd:
1. Bespreking van de werkzaamheden van de vereffenaars over het boekjaar 2024
2. Bespreking van de jaarrekening over het boekjaar 2024
3. Bespreking van het jaarverslag van de vereffenaars over het boekjaar 2024 inclusief
beschrijving van de vooruitgang van de vereffening en redenen waarom de vereffening
nog niet kon worden afgesloten.
4. Bespreking van het verslag van de commissaris over de jaarrekening over het boekjaar
2024
5. Voorstel van de vereffenaars tot benoeming van een commissaris
6. Stemming over de benoeming van de commissaris
7. Vraagstelling
Juridische grond
Artikel 17 van de statuten
Adviezen
Niet van toepassing
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
eenparig
Artikel 1: De agenda van de algemene vergadering dd. 25 juni 2025 wordt goedgekeurd.
Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen beslist een blanco volmacht te verlenen voor de algemene vergadering dd. 25 juni 2025.
Artikel 3: De gemeenteraad van 30 juni 2025 bekrachtigt het besluit van het college van burgemeester en schepenen.
Artikel 4: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan de Gemeentelijke Holding NV - in vereffening.
Zitting van 30 06 2025
TP - 1500 dode vissen in vijver recreatiepark- Toegevoegd punt
De feiten zijn dat er al meermaals hoge sterfcijfers van vissen op deze vijver zijn vastgesteld en dat is ook de krant en TVL niet ontgaan
Feiten en context
De feiten zijn dat er al meermaals hoge sterfcijfers van vissen op deze vijver zijn vastgesteld en dat is ook de krant en TVL niet ontgaan
Juridische grond
Niet van toepassing
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
Aangezien het hier gaat over het grote aantal dode vissen en de eventuele reden dat een zuurstof gebrek de reden van de sterfte zou kunnen zijn mogen we het aspect dierenwelzijn zeker uit het oog verliezen . Daarbij dat in de toekomst ons Nieuw Vallei park in het teken staat van water hebben we er hier zeker een algemeen belang bij omdat probleem van de vis sterfte voor nu en altijd grondig aan te pakken.
Financiële gevolgen
Uiteraard zullen er financiele gevolgen zijn voor de club , allerhanden onderzoeken water , zuurstofgehalte , pompen vervangen , elektriciteits kosten , producten , aankoop andere vissen enz
Besluit
Schepen Filip Vanvinckenroye licht het punt toe. Schepen Andres Lesire gaat akkoord om met de visclub te onderzoeken welke maatregelen er genomen kunnen worden om dergelijke situaties in de toekomst te voorkomen.
Zitting van 30 06 2025
TP - Wekelijkse Markt- Toegevoegd punt
Uit de recente burgerbevraging blijkt dat de wekelijkse markt het op één na meest gewaardeerde evenement is bij de Alkense bevolking. Dit onderstreept het belang van de markt als sociaal, cultureel en economisch wekelijks moment voor de inwoners van onze gemeente.
Tegelijkertijd merken we met bezorgdheid een terugloop in het aantal aanwezige marktkramers. Wekelijks haken er marktkramers af waardoor ook het aantal bezoekers terugloopt omdat het aanbod te beperkt wordt.
Feiten en context
Uit de recente burgerbevraging blijkt dat de wekelijkse markt het op één na meest gewaardeerde evenement is bij de Alkense bevolking. Dit onderstreept het belang van de markt als sociaal, cultureel en economisch wekelijks moment voor de inwoners van onze gemeente.
Tegelijkertijd merken we met bezorgdheid een terugloop in het aantal aanwezige marktkramers. Wekelijks haken er marktkramers af waardoor ook het aantal bezoekers terugloopt omdat het aanbod te beperkt wordt.
Alle gemeenteraadsleden ontvingen recent ook een mail van een marktkramer die aangeeft dat het bezoekersaantal daalt, mede omdat bepaalde soorten kramen – zoals textiel – momenteel niet worden toegelaten. Deze beperking lijkt een negatief effect te hebben op zowel de diversiteit als de aantrekkelijkheid van de markt.
De neerwaartse spiraal waarin de markt momenteel lijkt te zitten, staat in schril contrast met de duidelijke vraag van de burger om dit evenement net te waarderen en te behouden. Als gemeentebestuur is het belangrijk om deze signalen ernstig te nemen.
Juridische grond
Niet van toepassing
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
Niet van toepassing
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
Raadslid Lori Parroni licht het punt toe. Burgemeester Marc Penxten antwoordt op de gestelde vragen en laat weten dat de fractieleiders mee uitgenodigd zijn voor het overleg met de marktkramers op woensdagavond 2/7/2025 om 20u. in het Sint-Jorisheem.
Zitting van 30 06 2025
TP -Infrastructuurwerken onderaannemers van nutsMP- Toegevoegd punt
Werven doorheen vele Alkense straten
Feiten en context
Werven doorheen vele Alkense straten
Juridische grond
Niet van toepassing
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
● Vaak onduidelijke en/of slechtwerkende signalisatie zorgen voor gevaarlijke situaties. Vooral wanneer de straatverlichting dan ook nog eens gedoofd wordt.
● Rommelige werven en conflicten tussen doorgaand verkeer en werfverkeer zorgen voor incidenten.
● Slechte tijdelijke herstellingen vaak zonder signalisatie zorgen voor valpartijen bij fietsers.
● Werfvoertuigen en bouwmaterialen die soms weken achter blijven zorgen voor onoverzichtelijke verkeerssituaties.
● Werven blijven weken, soms maanden liggen voor er verder gewerkt wordt, dit terwijl de berm en de voortuinen van bewoners er als een stort bij liggen.
● Vaak laattijdige of zelfs geen communicatie rond werkzaamheden.
● Geen aanspreekpunt voor de bewoners.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
Raadslid Kris Franssens licht zijn punt toe en vraagt om met de (onder)aannemers in overleg te gaan zodat de werken goed opgevolgd worden. Schepen Frank Vroonen beantwoordt de gestelde vragen.
Zitting van 30 06 2025
TP - Infomoment de Kolmen - 19 juni 2025- Toegevoegd punt
Op donderdag 19/06/2025 ging er een infomoment door over de Kolmen. De raadsleden werden hierover niet geïnformeerd.
Feiten en context
Op donderdag 19/06/2025 ging er een infomoment door over de Kolmen. De raadsleden werden hierover niet geïnformeerd.
Juridische grond
Niet van toepassing
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
Het informeren van raadsleden over publieke infomomenten of overlegvergaderingen is een minimale vorm van transparantie en respect voor het mandaat van de gemeenteraad.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
Raadslid Soetkin Jehaes licht het punt toe. Schepen Frank Vroonen beantwoordt de gestelde vragen.
Zitting van 30 06 2025
TP - Invulling recreatie in Alken Vallei- Toegevoegd punt
Tijdens de technische-informatieve commissie van maandag 23 juni 2025 werd aangegeven dat er binnen het project Alken Vallei reeds beslissingen genomen werden over de invulling van bepaalde zones, waaronder de aanleg van een verharde pumptrack. Tegelijk werd duidelijk dat voor deze invulling nog geen uitvoerder is aangesteld en dat het ontwerp niet definitief vastligt.
Eerder werd op infomomenten gesteld dat bepaalde functies, zoals een verkeerspark, niet mogelijk zouden zijn binnen de geldende stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Alken Vallei. Na herlezing blijkt echter dat het RUP in bepaalde zones wél ruimte laat voor verharding en recreatief medegebruik, mits aan specifieke voorwaarden wordt voldaan.
Feiten en context
Tijdens de technische-informatieve commissie van maandag 23 juni 2025 werd aangegeven dat er binnen het project Alken Vallei reeds beslissingen genomen werden over de invulling van bepaalde zones, waaronder de aanleg van een verharde pumptrack. Tegelijk werd duidelijk dat voor deze invulling nog geen uitvoerder is aangesteld en dat het ontwerp niet definitief vastligt.
Eerder werd op infomomenten gesteld dat bepaalde functies, zoals een verkeerspark, niet mogelijk zouden zijn binnen de geldende stedenbouwkundige voorschriften van het RUP Alken Vallei. Na herlezing blijkt echter dat het RUP in bepaalde zones wél ruimte laat voor verharding en recreatief medegebruik, mits aan specifieke voorwaarden wordt voldaan.
Juridische grond
Niet van toepassing
Adviezen
Niet van toepassing
Argumentatie
De gemeenteraad heeft recent een participatieve commissie opgericht met de bedoeling om bij relevante maatschappelijke dossiers die van belang zijn voor de Alkenaar, samen over partijgrenzen heen tot een gedragen en goed onderbouwde oplossing te komen, na toelichting van experts en inspraak van de burger.
Het is belangrijk dat deze commissie ook effectief wordt ingeschakeld bij lopende dossiers waar de concrete invulling nog openligt, zeker wanneer er maatschappelijke gevoeligheid of vragen leven bij de bevolking.
Financiële gevolgen
Niet van toepassing
Besluit
Raadslid Soetkin Jehaes licht het punt toe. Schepen Frank Vroonen beantwoordt de gestelde vragen.
Publicatie LBLOD
De applicatie "Meeting.burger" helpt lokale besturen bij het aanmaken, annoteren en publiceren van agenda's, besluiten en notulen volgens het principe van gelinkte open data.
Wanneer een publicatie wordt uitgevoerd, wordt er een expliciete "bundel" van het document opgeslagen. Op dat moment is het document inhoudelijk niet meer aanpasbaar door de gebruiker. Deze "bundel" bestaat uit:
De inhoud van de publicatie op het moment dat deze werd uitgevoerd.
Een unieke identificatie van de gebruiker die de actie heeft uitgevoerd.
De tijdstempel waarop de actie werd uitgevoerd.
Al deze gegevens staan op een aparte publicatie omgeving die beveiligd toegankelijk is voor een beperkt aantal personen.